Er wordt minder gerookt en gedronken in regio Noord-Holland Noord. Dit blijkt uit de Gezondheidsmonitor Volwassenen en Ouderen 2020. Ook voelen inwoners zich vergeleken met 2016 wat gezonder en minder beperkt in het dagelijks leven. Daarentegen gaven wel meer mensen aan dat ze last hadden van eenzaamheid, depressie of een angststoornis. Dit wordt deels geweten aan de coronacrisis. Ook is de positieve trend in bewegen gestagneerd. Desalniettemin scoort de regio hoger dan het landelijk gemiddelde.
‘Hallo, hoe gaat het met ons?’ zo luidde de slogan van de Gezondheidsmonitor 2020. In het najaar, midden in de coronacrisis, namen ruim 19.000 volwassen regiobewoners deel aan het vierjaarlijkse onderzoek. De resultaten zijn belangrijke data voor lokaal, regionaal en landelijk gezondheidsbeleid.
De psychosociale gezondheid onder inwoners van 18 tot 65 jaar lijkt verslechterd. Zo nam het percentage volwassenen dat zich matig tot (zeer) ernstig eenzaam voelt sinds 2016 toe van 39 naar 43 procent, en steeg het risico op depressie of angststoornis van 37 naar 45 procent. Dat cijfer lag onder jongvolwassenen relatief hoger. De coronacrisis maakte 12 tot 18 procent eenzamer, angstiger en depressiever. Slechts 1 tot 2 procent gaf aan dat ze zich juist beter voelden.
Er wordt minder gedronken en gerookt in Noord-Holland-Noord. Zo is overmatig alcoholgebruik. Dat betekent meer dan gemiddeld meer dan veertien glazen alcohol per week voor mannen en meer dan zeven voor vrouwen, onder volwassenen gedaald van 21 naar 17. Onder volwassenen rookt 18 procent en onder 65-plussers 9 procent, tegenover 22 en 11 procent in 2016. Door de crisis dronk 12 procent minder, tegenover 6 procent juist meer.
Mogelijk heeft de coronacrisis ook een effect gehad op het beweeggedrag, met name voor de inwoners van 18-65 jaar. In de regio gaf 30% van de volwassenen aan door de coronacrisis minder te bewegen en 16% gaf aan meer te bewegen. De positieve trend in bewegen die we sinds 2012 zagen, is gestagneerd; 58% van de volwassenen voldoet aan de beweegrichtlijn, in 2016 en 2012 was dit 59% en 54%. Van de inwoners van 65 jaar en ouder voldoet 43% aan de beweegrichtlijn in 2020, 42% in 2016 en 38% in 2012. Volgens de beweegrichtlijn zouden volwassenen (18 jaar en ouder) elke week ten minste 150 minuten matig intensief moeten bewegen én minstens twee keer per week spier- en botversterkende activiteiten moeten uitvoeren.
Driekwart van de inwoners gaf aan dat hun gezondheid goed tot zeer goed was. Dat is meer dan in 2016 en de coronacrisis lijkt weinig invloed te hebben gehad. Zo’n 83 procent en zelfs 93 procent onder 65-plussers gaf aan dat de algemene gezondheid niet veranderde. Het percentage dat beperkingen ervaart in het dagelijks leven is iets gedaald: van 27 naar 24 onder volwassenen, en van 48 naar 4 procent onder ouderen.