In april 2024 gaf de gemeenteraad al akkoord om nieuwbouwplannen voor de Hoornse Vaart te maken. Inmiddels heeft het college de raad een plan aangeboden voor een nieuwe Hoornse Vaart, die 500.000 bezoekers per jaar moet kunnen verwelkomen.
Het moet een ‘eyecatcher’ worden, stelt Alkmaar. Als het aan het college ligt, wordt de nieuwe Hoornse Vaart, onderdeel van Ontwikkelgebied Station-Noord, uitgerust met een 52-meterbad met acht banen, een 25-meterbad met zes banen, een golfslagbad, een ‘doelgroepbad’ en een waterspeeltuin. Ook kunnen bezoekers gebruikmaken van een jacuzzi en een tubeglijbaan. Waar het eerst lastig was om baantjes te zwemmen in het buitenzwembad, moet dat in de nieuwe Hoornse Vaart wel mogelijk zijn.
Het college wil de Hoornse Vaart toekomstbestendig maken door het te laten voldoen aan ‘hoge duurzaamheidseisen’. Er wordt rekening gehouden met het Atletic Skills Model (ASM) – tien grondvormen van bewegen die in meerdere sporten terugkomen – waarmee het complex er op gebied van innovatie ook op vooruit moet gaan.
Tijdens de bouw kunnen activiteiten gewoon doorgaan: het nieuwe complex wordt gebouwd naast het huidige zwembad. Als de gemeenteraad op 20 maart akkoord gaat met de plannen van het college, begint de ontwerpfase in 2026, waarna de nieuwe Hoornse Vaart vanaf begin 2029 stapsgewijs wordt opgeleverd.
Lange tafels met grote borden stamppot onder het grote houten dak van de Grote Kerk in De Rijp. Hongerige blikken en in de knuisten een mes en een vork. Het is het decor voor de Stamppottenavond, waar de ‘lokalen’ elkaar ontmoeten en een vorkje meeprikken voor die Grote Kerk: “Je ziet iedereen enorm genieten.”
Met lekkere trek in een goede stamppot druppelen ze binnen en gaan zitten aan de lange, gedekte tafels. Sommigen staan ook weer snel op. “Het is hier wel heel fris!”, roept een vrouw, rennend richting de kapstok om haar dikke jas weer aan te doen. “Tja, de verwarming heeft wat kuren”, zegt kerkbeheerder Jaap Klaver gelaten. (tekst loopt door onder de foto)
De tafels in de Grote Kerk van De Rijp zijn al gedekt, de gasten zitten al. Nu is het nog wachten op de stamppot. (foto: Streekstad Centraal)
De verwarming is niet het enige in de Grote Kerk dat behoefte heeft aan wat onderhoud. “De muren kunnen wel weer een lik verf gebruiken, het orgel heeft onderhoud nodig en de wc heeft dat al helemaal, die dateert nog uit de jaren 80. We zijn gelukkig goed verzekerd”, grapt Klaver, die zelf als lid van organisator Kleurrijk De Rijp meehielp met de voorbereiding van de Stamppotavond.
De opbrengsten van de evenementen die Kleurrijk De Rijp organiseert, gaan grotendeels naar het onderhoud van de Grote Kerk en verschillende musea in het dorp. “We organiseren wel vaker activiteiten. Nu hadden we het idee om in de Grote Kerk stamppot te serveren. Zo hopen we jong en oud bij elkaar te brengen en ze een gezellige avond te bieden, en we hopen met dit evenement ook geld in te zamelen om de kerk in leven te houden. Met het geld van vanavond gaan we wat aan de toiletten doen”, zegt Klaver. (tekst loopt door onder de foto)
de geserveerde stamppotten vonden gretig aftrek. (foto: Streekstad Centraal)
Ook betrokken bij Kleurrijk De Rijp en vanavond aanwezig is Carina Kapteyn. De dominee van de kerk staat achter de bakken met stamppot en overziet het geheel van mensen die vanavond naar de kerk zijn gekomen. “Je ziet iedereen genieten”, vertelt ze. “Wat ik vooral zo mooi vind is dat ongeveer een derde hier in zijn of haar eentje naartoe komt. Toch vindt iedereen hier aansluiting, dat vind ik prachtig om te zien.”
Vriendinnen Saskia en Karin, Rijpers in hart en nieren, zijn ‘uiteraard’ ook naar de Stamppottenavond gekomen. “Als er wat te doen is in De Rijp, zijn wij erbij. We moeten ook wel naar dit soort evenementen gaan, anders wordt het niet meer georganiseerd en dat zou heel erg jammer zijn”, vertelt Saskia. “Dus als er volgend jaar weer zo’n avond is, ben ik er zeker bij. Al is het alleen al om die stamppot, want die was wel heel lekker.” (tekst loopt door onder de foto)
Vriendinnen en echte Rijpers Saskia (links) en Karin zouden zeker nog een keer aan zo’n stamppottenavond, al is het enkel voor de stamppot. (foto: Streekstad Centraal)
Aan een tafel met veelal Rijpers gaat het natuurlijk ook snel over De Rijp: geen nieuwtje blijft onbesproken. “Het is erg mooi dat je met zo’n evenement samenhorigheid in De Rijp blijft creëren”, vertelt Karin. “Doordat zo’n evenement gevoel van samenhorigheid en verbinding met de kerk biedt, komen hier veel mensen op af denk ik. Doordat we bij de gemeente Alkmaar horen, is het heel belangrijk om de identiteit van De Rijp te waarborgen, en dit is denk ik een goede manier om dat te doen.”
Van alle 70 bezoekers zijn Anne (25) en Vincent (21) overduidelijk de jongsten. Ze zijn samen met de moeder en de oma van Anne naar de Stamppottenavond gekomen. “Mijn moeder had ons uitgenodigd en het leek ons eigenlijk wel leuk”, vertelt Anne, die het zeker niet vindt tegenvallen vanavond. “De stamppot is heerlijk en het is heel gezellig.”Ook kerkbeheerder Klaver kijkt terug op een geslaagde avond. “De mensen vielen vanavond niet met hun neus in de boter, maar in de stamppot.”
De leegstand van winkelpanden in de regio was de afgelopen 10 jaar niet zo groot als begin 2025. En er lijkt voorlopig ook nog geen einde aan te komen. Dat blijkt onder meer uit cijfers van Locatus, dat dergelijke data verzamelt. In de binnenstad van Alkmaar leek het vorig jaar even de goede kant op te gaan, maar het aantal leegstaande winkelpanden is nu weer gestegen.
Uit de meest recente cijfers van begin 2025 blijkt dat 10,3 procent van alle winkelpanden in het centrum van Alkmaar leegstaat, dat zijn volgens Locatus 82 panden. Maar ook andere winkelgebieden in regio Alkmaar kampen met een fors aantal leegstaande winkelpanden.
De gemeente Alkmaar verkondigt al jaren er iets aan te willen doen. Onlangs werd de Laat – één van de belangrijkste winkelstraten – opnieuw ingericht, maar dat lijkt het tij niet te kunnen keren. Vooral in de straatjes tussen de Laat en de Langestraat is de leegstand pijnlijk zichtbaar.
leegstaande winkels zijn geen reclame voor de verpauperende winkelstraten in Alkmaar. (foto: NH Nieuws)
Ook in Castricum, Broek op Langedijk, Heerhugowaard en Heiloo zijn de problemen in jaren niet zo groot geweest. Met 17,8 procent spant het centrum van Heiloo de kroon wat betreft het aantal leegstaande winkelpanden. Er zijn echter ook plekken waar het wél goed gaat: in de winkelcentra van Sint Pancras en Oudorp heeft sinds 2017 geen enkel pand leeggestaan.
De hoge winkelleegstand komt met name doordat de huurprijzen voor ondernemers hoog zijn. Maar de huur verlagen is lastig, legde vastgoedexpert Hans van de Leygraaf eerder uit aan Streekstad Centraal. “Een lagere huur betekent dat de waarde van het pand daalt, en dan zal de eigenaar verplicht zijn om bij de bank af te lossen.”
Het faillissement van enkele grote winkelketens met vestigingen in Alkmaar in 2024 heeft de cijfers ook geen goed gedaan. Alkmaar zag afgelopen jaar onder andere de Blokker, Bristol, Esprit en The Body Shop uit haar winkelstraten verdwijnen.
Landelijk is een trend zichtbaar waarbij het aantal mensen met een overheidsschuld daalt, terwijl het totaalbedrag aan overheidsschulden toeneemt, blijkt uit cijfers van het CBS. Ook in Alkmaar, Dijk en Waard, Bergen, Heiloo en Castricum is deze trend zichtbaar.
In Alkmaar is afgelopen twee jaar het aantal mensen met schulden bij overheidsinstanties met twee procent gedaald naar ruim twaalfduizend, oftewel één op de zeven. Tegelijkertijd is het totale bedrag dat die Alkmaarders aan overheidsinstanties schuldig zijn gestegen. In de gemeenten Bergen, Dijk en Waard, Castricum en Heiloo speelt hetzelfde.
In al deze gemeenten daalde tussen 2022 en 2024 het percentage mensen met overheidsschulden met ongeveer anderhalf tot twee procent. In Bergen was de daling het grootst met 2,2%, in Castricum het laagst met 1,4%. Onder overheidsschulden vallen schulden bij de Belastingdienst, Dienst Toeslagen, CAK, CJIB, DUO, SVB en UWV.
Wat verder opvalt aan de cijfers is dat Alkmaar met 13,4% procent meer mensen met overheidsschulden telt dan Dijk en Waard (11,6%), Castricum (13%), Heiloo (10%) en Bergen (11,1%).
Om de cijfers te verklaren, sprak Streekstad Centraal met bijzonder hoogleraar schuldenproblematiek Nadja Jungmann. “Het lijkt erop dat de stijgende lonen ten grondslag liggen aan de daling van het aantal personen met overheidsschulden”, zegt Jungmann. “De mensen met kleine schulden konden die aflossen door de stijging van de lonen, waardoor het aantal mensen met overheidsschulden is afgenomen.”
Dat het bedrag aan overheidsschulden in de regio juist is toegenomen in 2024 ten opzichte van 2022, ligt voornamelijk aan het incassostelsel van de overheid, stelt Jungmann. “Die is zo ingericht dat mensen die hun schulden niet tijdig terug kunnen betalen een nog hoger schuldenpakket krijgen, en dat kan snel oplopen. Dus bij mensen die al in de schulden zaten en die niet tijdig kunnen aflossen, stijgen de schulden enorm”, verklaart Jungmann.
Om mensen met schulden te helpen, bestaat onder andere gemeentelijke schuldhulpverlening. Jungmann ziet dat gemeenten meer kunnen doen om de drempel te verlagen om gebruik te maken van die schuldhulp. “Onder mensen met schulden bestaat vaak schaamte over die schulden en soms ook wantrouwen richting de overheid. Bovendien vindt een deel van de mensen de voorwaarden om gebruik te mogen maken van gemeentelijke schuldhulpverlening te hoog. Ik denk dat gemeenten er goed aan zouden doen om meer vindplaatsen te creëren voor schuldhulp, zoals in het buurtcentrum of bij de huisarts. Op die manier kunnen mensen in een vertrouwde omgeving praten over hun schulden. Dat maakt de stap naar hulp makkelijker.”
Het CDA in Bergen maakt zich zorgen over de mogelijke komst van een KNVB-campus naar Alkmaar. Er bestaat vrees dat zo’n campus tegen de grens van Bergen de belangen van de inwoners van Bergen zal raken. “Het is gewoon geen geschikte plek.”
Afgelopen december werd bekend dat Alkmaar de ambitie heeft de KNVB-campus naar het eigen grondgebied te halen. Na 50 jaar in Zeist te hebben gezeten, zoekt de KNVB een grotere locatie. “De KNVB-campus heeft potentieel om méér te zijn dan alleen een voetbalaccommodatie; het kan dienen als een katalysator voor innovatie, maatschappelijke impact, en economische groei in de regio”, zei de Alkmaarse sportwethouder Christiaan Peetoom in een raadsinformatiebrief.
Maar het CDA in Bergen ziet de komst van een nieuwe KNVB-campus – tegen de rand van Bergen aan – niet zitten. “Een KNVB-campus in de regio is fantastisch, maar de door Alkmaar voorgestelde plek is niet geschikt”, zegt Paul Korremans van de Bergense fractie van het CDA tegen Streekstad Centraal.
Alkmaar ziet een KNVB-campus graag komen, het CDA in Bergen maakt zich zorgen (foto: Facebook / KNVB)
“We hebben een informele afspraak met Alkmaar om het zicht vanuit Bergen vrij te houden. De plaatsing van een KNVB-campus gaat tegen die afspraak in. Daarnaast zal het grote impact hebben op de mobiliteit in de regio; het zal veel drukker worden op de weg”, aldus Korremans.
Bovendien zit er nog wat oud zeer bij Bergen dat de komst van de KNVB-campus extra pijnlijk zou maken. Het gebied dat Alkmaar op het oog heeft voor de campus – het land langs de N9 tussen de golf- en padelbaan in de Sluispolderen en de Bergermeerpolder – valt onder Bijzonder Provinciaal Landschap, een gebied dat extra goed beschermd wordt door de provincie.
Bergen maakte eerder plannen om een klein gedeelte van dat gebied beschikbaar te stellen voor supermarkten en woningen. Dat plan bleek na een lang gevecht niet beschikbaar te zijn vanwege die status. “Als de provincie nu wél goedkeuring geeft voor de bouw van de KNVB-campus tussen Alkmaar en Bergen, zou dat ons enorm steken.” Het is overigens nog onduidelijk hoe de provincie aankijkt tegen een KNVB-campus tussen Alkmaar en Bergen.
De KNVB zal deze maand uit alle inzendingen een voorselectie maken van de vijf beste locaties, waarna de geselecteerde kanshebbers hun bod verder mogen uitwerken en er onderhandelingen zullen plaatsvinden.
Na een aantal tips heeft de Omgevingsdienst Noord-Holland Noord illegale mountainbikepaden in de Schoorlse Duinen ontdekt. De makers ervan leken grootse plannen te hebben: ze groeven kuilen en legden schansen aan.
Na de tips die de Omgevingsdienst Noord-Holland Noord afgelopen oktober ontving over de illegale paden, hielden ze samen met Staatsbosbeheer scherp toezicht op de locatie. “Het liefst hadden we de verdachten op heterdaad betrapt”, zegt een woordvoerder van de Omgevingsdienst. Dat lukte echter niet binnen de gewenste tijd, waarop de Omgevingsdienst nu besluit de ontdekking bekend te maken.
Om de schansen en kuilen te maken, werden zelfs op meerdere locaties bomen gekapt. Op beelden van de Omgevingsdienst is te zien dat de aanleggers twee half afgezaagde bomen gebruikten om een schans te maken. Ook ligt er veel plastic afval rondom de paden. De schade is dan ook behoorlijk, laat de woordvoerder weten.
De bouwers van het illegale mountainbike parcours hebben zich niet ingehouden waar het gaat om natuurbehoud. (foto: X / @odnhn)
Momenteel doet de Omgevingsdienst samen met de politie onderzoek. “We hebben zes jongens uit de omgeving aangehouden toen ze de paden door het beschermde natuurgebied gebruikten. Of ze ook wat te maken hebben met de aanleg van de illegale paden, is nog onduidelijk”, meldt een politievoorlichter.
Het ruïneren van flora en fauna in beschermde natuurgebied is een strafbaar feit. De overtreders hangt dan ook stevige maatregelen boven het hoofd. Het Openbaar Ministerie gaat strafrechtelijk onderzoek uitvoeren. Ook wordt overwogen de overtreders op te laten draven voor de herstelkosten. Over hoe hoog die kosten zijn, kan de woordvoerder van de Omgevingsdienst geen inschatting geven.
Donderdagochtend is een man aangereden die samen met zijn hond via een zebrapad wilde oversteken. Het incident vond plaats in Castricum aan de Soomerwegh ter hoogte van de Walstro.
Toen de man samen met zijn hond wilde oversteken, zag een automobilist de twee niet op tijd, waarop een aanrijding volgde. Een politieauto en twee ambulances waren vervolgens snel ter plaatse. De ambulance heeft de man met spoed naar het ziekenhuis gebracht en politieagenten brachten de hond naar de buren van de man.
De medische situatie van de aangereden man in nog onduidelijk. Bij de automobilist zat de schik er flink in, wel kon hij zelf zijn weg vervolgen.
Breed lachend lopen ze in de coulissen van theater De Vest, na het ontvangen van een daverend applaus. Zo op het oog zou je zeggen dat alles in orde is. Maar achter de lachende gezichten leeft een zorg bij velen van hen: leven mijn vrienden en familie aan het front nog?
“Bijna iedereen uit de groep die uit Oekraïne komt, kent wel iemand die aan het front vecht,” vertelt Nataliia Tuzchak (21). Ook zij kent ze. Of kende. “Mijn oude balletleraar is omgekomen aan het front, en een andere kennis van me heeft zijn been gebroken.” Ze kent nog meer mensen aan het front en die belt ze allemaal vrijwel elke dag. “Je wilt toch even weten of ze nog leven.” (tekst gaat verder onder de foto)
Vaak denken de balletdansers aan de oorlog in hun land, maar tijdens voorstellingen moet alle focus gericht zijn het dansen. (foto: Streekstad Centraal)
Ondertussen reist Nataliia de hele wereld over om balletvoorstellingen te geven met de groep, waarvan de meesten uit Oekraïne komen. Zaterdagavond waren ze in Alkmaar, waar ze het Zwanenmeer speelden voor een uitverkochte Vest. Hoewel de groep een droomtijd beleeft, werpt de oorlog in Oekraïne een grote schaduw over het succes.
“Je gaat gewoon door, maar met de oorlog die steeds in je gedachte voorbij vliegt, is dat af en toe wel zwaar”, vertelt Martin Korol (20). Hij is geboren in Charkiv, maar verhuisde al vóór de oorlog naar Polen om zijn balletdromen na te jagen. Zijn familie woont nog wel in Charkiv, dat vorige week nog zwaar gebombardeerd werd door Rusland.
“Ik maak me elke dag zorgen om mijn familie,” vertelt Martin. “Het is pittig om je te blijven focussen op ballet, want er kan elke dag een bom vallen op het huis van mijn familie.” Ook om zijn geboortestad zelf maakt hij zich dagelijks zorgen. Russische troepen naderen nu op zo’n veertig kilometer van Charkiv. “Ik ben bang dat mijn stad deze winter nog wordt binnengevallen.”
Productiemanager Stefan Stolk ziet ook hoe de jongeren worstelen met het vinden van een balans tussen het vieren van de successen en het bezorgd zijn om hun vrienden en familie in Oekraïne. “Je ziet dat ze het er lastig mee hebben, maar ze presteren desondanks nog steeds fantastisch. Dat is ontzettend knap.” Hoewel hij niet in Oekraïne is geboren, wordt hij nu wel regelmatig geconfronteerd met de oorlog. “Ik zie ze vaak videobellen met mensen die aan het front vechten, dan komt de oorlog ineens heel dichtbij.” (tekst gaat verder onder de foto)
Terwijl het Charkiv City Ballet hun laatste danspassen uitvoert, geeft het publiek alvast een staande ovatie. (foto: Streekstad Centraal)
Omdat veel leden van de groep familie en vrienden hebben in Oekraïne, vinden ze veel steun bij elkaar. “We slepen elkaar er echt doorheen”, zegt Nataliia. Ze heeft niet al te lang de tijd om te praten met Streekstad Centraal, want ze moet zich snel omkleden en vroeg naar bed vanavond. Morgen treedt het Charkiv City Ballet op in Antwerpen.
De wel in Oekraïne geboren geluidsman Alex van de balletgroep zou eigenlijk nog liever even in Alkmaar blijven. “We zijn hier een paar dagen geweest en heb een heel fijn gevoel bij deze stad gekregen. Maar goed, we moeten door. Hopelijk kunnen we na onze tour weer terugkeren naar een veilig Oekraïne.”
Vrijdagavond rond 20.00 is een 16-jarige jongen van zijn jas beroofd op het perron van station Alkmaar-Noord. De politie heeft twee Alkmaarders van 20 en 17 aangehouden op verdenking van de beroving.
Toen de 16-jarige jongen op het perron stond te wachten, kwamen twee personen met een bivakmuts op de jongen af en bedreigden hem met een mes. Vervolgens namen ze zijn jas af. Toen de twee daders ervandoor gingen, werd de politie snel gebeld.
Een omstander kon zien welke kant de daders op vluchtten. Mede daardoor kon de politie de twee verdachten aanhouden op de Marsdiepstraat in Alkmaar. De verdachten waren nog in bezit van de gestolen jas, het mes en de bivakmutsen.
Uit een alcoholtest bleek dat de 17-jarige verdachte onder invloed was van alcohol.
Het zijn uitdagende tijden voor ‘echte’ casino’s. Zeker voor de kleinschalige, zoals The Strip in Alkmaar. Tot nog toe overleefde het de coronaperiode, de nieuwe concurrentie van online casino’s en de stijgende inflatie. Nu hangt de volgende dreiging boven het hoofd: een verhoging van de kansspelbelasting. “We zitten in de hoek waar de klappen vallen.”
Sinds 2020 runt Dave Kuijper samen met zijn vrouw het familiebedrijf. In 1983 begint het bedrijf als spelletjeshal, maar al snel groeit het uit tot een volwaardig casino. Ze zijn trots op wat ze bereikt hebben aan de Kanaalkade in Alkmaar, maar het waren roerige tijden.
Eerst komt corona, waardoor het casino twee keer een half jaar de deuren moet sluiten. In diezelfde periode wordt het mogelijk om legaal online kansspelen aan te bieden, waardoor de concurrentie toeneemt voor niet-online casino’s zoals die van Kuijper. Na corona krijgt Nederland te maken met een inflatiegolf.
De meeste bedrijven passen daarop hun prijzen aan, maar casino’s hebben die mogelijkheid niet. “Op de gokkasten in alle casino’s zit een vast bedrag aan prijzengeld en een vast winstpercentage. Dat is door de overheid gereguleerd”, legt Kuijper uit. (tekst gaat verder onder de afbeelding)
Kuijper kan de prijzen van de gokmachines niet op de inflatie afstemmen; dat kan alleen de overheid. (foto: Streekstad Centraal)
Terwijl casino’s nog worstelen met de gevolgen van de coronaperiode, de concurrentie van online casino’s en de inflatie, kondigt de overheid een stijging van de kansspelbelasting aan. Op 1 januari steeg de kansspelbelasting van 30,5 naar 34,2 procent en in 2026 zal die verder stijgen naar 37,8 procent. Hiermee wil het kabinet 202 miljoen euro incasseren om de overheidsfinanciën te verbeteren.
Dat mede casino’s de dupe zijn van het doel van de overheid om de begroting op orde te brengen, verafschuwt Kuijper. “We zitten echt in de hoek waar de klappen vallen. We werken al jaren keihard om dit casino staande te houden en dat gaat prima, maar als de kansspelbelasting dan ook nog wordt verhoogd, is dat wel heel ellendig. We voelen ons bestolen.”
Met ingang van 2025 moet Kuijper meer belasting gaan betalen over de inkomsten uit de spellen. (foto: Streekstad Centraal)
“Het vervelende voor casino’s, en al helemaal voor kleine casino’s zoals wij, is dat je maar een beperkt aantal knoppen hebt om aan te draaien”, reageert Kuijper op de vraag wat hij gaat doen om de stijgende kosten door verhoogde belastingen te dekken. “We bezuinigden al op personeel, voedselservice en huisvesting. We moeten nu gaan kijken of het mogelijk is daar nog meer op te bezuinigen zonder dat onze kwaliteit te veel afneemt.”
Daarnaast hoopt Kuijper dat de persoonlijke service die het casino hanteert meer klanten zal trekken, want de bezoekersaantallen staan onder druk door de legalisering van online gokken.
Voorlopig gaan Kuijper en zijn vrouw strijdbaar door. De tijd zal leren of het casino is opgewassen tegen de hoge belastingdruk. “We gaan alles op alles zetten, en dan hopen dat dat genoeg is.”