Van alle gemeenten in deze regio wonen in Dijk en Waard veruit de meeste mensen permanent in een recreatiewoning, zo blijkt uit cijfers van het CBS. In de totaal 434 recreatiewoningen in Dijk en Waard wonen maar liefst 410 mensen permanent.
De nummer twee in de regio is gemeente Bergen, waar 250 mensen vast wonen in een recreatieverblijf. Daarna volgen Alkmaar (120), Castricum (100), Heiloo (100) en Uitgeest (20).
Sinds 2019 is het aantal mensen dat vast in een recreatieverblijf woont in deze gemeenten nauwelijks gestegen. In 2019 waren het er totaal 960, nu zijn dat er 1000. De winnaar qua groei is dan – opnieuw – Dijk en Waard. Daar is het aantal permanente bewoners van een recreatiewoning de afgelopen zes jaar met zeventig gestegen.
Hoewel van alle gemeenten in deze regio Dijk en Waard in absolute aantallen de meeste vaste inwoners in een recreatieverblijf telt, zijn zij niet de gemeente waar procentueel gezien de meeste inwoners in een recreatieverblijf wonen. Dat is namelijk gemeente Bergen. Daar woont 0.8% van de bevolking in een recreatieverblijf, in Dijk en Waard is dat 0,5%. Daarbij moet wel worden aangetekend dat er in gemeente Bergen veel meer recreatieverblijven zijn: 2267 tegenover 434 in Dijk en Waard.
Van alle mensen in Noord-Holland die vast in een recreatiewoning verblijven, heeft zes procent een werkeloosheids- of bijstandsuitkering, waarmee ze op plek 9 op de provincieranglijst staan. “Vakantieparken kunnen in sommige gevallen een noodoplossing vormen voor mensen die, bijvoorbeeld vanwege financiële problematiek, buiten de reguliere huur- of woningmarkt vallen”, schrijft het CBS in een toelichting bij de cijfers. In Nederland is vaste bewoning van recreatiewoningen in principe verboden, al passen gemeenten in de praktijk meestal een gedoogbeleid toe. (afbeelding: ChatGPT)
De overlast van daklozen in de Alkmaarse Spoorbuurt en het Bolwerk blijft een hardnekkig probleem, waar vooral buurtbewoners de dupe van zijn. De roep om actie klinkt steeds luider, maar over de aanpak woedt een politieke strijd. VVD en OPA willen een aanpak met de harde hand, terwijl GL-PvdA juist “menswaardige oplossingen” bepleit. Hoewel er al maatregelen worden genomen, blijft de vraag welke koers Alkmaar gaat varen in de strijd tegen de overlast van daklozen.
Vernielingen, diefstal, drugshandel en -gebruik en bedreigingen richting buurtbewoners. De overlast die Alkmaarse daklozen veroorzaken, wordt als steeds problematischer ervaren. Met name in de Spoorbuurt en het Bolwerk ergeren buurtbewoners zich er groen en geel aan, en maken ze zich zorgen om hun eigen veiligheid. (tekst loopt door onder de foto)
Bij één van de bewoners van de Spoorbuurt liggen regelmatig scherpe voorwerpen voor de deur, bij wijze van bedreiging. (foto: aangeleverd)
De politiek heeft dit hardnekkige probleem ook in het vizier, en er zijn al de nodige maatregelen genomen: eerder deze maand stelde burgemeester Anja Schouten cameratoezicht in bij de Alkmaarse opvang voor dak- en thuislozen aan de Helderseweg. Daarnaast is een DIXI-toilet op het Bolwerk geplaatst en helpen beveiligers met surveilleren. Ook wil Alkmaar zes tot acht overlastgevende daklozen een onderkomen in ‘Skaeve Huse‘ bieden, waar ze dan onder begeleiding wonen.
Maar ondanks de nieuwe maatregelen blijft de roep om meer actie groot. Alleen de eensgezindheid over de oplossing lijkt binnen de politiek ver weg. Verschillende partijen pleiten voor maatregelen met de harde hand. “We moeten er keihard tegen optreden: sneller oppakken en langer vastzetten”, zei Tamara Vermeulen (VVD), die zelf in de Spoorbuurt woont.
Bij OPA heeft men ook harde maatregelen voor ogen. Zij willen bankjes waar daklozen vaak gebruik van maken verwijderen en hoge boetes voor overlastgevende daklozen.
Maar de harde aanpak die de VVD en vooral OPA bepleiten, schiet bij GroenLinks-PvdA in het verkeerde keelgat. Zij verwachten dat deze maatregelen de overlast niet gaan oplossen, maar juist gaan verergeren. Zij noemen de overlast van daklozen een “ingewikkeld probleem dat vraagt om echte, menswaardige oplossingen”. (tekst loopt door onder de foto)
Bij een bankje langs het Noordhollandsch Kanaal, vlakbij de Spoorbuurt, zitten vaak daklozen. (foto: aangeleverd)
En dat zijn die van OPA volgens GroenLinks-PvdA duidelijk niet. “Dit probleem lossen we niet op stoere taal. Boetes geven aan mensen zonder geld helpt niet. Het zorgt alleen voor meer problemen. Ook het weghalen van bankjes of camera’s ophangen lost niets op. De mensen verdwijnen misschien uit beeld, maar de problemen blijven”, stelt de partij.
Ook verdedigen ze burgemeester Anja Schouten, die volgens OPA “te lief” is voor overlastgevende daklozen. “Onze burgemeester is juist zorgvuldig en kijkt naar alle belangen. Ze neemt het probleem serieus en werkt aan oplossingen.”
GroenLinks-PvdA stelt vier maatregelen voor. Allereerst wil de partij een “mobiele gebruikersruimte”, waar kan worden gebruikt bij aanwezigheid van hulpverleners. Daarnaast hopen ze tijdelijke gebiedsverboden te kunnen invoeren voor mensen die overlast geven, waarbij een “speciaal team” wordt ingezet dat “hulp en toezicht combineert”. Hoe deze maatregel er in praktijk uit zou zien, blijft onduidelijk. Ook wil GL-PvdA vaste openbare toiletten bij het Bolwerk en hoopt het dat hulpverleners en handhavers gaan samenwerken.
Wat het ook wordt, de buurtbewoners van de Spoorbuurt en het Bolwerk hopen dat er snel extra maatregelen komen. (hoofdfoto ter illustratie – Pexels)
De vraag van buurtbewoners ernaar was groot, en nu komt-ie er ook: een camera in de Spoorbuurt. De camera moet de overlast van dak- en thuislozen verminderen en wordt geplaatst op de hoek van de Spoorstraat en de Snaarmanslaan. Het cameratoezicht start komende maandag, zo laat de gemeente weten in een brief aan bewoners en ondernemers in de buurt.
Met deze maatregel komt de gemeente een langlevende wens van buurtbewoners van de Spoorbuurt tegemoet. De buurt wordt meer en meer geteisterd door overlast van dak- en thuislozen. Vernielingen, drugsoverlast en bedreigingen naar buurtbewoners zijn inmiddels niks nieuws meer voor bewoners van de Spoorbuurt. “Wij wonen hier zeven jaar, en in die periode hebben we het compleet zien afglijden”, zei een van hen tegen NH Nieuws, mediapartner van Streekstad Centraal. (tekst loopt door onder de foto)
Eind juli was er nog een inloopavond op het gemeentehuis over de overlast in de spoorbuurt.
De camera blijft tot minimaal 30 september hangen in de Spoorbuurt. Daarna zal de gemeente na een evaluatie beslissen of de camera langer blijft hangen. Op de beelden kan niet bij bewoners naar binnen worden gekeken en na 28 dagen worden ze weer verwijderd.
Het is niet de eerste maatregel die de gemeente neemt tegen de daklozenoverlast in Alkmaar. Eerder deze maand hing de gemeente ook al een camera op bij de locatie aan de Helderseweg waar dak- en thuislozen worden opgevangen. Veel van hen zouden de overlast in de Spoorbuurt veroorzaken. Ook is er een DIXI-toilet op het Bolwerk gezet en is er een extra team van beveiligers opgeroepen om mee te helpen met surveilleren.
De hulpdiensten zijn zondagavond groots uitgerukt naar Bergen aan Zee, omdat daar mogelijk een boot zou zijn gekapseisd. De reddingsbrigade, de KNRM en zelfs een politiehelikopter spoedden zich naar de locatie waar de boot zou zijn gekapseisd om op zoek te gaan naar eventuele slachtoffers. Maar het bleek loos alarm.
Want eenmaal aan het zoeken, zagen de hulpdiensten een catamaran niet in het water, maar aan de rand van het water op zijn zij liggen, met de opvarenden ernaast. De man en vrouw die een rondje aan het varen waren in de catamaran kregen problemen met de kiel van de boot. Daarom hadden ze de boot bewust op zijn kant gelegd en hem zo terug naar het strand verplaatst, in de hoop verdere schade te voorkomen.
Feestgedruis, blikjes bier en grote festivaltenten: wie dat eerdere jaren opmerkte rondom het Geestmerambacht dacht misschien aan festivals als Indian Summer of Elrow Town. Dit jaar is er nog maar één optie over: het Liquicity Festival, een van ’s werelds grootste Drum & Bass-evenementen. De een slaat liever over, de ander gaat júíst de hort op. “Ik hoef Anouk en BLØF niet nog een keer te zien.”
Het feestgedruis is al van ver te horen bij de noordkant van het Geestmerambacht. De meesten hebben er al twee dagen op zitten en laden zich bij een van de honderden tentjes op voor de laatste avond. Anderen komen net aan om de laatste avond de sterren van de hemel te dansen in hun hipste kleding.
Het festivalleven rondom het Geestmerambacht lijkt te bruisen, maar wie de ontwikkelingen rond het festivalaanbod bij het Geestmerambacht volgt, weet wel beter: dat wordt steeds kariger. Indian Summer, jarenlang een zeer gewaardeerd en toegankelijk festival, stopte er na afgelopen jaar voorlopig mee vanwege een ‘optelsom van dingen’. “Van de beschikbaarheid van het terrein en de planning tot bredere ontwikkelingen in de markt en onze eigen festivalstrategie”, lichtte hoofd marketing Roy Pereira eerder toe. Ook Elrow Town, een fantasy dancefestival, hield er na edities in 2022 en 2023 mee op. (tekst loopt door onder de foto)
Honderden tenten staan er naast het festivalterrein aan de noordkant van het Geestmerambacht (foto: Streekstad Centraal)
En zo is het Liquicity Festival, dat in de afgelopen drie jaar ook al neerstreek bij het Geestmerambacht, het enige festival dat deze zomer is overgebleven. Voor velen is het jammer dat het aanbod zo gering is, en vooral dat Indian Summer niet meer bij het Geestmerambacht is.
Bijvoorbeeld voor ‘festivalopa’ Robert Both (80), die tijdens de 2019-editie op het podium werd geroepen om te komen dansen. Van het ene op het andere moment waren niet de artiesten, maar een dansende Robert de hoofdact van dat moment, met de bijnaam ‘festivalopa’ als gevolg. Maar hoe groot zijn liefde voor festivals ook is, het Liquicity Festival kan Indian Summer voor hem niet vervangen, en hij zal er dan ook niet bij zijn.
Met swingende heupen en de armen in de lucht veroverde ‘festivalopa’ Robert Both het podium van het Indian Summer Festival in 2019 (foto: NH Nieuws)
Anderen vinden het juist wel prima dat alleen het Liquicity Festival op het programma staat. “Ik snap de aantrekkingskracht van Indian Summer wel omdat het toegankelijk is en de muziek lekker algemeen is,” vertelt een man uit een groepje van zes uit de omgeving terwijl hij bij de ingang staat, “maar ik vind het niks. Dan sta ik nog een jaar naar Anouk en BLØF te luisteren, alsjeblieft niet. De muziek vind ik hier vele malen beter.”
Ook Alkmaarder Sjon, die zijn auto net heeft geparkeerd en de laatste avond van het Liquicity Festival gaat bezoeken, geeft de voorkeur aan dit festival. “Ik vind de muziek hier gewoon veel beter. Het is misschien een vrij specifiek genre, dus je moet ervan houden. Maar de mensen die hier zijn houden ook allemaal echt van Drum & Bass. Dat maakt het extra leuk”, vertelt hij aan Streekstad Centraal. (tekst loopt door onder de foto)
Een groepje bezoekers uit Letland en Estland, die door hun vriend uit Alkmaar zijn meegenomen (foto: Streekstad Centraal)
Dat het Liquicity Festival echt een evenement is voor Drum & Bass (elektronische dansmuziek, gekenmerkt door snelle breakbeats en zware baslijnen), zorgt ervoor dat er veel internationale aanwas is. Zeker omdat het een van de grootste Drum & Bass-festivals ter wereld is. “Het genre komt oorspronkelijk uit het Verenigd Koninkrijk, dus daarom zijn er veel Britten, maar er zijn ook ontzettend veel Duitsers, Belgen. Ik heb mensen uit heel Europa en ook zelfs daarbuiten gezien”, zegt Bas, die voor het festival werkt.
Toch heeft het festival zich ingezet om niet alleen Drum & Bass-liefhebbers van over de hele wereld aan te trekken, maar juist ook mensen uit de omgeving. Zo stelde het een gelimiteerd aantal tickets met korting beschikbaar voor inwoners van de gemeenten Alkmaar, Dijk en Waard, Schagen en Bergen. In hoeverre dat charmeoffensief is geslaagd, moet bij de evaluatie blijken.
In Alkmaar is zondagmiddag een Canta met twee inzittenden op zijn zijkant beland. Dat gebeurde in de Olivijnstraat. Eén passagier kon zelfstandig uit het voertuig komen na het ongeluk, voor de andere moest de brandweer te hulp schieten.
De twee inzittenden, een man en een vrouw, zijn na een controle door ambulancepersoneel ter plaatse overgebracht naar het ziekenhuis vanwege hun verwondingen. Eerder kregen de slachtoffers al eerste hulp aangeboden van een paar mensen die motorrijles hadden en het ongeluk zagen gebeuren.
De Canta kwam aanrijden vanaf de Diamantweg en wilde afslaan naar de Olivijnstraat. Hoe het voertuig op zijn kant is beland, is nog onduidelijk. De weg was enige tijd volledig afgesloten. Een bergingsbedrijf zal de Canta afslepen.
In het Zuiderlicht in Heerhugowaard is zondagmiddag een auto tegen een boom aan geknald. Hij reed weg van een oprit, maar het lukte hem niet om de auto de weg op te sturen en knalde vervolgens tegen een boom aan tegenover de inrit. Het was een geluk bij een ongeluk dat de boom er stond, want anders was hij in het water gereden.
Na een blaastest bleek de man onder invloed te zijn. Hij is daarom aangehouden. Even daarvoor werd hij gecontroleerd door ambulancepersoneel, maar hij heeft geen zware verwondingen opgelopen.
Goed nieuws voor wielrenliefhebbers: de internationale wielertop komt naar Alkmaar. De gemeente heeft de vierde etappe van de Simac Ladies Tour, onderdeel van de UCI Women’s World Tour, binnengesleept. Op vrijdag 5 september fietsen de wielrensters door onder meer Alkmaar, Stompetoren, Grootschermer, Graft en Zuidschermer.
De Simac Ladies Tour is een meerdaagse Nederlandse wielerwedstrijd voor vrouwen. Omdat het vlak voor het WK plaatsvindt, is de verwachting dat er 5 september veel grote internationale topsporters deelnemen omdat velen het zullen zien als een goede generale repetitie. Dat komt Alkmaar niet slecht uit, gezien de ambitie om elk jaar minimaal één ’topsportevenement’ te organiseren. In die missie is Alkmaar dit jaar dus geslaagd.
Sportwethouder Christiaan Peetoom is in zijn nopjes na het binnenhalen van het evenement: “Het zien van topsport op een internationaal niveau als de Simac Ladies Tour inspireert mensen om te sporten en heeft een positief effect op de breedtesport in Alkmaar. Ik ben bijzonder trots dat dit grote evenement in Alkmaar plaatsvindt”. De gemeente noemt het ‘een uitgelezen kans om Alkmaar als sportstad nationaal en internationaal te profileren’.
De vrouwelijke wielrencoureurs starten 5 september om 12.00 uur op het Waagplein, waarna ze eerst, onder begeleiding van een nationale politie-eenheid, een neutrale ronde rijden rondom de binnenstad van Alkmaar. Daarna barst het spektakel los en duiken de rensters de polder in. Ze fietsen vier rondes door Stompetoren, langs Oterleek, Ursem en Schermerhorn om vervolgens Grootschermer, Graft, West-Grafdijk, Driehuizen en Zuidschermer aan te tikken en uiteindelijk in de vierde ronde op de Randersdijk in Alkmaar te finishen.
In 2023 raasden jonge wielrenners door Oudorp tijdens het NK jeugdwielrennen
Maar het binnenhalen van de vierde etappe betekent wel dat er verkeershinder zal zijn op de wedstrijddag. Met ‘dynamische afsluitingen’, waarbij wegen tien tot twintig minuten worden afgesloten als de wielrensters langsfietsen, hoopt Alkmaar de verkeershinder te beperken. Die ‘dynamische afzettingen’ gelden niet voor het finishgebied – de Nieuwe Schermerweg vanaf de kruising Rijnstraat-Edisonweg tot aan de Randersdijk. Dat gebied is van 08.00 uur tot 18.00 uur afgesloten.
De Kaasmarkt gaat die dag gewoon door. De wielrensters worden, tegelijk met de Kaasmarkt, gepresenteerd op het Waagplein. De gemeente noemt het een ‘uniek samenspel tussen Alkmaarse traditie en topsport’, maar horecaondernemers in de Alkmaarse binnenstad zullen er met argusogen naar kijken. Zullen al hun leveringen goed verlopen met de drukte in de binnenstad?
Het is niet de eerste keer in de laatste jaren dat Alkmaar een groot wielerevenement organiseert: in 2019 werd het EK wielrennen al georganiseerd in Alkmaar. Toen werd er over de kasseien van de Munnikenweg gefietst, dat gebeurt 5 september niet. Twee jaar geleden stond Alkmaar ook al een dag in het teken van wielrennen, toen vond het NK jeugdwielrennen plaats in Oudorp.
De Simac Ladies Tour is te volgen via Eurosport en een NOS-livestream.
Er is zaterdagavond opnieuw brand uitgebroken op het terrein van zorginstelling Esdégé-Reigersdaal in noordoost Heerhugowaard. De brandweer rukte met meerdere wagens uit de omgeving groots uit naar De Schuur, waar de uitslaande brand plaatsvond.
De brand is niet uitgebroken in een pand dat actief wordt gebruikt door de zorginstelling, maar in een slooppand op het terrein. Het terrein wordt al langer geteisterd door vernielingen. Eerder deze maand brak er ook al brand uit en werden er ramen vernield.
Zaterdagavond heeft de brandweer de brand nog kunnen blussen. De politie heeft een sterk vermoeden van brandstichting, vlak voordat de brand uitbrak zouden er rennende jongens zijn gesignaleerd op het terrein.
Het is nog niet zeker waar die komt, wel is duidelijk dát die komt: een nieuwe bovengrondse hoogspanningslijn tussen het zuiden en het noorden van Noord-Holland. Maar dat gaat slachtoffers eisen: de hoogspanningslijnen die er al staan leiden dagelijks tot vele doden onder vogels. Tot verdriet van natuurorganisaties en vogelwerkgroepen. Zij kropen in de pen om een nieuwe ‘killing zone’ te voorkomen.
De natuurorganisaties en vogelwerkgroepen waarschuwen netbeheerder Tennet voor grote schade voor de natuur, vogels en het landschap als gevolg van een nieuwe hoogspanningslijn.
Tennet neemt het signaal serieus. Maar die wijst ook op de noodzaak van de uitbreiding. Het elektriciteitsnet zit in grote delen van Nederland bomvol – ook in Noord-Holland. Om iedereen van stroom te kunnen voorzien, moet TenneT het elektriciteitsnet de komende jaren flink uitbreiden. Naast twee nieuwe hoogspanningsstations in Noord-Holland Noord ziet TenneT ook een nieuwe hoogspanningslijn als een noodzakelijke investering voor de energietransitie. De nieuwe hoogspanningslijn komt tussen Beverwijk-Oostzaan en Middenmeer te staan en bestaat uit 100 tot 150 hoogspanningsmasten.
Natuurorganisaties en vogelwerkgroepen maken zich zorgen omdat zij vinden dat hoogspanningslijnen schade aanrichten aan de natuur en het landschap. Ook maken ze zich zorgen om de miljoenen vogels die langs de hoogspanningslijn moeten vliegen. Deze week uitten ze die zorgen in een brief aan TenneT.
Hoogspanningslijnen blijken regelmatig (dodelijk) gevaarlijk te zijn voor vogels. Ieder jaar vliegen in Nederland 800.000 tot één miljoen vogels tegen een hoogspanningslijn aan. Hoeveel dat er zijn in onze provincie, dat houdt niemand bij. (tekst loopt door onder de foto)
De vijf mogelijke routes voor de nieuwe hoogspanningslijn (foto: NH Nieuws)
Deze ‘draadslachtoffers’ raken voornamelijk de dunne, bovenste bliksemdraden die tussen de masten gespannen zijn, legt ecoloog Jac Hakkens uit, die al vijf jaar bij TenneT werkt en zich bezighoudt met het beschermen van vogels. “Die draden zijn dunner dan de dikkere stroomdraden die eronder hangen en zijn daardoor moeilijker te zien waardoor ze een gevaar voor vogels vormen. Dat gebeurt meestal ’s nachts of als het schemert. Maar ook bij mist of motregen.” Met name zwanen en ganzen, maar ook weidevogels komen vaak in botsing met de bliksemdraden en raken daardoor gewond of komen zelfs te overlijden.
“Dit is een belangrijk natuurgebied voor weidevogels zoals kieviten, tureluurs en grutto’s”, zegt Martijn de Jong van Landschap Noord-Holland tegen NH Nieuws, mediapartner van Streekstad Centraal. “Daarnaast heeft de aanleg van 30 tot 40 kilometer aan masten een grote impact op het landschap”
De nieuwe masten zorgen voor extra verstoring voor weidevogels, zegt De Jong, waardoor zij de omgeving uit de weg zullen gaan als broedgebied. “Deze vogels houden van uitzicht. Ze willen roofvogels van ver weg zien aankomen, terwijl roofvogels zelf zo’n mast als uitkijktoren gebruiken. Binnen een straal van 300 meter aan weerszijden van een mast gaat dus geen weidevogel zitten. Dat betekent dat over de hele linie een gebied van zeshonderd meter breed niet langer geschikt is als broedplaats.”
Hans Stapersma, vertegenwoordiger van de vogelwerkgroepen, maakt zich eveneens zorgen. Vooral omdat hij vreest dat de nieuwe hoogspanningslijnen de leefgebieden van vogels in tweeën splijten. “Dit tracé doorsnijdt gebieden waar grote aantallen goudplevieren overwinteren en die tevens slaapplaatsen van lepelaars en grote zilverreigers zijn”, schrijft hij in de brief aan TenneT.
Ondanks hun zorgen, begrijpen de inzenders van de brief wel de noodzaak om het elektriciteitsnet uit te breiden. “We realiseren ons dat het niet mogelijk is om dit soort grote ruimtelijke ingrepen te doen zonder impact op natuur en landschap.” zegt De Jong. (tekst loopt door onder de foto)
Varkenskrullen op bliksemdraden, zo ziet dat er uit. (foto: TenneT)
Hakkens snapt de zorgen van natuurorganisaties en werkgroepen en hoopt dat hij met TenneT het aantal ‘draadslachtoffers’ kan verminderen. Daarvoor zijn al maatregelen genomen. Met varkenskrullen, die volgens TenneT bewezen effectief zijn, wordt het dunne bliksemdraad zichtbaarder, waardoor vogels er minder snel tegenaan zouden vliegen. Met de varkenskrullen zouden volgens Hakkens zestig tot zeventig procent minder slachtoffers vallen.
Maar TenneT heeft meer maatregelen op het oog: de zogeheten firefly, een markering die met een klem kan worden bevestigd aan de bliksemdraad, moet het aantal slachtoffers ook laten dalen. Van deze maatregel heeft Hakkens grote verwachtingen: de firefly laat het aantal ‘draadslachtoffers’ volgens hem met 90 procent dalen.
Maar ondanks de maatregelen die het aantal slachtoffers bij hoogspanningslijnen aanzienlijk moet verminderen, zijn de natuurorganisaties en vogelwerkgroepen er nog niet gerust op. Zij zien de hoogspanningslijnen liever helemaal niet boven de grond uitkomen en pleiten ervoor om ze ondergronds aan te leggen. Maar dat is vanwege de afstanden van de lijnen niet mogelijk volgens TenneT.
Er zijn vijf mogelijke routes voor de nieuwe hoogspanningslijn uitgestippeld door TenneT (zie afbeelding eerder in artikel), waarvan de een schadelijker is voor de natuur dan de ander, denkt De Jong. Zijn voorkeur gaat, net als die van de andere natuurorganisaties, uit naar de rode of de lichtblauwe route. De lichtblauwe route gaat door de Schermer en langs Heerhugowaard.
In de tweede helft van dit jaar kunnen provincie en gemeenten een advies uitbrengen over de keuze voor de route. Vervolgens kiest een minister in april 2026 welke route gebruikt gaat worden voor de hoogspanningslijn. Naar verwachting beginnen in 2030 de werkzaamheden.