Een 23-jarige Alkmaarder zou in juni vorig jaar de nieuwe vriend (22) van zijn ex-vriendin hebben willen vermoorden, door hem neer te schieten in zijn auto. Volgens justitie vanwege hun relatie en omdat de verdachte zijn dochter nauwelijks mocht zien. Ook zou hij zijn ex en haar moeder hebben bedreigd én liet hij GPS-trackers onder auto’s plaatsen. “Ik wilde weten waar ze met mijn dochter heengingen.”
Dit verklaarde de verdachte maandag in de rechtbank. Mediapartner NH Nieuws was erbij. Op 14 juni vond de ‘aanslag’, zoals de rechter de gebeurtenis noemde, plaats aan de Stikkelwaard in Alkmaar. De verdachte blijft ontkennen het vuur te hebben geopend. “Mijn hand zat toen in het gips door een operatie, dus ik kan niet hebben geschoten.”
Het 22-jarige slachtoffer zat die nacht rond 00:45 uur in zijn auto te roken, met het raampje op een kier. Wat hij op dat moment niet weet, is dat de GPS-tracker, die onder zijn auto was geplakt, zijn locatie stuurt naar de mobiele telefoon van de verdachte.
De 23-jarige Alkmaarder gaf vandaag tijdens de zitting toe dat hij die tracker onder deze én de auto van zijn ex-vriendin heeft laten plaatsen. Hij was namelijk helemaal niet blij dat die twee een relatie hebben en hij daardoor zijn kindje nauwelijks mocht zien. Die week checkt hij de locatie van het slachtoffer 36 keer.
Ineens klinken schoten. Er wordt door omwonenden ook een auto gehoord die hard wegrijdt. De auto van het slachtoffer blijkt ‘doorzeefd met kogels’, aldus de officier van justitie vandaag. Het slachtoffer is geraakt en zwaargewond, maar weet nog een stukje te rijden naar vrienden aan de Winkelwaard.
De politie wordt gebeld en het slachtoffer roept dat het de ex van zijn vriendin móét zijn geweest. Op de plek van de schietpartij worden heel veel kogelhulzen gevonden.
Er zijn toen meteen telefoontaps aangelegd in het netwerk rondom het slachtoffer en de verdachte. Op één van de afgeluisterde gesprekken is te horen dat een vriend van het slachtoffer tegen zijn vader vertelt dat de verdachte heeft geschoten, aldus de officier.
Daarnaast blijkt uit app-verkeer tussen de ouders van de verdachte – een paar dagen voor de schietpartij – dat hun zoon verdrietig en boos is door het nieuws dat zijn ex-vriendin een nieuwe relatie is begonnen met het slachtoffer, die hij nota bene goed kent. “Hij is kapot. Zo zielig”, stuurt zijn moeder naar zijn vader.
De officier zegt hiermee dat er een duidelijk motief is voor de verdachte om het slachtoffer te willen neerschieten, maar haalt ook bewijs aan. Zo zou er even later aan de Oostdijk brandende kleding zijn gevonden, waarvan op een schoen het DNA van de verdachte zit. De verdachte is ook eerder veroordeeld voor geweldsmisdrijven en daaruit blijkt dat hij nogal verhit kan reageren.
Zijn advocaat Vito Shukrula ontkent later tegen NH Nieuws dat er sprake is van een DNA-match. Tijdens de zitting ontkende verdachte ook maar één schot te hebben gelost die nacht. “Ik heb een dochter, ik zou dat nooit op het spel zetten”, aldus de 23-jarige.
Daarbij zou het slachtoffer zijn verklaringen tegen de politie in de afgelopen maanden meermaals hebben veranderd. “Eerst zei hij de dader niet te hebben herkend, want het was heel donker. In een volgende verklaring herkende hij mijn cliënt inééns wel door zijn loopje en ademhaling. Doordat ze samen hebben gesport. Vervolgens neemt hij dit weer terug. Daaruit blijkt dat zijn verklaringen niet betrouwbaar zijn”, luidde het pleidooi van Shukrula.
Daarnaast zou de hand van de verdachte op het moment van de schietpartij in een soort spalk hebben gezeten, vanwege een peesoperatie. Er werd maandag een foto getoond van de verdachte, in het ziekenhuis met zijn dochter op schoot, zijn hand in het gips.
Volgens Shukrula is het maar zeer de vraag of de 23-jarige Alkmaarder überhaupt een wapen kán hebben afgevuurd. Hij diende een verzoek in om dit te laten onderzoeken door een orthopeed. Op de vraag van de rechter wie het slachtoffer dan wel heeft neergeschoten, zegt de verdachte: “Ik wil anderen niet noemen, maar hij (het slachtoffer, red.) heeft ook een druggerelateerde ruzie.”
De advocaat verzocht of de verdachte de rest van het proces, dat inmiddels al negen maanden bezig is, niet in detentie in Lelystad maar in vrijheid mag afwachten. Eventueel met een enkelband, zodat hij weer aan het werk kan. De beslissing daarover volgt nog. De volgende zitting is in mei.