HHNK steekt 5,5 miljoen in behoud zoet water in de bodem

Hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier investeert de komende acht jaar miljoenen in het voorkomen van zoetwatertekorten. Het programma gaat niet om drinkwater, maar zet in op het voorkomen van uitdroging van de grond bij aanhoudende droogte. Er is 5,5 miljoen euro gereserveerd voor buffering en andere maatregelen. Onder andere met boeren zal worden gezocht naar een betere planning voor besproeiing bij hitte.

 

Kans op zoetwatertekorten wordt alsmaar groter. Waterschap HHNK wil miljoenen in programma steken om schaarste en gevolgen te beperken

De voorraad zoet water wordt door langere droogteperiodes schaarser, terwijl het gebruik van grond- en oppervlaktewater toeneemt. Hoe kan de balans tussen aanbod en vraag in Noord-Holland boven het Noordzeekanaal worden verbeterd? Zodat maatregelen, zoals een verbod voor agrariërs om beregeningswater uit de sloot te halen, kunnen worden voorkomen?
Voor die complexe opgave ziet Hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier (HHNK) zich gesteld. Deskundigen van dit waterschap hebben de koppen bij elkaar gestoken en zijn gekomen tot het ’programmaplan zoetwaterbeschikbaarheid 2025-2033’.

Trend
,,We kunnen ook niks doen, accepteren dat de trend zich doorzet en we straks eens in de vijf jaar in plaats van nu eens in de twintig jaar te maken krijgen met watertekorten door aanhoudende droogte’’, stelt dagelijks HHNK-bestuurder en verantwoordelijk portefeuillehouder Jos Beemsterboer.

,,Drinkwater staat hier trouwens volledig buiten’’, benadrukt hij. ,,Daar gaat HHNK niet over, maar PWN. Waar het bij ons om draait, is oppervlaktewater en grondwater. Het is onze taak om de beschikbare hoeveelheid zoet water zo goed mogelijk te verdelen. Dat is een inspanningsverplichting.’’

,,Sinds 2018, een van de meest droge jaren in de afgelopen decennia, hebben we te maken gehad met een flink aantal droge jaren’’, vult programmamanager Cecilia van Dalen aan. ,,In 2023 en 2024 zijn klimaatscenario’s gepresenteerd, waaruit blijkt dat de situatie er in de toekomst niet beter op wordt.’’

Pieksituaties
,,Het aantal watervragers groeit, als we niets doen neemt de vraag zomers in pieksituaties volgens prognoses de komende 25 jaar met circa 35 procent toe. Terwijl het aanbod door de droogte met 10 procent afneemt’’, schetst ze.

,,Vandaar dat wij als waterschap dit initiatief actief oppakken. We zien de urgentie, vandaar dat we willen onderzoeken welke maatregelen we nu moeten nemen om die disbalans op langere termijn te herstellen.’’

Lees ook:
’Zorgelijk’ vinden LTO en natuurbeschermers de aanhoudende droogte. ’Zo lang en zo vroeg in het jaar’
Uitgangspunt van het programma, waarvoor de komende jaren in totaal 5,5 miljoen moet worden uitgetrokken, is dat het beheergebied van HHNK in 2050 ’weerbaar is’ tegen watertekorten.

Het waterschap wil daarin de regierol nemen en zo veel mogelijk partijen aansporen om zich aan te sluiten en hun verantwoordelijkheid te nemen. Het gaat daarbij om onder meer gemeenten, provincie, Rijk, maar ook terreinbeheerders, drinkwaterbedrijven en alle watergebruikers, waaronder de agrarische sector en industrie.

De grootste waterverbruiker bij droogte is verdamping. Verder is veel zoet water nodig voor beregening en om het watersysteem door te spoelen tegen verzilting
Jos Beemsterboer
Dagelijks bestuurder HHNK
,,We anticiperen op klimaatwaarschuwingen en opgave die van diverse kanten op ons afkomen’’, aldus Beemsterboer. ,,We beheren zo’n 20.000 kilometer aan sloten. De grootste waterverbruiker bij droogte is verdamping. Verder is veel zoet water nodig voor beregening en om het watersysteem door te spoelen tegen verzilting. Ook voor veenweidegebieden ligt er om CO2-uitstoot tegen te gaan een klimaatopgave om te vernatten en toe te werken naar een grondwaterstand tot tussen de -20 en -40 centimeter onder maaiveld’’, vertelt hij.

’Regenton’
,,Voor het op niveau houden van het waterpeil in Noord-Holland mogen we maximaal 40 kuub per seconde inlaten vanuit het IJssel- en Markermeer. Daarin wordt regenwater opgevangen en komt smelt- en rivierwater terecht, afkomstig van verderop in Europa. Negen waterschappen gebruiken die nationale ’regenton’, daarover zijn bestuurlijke afspraken gemaakt.’’

Het IJsselmeer, de nationale ’regenton’.
Het IJsselmeer, de nationale ’regenton’. © Archieffoto Marcel Molle
Beemsterboer vertelt dat er zomers op het IJssel- en Markermeer een bufferschijf van 20 tot 30 centimeter is. Daarvan is 10 centimeter voldoende om deze waterschappen twee tot drie weken van zoet water te kunnen voorzien.

Meer verbruiken dan de buffer kan ook niet, anders beginnen de funderingen van alle IJsselmeerdorpen te kraken
Jos Beemsterboer
Dagelijks bestuurder HHNK
,,Via die buffer is nu ongeveer 400 miljoen kuub zoetwatervoorraad beschikbaar, terwijl de verwachte regionale vraag in 2050 richting een miljard kuub gaat. De huidige capaciteit is straks dus niet meer voldoende. De buffer uitbreiden door het peil te verhogen zou wenselijk zijn, maar vraagt vanuit waterveiligheid en ter voorkoming van wateroverlast aanpassing van de omliggende – en buitendijkse gebieden. Meer verbruiken dan de buffer kan ook niet, anders beginnen de funderingen van alle IJsselmeerdorpen te kraken.’’

Zuiniger
Omdat niet langer alleen maar op het IJsselmeer kan worden ’geleund, moet ook naar andere regionale maatregelen worden gekeken. ,,Vanwege de lage ligging van Noord-Holland leidt veel meer water vasthouden snel tot wateroverlast. Waar laat je het overtollige water na een clusterbui? Dat kun je dan niet meer opvangen. We zullen daarom linksom of rechtsom zuiniger met water moeten omspringen’’, stelt Beemsterboer.

Lees ook:
Neerslagtekort loopt verder op, waterschap let extra op dijken. Kritische grens van 225 millimeter, voor inspecties met drones, is nog niet in zicht
Met name op agrariërs zal een beroep worden gedaan om niet allemaal tegelijkertijd hun areaal te beregenen. ,,Er zal beter samen moeten worden gewerkt, zodat niet iedereen op hetzelfde moment water uit dezelfde sloot onttrekt. Ook zal scherper moeten worden gekeken hoe en wanneer er wordt beregend. Wanneer het bloedheet is, raakt 70 procent van het water waarmee wordt gesproeid de grond niet. Dat is zonde.’’

Verder zal bedrijven, ook in de industriële sector, in piekperioden vaker worden gevraagd zelfredzaam te zijn en bijvoorbeeld te werken met een eigen, lokaal ondergronds wateropslagsysteem. ,,Dat gebeurt al op Agriport in Middenmeer, op Texel en in Breezand. Wat bedrijven in de winter verbruiken en opslaan, kunnen ze er ’s zomers wanneer het droog wordt er weer uit halen.’’

Bovendien valt te denken aan het beter monitoren van verzilting. ,,Hoewel niet alles is te voorkomen, kunnen we door exacter te weten hoe de zoutlaag zich ontwikkeld en waar en wanneer extra water nodig is om dat tegen te gaan, dat gerichter sturen’’, aldus Van Dalen.

Ook het in kaart brengen van de zoetwatervoorraad in de grond hoort bij het pakket. ,,We weten dat er in West-Friesland, in de duinen, de Hoge Berg op Texel en op Wieringen zoetwaterbellen zijn. Het is het onderzoeken waard om te bekijken hoe we deze voorraden voor de langere termijn duurzaam kunnen benutten, zodat de onttrekkingen bij droogte en watertekort in balans zijn met de aanvulling via neerslag in nattere periodes.’’

Helikopter
Het zogeheten Freshem-NL-project, een samenwerking tussen zeven provincies, zeven waterschappen, waaronder HHNK, vijf drinkwaterbedrijven en onderzoeksinstituten Deltares en TNO, is daarbij behulpzaam.

Lees ook:
Helikopter met bijzondere hoepelsensor gaat de lucht in voor driedimensionaal bodemonderzoek. Alkmaar en Edam-Volendam worden als eerste gemeenten in kaart gebracht
Sinds deze maand vliegt er een helikopter op circa 80 meter hoogte met daaronder een hoepelvormige sensor rond boven Noord-Holland, waarmee de ondergrond tot 200 meter diepte driedimensionaal kan worden gemeten. Doel is om de ligging van kleilagen en de verdeling van zoet, brak en zout grondwater inzichtelijk te maken. Deze ingewonnen informatie is volgens HHNK cruciaal voor duurzaam grondwaterbeheer, bescherming van drinkwaterbronnen en gerichtere aanpak van verzilting.

Impact
,,Geprobeerd wordt de overlast van die helikoptervluchten tot een minimum te beperken’’, verzekert Beemsterboer. ,,De vluchten gaan niet over bebouwing. Maar de impact voor koeien- en paarden kan wel groot zijn, wanneer zo’n ding overvliegt. Dat kan voor die dieren heel vervelend wezen. Daarom zijn zo veel mogelijk veehouders vooraf ook geïnformeerd.’’

Het waterschap hoopt voor eind dit jaar knopen te hebben doorgehakt over het programmaplan zoetwaterbeschikbaarheid en de financiering op tafel te hebben. Het programma kan tussentijds worden geactualiseerd en bijgesteld.

Droogte wordt zichtbaar in het Wieringer landschap.
Droogte wordt zichtbaar in het Wieringer landschap. © Foto Mediahuis
,,Waar het om gaat, is dat partijen voorbereid zijn dat er vaker watertekorten kunnen ontstaan en dan weten wat hen te doen staat, zodat ze kunnen schakelen’’, zegt Van Dalen. ,,Er is een buffer om even te overbruggen, maar die volstaat straks mogelijk niet meer. Dus moeten we serieus kijken naar alternatieven om onttrekkings-, beregenings- en schutverboden (schutten is het doorlaten van scheepvaart in zeesluizen, waarbij ook zout water meekomt, red.) zo lang mogelijk uit te stellen. Alle beetjes helpen daarbij.’’

Schaduw
Beemsterboer wijst erop dat het waterverbruik ook toeneemt door nieuwe gebruikers. ,,Om een voorbeeld te noemen: in de strijd tegen hittestress gaan steeds meer gemeenten vergroenen en zetten overal bomen bij om schaduw te creëren. Op zich een prima initiatief, maar ook dat zijn weer watervragers.’’

Een bollenboer beregent zijn perceel.
Een bollenboer beregent zijn perceel. © Archieffoto Mediahuis
Informatieavond
Het ’programmaplan zoetwaterbeschikbaarheid 2025-2033’ van Hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier (HHNK) komt vanaf 18 augustus zes weken ter inzage te liggen. Belanghebbenden kunnen in die periode reageren en eventuele bezwaren uiten, opmerkingen maken of aanvullingen doen. Het waterschap houdt op 11 september van 19.30 tot 21.30 uur een informatieavond over het plan op het hoofdkantoor aan het Stationsplein in Heerhugowaard. Belangstellenden kunnen dan ook vragen stellen. In het laatste kwartaal van 2025 neemt het algemeen bestuur van HHNK een definitief besluit.