Categorie: nieuws algemeen

  • Aantal meldingen van inbraak weer hoger dan voor cybercrime, maar niet boven Noordzeekanaal

    Aantal meldingen van inbraak weer hoger dan voor cybercrime, maar niet boven Noordzeekanaal

    Tijdens de coronacrisis waren mensen veel vaker thuis en werd inbreken lastiger. Criminelen zochten veel meer hun heil in hacking, oplichting en fraude via de telefoon en het internet. Nu het land weer ‘open’ is, is de verhouding veelal weer als voorheen. Maar niet in veel gemeenten boven het Noordzeekanaal, waaronder Alkmaar en Dijk en Waard.

    In het eerste kwartaal van 2022 werd in Alkmaar 36 keer melding gedaan van online criminaliteit, versus 18 keer voor een fysieke inbraak. Dat blijkt uit politiecijfers die VPNGids heeft doorgespit. Dijk en Waard kende 25 en 27 meldingen van inbraak of cybercrime. In Bergen en Heiloo was het aantal meldingen van inbraak en cybercrime wel (weer) omgekeerd, met respectievelijk 10 tegen 9 meldingen, en 12 tegen 5 meldingen.

  • Enkelspoor Express doorkruist regio met historische Hondekop

    Enkelspoor Express doorkruist regio met historische Hondekop

    Een oud museumtreinstel uit de jaren 50 van de vorige eeuw deed zondag Noord-Holland aan als Enkelspoor Express tijdens een bijzondere museumrit. Het ging om een vierdelig Mat54-treinstel. Die afkorting staat voor Materieel 1954, het jaar dat de reeks nieuwe elektrische treinstellen op de Nederlandse spoorrails kwam. Een treinstel uit de reeks van Nederlands fabricaat wordt in goede conditie gehouden door de Stichting Hondekop. Die stichting draagt de bijnaam van de treinstellen, die het te danken heeft aan de karakteristieke botsneus, die voor extra veiligheid voor de machinist moest zorgen.

    Zondag maakte museumtreinstel 766 een speciale rit voor de donateurs van de stichting. Het thema van deze rondrit was deze keer het enkelspoor in Nederland, zoals Schagen-Den Helder en Heerhugowaard-Hoorn. Het treinstel volgde een route via Amsterdam, Zaandam en Hoorn naar het traject Hoorn-Heerhugowaard. Bij Heerhugowaard ging het verder naar Den Helder. Hier werd de route vervolgd richting Alkmaar, waar op het treinstation wat langer werd gestopt voor een fotomoment. Ook in Hoorn, Heerhugowaard en Den Helder stopte de 766 even om het publiek de gelegenheid te geven foto’s te maken.

    Na Alkmaar ging de reis verder over het traject Alkmaar-Uitgeest en daarna via de Kennemerlijn via Beverwijk en Haarlem naar Leiden. Aan het einde van de rondrit had de groene Hondekop vijf enkelsporige trajecten bereden en was het op plekken gekomen waar dit treinstel in het verleden vrijwel nooit kwam.

    De groene kleurstelling heeft de Hondekop tot in de jaren 70 gehad. Daarmee werd dit materieeltype omgebouwd voor de sneltreinen en in een nieuwe geel-blauwe kleurstelling omgespoten. In die uitvoering was de Hondekop in Noord-Holland tot in de jaren tachtig een regelmatige verschijning in de extra sneltreinen in de spits tussen Schagen en Amsterdam. Daarna introduceerde de NS de dubbeldekkertreinen die het toenemende forenzenverkeer tussen Noord-Holland en Amsterdam voor hun rekening moesten nemen.

    Het museumtreinstel van de Stichting Hondekop is gerestaureerd met het nieuwe intercity-interieur uit de jaren 70, maar in de oorspronkelijke groene kleur met een gele snor op de neus. Op de foto van Peter Eijkman is het museumtreinstel 766 te zien op het moment dat het de spoorbrug bij Alkmaar passeert over het Noordhollandsch Kanaal. (foto: Peter Eijkman)

  • Met elektrische sloep naar vier musea: “Samenwerken is het nieuwe concurreren”
    Featured Video Play Icon

    Met elektrische sloep naar vier musea: “Samenwerken is het nieuwe concurreren”

    Zaterdagmiddag ging bij het Poldermuseum Het Oude Gemaal in Heerhugowaard het ’Cultureel Varen’ in de regio Alkmaar officieel van start. De eerste vaart met een van de elektrische sloepen werd gemaakt door de Alkmaarse burgemeester Anja Schouten, samen met genodigden van de vier musea die hierin samenwerken: het Poldermuseum, de Museummolen in Schermer, het Kaasmuseum in Alkmaar en Museum BroekerVeiling.

    De vier musea hebben de handen ineen geslagen om bij deze vier locaties de mogelijkheid te bieden om een elektrische sloep te huren. Daarmee kunnen ze op dezelfde dag naar de verschillende musea varen en daar aanmeren. Een combiticket met een scherpe prijs moet dat aantrekkelijk maken.

    De elektrische sloepen zijn aangeschaft met subsidie van de provincie en de gemeenten Alkmaar en Dijk en Waard. Desalniettemin moet er nog flink in de portemonnee worden getast om een elektrische sloep te huren. Een halve dag vertier op het water is 140 euro en wie de hele dag wil varen, betaalt 250 euro. Dan passen er wel acht personen in het bootje, en de toegang tot alle vier musea is erbij inbegrepen. Er wordt met het nieuwe toeristische aanbod gemikt op toeristen die tijdens hun vakantie wat te besteden hebben.

    In de toekomst willen de musea ook samen wandel- en fietsroutes ontwikkelen onder de noemer ’Cultureel Fietsen en Wandelen’. E-choppers moeten het extra aantrekkelijk maken om zo’n dagje te boeken. De provincie en de twee gemeenten hebben daarvoor al een bijdrage toegezegd. De verwachting is dat de uitbreiding in het volgende toeristische seizoen in de steigers staat.

    Burgemeester Anja Schouten moest bij het Poldermuseum aan de Huygendijk in Heerhugowaard de honneurs waarnemen voor waarnemend burgemeester Peter Rehwinkel, die een dagje op stap was met raadsleden van Dijk en Waard. De Alkmaarse ambtsketen had ze thuis gelaten, want die mag volgens de Gemeentewet alleen op het grondgebied van de eigen gemeente worden gedragen. Ze toonde zich ook zonder ambtsketen enthousiast over het initiatief en het comfort van de elektrische sloepjes.

    Zondagmiddag kunnen belangstellenden tussen 13:00 en 17:00 uur proefvaren in de sloepen of gebruik maken van een van de e-choppers bij het Poldermuseum aan de Huygendijk in Heerhugowaard.

  • Fietssnelwegen door de regio zijn nog utopie: “Het is gewoon ruk”
    Featured Video Play Icon

    Fietssnelwegen door de regio zijn nog utopie: “Het is gewoon ruk”

    Van Heerhugowaard in een keer naar De IJmond fietsen, zonder te stoppen. Een aantal jaar geleden sloegen de betreffende gemeentes en de provincie de handen ineen om dit mogelijk te maken. “Sindsdien is er weinig gebeurd”, klaagt de Fietsersbond.

    Rob Beentjes fietst elke werkdag van Heiloo naar Tata Steel. “Ik doe daar een uur over en haal dan lekker een frisse neus.” Wanneer er een fietssnelweg zou zijn, zou dat voor Rob zeker vijf à tien minuten schelen per rit. “Dat is niet het belangrijkste; een doorfietsroute zou het ook een stuk veiliger maken,” vertelt Rob tegen mediapartner NH Nieuws.

    Vooral de spoorwegovergangen zijn volgens Rob een probleem: “Deze duren echt lang. Vooral die in Castricum, omdat de bomen al dicht gaan als de trein nog op het perron staat te laden.” De Fietsersbond heeft als oplossing aangedragen een fietspad aan te leggen langs het spoor door natuur en agrarisch gebied. Hierdoor hoeven fietsers twee spoorwegovergangen minder te nemen. “Helaas hebben wij niet het idee dat de gemeente deze optie onderzoekt,” vertelt de Fietsersbond. Gemeente Heiloo was niet bereikbaar voor een reactie.

    Vijf lokale afdelingen van de Fietsersbond hebben de betreffende gemeentes en de provincie een brief gestuurd waarin ze klagen over het trage proces. “Het is inmiddels drie jaar geleden dat we hier voor het laatst aandacht aan hebben besteed. Dat wil niet zeggen dat wij sinds die tijd op onze handen hebben gezeten. Die indruk hebben we dan weer wel van de provincie en gemeentelijke besturen.”

    Volgens de gemeente Heiloo is het niet mogelijk is overal op de fietssnelweg de fietser voorrang te geven. “Wel kan het op sommige plaatsen veiliger. Door aanpassingen in de situatie of door duidelijkere bebording van de voorkeursroute.”

    Op dit moment zijn er plannen voor de kruising bij de Vennewatersweg. Rob heeft geen goed woord over voor de kruising. “Het is gewoon ruk”. Een mevrouw op de fiets beaamt dat. “Ik fiets liever om dan dat ik hier oversteek. Het is veel te gevaarlijk.” Volgens Rob is het zicht niet goed en komt het verkeer te snel uit de tunnel. Gemeente Heiloo heeft laten weten dat ze hier verkeersdrempels voor het verkeer willen aanleggen, zodat de snelheid geminderd wordt: “Ook komen er voor fietsers borden te staan hoe ze om kunnen fietsen via een fietsviaduct.”

    Volgens Rob valt er met een fietssnelweg veel winst te behalen. “Ik denk dat van mijn collega’s die hier uit de buurt komen zeker 20 procent wel bereid is om te fietsen naar werk”, vertelt Rob. Hij denkt dat ze dit nu niet doen door het ontbreken van goede fietspaden en dat er onderweg vaak gestopt moet worden. “In de winter zullen er wel wat minder mensen fietsen, maar in de zomer wil bijna iedereen op de fiets.”

  • Magneetboys halen vuurwapen boven water: “Ik was helemaal van het padje”
    Featured Video Play Icon

    Magneetboys halen vuurwapen boven water: “Ik was helemaal van het padje”

    Magneetvissers Lorenzo Both (22) en Meickey Derksen (17) hadden deze week bij het Victoriepark in Alkmaar wel een hele bijzondere vangst. Aan hun ijzersterke magneet bleef plotseling een echt vuurwapen plakken. De jongens, die bekend staan als de magneetboys, zijn door het dolle heen: “Als je zoiets naar boven haalt, krijg je echt een adrenalinekick.”

    Al zes jaar zijn Lorenzo uit Schagen en Meickey uit Akersloot fanatieke magneetvissers. Meestal halen ze muntjes, kroonkurkjes en spijkers boven water, maar af en toe vinden ze iets speciaals. “Je weet eigenlijk nooit wat je opvist”, vertelt Lorenzo tegen mediapartner NH Nieuws. “Dat maakt de hobby ook zo leuk.” De magneetboys hebben al heel wat opvallende dingen opgevist. “In Amsterdam bijvoorbeeld handtasjes met geld, maar ook telefoons.” En waar een ‘gewone’ visser blij is als hij een grote karper aan de haak slaat, zijn de magneetboys in hun nopjes als ze iets geks aan hun magneet hebben.

    “Het is echt iets speciaals”, vertelt Meickey, die eerder aan mediapartner NH Nieuws liet weten graag een keer een wapen op te vissen. “Ik was helemaal van het padje. We hebben in Amsterdam ook al eens een wapen opgevist en nu dus in Alkmaar, dat is gewoon fantastisch.”

    En als je zoiets opvist, is het zaak om meteen de politie te bellen. “Die zijn meteen gekomen en gaan sporenonderzoek doen”, vertelt Lorenzo. De jongens hopen dat de politie kan achterhalen waar het wapen voor is gebruikt. “Als je hobby misschien bijdraagt om een moordzaak op te lossen, dan is dat natuurlijk geweldig.”

    Een politiewoordvoerder laat weten dat het om een echt vuurwapen gaat en dat er onderzoek gedaan wordt. Of het wapen kan worden gelinkt aan een lopende zaak is nog niet bekend.

  • Regenboogkleuren op Accijnstoren markeren start Alkmaar Pride

    Regenboogkleuren op Accijnstoren markeren start Alkmaar Pride

    De Alkmaarse Accijnstoren is ingepakt in een 25 meter lange banier met de regenboogkleuren. Het rijksmonument aan de Bierkade markeert daarmee de start van een week lang Alkmaar Pride, die zaterdag is begonnen. Het doel van de week is om de acceptatie en integratie van transgenders, lesbisch-, homo- en biseksuele Alkmaarders te vergroten. Hoogtepunt van de Prideweek is traditioneel de grachtenparade, waarmee het evenement volgende week zaterdag wordt afgesloten.

    Regenboogvlaggen zullen komende week vaker zijn te zien. Het symbool van de lhbti+-gemeenschap wappert zondag in het AZ-stadion tijdens de wedstrijd AZ-Heerenveen. AZ is een van de eerste clubs in het betaald voetbal die heeft toegezegd dit te doen. De vlag hangt ook aan het stadhuis in de Langestraat en het wagenpark van Stadswerk072 rijdt een week lang rond met een regenboogvlaggetje.

    Zaterdagmiddag kan iedereen bij de opening zijn. Vanaf het stadhuis trekt om 14:30 uur een optocht onder muzikale begeleiding van Bateria Unidos d’Alcmaria naar de regenboogbank aan de Bierkade. De Alkmaar Pride-week wordt daar afgetrapt door landelijk COC-voorzitter Astrid Oosenbrug. ’s Avonds is er ter gelegenheid van de opening om 20:00 uur de hilarische Drag Queen Bingo in het Aloha Café aan het Verdronkenoord.

    Speciaal voor de Alkmaar Pride heeft Filmhuis Alkmaar elke dag een bijzondere LHBTI-film op het programma gezet. Maandagavond zet de politie de deuren open voor de lhbti+-gemeenschap, in samenwerking met Roze in Blauw Noord-Holland. De politie wil in gesprek gaan over Roze in Blauw en werkzaamheden toelichten, zoals de aanpak van de politie bij een aantal geanonimiseerde casussen die hebben gespeeld in Noord-Holland.

    Op de Paardenmarkt staat van vrijdag 27 mei tot en met 12 juni de buitententoonstelling ’Oud-Roze’. De tentoonstelling staat stil bij de ervaringen van de eerste homoseksuele mannen, lesbische vrouwen, biseksuelen transgenders en intersekse personen die openlijk voor hun geaardheid uit durfden te komen. Over deze ’Roze Ouderen’ heeft fotograaf en kunstenaar Ernst Coppejans in samenwerking met stichting Open Mind een buitententoonstelling met 30 kleurrijke portretten en verhalen gemaakt. Het toont hoe moeilijk zij het hadden met hun ware identiteit.

    De afsluitende grachtenparade is zaterdagmiddag 28 mei live op tv te volgen via mediapartner NH Nieuws. De laatste Alkmaar Pride was alweer drie jaar geleden. In 2020 en 2021 moest het evenement worden afgeblazen door de coronapandemie.

    Inmiddels staat er een fotoreportage van de optocht door de binnenstad op de facebookpagina van Alkmaar Centraal.

     

  • Alkmaarse school speciaal voor Oekraïense kinderen: “Ze hebben veel steun aan elkaar”

    Alkmaarse school speciaal voor Oekraïense kinderen: “Ze hebben veel steun aan elkaar”

    Omdat Oekraïense vluchtelingen inmiddels al een aantal maanden in Nederland zijn, wordt vanuit de overheid aan scholen gevraagd om de kinderen les te geven. Daarom begonnen lerares Nine Deckers en haar collega’s begin april De Optimist, een school in Alkmaar speciaal voor Oekraïense kinderen.

    Inmiddels biedt die school plek aan zo’n 25 leerlingen tussen de zes en elf jaar. Dat aantal verschilt iedere week, omdat er nieuwe leerlingen bijkomen en leerlingen soms ook teruggaan naar Oekraïne, of toch met hun familie naar een ander land vertrekken. “Vandaag nog namen we afscheid van een meisje. De kinderen waren daar ook echt verdrietig om”, vertelt Nine tegen mediapartner NH Nieuws. Ook voor haarzelf is dat lastig: “Ik had er niet zo bij stilgestaan bij dat kinderen weggaan. Bij regulier onderwijs is het ook moeilijk om ieder jaar afscheid te nemen, maar dan zie je ze het jaar erop nog wel op het schoolplein. Hier weet je: ik kom ze niet meer tegen.”

    Nine vindt het belangrijk dat de leerlingen kennis opdoen op school, maar minstens net zo belangrijk is persoonlijke aandacht. “We schrikken van de verhalen die kinderen vertellen”, zegt ze. “Zo is er een jongetje in de klas die in zijn kelder moest schuilen en gezien heeft hoe zijn school door bommen werd vernietigd.”

    “Ook zijn er sinds vandaag drie nieuwe kinderen bij ons op school”, vervolgt ze. “Zij zaten lange tijd in een schuilkelder en hun ouders gingen één keer per dag naar boven om soep te halen. Ze konden uiteindelijk vluchten doordat ze toestemming kregen van Russische soldaten om met hun zieke baby naar het ziekenhuis te gaan.”

    Nine kan zich voorstellen dat voor kinderen die dit meemaakten nieuwe dingen leren dan niet de hoogste prioriteit heeft, vertelt ze. Daarom gebeurt het leren voor een groot deel spelenderwijs. “We richten ons vooral op het aanleren van het Nederlands en het bijhouden van het rekenniveau.” Hierbij is een Oekraïense onderwijsassistent, die in haar thuisland geschiedenislerares was, een welkome hulp. “Zij heeft veel persoonlijke gesprekken met de kinderen en helpt enorm bij het vertalen. Ze is echt goud waard, ik zou niet weten wat we zonder haar moeten.”

    Oekraïense kinderen worden ook wel op reguliere basisscholen onderwezen, bijvoorbeeld bij de Van Reenenschool in Bergen. “Op die scholen gaat het leren van de taal misschien wel wat sneller”, vertelt Nine. “We merken dat hier de noodzaak om Nederlands te spreken minder groot is, omdat ze elkaar allemaal kunnen verstaan.” Toch heeft een school voor Oekraïense kinderen volgens haar ook veel voordelen: het zorgt ervoor dat ze veel steun aan elkaar hebben en elkaar makkelijk kunnen helpen.

    “Ze zitten allemaal in dezelfde situatie”, vertelt Nine. “De meeste leerlingen wonen in een hotel, dat is niet een huis waar je lekker kan vertoeven. Ze missen hun vriendjes en vriendinnetjes en maken zich bijvoorbeeld zorgen om opa en oma. Daarom is sociale interactie in de klas ontzettend belangrijk.” Na de zomer wordt bekeken of De Optimist ook dan nog nodig is. “Dat is natuurlijk erg onzeker en afhankelijk van de ontwikkelingen in Oekraïne”, vertelt Nine. “Maar het is sowieso de bedoeling dat kinderen na ongeveer een jaar bij ons verder gaan naar een reguliere school.”

  • Huisartsenpost Alkmaar loopt over: “Bijna helft van belletjes is niet nodig”

    Huisartsenpost Alkmaar loopt over: “Bijna helft van belletjes is niet nodig”

    De huisartsenpost in Alkmaar krijgt ’s avonds en ’s weekends vaker te maken met mensen die klachten hebben die prima kunnen wachten tot de eigen huisarts beschikbaar is. Hierdoor wordt de druk op de medewerkers steeds hoger. “We merken dat mensen soms een plek opeisen als dit eigenlijk niet nodig is.” Daarom heeft de huisartsenpost deze week een ‘beslisboom’ op de website gelanceerd, waarmee patiënten kunnen checken hoe urgent hun zorgvraag is.

    Vanaf 1 januari van dit jaar tot en met 18 mei hebben ruim 25.000 mensen contact opgenomen met de huisartsenpost, vertelt Inge van Hulst, manager van huisartsenpost Alkmaar tegen mediapartner NH Nieuws. “In bijna de helft van die gevallen, 47 procent, hoeven mensen geen contact op te nemen met de huisartsenpost.”

    Dit is zo’n 20 procent meer dan vorig jaar. Van Hulst denkt dat die toename een combinatie is van meerdere factoren: “Nu er geen coronamaatregelen meer zijn, gaan veel meer mensen er op uit en weer sporten. Hierdoor lopen ze sneller blessures op waarvoor ze de huisartsenpost bellen. Dat zou één van de verklaringen kunnen zijn, maar het blijft een beetje speculeren.”

    Van Hulst merkt ook dat mensen minder snel genoegen nemen met een afwijzing. “Wanneer je de huisartsenpost belt, krijg je een zorgmedewerker met een triage-opleiding aan de telefoon. Die schat aan de hand van verschillende vragen in of iemand naar de huisartsenpost moet komen of niet. We merken dat mensen soms een plek opeisen als dit eigenlijk niet nodig is.”

    En dat is lastig, vertelt ze. “Mensen kunnen heel mondig zijn. De huisartsenpost is bedoeld voor acute hulpvragen en het is natuurlijk niet altijd fijn om te horen dat je niet tot die doelgroep behoort”, aldus Van Hulst. “We laten heus wel eens iemand langskomen als het niet echt nodig is, omdat die persoon ontzettend ongerust is of de triagist zelf een onderbuikgevoel heeft. Tegelijkertijd neemt de druk op ons personeel enorm toe en moeten we ervoor zorgen dat het voor hen behapbaar blijft.”

    Ze hoopt dan ook dat mensen eerst de beslisboom op de website nagaan, om te checken of ze direct zorg nodig hebben. “Dit is een systeem waarmee al 70 procent van de huisartsenposten werkt en het is heel accuraat”, vertelt Van Hulst. Wel kan het voorkomen dat iemand op de website het advies krijgt om de huisartsenpost te bellen, maar dat na een gesprek met de triagist blijkt dat het niet nodig is om langs te komen.

    Dat komt doordat de beslisboom ‘aan de voorzichtige kant van het spectrum zit’. “We willen bij twijfelgevallen natuurlijk alsnog een telefonisch gesprek, omdat de triagist gerichter kan doorvragen”, aldus Van Hulst. “Die medewerker kan daarna heel goed afwegen of acute zorg nodig is.”

    De huisartsenpost hoopt dat de beslisboom eraan bijdraagt dat mensen de huisartsenpost zoveel mogelijk inschakelen wanneer dat nodig is. “Doordat er zo’n toename aan telefoontjes is, zetten we ieder weekend een extra huisarts in. Dit is iemand die meestal ook een eigen praktijk heeft, dus dat zorgt echt voor extra werkdruk. We zijn tevreden als we gewoon weer kunnen doen waarvoor we bedoeld zijn.”