Er zijn tot nu toe vijf mensen die het Openbaar Ministerie verdenkt van betrokkenheid bij de moord op Berkhouter Sjaak Groot (72). Dat bleek tijdens een tussentijdse zitting tegen de 37-jarige Rotterdammer R.M. Eén van de vijf verdachten is inmiddels overleden.
Tot nu toe was bekend dat er drie verdachten waren. Volgens de officier van justitie worden meer arrestaties niet uitgesloten en is het onderzoek nog in volle gang. De politie kwam de verdachten op het spoor via een wapen waarmee zelfmoord was gepleegd. Daarop zat het DNA van één van de verdachten. Mediapartner NH Nieuws woonde de zitting bij.
Vorige maand was de eerste zitting van de andere verdachte, Alkmaarder D.M. (27). Die verklaarde eerder op die bewuste 14 juni 2021 met anderen te zijn samengekomen in een loods in Hoogwoud. Daar werd besloten om in te breken bij Sjaak Groot. Hij zou niet thuis zijn, en in de woning was een kluis.
D.M. zegt voortijdig te zijn vertrokken, omdat hij de kans om betrapt te worden te groot vond. Er werd volgens hem te veel lawaai gemaakt. Zo wordt onder meer het raam ingeslagen, waarop Sjaak Groot komt kijken wat er aan de hand is. Er ontstaat een worsteling, waarna de Berkhouter in het lichaam wordt geschoten. Hij probeert nog 112 te bellen, maar overlijdt met de telefoon nog in z’n hand.
Ook de tweede verdachte die maandag terecht stond, ontkent alle betrokkenheid bij de overval. “Ik heb niets met deze zaak te maken”, aldus R.M. Maar volgens de officier van justitie blijkt uit appgesprekken en verklaringen van medeverdachten iets heel anders. Volgens de officier werd er met de anderen gesproken over de overval. Zo werd veelvuldig het woord ‘tori’ gebruikt. Straattaal voor het plegen van een overval. Maar volgens M. gebruikte hij het woord in een andere context.
Daarnaast blijkt uit zijn telefoonsignaal dat M. die avond in Hoogwoud was, de plek waar de groep in een loods bij elkaar was gekomen vlak voor de overval. Zelf zegt hij niet meer te weten wat hij die avond deed, maar dat hij niet in de loods of bij de overval is geweest.
Volgens zijn advocaat zijn er geen specifieke sporen die wijzen naar zijn cliënt, en vroeg hij daarom de voorlopige hechtenis van R.M. op te heffen. “Hij wil graag bij zijn gezin zijn.” Of verdachte R.M. langer in voorarrest blijft of niet, is nog niet duidelijk. De volgende zitting op 31 mei zal opnieuw een tussentijdse zitting zijn.