Er zijn heel wat plekken in Nederland waar het veiliger fietsen is dan in onze regio. De regio heeft namelijk de meeste fietsongevallen per 1.000 inwoners van heel Noord-Holland, met Dijk en Waard als opvallende uitschieter. Op dit punt doet de regio Alkmaar ook slechtere zaken dan de vaak als druk ervaren hoofdstad Amsterdam.
Dat en meer blijkt uit een onderzoek van onderzoeksbureau Independer. De Noord-Hollandse gemeente met de meeste ongevallen per 10.000 inwoners is Bloemendaal. De tweede plaats gaat niet geheel verrassend naar Texel, waar domweg meer fietsers dan inwoners zijn door het toerisme. Maar dat de toch weinig toeristische gemeente Dijk en Waard in het onderzoek een derde plek inneemt is toch wel opvallend.
Met 16,3 fietsongelukken per 10.000 inwoners scoort de gemeente Dijk en Waard nog iets slechter dan Alkmaar, maar ook de kaasstad blijkt voor fietsers hoogrisicogebied met 13,4 fietsongelukken per 10.000 inwoners. Amsterdam, waar toch ook talloze toeristen de fiets pakken terwijl ze dat misschien beter niet zouden doen, ligt gevoelig onder de cijfers van Alkmaar en Dijk en Waard: 11,2 fietsongevallen per 10.000 inwoners.
De gemeenten Heiloo en Bergen liggen daar nog verder onder, maar voor het gemiddelde in de Streekstadregio wordt de slechte score van Alkmaar en Dijk en Waard natuurlijk zwaar meegewogen. Bij veel van de ongelukken gaat het om botsingen van fietsers met auto’s, becijfert Independer verder. In onze regio is bij meer dan de helft van de ongelukken een auto betrokken geweest.
’t Praethuys, de plek waar mensen terecht kunnen met hun eigen verhaal over kanker, heeft in de ‘Wandelmusketiers’ een drietal onvermoeibare steunpilaren gevonden. Hans Maarten Parriger, Inico Geels en Harry van de Kuijt legden eerder dit jaar al 400 kilometer af om geld in te zamelen voor dit goede doel en op zaterdag voltooiden ze hun missie: 450 wandelkilometers in het jubileumjaar van Alkmaar Ontzet.
Wie zaterdagmiddag in de binnenstad van Alkmaar was zal de feestelijke intocht van de drie ‘boezemvrienden’ niet gemist hebben. Zelfs de fanfare gaf acte de présence. Maar eigenlijk kon niemand dit jaar om de Wandelmusketiers heen, ze waren ook al bij de Alkmaarse Wandel4daagse en deze zomer besteedde Alkmaar Centraal in een podcast aandacht aan hun initiatief. Burgemeester Anja Schouten stak haar bewondering voor de Alkmaarders dan ook niet onder stoelen of banken: “Ik denk dat wij met z’n allen drie diepe buigingen maken voor deze heren”, zei ze na de feestelijke binnenkomst in de Grote Kerk.
Het onderwerp kanker raakt de mannen, verbindt hen ook – en inspireerde het drietal tot hun opmerkelijke wandelprestatie. De laatste tocht, van 50 kilometer, was in alle vroegte begonnen in Koedijk: om 4:15 uur. Tijdens de Wandel4daagse daagden de Wandelmusketiers Alkmaar Centraal uit om daarbij te zijn – en we hielden woord. “400 kilometer hebben we er op zitten, we moeten er nog vijftig, dat is een teringeindje”, zegt Parriger nuchter als we hem spreken aan de start. Maar vastbesloten: “Het gaat lukken!”
En het lukte dus. 50.230 euro werd er binnengehaald en dat is meer, véél meer dan het aanvankelijke doel was. In eerste instantie waren de Wandelmusketiers al tevreden geweest met 11.250 euro, dat is 25 euro per afgelegde kilometer. Maar steeds werd de lat hoger gelegd, tot er dus uiteindelijk meer dan een halve ton bij elkaar gewandeld werd. En met die opbrengst kan ’t Praethuys nog wel even verder. De drie vrienden kijken er met veel trots op terug: “Het was werelds. Het was fantastisch.”
Meer dan 160 kilometer fietsen, het is een sportieve uitdaging, maar voor Sjoerd van Gestel is het meer dan dat. Hij haalt geld op dat zal worden gebruikt voor onderzoek naar kanker en hoopt zo een bijdrage te leveren aan betere genezingskansen voor kankerpatiënten. Op de fiets wil hij ook zijn eigen hoofd leegmaken: “Mijn vrouw Rebecca moet de strijd tegen haar hersentumor weer oppakken, dit doe ik in haar naam.”
Voor Sjoerd van Gestel en Rebecca van Gestel-Glas is de strijd tegen kanker al vele jaren een thema. Hun verhaal onderstreept nog maar eens dat kanker geen onderscheid naar leeftijd maakt. Ze zijn een jong stel en toch dagelijks bezig met de gevolgen van de ziekte. Lang was de situatie stabiel, maar deze zomer werd duidelijk dat de hersentumor in het hoofd van Rebecca weer groeit. “Het is zwaar, op de fiets kan ik mijn eigen gedachten ook even op een rij zetten”, vertelt Sjoerd daarover. “Het is mooi om die energie in iets positiefs om te zetten. Iets dat andere mensen helpt.”
Het idee voor zijn fietstochten werd hem aan de hand gedaan door de sportieve app Strava, waar de ‘100 mijl’ hem als uitdaging werd aangeraden. “Dat er KWF bij stond motiveerde me wel, maar ik had er eerst niet eens aan gedacht om me te laten sponsoren. Tot mensen me vroegen: waar kan ik doneren?” Zo werd het fietsen onderdeel van de actie ‘100 mijl voor KWF’, waar landelijk 130 mensen aan deelnemen. De actie levert tot nu al bijna 50.000 euro op, waarvan zo’n 800 euro werd binnengehaald door sponsors van Sjoerd en Rebecca. (tekst gaat door onder de foto)
Sjoerd van Gestel en Rebecca van Gestel-Glas. (foto: Sjoerd van Gestel)
“Als we de 1.000 halen, verdubbelen wij de inleg”, leggen Sjoerd en Rebecca uit aan Alkmaar Centraal. “We storten dan zelf 1.000 euro aan de Stichting STOPHersentumoren.” Want een hersentumor, dat is de vorm van kanker die het leven van Sjoerd en Rebecca nu al meer dan acht jaar op zijn kop zet. Morgen wacht het stel weer een gesprek in het ziekenhuis en horen ze meer over het behandeltraject. Het zijn angstige momenten, het is ook een onderwerp waar je niet zomaar met iedereen over kunt praten. “Dan helpt het fietsen me wel”, zegt Sjoerd.
Niet dat het fietsen hem altijd even makkelijk afgaat. “100 mijl, dat is ruim 160 kilometer. Dat haal ik wel, toen ik trainde lukte 150 kilometer in een week me ook wel.” Maar de eigen conditie wordt wel uitgedaagd – wat natuurlijk ook de bedoeling was. “Voorheen fietste ik veel meer, maar dit jaar verder nauwelijks. Van de week maakte ik een rondje van 35 kilometer, toen was ik wel óp hoor”, lacht Sjoerd. Die 35 kilometer fietste hij op zijn tweede actiedag, nadat hij er op de eerste al 25 had gefietst. “Ik probeer elke dag 20 kilometer te doen. Ik denk dat ik er na tien dagen wel ben, maar daarna fiets ik gewoon door.” De actie duurt de hele maand september.
Normaal is hij eerder een wandelaar, het fietsen doet hij nu op de momenten dat hij anders zijn ochtendwandeling maakt. “Het leuke is wel dat ik nu op plekken kom waar ik anders niet snel heen zou gaan”, vertelt hij. “Je hebt wat meer reikwijdte. Zuidschermer, ik geloof niet dat ik daar al eens eerder was geweest. Terwijl het wel gemeente Alkmaar is.” Het zijn leuke ontdekkingen die een prettige afleiding vormen in een periode van moeilijke gesprekken en zware gedachtes. De actie van Sjoerd en Rebecca is te volgen op de website van KWF Kankerbestrijding.
We kunnen er niet meer omheen: het einde van de zomervakantie nadert en dat betekent dat we alle oude routines vanaf maandag weer oppakken. Of toch niet? Uit Belgisch onderzoek blijkt namelijk dat de zomerperiode veel gunstiger is voor goede voornemens dan de winter. Niet gek, zegt gelukspsycholoog Josje Smeets: “Je hebt meer rust, je maakt door het zonlicht het gelukshormoon serotonine aan en er zijn minder prikkels.”
Meer bewegen, vaker de natuur in of het zoeken naar een nieuwe baan: deze periode is het beste moment voor goede voornemens, blijkt uit Belgisch onderzoek. Dit komt doordat de hersengebieden die je aandacht en focus regelen, actiever zijn in de zomer. Gelukspsycholoog Josje Smeets beaamt dat op vakantie alles rooskleuriger is. “Dat gevoel willen mensen behouden, waardoor ze nieuwe voornemens hebben om meer te sporten of nieuw werk te zoeken”, vertelt ze tegen mediapartner NH. Het maken van goede voornemens ontstaat door het hebben van meer tijd, het evalueren en het opmaken van de balans, legt Smeets uit. “Door het zonlicht maak je het gelukshormoon serotonine aan. Hierdoor ben je kalmer en tevreden, wat helpt bij het visualiseren van je droomleven.”
Maar je hebt altijd twee soorten type mensen: “De een wil het roer na de vakantie helemaal omgooien en de ander, de realisten, zullen eerder denken: ik moet weer terug naar hetzelfde werk en heb totaal geen zin.” De gulden middenweg is dan ook belangrijk, legt Smeets uit: “Je moet wel realistisch zijn. Als je te hoge verwachtingen stelt, kun je juist in een dipje raken als het allemaal niet lukt of niet snel genoeg gaat.” Blijf je realistisch, dan kan het alleen maar meevallen. “Begin klein en zoek vacatures of plan dingen in waar je naar uit kunt kijken, en dat hoeft helemaal niet veel geld te kosten”, aldus Smeets. Als je eenmaal goede voornemens hebt, is het belangrijk om ze op ‘dagniveau’ in te delen, legt Smeets uit: “Je brein gaat aan bij ‘dagdoelen’, en niet bij het denken ‘over drie maanden wil ik tien kilo kwijt’. Wat kun je vandaag doen om je doel te bereiken? Op die manier kun je het langer volhouden.”
Bij het terugkeren op werk of school is het belangrijk om te focussen op kleine dingen zodat je brein gelukshormonen aan maakt. “En om het vakantiegevoel vol te houden, kun je op een terras koffie drinken of in het weekend naar het bos om rusthormonen aan te maken. Na een tijdje merk je dat je wat positiever bent.” Merk je dat je juist een dip hebt en erg opziet tegen je werk, dan heeft Smeets nog wat tips om de komende tijd door te komen: “Bij mensen die het niet altijd makkelijk vinden om positief te zijn, is het belangrijk om bewust te worden van alles wat positief is”, vertelt de gelukspsycholoog. “Tegen elke negatieve ervaring moeten drie positieve ervaringen staan. Denk bijvoorbeeld aan kleine dingen zoals een mooi uitzicht vanuit je raam, een leuk gesprek of een lekkere lunch. Die kleine dingen kunnen al helpen als je er weer een beetje moet inkomen de komende tijd.”
Tot slot benadrukt Smeets dat het 66 dagen kost voordat je weer opnieuw een routine hebt gekregen op je werk of school: “Wees geduldig want het is echt normaal. We hebben het allemaal. Zelfs ik als gelukspsycholoog moet echt weer even de knop omzetten en baal ook dat de vakantie weer over is.”
Een anonieme schenkster betaalt de nieuwe reddingsboot van de Egmondse KNRM. Dat heeft de brigade bekendgemaakt. De nieuwe boot kost 1,4 miljoen euro.
De Adriaan Hendrik is na 32 jaar toe aan vervanging. Het nieuwe vaartuig is een meter langer dan de huidige boot en heeft een groter stuurhuis en achterdek. Ook zijn de motoren stiller en zuiniger. Recent werd de start van de bouw, de zogenoemde kiellegging, gevierd. De doop staat gepland op 10 februari. De schenkster van de boot zal de naam tijdens de doop bekendmaken.
Egmond is het eerste KNRM-station in Nederland dat een boot uit de Van der Wijk-klasse krijgt. De komende vijftien jaar zullen alle schepen vervangen worden.
Even de deur uit om een spelletje te spelen of met gelijkgestemden koffie drinken. De ontmoetingsgroepen van Wonen Plus Welzijn in Langedijk zijn al jaren een groot succes, maar een Doet & Ontmoet in Heerhugowaard ontbrak nog. Tot nu. De welzijnsorganisatie start op woensdag 20 september met een groep in Wijkcentrum De Zon. En daar komt meer bij kijken dan je wellicht denkt.
Aan de telefoon welzijnsconculent Ineke Vroling. Als onderdeel van de PR-groep verzorgt ze de communicatie rond activiteiten in Dijk en Waard. Waaronder dus de Waardse Doet & Ontmoet-groep. “De abonnees zijn geïnformeerd. De flyers zijn uitgedeeld en opgehangen”, vertelt Vroling tegen Dijk en Waard Centraal. Om de nieuwe groep tot een succes te maken wil de organisatie dat zoveel mogelijk mensen weten van het initiatief. “Het gaat niet alleen om de Heerhugowaarders in de buurthuizen, maar ook bijvoorbeeld op de markten. En ja, een geschreven interview over Doet & Ontmoet is natuurlijk ook erg leuk.” Vanaf woensdag 20 september ontmoeten deelnemers elkaar elke week om 10:00 uur in het wijkcentrum aan het Brandpunt. “De groep moet vooral een gezellig onderonsje zijn. Bewoners hebben een onderbreking van hun dag en kunnen elkaar ontmoeten.” Volgens de welzijnsconsulent krijgen deelnemers vaak meer contacten. Ze spreken thuis met elkaar af of gaan samen naar andere activiteiten. Maar ook voor Wonen Plus Welzijn zelf zijn de ontmoetingsgroepen belangrijk: “Uit de groepen komen ook weer signalen. Stel het gaat niet goed met iemand, dan willen we dat graag weten. We kunnen dan actie ondernemen of de mensen wat beter in de gaten houden.”
De kritiek die ontmoetingsgroepen in het algemeen weleens krijgen is dat altijd dezelfde mensen naar de verschillende initiatieven gaan. Op de maandag drinken ze koffie hier, op de dinsdag zijn ze daar, en nieuwe gezichten sluiten zich maar zelden aan. Volgens Vroling is dat zeker niet het geval bij de Dijk en Waardse activiteiten. “Vooral in De Zon verwachten we veel inwoners die we nog niet kennen. Dat is wel fijn. Iedereen is natuurlijk welkom, maar het is ook goed dat we mensen zien die we nog niet kennen.” Overigens worden nog vrijwilligers gezocht voor de nieuwe ontmoetingsgroep. “Een beroepskracht blijft altijd betrokken bij de groep, maar het initiatief draait echt op vrijwilligers. Dat is denk ik ook de charme. De groep gaat over de verbinding tussen mensen. Zowel informatief als ontspannend.”
Voor meer informatie over de Heerhugowaardse Doet & Ontmoet, neem contact op met Monica Reisser. Ze is bereikbaar via 072 – 571 71 70. Of per mail: dijkenwaard@wonenpluswelzijn.nl.