Categorie: nieuws algemeen

Er lag bijna 600.000 euro aan cash in koffers op de hotelkamer waar de politie zes Colombianen arresteerde na de schietpartij van vorige maand in Bergen aan Zee. “Er zaten stickers op met bedragen en namen”, aldus de advocaat van een van de verdachten, Henk Koopman in een interview met mediapartner NH Nieuws. Zijn cliënt was ‘bevriend’ met het 45-jarige overleden Colombiaanse slachtoffer.

De zogenoemde beperkingen (verdachten mogen dan alleen praten met hun advocaat) die de drie mannen en vrouwen na hun arrestatie kregen opgelegd, zijn er sinds deze week af. Al die tijd mocht Koopman niets zeggen over de betrokkenheid van zijn cliënt, een Colombiaanse vrouw die in Madrid woont.

Op 16 februari worden ’s middags meerdere schoten gelost op de parkeerplaats bij de strandopgang van Bergen aan Zee. Het slachtoffer blijkt een 45-jarige Colombiaan. “Zijn vrouw en zoon legden hem in de auto en zijn naar het centrum gereden”, vertelt Koopman. De politie rijdt die auto klem op de Stationsstraat, waar de man overlijdt, in het bijzijn van tientallen Bergenaren.

Volgens Koopman zijn die middag vanuit Bergen aan Zee meerdere auto’s weggereden, zowel die van de schutters van de schietpartij, als de vijf Colombiaanse verdachten. Een witte Mercedes met witte kentekenplaat wordt later die avond na een tip teruggevonden bij een autobedrijf in Egmond aan den Hoef. Die auto wordt gezien als vluchtauto van de vermoedelijke schutters, die nog niet gepakt zijn.

“Mijn cliënt en de vijf anderen hadden niet zo’n auto in bezit. Ze zijn eerst, waarschijnlijk met huurauto’s, naar een hotel in Volendam gegaan en later dus naar dat hotel in Amsterdam.”

In het Amsterdamse hotel worden de Colombianen aangehouden. In hun drie geboekte kamers blijkt een groot geldbedrag te liggen. “Bijna zes ton. In pakketjes en met stickertjes erop met namen”, weet Koopman te vertellen. Daarnaast zouden er twee alarmpistolen hebben gelegen, aldus de advocaat. De Colombianen worden na de arrestatie kort verdacht van moord, maar na onderzoek stelt het Openbaar Ministerie deze beschuldigingen bij naar witwassen en verboden wapenbezit. Koopman stelt dat politie en justitie meteen wisten dat zij niet hadden geschoten, maar juist ‘bij het slachtoffer hoorden’. “Schandalig om ze dan als daders aan te duiden.”

In verband met het lopende onderzoek kan en wil Koopman nog niet op alle vragen van NH Nieuws antwoord geven. De andere vijf verdachten worden niet door hem bijgestaan.

Twee jongeren van 24 en 22 jaar uit Egmond aan Zee en een 22-jarige Alkmaarder zijn bijna vier jaar na dato schuldig verklaard aan openlijke geweldpleging tegen drie Duitse toeristen. Op 6 mei 2017 werden de toeristen op de Boulevard in Egmond aan Zee na zó zwaar mishandeld dat twee van hen in levensgevaar kwamen. De Alkmaarder en de oudste Egmonder krijgen 21 maanden celstraf, hoger dan normaal. De derde kreeg de maximale werkstraf van 240 uur.

Een van de Duitsers was op 5 mei jarig. Dat vierden ze gemoedelijk in een kroeg tot sluitingstijd. Daarna liepen nietsvermoedend naar hun hotel, toen ze door het drietal jongemannen van achter tegen de grond geslagen werden. Daarna werden ze hard geschopt en geslagen, vooral tegen het hoofd. De aanval duurde kort, maar het letsel is dusdanig ernstig dat de rechtbank volstrekt duidelijk is dat dit “een explosie van ongecontroleerd en uitzinnig geweld” moet zijn geweest. Nadat de drie daders waren weggerend wist een van de slachtoffers 112 te bellen.

Twee slachtoffers waren er echt slecht aan toe. Eén had een slagaderlijke bloeding in de hersenen, een breuk in de schedel en een gebroken kaak en jukbeen. Hij moest direct aan zijn gescheurde slagader worden geopereerd. De ander had een gebroken nekwervel, een gebroken schedel, en kneuzingen en bloedingen in de hersenen. Uit hun verklaringen, die tijdens de zitting zijn voorgelezen, blijkt dat zij nog altijd lichamelijke en psychische klachten hebben. Eén van hen is arbeidsongeschikt.

De rechtbank spreekt van openlijk geweld van de buitencategorie, die voor veel onrust in Egmond zorgde. Meegewogen is ook dat de daders hun slachtoffers voor dood achterlieten. Dat leverde strafverzwaring op van 13 maanden bovenop de eis van het Openbaar Ministerie. Wel zijn ze vrijgesproken van de zwaardere versie van openlijke geweldpleging, omdat niet te bewijzen is wie precies welk letsel heeft toegebracht.  De derde verdachte kreeg een veel lagere straf omdat zijn aandeel veel geringer was.

Tot slot woog de rechter mee dat het strafrechtelijk onderzoek erg lang heeft geduurd. Daar wordt de opgehoogde celstraf van 24 maanden verlaagd tot 21 maanden. Nummer drie zou 6 maanden hebben gekregen, maar komt er zo vanaf met de maximale taakstraf van 240 uur.