De schadevergoeding van 30.000 euro die de werkorganisatie BUCH al moest betalen wegens het onterecht ontslaan van een ICT-ambtenaar in 2020 is volgens het Gerechtshof te laag. In hoger beroep oordeelde het Gerechtshof Amsterdam vorige week dat de ontslagen ambtenaar recht heeft op een schadevergoeding van 75.000 euro en vergoeding van nog eens 2600 euro aan gerechtelijke kosten. De werkorganisatie van de gemeenten Bergen, Uitgeest, Castricum en Heiloo moet vooral dieper in de buidel tasten, omdat ze de ambtenaar na de vorige uitspraak niet hebben gerehabiliteerd zoals de rechtbank had opgedragen.
Advocaat Jan Floris Holsteijn is de advocaat van de ontslagen ambtenaar. Naar zijn mening toonde de BUCH zich na de uitspraak van de rechtbank in Haarlem een slecht verliezer. De BUCH-werkorganisatie moest een mededeling plaatsen op het Intranet en naar de gemeenteraden sturen, waarvan de inhoud was gedicteerd door de rechtbank. Maar de BUCH voegde daaraan enkele zinnen toe, waardoor het leek alsof de BUCH deels gelijk had gekregen van de rechtbank. Dat was in strijd met de waarheid. Het Gerechtshof neemt dat de BUCH zeer kwalijk. “Zo werd het eerder belasterend dan een vorm van eerherstel,” zo licht advocaat Holsteijn toe.
Naar de mening van advocaat Holsteijn ligt aan de basis van het conflict tussen de ambtenaar en de BUCH dat de BUCH Europese aanbestedingsregels wilde omzeilen voor een ICT-project. Volgens Holsteijn vervulde de ontslagen ambtenaar een spilfunctie in de constructies die de BUCH daarvoor in het leven riep. “Dat gerommel met de overheidsregels door de BUCH lag naar mijn mening aan de basis van de misverstanden die daarna ontstonden over de facturering van uren die ICT-bedrijven besteedden aan dit project.”
De ontslagen ambtenaar won de rechtszaak over zijn ontslag op staande voet wel, maar ging na de vorige uitspraak in hoger beroep omdat hij de toegekende schadevergoeding te laag vond: “Op principiële gronden,” aldus advocaat Holsteijn. “Hij loopt tonnen aan inkomsten mis omdat hij zonder dit conflict waarschijnlijk nog 3,5 jaar aan dit project had kunnen werken”. In hoger beroep weerlegde de advocaat van de BUCH niets uit de uitspraak van de kantonrechter over het kwalijke optreden van de BUCH werkorganisatie. Daardoor schaarde het Gerechtshof zich bijna volledig achter dit vernietigende oordeel van de rechtbank.