Celstraf voor wietkweker uit Bergen

 

De politierechter in Haarlem legde hem hiervoor eerder vijf maanden cel op en betaling van bijna 6700 euro schadevergoeding aan Liander. De verdachte ging tegen die uitspraak in hoger beroep.

Zijn advocaat stelt dat zijn cliënt ten onrechte vele ondernemingen op zijn naam heeft staan en als katvanger is misbruikt.

Bij de politie verklaarde de inwoner van Bergen dat hij vanwege een faillissement 25.000 euro schuld had en twee broers hem hielpen daar van af te komen. Hij moest als tegenprestatie het huurcontract voor de loods op zijn naam zetten.

Anderen zouden de kwekerij hebben opgezet en geëxploiteerd. Net als de aanklager geloofde het hof niets van dat relaas, onder meer omdat er geen aanknopingspunten zijn voor het bestaan van de broers. Ook heeft de verdachte zijn verhaal op geen enkele wijze onderbouwd.

Omdat het hof niet bewezen vindt dat de Bergenaar stroom en water illegaal heeft afgetapt en gestolen, werd hij van die feiten vrijgesproken. De schadeclaim werd om die reden geschrapt.

Proeftijd
Omdat de wietplanten bestemd moeten zijn geweest voor handel in verdovende middelen en de man nog in de proeftijd van een eerdere veroordeling liep, vond het hof wel dat hij de gevangenis in moet. Dat werd een maand minder dan geëist.