Meer leerlingen dan ooit tevoren zijn dit jaar op de Berger Scholengemeenschap (BSG) geslaagd. Na de beoordeling van de herkansingen werden de toch al hoge slagingspercentages donderdag nog mooier. Op het atheneum krijgen alle examenkandidaten na de herkansingen hun diploma. Op de havo kan 97 procent van de leerlingen de vlag uitsteken. Bij de mavo/vmbo-theoretische leerlijn viert 99 procent van de scholieren feest tijdens deze landelijke Dag van de Geslaagden.
Het verschil met vorig jaar is na de herkansingen nog groter geworden. Op het atheneum liggen de scores ruim negen procent hoger, op de havo ruim acht procent en op de mavo/vmbo-tl ruim zes procent. In totaal zijn van de 243 examenkandidaten er slechts vier nog niet geslaagd. Zij gaan resultaatsverbeteringstoetsen maken, een nieuwtje tijdens dit examenjaar.
De BSG is een middelbare school van de Stichting Openbaar Voortgezet Onderwijs Noord-Holland-Noord (SOVON). Daaronder vallen onder meer ook de Alkmaarse scholen Dalton College, het Van der Meij College, het Murmellius, De Viaan en het Willem Blaeu. René Rigter, voorzitter van het College van Bestuur, kreeg donderdag van alle scholen de scores binnen. Het viel hem op dat vrijwel overal de lichting van het coronajaar het beter had gedaan dan de lichting van 2019.
De voorzitter vindt het echter nog te vroeg om daar veel conclusies aan te verbinden, bijvoorbeeld of minder klassikaal onderwijs en meer digitaal de laatste maanden wellicht beter aansloot op het leervermogen van deze generatie. Volgens Rigter moet je dan over een langere periode van circa drie jaar de cijfers vergelijken met de vorige drie jaar. Een belangrijke verklaring voor het verschil zou volgens hem al wel kunnen zijn dat in het hele land leerlingen van de Onderwijsinspectie vaker mochten herkansen vanwege de corona-perikelen.
Volgens Rigter is er door de coronacrisis in maart een enorme energie losgekomen bij docenten en leerlingen, waarbij iedereen ontzettend flexibel en creatief werd om het onderwijsprogramma in de lucht te houden: “Je zou in sommige opzichten kunnen spreken van een groeispurt in de ontwikkeling van het onderwijs. Ik weet zeker dat we nu landelijk gaan kijken welke goede dingen van de afgelopen maanden we erin kunnen houden.”