Toch wel een beetje bijzondere situatie: Castricummer en oud AZ speler Teun Koopmeiner die – in het Oval Office van het Witte Huis in Washington – een hand krijgt van de president van de Verenigde Staten Donald Trump.
Koopmeiners doet met zijn huidige club Juventus mee aan het Wereldkampioenschap voor clubteams in de Verenigde Staten. Er ontstond nog even een ongemakkelijke situatie toen Trump vroeg of er plaats was voor vrouwen in het Juventus-team.
Juventus-directeur Damien Comolli antwoordde daarop dat Juventus ook een heel goed vrouwenteam heeft. Waarop Trump uiteraard het laatste woord had door te laten weten dat hij dat een heel diplomatiek antwoord vond. (foto: X/@lorenzofiore27)
Langs de Kanaalkade bruist het van de energie. De zon staat hoog aan de hemel, het water glinstert en de spanning is voelbaar tot in de tenen. Wie een beetje in de buurt komt hoort ze al: de trommels en kreten van de trommelaars. Het gaat vandaag om het zo hard mogelijk roeien op het Noordhollands Kanaal. Drakenbootfestival Race the Dragon 2025 is in volle gang.
Op het water liggen de bekende drakenboten klaar. Door de kleurrijke drakenkop herken je ze meteen. Gelegenheidsteams van collega’s, families en vrienden staan gespannen af te wachten tot ze straks met peddel en al plaats mogen nemen in de drakenboot. Voorop iedere boot zit een trommelaar die met stevige slagen het tempo aangeeft, en daarnaast ook de teams nog extra enthousiast probeert te maken. “En… go!” klinkt het, en meteen schieten de boten vooruit.
Voordat de race echt kan beginnen roeien de teams de drakenboot naar de start naast het politiebureau. Vanaf daar gaat na het startschot naar de finish die 200 meter verderop ligt, net voor de Ringersbrug aan de Noorderkade. (tekst gaat door onder de foto).
Het publiek aan de kant stond te dringen voor een goed plekje om de drakenboten langs te zien komen, op weg naar de finish. (foto: Streekstad Centraal)
Langs de kant staat het publiek rijen dik. Vrienden, opa’s, oma’s, kinderen en collega’s juichen, zwaaien en schreeuwen hun longen uit hun lijf. “Kom op, nog een stukje!” klinkt het, terwijl de boten het laatste stuk naar de eindstreep afleggen.
De trommels zijn het eerste dat de argeloze voorbijganger opvalt, pas daarna zien ze de langgerekte en kleurrijke drakenboot zelf. De trommels zijn er niet voor de show, ze zijn zelfs onmisbaar. Ze geven het tempo aan en zorgen ervoor dat alle roeiers precies gelijk roeien. Tenminste, dat is hde bedoeling. De praktijk is weerbarstiger. De teams die er in slagen écht synchroon te roeien en de trommel te volgenvzijn eigenlijk altijd de winnaar
Als een team richting de startlijn roeit vraagt een toeschouwer zich af of het straks wel goed gaat komen. “Dit is natuurlijk helemaal niet synchroon, ik mag hopen dat het straks wat beter gaat”, zegt ze lachend tegen haar vriend. “Anders kunnen ze de winst wel vergeten.”
En dan is het zo ver. Nadat de strijd om de vierde plek erop zit, is het tijd voor de finale om de podiumplekken. “Ik kwam net helemaal nat uit die boot omdat ik met mijn peddel het water zo mijn gezicht in schepte, dat was een goed leermoment, dus dat doe ik nu niet meer”, zegt een deelneemster tegen Streekstad Centraal. “Of dat ook echt lukt moeten we nog maar zien.”(tekst gaat door onder de foto).
Op weg naar de start. En over de synchroniteit: hier is al goed te zien dat er nog wel de nodige ruimte is voor verbetering. (foto: Streekstad Centraal)
Na het startschot merkt ook het publiek aan de zijkant dat deze wedstrijd er voor de roeiers echt toe doet. Het fanatisme werkt aanstekelijk. De mensen springen op en zoeken snel een plekje langs de rand van de kade uit. “Jaaa kom op! Kom op! Jullie liggen voorop”, klinkt het vanaf de zijkant.
De boten in de finale zijn aan elkaar gewaagd en meter voor meter schuiven ze naar elkaar én richting het eindpunt. Uiteindelijk is er één team dat nét iets meer power, ritme en vuur toont. Onder luid gejuich schieten ze over de finish. Als symbolisch slot glijden ze triomfantelijk onder de ‘pissende ijsbeer’ door die sinds kort aan de Ringerskade staat.
Toch gaat het zaterdagmiddag niet alleen om het winnen. Het is vooral het teamgevoel dat telt. Maar het kan ook nog simpeler: “Ik ben gewoon al heel erg blij dat het én droog is, én niet al te hard waait, én dat we gewoon weer een leuke middag over het water kunnen racen”, sluit een trouwe fan van de Race the Dragon blij af.
De vierde en laatste dag van de Wandel4daagse Alkmaar was er een om te herinneren. Onder een brandende zon en met tropische temperaturen liepen duizenden deelnemers hun laatste kilometers richting het centrum van de stad. De sfeer was warm – letterlijk en figuurlijk – en de opluchting en blijheid bij aankomst op het Waagplein was niet te missen.
Deze slotdag van de Wandel4daagse Alkmaar stond deels in het teken van het Noordhollandsch Kanaal, dat dit jaar precies 200 jaar bestaat. De route volgde dan ook lange stukken langs het water en door de groene omgeving van Alkmaar en omliggende dorpen.
Een mooie route, vonden niet alleen de wandelaars. “We genieten, en dat zeg ik ook namens de hond”, zegt een wandelaar enthousiast. Maar het lekkerste van de dag liet nog even op zich wachten. “Straks lekker een biertje op het Waagplein!”
Daar werden de deelnemers feestelijk onthaald. Met muziek, bloemen, medailles en luid applaus liep iedereen via de rode loper over de finish. Sommigen met een brede glimlach, anderen zichtbaar vermoeid, maar allemaal erg trots.
De pelgrimsroute stond voor de derde wandeldag op het programma, die de deelnemers leidde langs verschillende kerken en heiligdommen in Heiloo en de Egmonden. De organisatie van de Wandel4daagse had tijdens deze derde dag extra maatregelen genomen om de wandelaars veilig terug te krijgen in Alkmaar.
De Pelgrimsroute dankt zijn naam aan de vele religieuze locaties langs de route. Te denken valt onder andere aan de Slotkapel, de Abdij van Egmond, de Ter Coulsterkerk, de Corneliuskerk, Landgoed Willibrordus, Onze Lieve Vrouwe Ter Nood en de Witte Kerk.
Vooral op de open stukken was het zweten geblazen voor de deelnemers. Enige beschutting boden het Heilooërbos en de Alkmaarderhout, maar tegen blaren bieden bomen ook weinig bescherming.
Extra watertappunten langs de route van organisator Le Champion boden enige verlichting. “Ook heeft ’t Praethuys samen met KWF gratis zonnebrand uitgedeeld bij de start”, vertelt Jeroen Wouda van Le Champion tegen NH, mediapartner van Streekstad Centraal. “Daarnaast zorgen we ook voor sportdrank en voor extra zout bij de finish, zodat mensen weer kunnen aansterken.”
Zaterdag is de grote finale van de Wandel4daagse op het Waagplein.
Opnieuw een stralende zon aan de hemel, en voor de verkoeling stond er een stevig briesje. Dag twee van de 17e Wandel4Daagse van Alkmaar was weer genieten voor de duizenden deelnemers. Ook voor de inmiddels 92-jarige Frans de Vos, de oudste deelnemer in het veld. “Bewegen is van levensbelang.”
Zo’n 4.000 wandelaars vertrokken donderdag weer vanaf de Grote Kerk in Alkmaar voor een tocht van 10, 15, 20, 25 of de volle 40 kilometer. De kortste route op de tweed dag bracht hen door de Oudorperpolder, de langste helemaal tot aan De Gouden Karper in Ursem.
De 92-jarige Frans de Vos wilde dit jaar eigenlijk niet meedoen, hij had afgelopen winter veel moeite met het overlijden van zijn broer, maar hij draaide weer bij. Hij begon samen met zijn oudste dochter weer met trainen en loopt tijdens de vierdaagse ieder dag twintig kilometer. “Dat gaat tot nu toe uitstekend”, zegt hij tegen NH Nieuws, mediapartner van Streekstad Centraal.
Zijn blik op hoe een vitaal leven te blijven leiden. “Je gezondheid heb je voor een gedeelte in eigen hand. Je kan er heel veel aan doen, maar je moet ook dosis geluk hebben, en dat heb ik. Máár, je moet er ook wat voor doen en daar ben ik mee bezig. Goede voeding, voldoende rust en ook activiteit.”
De Wandel4Daagse van Alkmaar stuurt wandelaars in alle windrichtingen. De eerste etappe was min of meer naar het westen, de tweede naar het (noord)oosten, de derde naar het zuiden en tijdens de afsluitende tocht naar het noorden.
Lange slierten wandelaars kunnen deze week weer opduiken in de regio Alkmaar. Het zijn de meer dan 4000 deelnemers aan de 17e editie van de Wandel4daagse. Ruim 4000 wandelaars vertrokken vanaf de Grote Kerk in Alkmaar richting Bergen en het duingebied om een afstand tussen de 10 en 40 kilometer af te leggen.
Donderdag gaat de tweede etappe richting Heerhugowaard. Vrijdag wordt de Pelgrimsroute richting Heiloo gelopen en zaterdag is de afsluitende etappe rond Broek op Langedijk. De finish is dan op het Waagplein.
Op iedere dag staat een ander thema centraal. Woensdag was dat Flower Power. Daarnaast was er ook aandacht voor het goede doel: ’t Praethuys in Alkmaar.
NH, mediapartner van Streekstad Centraal, maakte een compilatie van de eerste etappe, met Bergen als feestelijk middelpunt.
De Boscrossers stonden afgelopen weekend aan de start bij de 3-Nations BMX-Cup in de Belgische plaats Dessel. Het drielandentoernooi was extra uitdagend vanwege de weersomstandigheden. Van de Heilooër BMX-vereniging was Max Schram het meest succesvol met brons in de categorie jongens onder 8 jaar.
Zon, harde wind en regenbuien wisselden elkaar af en zorgden zaterdag voor uitdagende races. De wedstrijd werd zelfs even stilgelegd. De deelnemers van De Boscrossers gingen ervoor en boekten een aantal prima resultaten.
Max Schram schopte het tot op het podium in de categorie onder 8 jaar oud. Voor hem was er het brons. Sven van Veen bereikte de finale van de Cruisers (13 – 16 jaar) en werd daarin uiteindelijk achtste. ’s Avonds werd genoten van een gezellige barbecue op de camping en de volgende dag werd er natuurlijk weer volop gereden. In nog slechter weer.
Op dag twee was het Stijn van Gulick die het hoogste eindigde van de Heilooër club. In de categorie Men Junior eindigde hij als zesde in zijn halve finale. Nieuwe ronde, nieuwe kansen voor Max Schram, maar deze dag moest hij genoegen nemen met een achtste plek in zijn kwartfinale.
Boscrosser Dennis de Looze gaat lelijk onderuit tijdens het drielandentoernooi in Dessel, België. (foto: De Boscrossers)
Voordat de damesfinale floret-schermen begon was het al een uniek Nederlands kampioenschap voor HollandSchermen. Vijftien jaar terug won voor het laatst iemand van de Alkmaarse vereniging een nationale seniorentitel. Zondag was alleen nog de vraag of de licht favoriete Lotte Damroff de titel ging pakken, of Talitha Sluman. Het werd Talitha Sluman.
Talitha en Lotte zijn trainingsmaatjes en vriendinnen. Talitha wordt over ruim een week 18 jaar, Lotte volgt eind juli. Tijdens de twee eerdere grote confrontaties die de meiden dit jaar hadden, was het de veel langere Lotte die won. Lange armen, groot bereik met je floret (of degen, of sabel).
Maar deze keer waren de rollen omgekeerd. In een zinderende finale greep Talitha het goud. Zij treedt hiermee in de voetsporen van Milja Mondt, die in 2010 als eerste en ook meteen laatste lid van HollandSchermen een individuele nationale titel bij de senioren veroverde.
Het zat er al wel een beetje aan te komen. Eerder dit jaar veroverden Lotte, Talitha en hun clubgenoten Ava Emanuel en Clara Rooze de titel bij het NK voor damesteams floret en twee jaar terug won Lotte al het NK kadetten (onder 17 jaar) met de degen. Maar op een toernooi kan van alles gebeuren. (tekst gaat verder onder de foto)
Talitha Sluman op het hoogste schavot, met links naast haar Lotte Damroff.
“Ik ben ontzettend blij en trots op deze titel,” aldus een stralende Talitha. “Het is heel speciaal om in de finale tegen Lotte te staan. We trainen zo vaak samen en pushen elkaar altijd naar een hoger niveau. Deze overwinning voelt dan ook als een teamprestatie voor HollandSchermen. Ik wil ook mijn trainers en iedereen die me gesteund heeft enorm bedanken.”
Hoofdtrainer Jeroen Divendal was blij met de prestaties van zijn nog jonge talenten. “Dit is een fantastische dag voor onze club. Een gouden én zilveren medaille op het NK dames floret is een resultaat waar we ongelooflijk trots op zijn.” En dat terwijl ze allebei nog geen 18 jaar oud zijn. “Het getuigt van de toewijding en het harde werk van Talitha, Lotte en ons hele team. Het is prachtig om te zien hoe deze meiden zich ontwikkelen.” (foto’s: Loes en Carlos Sluman)
Alkmaar Sport en sponsor Raadhuis kijken tevreden terug op de Pinksterun 2025, die afgelopen vrijdag werd gehouden. Meer dan 650 deelnemers gingen van start in de diverse categorieën terwijl de zon scheen, ondanks de minder positieve weersvoorspellingen.
“Hoewel de weervoorspellingen grillig leken brak bij de eerste start de zon door. De wind leek de renners niet in de weg te staan, samen met Raadhuis kijken we terug op een zeer geslaagd evenement”, aldus Aniek van ’t Hof namens Alkmaar Sport.
Zoals voorheen waren de start- en de finishlocatie van de Pinksterun weer op Sportcomplex De Vaart aan de Hoornse Vaart. Er was keuze uit de Kinderun, de FunRun voor jeugd dat speciaal onderwijs volgt, en de reguliere runs en wandeltochten van 5 km en 10 km. Het startschot werd gegeven door sportwethouder Christiaan Peetoom. Nieuw was ‘Wedstrijdkids’, een wedstrijd over 2,5 km voor kinderen van 8 tot en met 13 jaar, onderverdeeld in twee leeftijdscategorieën. (tekst gaat verder onder de foto)
Sportwethouder Christiaan Peetoom schiet de deelnemers aan de 10 km Pinksterun weg. (foto: Alkmaar Sport)
De allersnelste ‘wedstrijdkid’ was Cato Klijn met op een halve minuut de snelste jongen Tijn Modderman. In de categorie 8-10 jaar wonnen Lenn Bergsma en Zoë van Hoorn. De winst over de 5 km ging naar Levert Remy bij de mannen en Roos de Boer bij de dames. De 10 km waren een prooi voor Sem Hiddinga en Manon van Tunen.
Deelnemers kunnen hun tijden terugvinden op chronorace.live.
Veel lichtjes, veel muziek, maar vooral heel veel sport. In het hart van Alkmaar vond woensdagavond de Alkmaar City Run by Night plaats. Onder de deelnemers waren veel fanatieke lopers, maar ook mensen die voor het eerst de uitdaging aangingen – zoals deze verslaggever van Streekstad Centraal. Oh ja, ik sta rechts op de foto hierboven.
En ik sta natuurlijk aan de start van mijn allereerste Alkmaar City Run by Night. En niet zomaar een rondje, tuurlijk niet – ik ging meteen voor de 10 kilometer. Nu ik er eenmaal sta wel een tikkie spannend. Het is toch een afstand die ik helemaal niet vaak heb gelopen tijdens het trainen. Maar aan de andere kant: waarom niet? Gewoon gaan. Ik heb er zin in.
Ik hoef het gelukkig niet alleen te doen, in de deelnemersmassa kan ik – als dat nodig blijkt – terugvallen op vriendin Floor. En gedeelde spanning is halve spanning nietwaar? Maar vanaf het moment dat we richting het Canadaplein lopen voor de start voelt het als een feestje. Overal staan mensen in een sportoutfit, er klinkt harde muziek, en er was zelfs een photobooth waar je een foto kunt maken voor de start.
Die start is uiteraard weer in de Molenbuurt want daar is meer ruimte. We treffen er duidelijke vakken, genoeg plek om te bewegen, en niet dat opgepropte gedoe van eerdere jaren. Tenminste, zo hoor ik van anderen. Dan is het opeens tien over tien: tijd voor de tien kilometer! Mijn hart klopt in mijn keel, de zenuwen gieren door mijn lijf, maar eenmaal onderweg is het één en al energie en stiekem ook een beetje plezier. (tekst gaat door onder de foto).
Het was een drukte van belang op het Canadaplein, lopers van de 5 kilometer kwamen al weer binnen terwijl de 10 kilometerlopers nog moesten beginnen (foto: Streekstad Centraal).
Vanaf het eerste moment voel ik ook de sfeer. Overal langs de route staan mensen te klappen, te juichen en te schreeuwen. Als je tussen al die opzwepende herrie door je eigen naam ook nog hoort, ga je toch net een tandje harder rennen. De eerste kilometers vliegen dan ook voorbij. Ik voel me sterk en heb een goed tempo te pakken, ik ging misschien zelfs een tikkeltje té hard. We halen zelfs flink wat andere lopers in. Later hoor ik van bekenden zelfs: “We probeerden jullie ergens halverwege te spotten, maar jullie waren niet bij te houden!” Dat is natuurlijk lekker om te horen.
Na een kilometer of zes, misschien zeven, begint het dan toch wat zwaarder te worden. We lopen door rustigere wijken waar bijna niemand staat. Geen muziek, geen publiek, alleen je eigen ademhaling en af en toe iemand naast je die er net als jij eigenlijk doorheen zit. Ik heb mijn eigen muziek op mijn oortjes, maar zelfs dat helpt niet meer. En dan hoor ik een andere loper hijgen: “Nu moet het op karakter.” En dat was precies hoe het voelt. Stoppen is zeker geen optie. Mijn benen zijn moe, maar mijn hoofd denkt: dit gaan we gewoon afmaken (tekst gaat door onder de foto).
In de verte lijkt de finish al in zicht, maar niets is minder waar, de finish ligt een paar honderd meter verderop pas (foto: Marco Schilpp)
Het laatste deel van de route gaat door De Laat en uiteindelijk de Langestraat. Mijn Strava – de app die mijn tempo en afstand bijhoudt – geeft al aan dat ik de 10 kilometer heb gehaald, maar er is nog geen finish te bekennen. In de verte staan twee grote zwarte bogen. Even denk ik: dit is het. Maar dichterbij gekomen blijkt het slechts reclame van een sponsor. Au. Een geestelijke tik om de oren. Maar niet heel veel later, iets verderop, verschijnt dan toch de echte finishlijn.
De vriendin met wie ik dit doe weet dat er bij de finish foto’s gemaakt worden, dus speciaal voor die foto rennen we extra blij en met een grote glimlach en juichend de finish over. Kapot en bezweet, maar super trots zijn we. Ik krijg een medaille om mijn nek en een flesje drinken in mijn handen gedrukt. Daar sta ik dan – 10 kilometer verder, en een mooie ervaring rijker. Het doel om onder de 1 uur en 13 minuten te rennen is gehaald, met drie minuten ruimte. En volgend jaar? Dan sta ik er weer.