“Zo, ga jij nog op vakantie?” Oog in oog met – bijvoorbeeld – de kapper, komt zo’n vraag soms voorbij. Of onder ouders, op het schoolplein. Smalltalk. De één veert er van op, de ander loopt er op leeg. Terwijl deze ogenschijnlijk onbeduidende gesprekjes juist voor verbinding kunnen zorgen. Daarom organiseert Langedijker Gido Dirkmaat (23) Nationale Smalltalkdag. “Luchtige gesprekken kunnen juist waardevol zijn.”
“Voor mijn werk sta ik in supermarkten en geef ik kookdemonstraties of deel ik samples uit.” Bij uitstek een situatie voor smalltalk, dus Gido is inmiddels een pro op dit gebied. “Ik merk dat veel mensen behoefte hebben aan zo’n kort praatje.” De Langedijker ziet dan ook het mooie in deze “betekenisloze” gesprekken. Ze zorgen voor verbinding en er kunnen zelfs vriendschappen uit ontstaan. Daar moet ik wat mee, dacht hij.
En dat kon. Want naast zijn promotorbaan studeert Gido op de Amsterdamse Hogeschool voor de Kunsten, waar hij een minor Activistische Kunst doet. “Wat zou ik graag onder de aandacht willen brengen”, vroeg hij zichzelf af. En toen kwam alles samen: het idee voor Nationale Smalltalkdag was geboren. (tekst gaat verder onder foto)
Maandagmiddag flyert de student in Alkmaar en plakt hij stickers met ‘Wat een weertje, hè’, op bushaltes, muren en waar dan ook een mens te vinden is. Zijn wens? Dat smalltalk, in al zijn onbelangrijkheid, weer belangrijk wordt. Met Nationale Smalltalkdag op 18 oktober als kers op de taart. “Mensen zitten nu toch vaak op hun mobiel, of met een koptelefoon op terwijl ze op de bus wachten.” Niet dat daar iets mis mee is, dat doet Gido zelf soms ook. “Maar ik merk zelf dat ik veel positieve gevoelens krijg van die korte praatjes en mijn medemens denk ik ook. Voor mijn gevoel heeft smalltalk een groot effect op de mentale gesteldheid. Ook een luchtig gesprek kan waardevol zijn.”
“De schoonheid van smalltalk”, gaat Gido verder, “is volgens mij juist dát het nergens over gaat. Dit zal natuurlijk verschillen per persoon, maar soms overheerst het gevoel dat alles serieus moet zijn. Er is zoveel chaos in de wereld, wie heeft er ruimte voor een onnozel praatje over het weer?” Maar smalltalk heeft weinig lading, het hoeft even niet belangrijk te zijn. “Als ik naar mezelf kijk en ik sta bijvoorbeeld in de rij bij kassa vier, dan praat ik ook liever over iets luchtigs als een voetbalwedstrijd dan dat ik daar de hele wereldproblematiek ga aankaarten.” (tekst gaat verder onder foto)
Maar goed, niet iedereen staat te springen om even te babbelen over niks. Een ander aanspreken, zeker een vreemde, kan immers spannend zijn; de kans op afwijzing loert. “En dat is ook normaal, je wilt iemands grenzen respecteren, er zijn zat mensen die liever muziek luisteren onderweg naar huis.” Maar als je die behoefte wel voelt, doe het dan gewoon. En weet je niet waarover te praten? “Het belangrijkste om te beseffen is dat als jij iets ervaart, de kans groot is dat een ander dat ook ervaart. Sta je in een museum bij een enorm kunstwerk, dan zal negen van tien mensen om je heen het met je eens zijn dat het een groot ding is.”
Hij hoopt dan ook dat iedereen die geen fan is van smalltalk, toch een uitzondering wil maken op 18 oktober. “Het zou helemaal leuk zijn als iemand zo’n sticker ziet bij een bushalte of een flyer in z’n kontzak heeft en deze dag zelf het smalltalkonderwerp kan zijn.” En anders hebben we altijd nog ‘wat een weertje’, Gido’s persoonlijke favoriet. “Want het is altijd wel ‘een weertje’ dus je kan het altijd zeggen.”