Categorie: nieuws algemeen

De Bathbrug, de Laan van Bath: Alkmaarders struikelen soms even over de Engelse ’th’, maar deze namen bewijzen wel de vriendschap van de kaasstad met de Engelse stad Bath. Die vriendschap, die teruggaat op de bevrijding in 1945, is nog altijd innig. Dat werd dit weekend nog maar eens onderstreept door de onthulling van de plaquette ’75 jaar stedenband’ in Bath. Of zoals men daar zegt: “75 years of twinning”.

Op vrijdag 12 mei 2023 werd de plaquette onthuld. De stedenband is inmiddels al weer 78 jaar oud, de 75e verjaardag had eigenlijk al in 2020 gevierd moeten worden. Maar daar stak corona een stokje voor. Dat de steen er nu dan toch ligt is heel mooi, vinden de betrokken vrijwilligers in Bath. “Dit is een blijvende, voor iedereen zichtbare getuigenis van onze internationale vriendschap,” schrijft de ‘Bath-Alkmaar Twinning Association’ op haar website.

Alkmaar Centraal sprak met Chris Davies van de vereniging. Hij was eerder ook al in Alkmaar om het jubileum te vieren. “We waren echt verheugd dat we ook leden van de Alkmaarse Rotary Club konden ontvangen bij de officiële huldiging,” laat Davies aan ons weten. Behalve de burgemeester van Bath, Rob Appleyard, was namelijk ook Jan Roobeek, voorzitter van de Rotary, betrokken bij het feestelijke moment. Een bewijs van hoe innig de banden ook na 75 jaar nog zijn.

De Engelse stad ‘adopteerde’ Alkmaar in 1945, toen de Alkmaarders voedselhulp en andere giften goed konden gebruiken. De inwoners van Bath gaven gul, daartoe aangespoord door een beroemd geworden straatorgeltje.

Naar een locatie voor het monument in Bath hoefde niet lang te worden gezocht. Het plantsoen in Bath waar de steen nu is te zien heet al langer officieus ‘Alkmaar Garden’. De officiële naam Orange Grove heeft natuurlijk ook al een Nederlands tintje.

Alkmaarders die nieuwsgierig zijn naar de plaquette hoeven echter niet de boot naar Engeland te nemen. De plaquette is namelijk ook in Alkmaar zelf te bekijken, daar werd dezelfde steen vorig jaar al onthuld. De locatie laat zich raden: direct naast de Bathbrug, tussen het Waagplein en het Fnidsen.

Een tiental Alkmaarse ondernemers zegt inkomsten te zijn misgelopen op Koningsdag. Reden: de gemeente sloot een aantal straten in het centrum af om bezoekersstromen te reguleren. De winkeliers in de Achterstraat en Magdalenenstraat wisten van niets en willen compensatie. “De sfeer werd hier ook grimmig, omdat mensen er niet door konden.”

Koningsdag mag dan al weer even geleden zijn, ondernemers in het centrum van Alkmaar likken nog altijd hun wonden. Zij verwijten de gemeente dat zij inkomsten zijn misgelopen, omdat hun straat onverwacht afgesloten was of omdat er eenrichtingsverkeer gold voor voetgangers. De gemeente besloot dit jaar namelijk looproutes in te zetten in de binnenstad om drukte in het horecagebied bij onder meer het Waagplein in goede banen te leiden. En daar ging het volgens Cheryl van der Veen van Eethuis Tito en Lars Groeneveld van ’t Friethuys mis, verklaren zij aan mediapartner NH Nieuws. “Ze hebben ons in de Achterstraat en Magdalenenstraat niet geïnformeerd.”

“Wij zitten hier zelf nog geen jaar met het eethuis, dus we hadden gevraagd aan de buren wat we konden verwachten met Koningsdag”, legt Cheryl uit. “Die zeiden ‘het is booming die dag’. Dus daar hebben wij ons assortiment en inkoop op aangepast. Extra personeel erbij. Maar toen bleef het stil.”

Hetzelfde geldt voor Lars. “Ik was voorbereid op een drukke Koningsdag zoals altijd”, vertelt Lars van ’t Friethuys. “Ik zit hier nu dik vier jaar met mijn zaak. Maar tot 16.00 uur was er niks. Er liepen wel wat mensen langs, net als op een gewone donderdag of zo, maar je bent voorbereid op een gekkenhuis. Ik heb aan het einde van de dag zo’n 150 kilo friet weg kunnen gooien. Dat is natuurlijk doodzonde, en kost een hoop geld.” Ook Cheryl moest naar de afvalcontainer. “Ik heb zeker 500 hamburgers weg moeten gooien, ruim de helft van wat ik ingekocht had.”

De twee voeren het woord namens de andere ondernemers, want onder meer bij een broodjeszaak, wokrestaurant, Dönerzaak, Surinaams eethuis en een viswinkel liep het alles behalve storm. En dat was andere Koningsdagen echt wel anders. “Vorig jaar was een gekkenhuis”, herinnert Lars zich. “Maar geen gevaarlijke situaties met ophopingen. Het was toen ook heel druk omdat het Slam FM-feest naast het stadion niet doorging. Dit jaar was daar wel een feest, dus zou het sowieso al rustiger zijn in de stad.”

“Maar wat er nu gebeurde, dat sloeg helemaal nergens op. De gemeente heeft het totaal verkeerd ingeschat. Het eenrichtingsverkeer in de Magdalenenstraat en het afsluiten van de Achterstraat was echt een flop.” De gemeente kan dan ook een brief verwachten namens de ondernemers. “We willen dat wanneer er zulke beslissingen genomen worden, er gecommuniceerd wordt met ons, zodat we onze inkoop daar op aan kunnen passen. En daarnaast een vergoeding. Er was zoveel verspilling en omzetderving. Het heeft sommigen meer gekost dan opgeleverd”, zeggen beiden.

“Vorig jaar heb ik echt genoten van Koningsdag”, zegt Lars. “Er waren toen een hoop blije mensen in de zaak. Nu waren ook veel mensen geïrriteerd omdat ze maar één kant op konden. Er hing in de straat daardoor ook een beetje grimmige sfeer.” Dat beaamt Cheryl. “Op een gegeven moment ging een stuk van de Achterstraat open en wilden mensen vanaf de Langestraat rechts richting het Waagplein, maar dat mocht natuurlijk niet. Bij mij voor de deur kreeg ik twee boa’s, beveiligers en hekken. Dat zorgde voor een opstopping met schreeuwende mensen. Ik denk dat ze daarna dachten: ‘dit gaat niet zo langer’, en toen hebben ze alles opgegooid.”

De gemeente bevestigt dat de verplichte looproutes in de middag zijn opgeheven. “Het is juist dat de ondernemers van de Achterstraat en de Magdalenenstraat niet vooraf zijn geïnformeerd over de veiligheidsmaatregelen die getroffen zijn in het centrum van Alkmaar tijdens Koningsdag”, erkent de gemeente. “Dit zal tijdens de evaluatie van Koningsdag besproken worden.” De maatregelen vloeiden voort uit een veiligheidsplan dat door de gemeente samen met politie, brandweer en ambulance is gemaakt. “In dat plan is uit veiligheidsoverwegingen bepaald dat een gedeelte van de Achterstraat afgesloten zou worden en de Magdalenenstraat en een ander gedeelte van de Achterstraat ingesteld zouden worden als eenrichtingsverkeer. Dit om opstoppingen en andere onveilige situaties te voorkomen. Om 14.20 uur bereikte het signaal de ambtenaren van Openbare Orde en Veiligheid, dat de ondernemers aangaven dat zij klanten misliepen. Zij zijn direct met hen in gesprek gegaan. Mede door de actuele veiligheidssituatie, met het oog op ‘crowd management’, zijn de maatregelen in beide straten, na overleg met politie, omstreeks 15.00 uur teruggedraaid.” Volgens de winkeliers gebeurde dat pas om 16.00 uur.

Wanneer de gemeentelijke evaluatie van Koningsdag klaar is, en wat daarin over de gevolgen van de wegafsluitingen staat, is nog niet bekend. De winkeliers wachten daar ook niet op. De brief met hun grieven en compensatie-eisen is onderweg naar de gemeente. (foto: NH Nieuws)

Het is een prachtig tafereel: het zonnetje schijnt en de wieken van molen De Otter draaien sierlijk rond. Vanuit de naastgelegen bakkerij, inclusief bijbehorende winkel, verspreidt zich een heerlijke geur en het vrolijke gelach van de medewerkers is duidelijk hoorbaar. In verband met Nationale Molendag brengt Alkmaar Centraal een bezoek aan de enige korenmolen in Schermer, De Otter. Tegenwoordig heeft de molen daarentegen een andere functie: hij vormt de basis voor een bakkerij. Hier maken een groep mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt gebakjes en granola.

We gaan af op de geur van de versgebakken lekkernijen en worden warm verwelkomd door Noah, één van de medewerkers, en Leon van der Zee, de begeleider van de bakkerij. Onder het genot van een kop koffie legt Leon uit hoe de samenwerking tussen Fermento en de Raphaëlstichting werkt, de twee namen die op hun zwarte jasjes staan. “De winkel is onderdeel van bakkerij Fermento die samenwerkt met de Raphaëlstichting, een stichting die zorg en dagbesteding biedt aan mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt. Fermento is eigenlijk de buitenwerkplaats van de stichting. Deze molen en ‘t Roode Hert horen bij de stichting. In de molen van ‘t Roode Hert wordt het meel gemalen voor de verkoop wat vervolgens hier naar de bakkerij wordt gebracht. Deze molen produceert nu voor dierenvoeding.”

Leon werkt al zes jaar bij de Raphaëlstichting en twee jaar bij De Otter. “Ik had een achtergrond in de horeca, maar dat gaf me weinig voldoening meer. Nu zit ik hier en dat is hartstikke leuk. Naast de bakkerij hebben we ook een PostNL-punt en af en toe doen we aan zwerfafval opruimen als extra activiteit. We hebben een terrasje en krijgen veel toeristen over de vloer. Ook tijdens de molendagen zoals vandaag is het hier druk, dus de medewerkers hebben genoeg te doen.”

De 31-jarige Jochem legt zijn werk even neer en leidt ons door de werkplaats. “Ik werk hier vijf dagen”, vertelt hij. “Al zo’n vijftien jaar”, voegt collega Kevin eraan toe. Een oude rot in het vak dus. “Ik heb ook wel eens stage gelopen bij de kinderboerderij, maar daarna ben ik bij Fermento op de Laat begonnen en vervolgens hierheen gekomen. We maken hier van alles: appeltaart, worteltaart, rondo’s, gevulde koeken en granola’s.” Dat laatste, de specialiteit van Jochem, want Jochems granola pikken de klanten er zo uit, vertelt hij trots.

“Speltvlokken, zonnebloempitten, sesamzaad, abrikozen, rozijnen, krenten, honing en olie. We verwarmen de honing en olie, klutsen het met een garde en voegen dan de ingrediënten toe. Dan husselen we alles door elkaar, verspreiden het over de bakplaten en dan gaat het de oven in”, legt Jochem uit. “Maar dan moet je het natuurlijk niet vergeten uit de oven te halen”, plaagt Noah. “Ja, soms vergeet je het en worden ze te hard of te zwart, maar dat gebeurt”, zegt Jochem terwijl hij zijn schouders ophaalt.

Kevin en Noah maken samen vaak stollen. “We hebben ons eigen receptje en er is een mevrouw die dat recept heel lekker vindt en steeds terugkomt voor onze stollen”, vertelt Kevin. “Dat is wel heel gaaf.” Hij vervolgt: “Vandaag gaan Noah en ik ook taarten verkopen op de voorjaarsmarkt van de Raphaëlstichting.” Jochem gaat niet mee. Hij heeft al vijf dagen gewerkt en verdient zijn vrije weekend. Wat hij van plan is? “Bier drinken, uitslapen en wandelen.”

Vandaag is hij echter aan het werk en dus leidt hij zijn gasten van Alkmaar Centraal verder rond. We gaan naar de molen waar ook molenaar Martijn Jansen aanwezig is. “Deze molen stamt uit 1900 en is de opvolger van de voorganger die in 1646 is afgebrand, ook een korenmolen. Vroeger had ieder dorp een korenmolen, zo ook de Schermer. Deze molen is nu de enige korenmolen in de regio”, legt hij uit. “De molen is eigendom van de Schermer Molen Stichting en bakkerij Fermento huurt het pand.”

Wat ooit een essentieel punt was voor de voedselvoorziening van Schermer, is nu een plek waar de werknemers van Fermento zich thuis voelen, en waar diverse ambachten samenkomen. Volgens Alkmaar Centraal zeker een bezoek waard.

Noord-Holland heeft de belangrijke status van ‘Hydrogen Valley’ verworven. Deze status is een Europese toekenning voor regio’s die zich onderscheiden in het ontwikkelen van een energiesysteem op basis van duurzame waterstof. Op de aspecten ‘publiek-private samenwerking’ en ‘financiering’ wordt de regio zelfs een ‘best-practice’ genoemd. De aansluiting bij het Europese verduurzamingsprogramma biedt meer kans  op samenwerkingen en steun in de vorm van financiën en kennis.

De Noord-Hollandse Hydrogen Valley is een samenwerking van clusters van bedrijven en organisaties die zich inzetten voor waterstof als energiebron. Eén van die clusters is gevestigd op het Alkmaarse bedrijventerrein Boekelermeer. Extra voordelen zijn een goed regionaal en internationaal transportnetwerk van wegen, waterwegen, spoorwegen, leidingen, havens en een luchthaven.

Gedeputeerd Edward Stigter, tevens voorzitter van de Bestuurscommissie Energietransitie Noordzeekanaalgebied: “Het toekennen van de status van Hydrogen Valley is een geweldige stap, hiermee kunnen we de verduurzaming van de regio meer in versnelling brengen. Het is mooi om onze plannen voor de provincie te kunnen opschalen door de hulp van Europa. Waterstof draagt niet alleen bij aan het halen van de klimaatdoelen, maar zorgt in vergelijking met fossiele brandstoffen ook voor een schonere lucht voor onze inwoners.”

Binnen de regio zijn meerdere initiatieven voor de productie van waterstof en de provincie is uniek in de ambitie voor gebruik in groot- en kleinschalige toepassing. Van lokale projecten en op groene waterstof gebaseerde waardeketens (import, productie, opslag, distributie, gebruik, export) in de staalproductie, maakindustrie, synthetische brandstoffen, mobiliteit en de agricultuur. De inzet op minder uitstoot van de industrie en het verduurzamen van de zware mobiliteit (denk aan zwaar wegtransport, reinigingsvoertuigen en landbouwvoertuigen) zorgt voor onze inwoners voor een gezonde lucht- en leefomgeving.

De regio huisvest met het Faraday Lab van TNO in Petten eveneens Europa’s grootste waterstof onderzoeksfaciliteit. Bovendien beschikt het over een sterk innovatie- en kenniscluster op energietransitie, met onder meer Techport in de IJmond, Investa in Alkmaar, het Science Park in Amsterdam en de Energy Transition Campus Amsterdam. Meer op h2v.eu en investa.org.