Le Champion heeft haar eigen record opnieuw verbroken. Vorig jaar werd ruim 2 miljoen euro ingelegd voor de goede doelen die Le Champion steunt. Dat is vier ton meer dan in het vorige recordjaar 2023. De grootste winnaars zijn KWF Kankerbestrijding en het UMC Cancer Center in Amsterdam.
“We zien een mooie groei in het bedrag dat is opgehaald voor goede doelen”, aldus directeur Matthijs Mennes. “Belangrijk daarnaast is dat goede doelen waarmee wij samenwerken ook kunnen bijdragen aan onze ambities om zoveel mogelijk mensen, jong en oud, in beweging te brengen met onze evenementen. Zo creëren wij een win-win voor alle betrokken partijen als het gaat om maatschappelijke impact: een goed doel krijgt financiële ondersteuning en wij brengen gezamenlijk meer mensen in beweging om bij te dragen aan een gezondere samenleving.’’
Deelnemers kunnen bij inschrijving voor een evenement een vrijwillige bijdrage doen aan het goede doel dat eraan is gekoppeld. Daarnaast kunnen ze zelf een actiepagina aanmaken om gulle gevers aan zich te binden. De meeste goede doelen die Le Champion steunt dragen bij aan onze gezondheid, welzijn en aan natuurbeheer, en ze hebben allemaal de ANBI-status (algemeen nut beogende instelling). Naast landelijke goede doelen worden ook lokale projecten ondersteund. (tekst gaat verder onder de foto)
Ook in de regio organiseert Le Champion diverse evenementen, zoals Egmond-Pier-Egmond en de Alkmaar City Run. (foto: Le Champion)
KWF Kankerbestrijding en het UMC Cancer Center Amsterdam zijn dus (verreweg) de grootste winnaars. Dankzij de deelnemers aan de TCS Amsterdam Marathon kunnen de twee samenwerkende organisaties rekenen op ruim 1,3 miljoen euro. Dat is twee ton meer dan vorig jaar. Bovendien leverde het Soester Wandelweekend een recordbedrag van 56.895 op voor Pink Ribbon, dat zich inzet tegen borstkanker.
En om kanker nog beter te kunnen bestrijden, specifiek bij kinderen, is er via de KiKa Hilversum City Run meer dan 47.000 euro ingezameld. En jaar eerder was dat nog ruim 3.500 euro. De KiKa Haarlem City Walk leverde ook nog eens ruim 57.000 euro op.
Het Longfonds mocht namens de deelnemers aan de Saxo Dam tot Dam FietsClassic een cheque in ontvangst nemen van 8.600 euro. Tijdens de Omloop van Zandvoort hebben fietsers zich ingezet voor Stichting ALS Nederland en doneerden 6.100 euro.
De eerste dweilpauze was nog niet begonnen of de meest fanatieke schaatsers hadden er al 100 rondjes op zitten. Op een prachtige vrijdag meteen om negen uur stapten ze de Alkmaarse ijsbaan op voor hun ‘500 van De Meent’, en een uur en een kwartier later waren ze al goed opgeschoten. Maar ook zij gaan het zwaar krijgen, weten ze. “Ja je moet er wel een beetje gek voor zijn.”
500 rondjes, oftewel iets minder dan 200 kilometer schaatsen. En dat terwijl het ’s ochtends al 12 graden is. Ga er maar aan staan. “Tja, ik werd door andere mensen gevraagd om te komen, dus dan kan je geen nee zeggen hè”, zegt Ronald de Wit met een lach. Het getal 16 op zijn been verraadt dat hij marathonschaatser is, maar ook voor hem is de ‘500’ ver. “Maar we hebben in de middag wat helpers die voor ons gaan rijden. Anders moet je alles met een klein groepje doen, en dat is best lastig.” (tekst loopt verder onder de foto)
Ronald de Wit is wel wat gewend als marathonschaatser, maar ook voor hem is bijna 200 km schaatsen op zachter ijs een uitdaging. (foto: Streekstad Centraal)
Roy Lennings en zijn collega organiseren de ‘500’ voor de derde keer en af en toe neemt hij de microfoon ter hand om de schaatsers aan te moedigen. “We hebben het hele seizoen leuke evenementen, waarvan dit er één is. We dagen schaatsers uit om 500 ronden te schaatsen, en dat in een periode van twaalf uur, zodat ze aan het einde van het seizoen nog een doel hebben.” Minder rondjes mag ook, benadrukt hij. “We hebben ook mensen die schaatsen 250 rondjes. Maar er zijn er ook een paar die rijden er zelfs meer dan 600. En er zijn er twee die voor een goed doel rijden.”
Joost Besseling schaatst niet alleen voor zichzelf, maar ook voor het Prinses Máxima Centrum voor kinderoncologie. “Mijn schaatsmaat Henk wilde hieraan meedoen omdat we niet naar de Weissensee konden (de alternatieve Elfstedentocht, red.). Ik moest daar wel even over nadenken. Toen zei ik tegen hem van weet je wat, ik doe mee maar laten we er dan een goed doel aan koppelen voor extra motivatie.” (tekst gaat verder onder de foto)
Joost en zijn maat Henk schaatsen niet alleen voor zichzelf, maar ook voor het Prinses Máxima Centrum voor kinderoncologie. (foto: Streekstad Centraal)
Door hun eerdere deelname aan de Weissensee weet Joost een beetje wat hij zal gaan voelen. “Tot nu toe gaat het lekker, en we hebben goed getraind dit jaar”, zegt hij optimistisch. Maar toch met een beetje een slag om de arm. “Het is wel anders dan op de Weissensee, want dan schaats je een parcours en hier is het 500 keer hetzelfde. Zelfde heup ja, zelfde bocht. Je weet het nooit, maar in principe moet het voor ons te doen zijn.”
Jaarlijks wagen zo’n vijftien à twintig schaatsers zich aan de ‘500’. “Ja de lat ligt best hoog”, realiseert Roy zich. “Daarom gaan we kijken of we in de toekomst een grotere doelgroep kunnen benaderen met andere varianten, zodat men ook de uitdaging kan hebben om bijvoorbeeld 200 ronden te schaatsen. Ik denk dat we ook gaan kijken of we een mooie challenge kunnen creëren met meerdere ijsbanen tegelijk.”
Alkmaar zette zich deze week weer op de kaart als voetbalstad, in ieder geval voor het Nederlandse en Engelse publiek. Maar Alkmaar is als voetbalstad voor de hele wereld relevant, door de bijzondere geschiedenis van vrouwelijke scheidsrechters. Een unieke vondst op een Alkmaarse zolder onderstreept dat nog maar eens.
Op die zolder lag namelijk het tenue van Klaziena Laan, één van de drie vrouwen die als allereerste het fluitje in de hand namen. Laan droeg het scheidsrechterstenue in 1961, en heeft het daarna altijd bewaard. Vorig jaar overleed ze.
De dochter van Klaziena Laan en sporthistoricus Jurryt van de Vooren hebben er intussen voor gezorgd dat het tenue een plek heeft gekregen in het Regionaal Archief Alkmaar. (tekst gaat door onder de foto)
Het gebouw van het archief in Alkmaar (foto: Streekstad Centraal)
De vondst komt niet uit de lucht vallen. Vorig jaar riep Van de Vooren er eigenlijk al letterlijk toe op, in gesprek met Streekstad Centraal: “Ik weet niet of het er nog is, het is zo lang geleden. Maar wie weet… Als iemand nog een scheidsrechterspak heeft liggen uit die tijd, dan zou dat echt fantastisch zijn.”
Die oproep was dus niet aan dovemansoren gericht. Jacqueline de Kroon, de dochter van Laan, wist dat het pak van haar moeder nog op zolder lag en nam contact op met Van de Vooren. Die spreekt van een ‘unieke’ vondst: “Dit is het enige uit 1961 dat is overgebleven.” (tekst gaat door onder de foto)
De vrouwelijke scheidsrechters in hun zelfgemaakte tenues (foto: aangeleverd)
De drie vrouwen hadden hun tenues zelf gemaakt, in het geheim. Heel hun opleiding tot scheids was met geheimzinnigheid omgeven geweest, omdat de KNVB er niets van wilde weten. Het hield de Alkmaarders niet tegen. Klaziena Laan was samen met Nel Rentenaar en Ineke Boom de eerste vrouwelijke scheidsrechter in het voetbal – ter wereld.
Over deze unieke geschiedenis schrijft Jurryt van de Vooren een boek, dat in juni moet verschijnen onder de titel ‘De vrouwen van ’61’. Het Regionaal Archief Alkmaar maakt dat mede mogelijk.
Nog twee maandjes wachten, maar dan is-ie klaar voor gebruik: de nieuwe hal bij sporthal Het Vennewater in Heiloo. Heiloo blijkt een sportieve gemeente. Er wordt flink gesport, en dan het liefst in de zaal. Daarom is het al jaren dringen geblazen voor de vele sportverenigingen die op de sporthal zijn aangewezen. Volgend seizoen komt er meer lucht: “Dan kunnen de sportverenigingen eindelijk weer hun thuiswedstrijden in Heiloo spelen.”
Want het klinkt misschien gek, maar voor een thuiswedstrijd van De Terriërs (hockey), HZV (zaalvoetbal), Flashing (basketbal) of Effect (volleybal) moeten de spelers vaak naar Egmond, Alkmaar of Castricum. “Die ene vloer in sporthal Het Vennewater wilde iedereen tegelijk hebben”, vertelt Chrétienne Nielen, voorzitter van het overlegplatform van de Heilooër sportverenigingen. (tekst loopt door onder de foto)
Met haar oranje jas mocht Chrétienne Nielen, voorzitter van het Gemeentelijk Binnensportaccommodaties Overleg (GBSA), niet ontbreken tijdens de speciale rondleiding van de gemeente Heiloo voor de pers. (foto: gemeente Heiloo)
Daarom maakten de gezamenlijke sportverenigingen al in 2018 een plan om de sporthal uit te breiden. Dat was meteen het startschot voor een grote lobbycampagne. De miljoenen die nodig waren voor de nieuwe hal lagen niet bij de gemeenteraad te wachten, dat was vanaf het begin duidelijk.
De sportverenigingen hadden echter een lange adem. “Het werd een heel project waarbij we de gemeente er echt van moesten overtuigen dat we die hal nodig hadden. In in eerste instantie werd daar niet heel positief op gereageerd, want het kost natuurlijk een vermogen. We maakten een bidboek, waarmee we alle politieke partijen langs gingen. We hebben geflyerd op het station. We hebben posters opgehangen bij alle winkels. Nou, van alles en nog wat gedaan.” (tekst loopt door onder de foto)
Wethouder Antoine Tromp (rechts) geeft samen met de gemeentelijk projectleider Arjan van Koolwijk een toelichting aan de lokale pers op de bouw van de nieuwe hal bij sporthal Het Vennewater. (foto: Streekstad Centraal)
Twee jaar geleden was het plaatje eindelijk compleet. Wethouder sport Antoine Tromp benadrukt dat dat ook te danken is aan de gunstigere exploitatielasten, doordat de energierekening veel lager gaat uitvallen. “De oude sporthal is nog op gas gestookt. Maar de nieuwe hal die wordt 100% elektrisch met warmtepompen. En met heel veel zonnepanelen op het dak.”
“Door de overbelasting van het elektriciteitsnetwerk konden we niet rekenen op een zwaardere stroomaansluiting. Dat motiveerde ons extra om er een heel duurzame sporthal van te maken. Met zonnepanelen en warmtepompen wekken we zelf energie op. Die wordt opgeslagen in een eigen accupakket. Daardoor kunnen we die stroom later gebruiken als het in de sporthal nodig is. De huidige problemen op het stroomnetwerk dwingen iedereen om nog iets creatiever en innovatiever met de energievoorziening om te gaan.” (tekst loopt door onder de foto)
“De sportverenigingen van Heiloo hadden vooral meer vloer nodig. Al werd het een bollenschuur, dat maakte ons niet uit”, laat Chrétienne Nielen weten. Het is iets veel mooiers geworden. (afbeelding: aangeleverd)
De energierekening zou nóg lager kunnen als de oude hal zou worden geïsoleerd en ook kan worden aangesloten op het nieuwe systeem: “Maar dat is iets voor de toekomst, waarover de gemeenteraad zich nog moet buigen.” Chrétienne Nielen zou nieuwe investeringen in de sporthal wel toejuichen: “We zouden wel 4 of 5 hallen kunnen vullen met zaalsporters in Heiloo.”
Nielen heeft geen verklaring voor de grote populariteit van zaalsporten, maar het is voor haar wel als een gegeven. Zeker nu er steeds meer nieuwbouw in Heiloo bij komt, moest er wat gebeuren: “HZV is een van de grootste zaalvoetbalverenigingen van Nederland. Met de grootste jeugdafdeling van Nederland. Dat betekent dat je allemaal in de namiddag wilt trainen. Zaalhockey, volleybal en basketbal natuurlijk ook. Dus we zaten elkaar echt ontzettend in de weg.” (tekst loopt door onder de foto)
De rondleiding voor de pers leidde naar het hart van de nieuwe sporthal. Wethouder Antoine Tromp raakt niet uitgepraat over het duurzame karakter van de uitbreiding van Het Vennewater. (foto: Streekstad Centraal)
De nieuwe sporthal draagt volgens Nielen ook bij aan het clubgevoel bij elke sportvereniging. “Je hebt een thuishonk nodig waar je elkaar ontmoet. Er waren teams die uit elkaar dreigden te vallen. Als je elke keer om 11 uur ’s avonds moet spelen en dan ook nog naar Egmond moet, dan denken sommige teams eraan om te stoppen.”
De wethouder met zijn delegatie en de pers worden na een uur weer naar buiten begeleid, want de bouwvakkers moeten verder. Nielen kijkt ontzettend blij: “Ik ga niet zeggen dat het nu helemaal perfect is. Maar we gaan allemaal er veel meer uren bij krijgen. Daar zijn alle clubs ontzettend mee geholpen.”
Een kleine overwinning. Door naar de tweede ronde via de herkansing. Terwijl baanwielrenners in de regio al zeker zijn van onderdak in Alkmaar, is de strijd voor atleten nog in volle gang. Maandag stemde Alkmaarse gemeenteraad ervoor om in ieder geval te onderzoeken of de realisatie van een atletiekhal haalbaar is. “De eerste stap richting iets moois.”
Er werd gehoopt op een volwaardige atletiekhal met 200 meter rondebaan, maar toen duidelijk werd dat de raad daar weinig voor voelde, is snel ingezet op een kleinere uitvoering. D66, BAS, SPA en Leefbaar Alkmaar zagen dat wel zitten en kwamen met een motie voor een haalbaarheidsonderzoek. (tekst gaat verder onder de foto)
De atletiekhal in Amsterdam. Hylas hoopt op een bredere versie, zodat meerdere groepen de ruimte eventueel kunnen delen. (foto: Sportcentrum Ookmeer)
Het werd geen lang debat. Vrijwel iedereen vond een onderzoek prima, al wilden meerdere fracties van sportwethouder Christiaan Peetoom horen dat er geen vertraging voor het Sportpaleis zou ontstaan. De CDA-fractie stelde dat Hylas het onderzoek zelf moest draaien en bekostigen, maar volgens de wethouder was er wel financiële ruimte. Evengoed stemde het CDA – als enige partij – tegen.
“Ik ben positief. De eerste stap richting iets moois”, zei Sergei van Exel, Hylas-bestuurslid, na afloop. En wat hem betreft maakt het weinig uit of de atletiekhal onderdeel wordt van het Sportpaleis, of direct naast de buitenbaan komt. De club staat paraat om mee te werken aan het onderzoek. Er was al het nodige voorwerk gedaan, onder met een schatting van de bezettingsgraad, belangrijk voor de exploitatie. “Zeker zeker, we gaan daar zeker mee verder.”
Elly Konijn-Vermaas van D66, hoofdindiener van de motie, was ook tevreden. “Het is natuurlijk een goede motie. We hebben het over atletiek, dat is echt een breedtesport in Alkmaar en Alkmaar groeit. Er komt een nieuwe tijd aan en dan moeten we naar ál onze voorzieningen kijken. Ook onderwijshuisvesting natuurlijk, maar ook de sport. En dan denk ik, als we alles op een rijtje zetten, dan verdient de atletiek ook gewoon een update.”
Deze week schoof de nog steeds jonge fusieclub VV Egmond de 65-jarige Dik Norder naar voren als de man die de drie jeugdopleidingen van Sint Adelbert, Egmondia en Zeevogels tot een geheel moet smeden. Een flinke uitdaging, maar daar houdt Norder van. “Het begint allemaal bij gelijkwaardigheid.”
Nog verheugd over zijn recente aanstelling als hoofd jeugdopleiding bij VV Egmond, spreekt Streekstad Centraal Norder over zijn plannen bij de club. Na jaren verantwoordelijk te zijn geweest voor de jeugdopleidingen van eerst Kolping Boys en daarna De Foresters, weet hij hoe de hazen lopen in de jeugdafdelingen van amateurclubs. Hij heeft dan ook een heldere visie ontwikkeld over hoe een jeugdopleiding succesvol kan worden.
“Het begint allemaal bij gelijkwaardigheid”, vertelt hij. “Je moet een sfeer creëren waarin iedereen zich betrokken voelt bij de club, want alleen als je met elkaar sterk bent, komt een jeugdopleiding echt tot bloei.” Een echt clubgevoel is daarvoor van groot belang, maar Norder ziet – tot zijn ongenoegen – dat echte clubgevoelens steeds zeldzamer worden.
“De kantine, die is daarvoor van cruciaal belang. Ik zie nu vaak op de amateurvelden dat jongens en meiden met hun voetbalkleren al aan naar de trainingen en wedstrijden komen, om daarna weer direct naar huis te gaan. Bij VV Egmond moeten we de kantine een aantrekkelijke plek maken zodat de jeugd na wedstrijden en trainingen nog even in de kantine blijft hangen. Dat kun je doen door bijvoorbeeld limonade of een snackje voor ze klaar te zetten.” (tekst gaat door onder de foto)
Dik Norder omarmt zijn nieuwe club: “De ambitie die de club uitstraalt, spreekt me aan” (foto: Streekstad Centraal)
Wat ook belangrijk is om een clubgevoel te creëren, is dat de sfeer langs de lijn goed is, stelt Norder. “Als ik zie dat ouders langs de lijn voor een negatieve sfeer zorgen, spreek ik ze daarover aan.” Ook voor grote namen deinst hij niet terug. “Bij De Foresters stond een oud-profvoetballer ooit zowat op het veld om zijn zoon van aanwijzingen te voorzien. Maar oud-profvoetballer of niet, ik loop dan naar diegene toe en vraag hem of haar zich gedeisd te houden.” Alles om de sfeer om de club goed te houden.
Bijna twee jaar geleden fuseerden de Egmondse voetbalclubs Sint Adelbertus, VV Egmondia en VV Zeevogels tot VV Egmond, wat betekent dat de drie jeugdopleidingen samengevoegd zijn tot een jeugdopleiding. Aan Norder is het nu de taak om de drie jeugdopleidingen tot één geheel te smeden.
Eigenlijk is Norder al met pensioen, maar door deze klus werd hij dusdanig geprikkeld dat hij niet kon weigeren. “Dat VV Egmond uit drie gefuseerde clubs bestaat, maakt het voor mij nieuw en uitdagend. Ook de ambitie die de club uitstraalt, sprak me aan; die sluit goed aan bij mijn eigen doelen.” De doelen die Norder bij elke club voor zichzelf opstelt zijn: (minstens) niveaubehoud, meer leden en een betere opleiding. (tekst gaat door onder de foto)
Deze week was de kogel door de kerk: Dik Norder wordt de nieuwe hoofd jeugdopleiding van VV Egmond (foto: aangeleverd)
Om die doelen te behalen, is het van cruciaal belang dat Norder de Hoevers (Egmond aan de Hoef, VV Zeevogels), de Akkeloren (Egmond-Binnen, Sint Adelbert) en Derpers (Egmond aan Zee, VV Egmondia) met elkaar kan verbinden. Gezien de onderlinge strijd die nog weleens kan heersen tussen de drie, staat Norder een behoorlijke klus te wachten. Wanneer hij aan een klusjesman op de club in grote lijnen zijn plannen uitlegt, reageert de klusjesman verbaasd: “Akkeloren, Derpers en Hoevers met elkaar verbinden? Succes.”
Maar Norder deinst niet terug voor een uitdaging. “Ik ben een verbinder. Ik behandel iedereen op een club gelijk en ik heb de afgelopen jaren gezien dat dat tot hele mooie dingen kan leiden.” Dat Norder iedereen gelijk behandelt en vooral ook het gevoel wil geven dat niemand beter is dan de ander, blijkt in het gesprek met de klusjesman. Wanneer de klusjesman zegt “ook maar een vrijwilliger” te zijn, valt Norder hem direct in de rede: “Haal dat ‘maar’ weg alsjeblieft, zonder vrijwilligers kan geen amateurclub blijven bestaan”.
Zelfs AZ-speler Kees Smit hoefde vroeger bij De Foresters niet te rekenen op een voorkeursbehandeling van Norder. “Mij werd gevraagd of ik een aantal weken met hem mee wilde lopen om te zien hoe goed hij was, maar dat doe ik niet. Ik ging hem, ondanks dat ik zag dat hij exceptionele kwaliteiten had, niet anders behandelen dan andere spelers.” Als iedereen gelijkwaardig behandeld wordt, bloeien spelers vanzelf op, is Norders visie.
Hoewel Norder officieel pas met ingang van komend voetbalseizoen begint, is hij nu al druk bezig met het uitdenken van hoe hij zijn visie gaat toepassen op VV Egmond en het ontmoeten van mensen op de club. VV Egmond, met 1100 leden een club van formaat, zal de komende jaren het verleden moeten afsluiten een eigen ziel moeten ontwikkelen. Daar wil Norder een grote rol in gaan spelen.
Blijdschap en opluchting op de publieke tribune van in de Alkmaarse raadzaal, aan het eind van de raadsvergadering. Er komt een nieuw Sportpaleis mét wielerbaan, zo besloot de raad vrijwel unaniem. Een hele grote verrassing was het niet, maar nu is het écht. De liefhebbers van het baanwielrennen feliciteerden elkaar met het resultaat.
23,7 miljoen euro. Dat is het geschatte prijskaartje voor een grondige renovatie, waarmee het Sportpaleis vervolgens weer 25 jaar mee zou moeten gaan. Dat is wat het college de raad voorlegde. Maar die bleek andere plannen te hebben. Meerdere partijen vreesden mogelijk (veel) hogere renovatiekosten en/of een kortere levensduur. Vier fracties (BAS, D66, SPA, Leefbaar Alkmaar) beten liever door de zure appel heen en pleitten voor volledige nieuwbouw mét wielerbaan.
“De gemeente is dan 130.000 euro meer kwijt per jaar, maar daarmee investeer je wel in een gebouw voor 50 jaar, in plaats van 25 jaar. Dit is verstandig investeren”, trapte Gosse Postma (BAS) af. “Zo behouden we de wielerbaan voor Alkmaar, dat vindt die een icoon. De zaalsporten die ruimte tekort komen, komen ook goed aan hun trekken, dat wordt ook fantastisch.” (tekst gaat verder onder de afbeelding)
Vier jaar geleden was het plan nog om het Sportpaleis te renoveren, en de gebouwen ervoor te vervangen. (tekening: Gemeente Alkmaar)
Maar die faciliteiten zijn er ook met renovatie, pareerde Frits Jonk (CDA). Postma retourneerde met de renovatie van de Tweede Kamer als voorbeeld. “Dat begon met 500 miljoen en we zitten nu op 2 miljard. Zelf heb ik drie huizen verbouwd en twee winkels. Je denk ‘het wordt 100 en aan het eind zit je op 150 (duizend euro, red.) Je zit op de helft en je kan niet stoppen!”
Volgens Postma vinden aannemers dergelijke renovatieklussen geweldig, want de kans is aanzienlijk dat er extra werk nodig is. “Dan zeggen ze, ‘we slopen de boel open en ja hoor, daar komt de eerste meerwerkrekening’. En de gemeente maar tekenen bij het kruisje, want je kan niet stoppen.” Postma haalt daarbij nog een eerder renovatie aan: “De laatste investering van 2003 is gewoon geld geweest.”
De woorden van de andere indieners van het amendement kwamen eigenlijk op hetzelfde neer: ook zij vinden de risico’s van renovatie van het Sportpaleis te hoog. En ze willen het baanwielrennen in Alkmaar behouden. (tekst gaat verder onder de foto)
Ex-toppers Niki Terpstra, Reinier Honig (links) en Laurens ten Dam (rechts) hebben veel moeite gedaan om een frisse wind door het Alkmaarse baanwielrennen te laten waaien. (foto: Alkmaar Sport)
En dan breekt sportwethouder Christiaan Peetoom plotseling en onverwacht in, want de wereld buiten de raadszaal draait door: “Beste mensen, we hebben hier een héél belangrijk debat, in de belangrijkste zaal van Nederland natuurlijk, maar in Almelo… we gaan door naar Rotterdam. Beste mensen gefeliciteerd!” AZ heeft zich net via strafschoppen geplaatst voor de bekerfinale. De sportwethouder zorgde voor een breed applaus in de raadszaal
Terug naar de zaken die op tafel liggen: PvdA en FVD wilden ook nieuwbouw, maar dan graag zonder wielerbaan, dat scheelt 15 miljoen. Het CDA gaat voor het collegevoorstel, en dus voor grondige renovatie, al vond de fractie wel dat de kostenraming ‘op dun ijs’ was gebaseerd. Daarmee werd gedoeld op de keuze van het college om pas na de raadsstemming een diepgaand bouwtechnisch onderzoek te laten uitvoeren. Dat er dus nog een weg terug mogelijk was, bleek voor OPA, SP en PvdD voldoende om toch voor renovatie te gaan.
Daarmee nam een ruime meerderheid van 26 tegen 9 stemmen het amendement – vóór nieuwbouw en met wielerbaan in plaats van renovatie – aangenomen. Met dat uit de weg, stemden alleen nog SP en PvdD tegen het plan.
De Pater Jan Smitschool heeft de titel ‘Schoolzwemkampioen van Heerhugowaard’ geprolongeerd. De jaarlijkse titelstrijd werd afgelopen weekend gehouden in Zwembad Waardergolf. De leerlingen van de basisschool aan de Dreef wonnen vier van de elf races.
Zwemvereniging Aquawaard organiseert ieder jaar de Heerhugowaardse kampioenschappen schoolzwemmen. Van het weekend namen 69 leerlingen uit de groepen 3 tot en met 8 deel van vele lokale basisscholen deel aan de titelstrijd in de Waardergolf. Ze moesten drie banen zwemmen, eerst met de schoolslag, daarna de rugcrawl en als laatste met de borstcrawl. De kinderen van de Pater Jan Smitschool eindigden voor het tweede jaar op rij bovenaan het scholenklassement. (tekst gaat verder onder de foto)
De meiden staan er nog ontspannen bij, in afwachting van hun eigen zwemwedstrijd om het Heerhugowaardse scholenkampioenschap zwemmen (foto: aangeleverd)
Dat de titel opnieuw naar de Pater Jan Smitschool ging, was vooral te danken Ross Duif, Soof Handgraaf, Jaycen van der Velden en Hailey van der Velden. Zij wonnen hun wedstrijden.
De andere zeven races werden gewonnen door Quint Heijnis (De Boomladder), Tessa Suárez Pinto (Atalanta), Vinz Bartelings van der Deure (De Zeppelin), Sofia Wolters (Familieschool), Elisa Kossen (Familieschool), Luuk Laan-van der Drift (De Schatkist) en Spirez Hisham (basisschool Nexus).
Oud-raadslid Leo van Etten uit De Rijp komt niet meer zo vaak in de Alkmaarse raadzaal. Toch stond hij daar twee weken geleden weer op het toneel, toen hij kwam inspreken over de plannen om te investeren in het Sportpaleis. Naast groot muziekliefhebber is Leo namelijk ook een fanatiek wielrenner. Muziek sterft nooit uit, maar over de toekomst van de wielersport in de regio maakt hij zich zorgen. “Nederland als fietsland staat onder druk”, stelt Van Etten.
Nederlandse successen lijken al decennialang vanzelfsprekend in de Tour de France. Het is volgens Van Etten te danken aan de fietscultuur in Nederland, met amateurs die zich met elkaar meten in amateurwedstrijden en doorgroeien naar grote klassiekers zoals de Wielerronde van Noord-Holland, de Ronde van Overijssel en de Amstel Gold Race. Ooit waren er bijna twintig topteams die tijdens de grote klassiekers tegen elkaar streden. De aanvoer van nieuwe wielrenners kwam vanuit de amateurjeugd. (tekst gaat verder onder de foto)
Het NK Wielrennen in Nijmegen gaat dit jaar niet door vanwege de NAVO-top. Er blijven steeds minder grote wielrenwedstrijden over waar Nederlands talent zich met elkaar kan meten.
Maar van die grote klassiekers is bijna niets meer over. Zoals de Ronde van Noord-Holland, die enkele jaren geleden een stille dood stierf. “De grote klassieke wedstrijden zijn ten dode opgeschreven. Nu de politie geen mensen meer levert voor de motorbegeleiding, is het gedaan met de meeste klassiekers. Twee weken geleden werd zelfs het komende NK Wielrennen in Nijmegen afgelast vanwege de NAVO-top”, stelt Leo.
Wielrenners zullen waarschijnlijk nooit meer in een wedstrijd van stad tot stad kunnen fietsen, maar alleen ‘lusjes rijden’: ergens in een afgezet parcours van enkele tientallen kilometers steeds hetzelfde rondje rijden. Maar er is vrijwel geen wielerclub met een eigen parcours. (tekst gaat verder onder de foto)
De Wielerronde de 100 van Oudorp is een voorbeeld van lusjes rijden: een wedstrijdparcours in een klein gebied dat kan worden afgezet en in de race een aantal keer wordt gereden. Foto Chris Schotanus
“Voor de wielersport is er nu helemaal niks. De amateur-wielerverenigingen hebben allemaal te maken met teruglopende ledentallen. Verenigingen die geen ‘clubhuis’ hebben, leiden een zieltogend en marginaal bestaan. Geen kleedkamers, geen sportkantine, geen parcoursen en geen banen. Stel je een zwemvereniging voor zonder zwembad. Dat is ten dode opgeschreven.”
Daarom is hij zo blij dat elf clubs met meer dan 1500 leden de krachten hebben gebundeld en een plan hebben ingediend voor een Outdoor Experience Center bij recreatiegebied Geestmerambacht: “Wegrenners, BMX’ers, skeeleraars, inline skaters, mountainbikers, paralympiërs en zelfs triatleten zijn namelijk voor een belangrijk deel de toekomstige gebruikers”, zo hield hij twee weken geleden de Alkmaarse raadsleden voor. (tekst gaat verder onder de foto)
Het plan voor een Outdoor Bike Experience wordt gedragen door onder meer wielrenners, triatleten, mountainbikers, paralympiërs, skeelerers en inline skaters. (foto: Le Champion)
Hij wilde de Alkmaarse politici tijdens de raadscommissie duidelijk maken dat zo’n thuishonk voor deze verenigingen onmisbaar is. Onmisbaar om een goede toevoer te hebben van wielrenners die ook het uitstapje willen maken naar het baanwielrennen in het Sportpaleis.
Er ligt een haalbaarheidsonderzoek, waaruit blijkt dat de Outdoor Bike Experience bij Geestmerambacht kostendekkend kan zijn, en dat het Alkmaar maar een fractie hoeft te kosten van het bedrag dat straks voor het Sportpaleis opzij wordt gezet. Ook omdat Dijk en Waard meebetaalt.
De wethouders van Dijk en Waard en Alkmaar hebben dat gegeven – als bestuurders van het recreatieschap – in ontvangst genomen. Van Etten is opgetogen dat de gemeenten hebben besloten dat het rapport volgende week openbaar mag worden: “Maandag komt er een persbericht.” (tekst gaat verder onder de foto)
Gebruikers van de wielerbaan in het Alkmaarse Sportpaleis zijn allemaal begonnen bij amateur-wielrenverenigingen in de regio. “Als het daar regent, drupt het op de wielerbaan.” foto: Alkmaar Sport
Het zijn twee aparte projecten, maar de wielerbaan in het Sportpaleis kan volgens hem niet zonder het initiatief bij recreatiegebied Geestmerambacht: “Als het bij ons regent, drupt het op de wielerbaan in het Sportpaleis. De Outdoor Bike Experience wordt de redding van de wielersport in de regio.”
De intocht van de 5000 deelnemers aan de Alkmaarse Wandel4daagse wordt dit jaar volledig omgegooid. De slotdag van het grote wandelevenement eindigde altijd op het Waagplein. En dat blijft zo. Maar de ‘aanloop’ naar die finish wordt veel korter. “We willen dat de deelnemers de laatste kilometer voortaan veel meer als een feestelijke intocht ervaren”, vertelt event manager Jeroen Wouda van organisator Le Champion.
De laatste wandeldag van het op twee na grootste wandelevenement van Nederland trekt door grote delen van Alkmaar en eindigt al sinds de start in 2007 op het Alkmaarse Waagplein. Alle lopers zijn dan door Alkmaar-Noord getrokken. De fanatiekelingen hebben dan ook door Warmenhuizen, Geestmerambacht en de Broekerveiling in Broek op Langedijk gewandeld.
Vanaf de Friesebrug volgde eerder een parcours door de Alkmaarse binnenstad, waaronder de Langestraat. “De wandelaars mengen dan met het winkelend publiek. Dat doet het gewenste effect van een feestelijke intocht nogal teniet”, stelt eventmanager Wouda. “We willen de route vanaf de Friesebrug korter maken, met meer bandjes, entertainment en beleving.” (tekst gaat verder onder de video)
De wandelaars slaan straks na de Friesebrug linksaf naar het Victoriepark. Daarna lopen de deelnemers bij het water van de Bierkade langs de Accijnstoren en gaan daarna rechtsaf bij het Verdronkenoord. Via de Plattestenenbrug en de Gewelfde Stenenbrug finishen de lopers daarna op het Waagplein. Daarmee wordt de vorige route met een lus door de binnenstad over Kooltuin, Bolwerk, Ritsevoort en Langestraat verlaten.
“De binnenstad wordt vanaf het startpunt bij de Grote Kerk al goed bediend op de tweede dag, als de wandelaars vanaf de start door de binnenstad trekken en de Oude Stad aandoen. Daarom denken we dat we de deelnemers niets tekort doen met inkorting van de route op de laatste dag”, stelt Wouda. (tekst gaat verder onder de foto)
De wandelaars komen op de laatste dag van de Wandel4daagse op de laatste kilometers voor de finish langs de molens van de Zeswielen. (foto: aangeleverd)
Le Champion wil op zaterdag 14 juni bandjes regelen op de laatste kilometer en denkt ook aan ander entertainment langs de route in de binnenstad. Het gaat momenteel goed met de inschrijvingen, vertelt de event manager: “We zitten met meer dan 2000 inschrijvingen nu iets boven de aantallen van vorig jaar op dit moment.”
De inschrijvingen komen uit alle provincies en ook uit het buitenland. “We tellen nu tien nationaliteiten. Er komt zelfs een deelnemer overvliegen uit de Verenigde Staten.” Wouda telt uit de gemeente Alkmaar nu 500 aanmeldingen en datzelfde aantal deelnemers heeft zich al ingeschreven vanuit een van de buurgemeenten.
Van de beperkingen door de NAVO-top in Den Haag heeft de Wandelvierdaagse geen enkele last. “Wij zijn een laag-risico-evenement zonder wedstrijdelement. Dat vergt minder politieinzet voor verkeersafzettingen. Dat zou anders zijn als de NAVO-top in het najaar was rond de Dam-tot-Damloop. Dan zijn er hogere medische risico’s en meer verkeersafzettingen nodig. In tegenstelling tot dat hardloopevenement geeft de Wandel4daagse geen hoge belasting voor de hulpdiensten.”
Dit jaar krijgt het Praethuys in Alkmaar opnieuw de opbrengst van de donatieacties rond de Wandel4daagse.
De event manager kan niet wachten tot dinsdag 10 juni, als de officiële opening is van het vierdaagse wandelevenement. “De opbrengst van de donatieacties gaat dit jaar opnieuw naar het Praethuys in Alkmaar.” Dat leverde vorig jaar meer dan 40.000 euro op voor het inloophuis aan de Westerweg voor iedereen die getroffen is door kanker. “Als veel deelnemers weer een actiepagina opzetten, wordt dat dit jaar misschien wel meer. We moedigen iedereen aan dat te doen”, besluit Jeroen Wouda van Le Champion.
Inschrijven voor de Wandel4daagse en het opzetten van een actiepagina kan op de website van Le Champion.