Voor de een is een ritje naar de supermarkt al een flinke uitdaging. De ander ziet een treinreis naar Den Helder als een ontdekkingstocht. Maar voor Tijs Lenssen zijn het afstanden van niks. De Heilooënaar gaat samen met tien andere studenten een zonneauto duizenden kilometer laten afleggen in Zuid-Afrika. “Ja, het is een heel avontuur”, reageert hij in gesprek met Streekstad Centraal.
Het duurt nog wel een paar maanden voordat de tocht gaat starten. Dat klinkt ver weg, maar de voorbereidingen zijn al lange tijd aan de gang. De geavanceerde zonneauto is inmiddels gelanceerd. Met de Nuna 12S gaat het Brunel Solar Team van 13 tot en met 20 september de strijd aan tijdens de internationale zonnerace in Zuid-Afrika. “Het ene jaar wordt de race gehouden in Australië, het andere jaar in Afrika”, legt Lenssen uit. “We rijden dwars door de woestijn, maar ook langs de kust. Vooral de hoogteverschillen en de verschillende klimaten zijn een uitdaging.”
Lenssen studeert Software Engineer aan de Technische Universiteit Delft. Al zijn hele leven is hij bezig met techniek. “Mijn ouders hebben beiden ook een technische achtergrond, dus ik heb het wel een beetje met de paplepel ingegoten gekregen”, lacht Lenssen. Toch was het voor de familie wel even slikken toen ze hoorden over het avontuur. “Ze vonden het natuurlijk een behoorlijk project, maar ook heel mooi.” (tekst gaat verder onder de foto)
Samen met tien andere studenten waagt hij de tocht door Zuid-Afrika. Zo’n vierduizend kilometer. Tijdens de voorbereidingen is Lenssen vooral bezig met het modeleren van de software en de data-analyses. Hoe hard kan de auto rijden en hoelang kan een auto rijden. “Maar denk ook aan de windrichting en de windsnelheid. Er komt vaak meer bij kijken dan mensen denken.”
Eind augustus gaat Lenssen alvast naar Zuid-Afrika om de laatste puntjes op de i. En dan op vrijdag 13 september is de grote dag. De tocht van duizenden kilometers start. “Zeer spannend”, zegt Lenssen. “Het wordt nog een heel intensief testtraject in Zuid-Afrika. Als alles klaar is, gaan we doen wat we kunnen. We hebben er allemaal heel veel zin in.”