De gemeente Dijk en Waard slaat de handen ineen met verschillende partijen voor het toekomstbestendig maken van het Oosterdelgebied. De samenwerking tussen de gemeente, Staatsbosbeheer, Stichting Veldzorg, Museum Broekerveiling en het Hoogheemraadschap is onder meer gericht op het behoud van de tuinbouwakkers en het ontwikkelen van de natuurwaarde van het gebied.
Het Oosterdel is verbonden met het DNA van de gemeenschap, benadrukt wethouder Nils Langedijk. “In de visie Kanaalpark hebben we de verbinding gelegd tussen de nieuwe, toekomstige ontwikkelingen en behoud van deze unieke parel van Dijk en Waard. Daarin is de balans tussen natuur, cultuurhistorie en recreatie essentieel.” Organisatieadviesbureau Berenschot deed onlangs onderzoek naar Museum BroekerVeiling en het Oosterdelgebied. Ongeveer dertig procent van de eilandoevers in het natuurgebied is beschadigd door oeverafkalving. “De grond kalft af door onder meer bootjes, rivierkreeften en woelratten. Dat moet aangepakt worden, want de combinatie van het museum en Oosterdelgebied is bijzonder en moet behouden blijven.”
De gemeente heeft grote plannen voor de ontwikkeling van het Kanaalpark. De groene omgeving, waar het Oosterdelgebied onder valt, biedt volgens Dijk en Waard volop mogelijkheden voor sport, recreatie, natuurbeleving, ontmoeting en ontspanning. Fractievoorzitter Fred Ruiten van de ChristenUnie riep een aantal maanden geleden al op voor een ‘status aparte’ voor het Oosterdelgebied. Hij stelde de raad voor om ‘keuzes te maken’ en te kijken naar de belangen die meespelen. “Er moet gekozen worden tussen ecologie en cultuurhistorie of recreatie. Het Oosterdelgebied is een klein gebied en daar passen niet al te veel verschillende belangen bij.”