Categorie: ondernemen

Restaurant Stoer tegenover Station Alkmaar sluit haar deuren zo gauw er een nieuwe huurder is gevonden voor de ruimte. Vlakbij het leer- werkrestaurant van Lotte Mol en compagnon Ilonka van Leeuwen bevindt zich cateringbedrijf Stoer Food en de winkel Stoer to Go. Daar gaat het duo zich op concentreren. In totaal zijn er ruim 20 jongeren in dienst, tussen de 15 en 39 jaar. Zij kunnen allemaal hun plek behouden.

Ilonka: “We willen meer aandacht aan onze bijzondere jongeren gaan besteden, jongeren met een afstand tot de arbeidsmarkt. We hebben gemerkt dat dat met drie locaties lastig is. Bovendien is het moeilijk om begeleiders te vinden die én horeca-ervaring hebben én om kunnen gaan met onze doelgroep.”

Met Stoer ondersteunen Lotte en Ilonka  jongeren met een praktijkgerichte aanpak en bieden ze structuur. Er wordt arbeidsritme opgedaan bij tal van  horeca-werkzaamheden. Hierdoor verkrijgen jongeren kennis en expertise op veel vlakken waarmee zij een waardevolle bijdrage kunnen gaan leveren aan de maatschappij.

Stoer wil ook bijdragen aan een mooiere wereld, bijvoorbeeld door al het afval te scheiden en zelf te composteren. De ingrediënten komen, als het even kan, van lokale ondernemers, de groenten van een lokale tuindersvereniging en de kruiden van het dak van de eigen schuur. Stoer werkt ook circulair. Het grootste deel van het interieur heeft al een leven achter zich. Ilonka: “Ook circulair: we zijn nu bezig met een sinaasappelschillen-actie. Die halen we op bij de horeca, en daar wordt schoonmaakmiddel of zeep van gemaakt. Die gaat weer terug naar de horeca.”

Van het begin van de coronatijd tot nu hebben de jongeren van Stoer gekookt voor de dak- en thuislozen van Alkmaar. “We kregen van de Jumbo onverkochte maar nog goede spullen. Voor de rest zijn we letterlijk de boer opgegaan: voor aardappels, alle soorten kool, broccoli, paprika, noem maar op.”

De catering Stoer Food en de winkel Stoer to Go blijven dus geopend. “De catering trekt weer aan, dat gaat de goede kant op. In de winkel verkopen we afhaalmaaltijden, allemaal heel gezond, en verder smoothies, sapjes, verse broodjes. We richten ons ook op de leerlingen van het Murmellius, die komen graag bij ons. Onze jongeren hebben nog genoeg te doen.”

Na de persconferentie van premier Rutte over de verdere versoepeling van de coronaregels komt ondernemersplatform Alkmaar in Zaken met één van de eerste hybride 1,5 meter-bijeenkomsten voor ondernemers en ondernemende mensen. Op woensdag 1 juli komen ongeveer 100 mensen bij elkaar om te praten over hoe de regio  Alkmaar intelligent uit de lockdown komt. Het programma wordt live uitgezonden via de kanalen van Alkmaar Centraal.

Presentatoren Robert-Jan Knook (ANP/BNR) en Ger Welbers (Alkmaar Marketing) ontvangen op gepaste afstand onder andere burgemeester Piet Bruinooge, die over zijn cruciale rol als voorzitter van de Veiligheidsregio Noord-Holland Noord komt praten. Horecaman Peter Visser vertelt over de eerste ervaringen van de horeca in de 1,5 meter-economie. Verder hebben Hans van de Leygraaf van Alkmaars Bolwerk en Rob Niele van Ondernemend Alkmaar tips voor ondernemers.

Voorzitter Farzad Ghaus van de Beoordelingscommissie Stimuleringsfonds Alkmaar licht toe welke criteria er zijn voor het financieel ondersteunen van initiatieven en projecten die de economie van de stad stimuleren. Ook Ben Tap van RPAnhn schuift aan met zijn toekomstvisie voor samenwerking in de regio. Tenslotte krijgt de bijeenkomst een vrolijk tintje dankzij de medewerking van Milo Berlijn die de coronaregels op een wel heel creatieve
manier belicht.

De bijeenkomst is woensdag 1 juli van 19:00 tot 21:30 uur in Hal25 aan de Pettemerstraat 15 in Alkmaar. De toegang is gratis maar aanmelden is noodzakelijk en gaat via uitdelockdown.nl. De bijeenkomst is mede mogelijk gemaakt door de gemeente Alkmaar, Rabobank, RPAnhn en Alkmaar Marketing.

Kringloopcentrum Overdie bestaat 6 juli alweer een jaar. Eigenaren Martijn Krab en Ismael Ettajiri staken vorig jaar de koppen bij elkaar en spraken al hun spaargeld aan om het pand aan de Bestevaerstraat 51 aan te kopen. Een groot aantal vrijwilligers, vaak met een achterstand op de arbeidsmarkt, werkt er sindsdien voor en achter de schermen om de aangeleverde goederen te sorteren, controleren en een mooi plekje in de winkel te geven.

Ralph lost de vrachtwagen en sorteert gereedschap. Samen met een collega zet hij aangeleverde meubels in elkaar, ondanks zijn beperking. Door een bedrijfsongeval mist hij zijn linkerarm. “Ik ben daarna bij een kringloopwinkel in Egmond gaan werken, waar Martijn toen ook werkte. Daar kon ik niet goed opschieten met de bedrijfsleider. Met Martijn hier gaat dat juist heel goed, hij geeft aan waar mijn grenzen liggen. Dat heb ik nodig.”

Martijn: “Na Egmond ben ik hier voor mezelf begonnen, samen met Ismael. Ismael had al een ontruimingsbedrijf in Amsterdam. Hij haalt spullen op uit faillissementen, van gescheiden mensen, expats die weer naar hun eigen land vertrekken, verhuizingen, overledenen, samenwoners die spullen over hebben. Dat komt allemaal hier terecht. Echt heel veel, dat is onze vaste aanvoer. Daarmee onderscheiden we ons ook van onze Alkmaarse concurrenten aan de Zijperstraat, die van particulieren afhankelijk zijn.”

Kringloopcentrum Overdie vindt duurzaamheid belangrijk. Martijn: “We willen de afvalberg laten slinken, we willen vergroenen. Mensen gooien alles maar weg, terwijl hun spullen nog prima te repareren zijn. We hebben ook wel contact met de Repairshop hier in de straat, die wel eens spullen komen halen.”

Vanwege de coronamaatregelen wordt er 6 juli geen groot feest gevierd. Martijn: “We willen niet teveel mensen trekken. In maart zijn we twee weken dicht geweest, ik had wat griepklachten en nam het zekere voor het onzekere. Het personeel heeft toen ook thuis gezeten. Toen bleek dat niemand ziek was zijn we weer open gegaan.”

Martijn, Ismael en alle medewerkers hopen na juli ook gewoon weer veel vaste en nieuwe klanten te ontvangen. “Het eerste jaar was een groot succes, met klanten uit binnen en buitenland. We zijn financieel ook gezond, zonder subsidie te ontvangen. Laat de mensen maar komen.”

Het Alkmaarse bedrijf Duraflow Nederland BV van de familie Loerakker, dat medio juni failliet werd verklaard, is overgegaan in handen van een internationaal opererende fabrikant van vooral landbouwmachines in het zuiden van het land. Niemand wordt ontslagen, want vader en zoon Loerakker, en hun technische man, worden werknemers van het nieuw gevormde Duraflow BV.

De producent van koeling voor serverruimtes en datacenters kreeg een tegenslag van enkele tonnen te verwerken, nadat een zending panelen uit India op onzorgvuldige wijze naar Nederland was vervoerd. Pas bij plaatsing bleek dat ze niet meer goed werkten. De reparatiekosten kostten het bedrijf de kop.

Vorig jaar kon Duraflow nog een bedrag van 30.000 euro bijschrijven als winnaar van een prestigieuze ondernemersprijs. Het nog jonge bedrijf staat goed bekend en het product werd innovatief genoeg bevonden door de niet nader genoemde partij, die het bedrijf overnam.

De Noordwest Ziekenhuisgroep hield vorig jaar onder de streep 4,1 miljoen euro over, maar onverwacht hoge personeelskosten, stijgende bouwkosten en natuurlijk de coronacrisis baren enige zorgen over de toekomst. Dit blijkt uit het jaarverslag en de jaarrekening van 2019, die de Raad van Bestuur vorige week goedkeurde en openbaar maakte. Wellicht moet de vernieuwbouw versoberd worden.

In de loop van 2019 werd duidelijk dat het verwachte overschot lager zou uitvallen door hoge kosten van inhuur van externen en de nieuwe zorg-CAO. Er werd gewerkt aan bezuinigingen voor 2020, waarbij niet beknibbeld zou hoeven worden op de zorgverlening. Dat leek te gaan lukken.

Toen kwam de coronacrisis. Ondanks dat het virus dit jaar het NWZ raakte, gaat het jaarverslag hier ook op in. De tomeloze inzet van de medewerkers, die in het jaarverslag en het begeleidend schrijven geroemd wordt, vond plaats tijdens vele overuren en ook alle veiligheidsmaatregelen brachten extra kosten met zich mee. Dit terwijl de inkomsten kelderden door de uitstel van de niet-acute zorg. Er zijn regelingen met verzekeraars getroffen zodat de zorg gewaarborgd konden worden, maar wat dat financieel inhoudt moet nog duidelijk worden. Doel is echter om het opgebouwde eigen vermogen toch vooral te gebruiken voor de vernieuwbouw op beide locaties en digitalisering.

Wat betreft de vernieuwbouw kampt het ziekenhuis met stijgende bouwkosten. Terwijl bezwaarprocedures liepen, gingen deze gestaag omhoog en ook de coronacrisis gooide roet in het eten. Al met al vreest het NWZ dat de ambitieuze vernieuwbouwplannen wat versoberd moeten worden.

In het jaarverslag staat ook dat patiënten het Noordwest al jaren een cijfer van rond de 8,4 geven. “De hoge tevredenheid is vooral het resultaat van de goede zorg die geleverd wordt door alle Noordwesters in samenwerking met onze partners. Er wordt adequaat gereageerd op signalen van onvrede en klachten van patiënten. Die signalen worden gebruikt om de zorgverlening te verbeteren.”

Verder komen aan bod een viertal belangrijke stappen die zijn gezet: zorgvernieuwing onder andere in de vorm van behandeling thuis, samen beslissen en het thematisch inrichten van zorg. Belangrijke verbeteringen in digitaliseren van zorg. Er zijn ook stappen gezet voor de gefaseerde bouw van het ziekenhuis Den Helder, vernieuwbouw van de Alkmaarse locatie en de renovatie van Huize Westerlicht. En tot slot werd gescoord op het vlak van duurzaamheid. Er wordt in Alkmaar gewerkt aan aansluiting op het warmtenet en in 2019 tekende het NWZ een contract voor de bouw van een zonnepark met bijna 20.000 panelen in Den Helder.

Na anderhalf jaar wachten is eindelijk het nieuwe terras van Proeflokaal De Boom in Alkmaar geopend. Maandag waren medewerkers van Havenhout op de Voordam-gracht gestart met de bouw van het 21 meter lange terrasvlot, dat vooral in deze coronatijd een zeer welkome toevoeging is aan het proeflokaal. Vrijdag werd er volop gebruik van gemaakt.

Proeflokaal De Boom wilde al eventjes een groter terras en dat vond gemeente Alkmaar prima, maar de doorvaarbaarheid van de bepaald niet brede gracht mocht niet in het geding komen. Verschillende partijen waren met het oorspronkelijke ontwerp niet tevreden en protesteerden. De oplossing was een smaller en langer terras, aansluitend op een langere steiger.

Met de gekozen breedte is het mogelijk om met kano’s en kleine bootjes aan te leggen, al lijken er (nog) geen bevestigingspunten aan de randen van de twee vlotten te zitten. (foto: Inter Visual Studio / Leon Verra)