Een voormalige gymleraar van een middelbare school in Alkmaar wordt verdacht van het misleiden van een minderjarige leerlinge. De man werkt al even niet meer op de school en zal zich volgende maand in de rechtbank moeten verantwoorden.
Vorige zomer kwamen bij mediapartner NH Nieuws tips binnen over ‘een onderzoek’ naar een gymleraar van een middelbare school in Alkmaar. Hij zou contact hebben gehad met een minderjarige leerlinge en daarom zijn ‘geschorst’. Op 3 augustus belde onze mediapartner de school en de leraar, waarvan het de namen bewust niet achterwege laat. De schoolwoordvoerder ontkende in eerste instantie in alle toonaarden dat er ook maar iets speelde. De docent wilde niet praten en hing op. De politie liet na algemene vragen alleen los dat er een zedenonderzoek liep naar een docent van een middelbare school in Noord-Holland Noord.
Later vertelden meerdere bronnen rondom de school onafhankelijk van elkaar dat er wel degelijk iets speelde. “We hebben de docent de laatst tijd ook niet meer op school gezien. Hij was niet bij de diploma-uitreiking. Maar iedereen op school weet het”, aldus een leerling. NH stelde opnieuw vragen aan de school. “Onze reactie van vandaag blijft gelijk aan die van 3 augustus: tegen niemand van [naam school] is aangifte gedaan, er is niemand geschorst, er is ons niets bekend van een politieonderzoek, kortom er is niets met enige nieuwswaarde. Om die reden verwachten we natuurlijk van NH Nieuws dat in een eventuele publicatie op geen enkele wijze een relatie kan worden gelegd met onze school / scholen / koepel.”
Uit navraag bleek dat er inderdaad géén aangifte is gedaan tegen de docent, maar dat het OM zelf een onderzoek liet starten. In algemene zin kan dit al na een melding bij de politie, bijvoorbeeld als slachtoffer en verdachte elkaar kennen of de aangiftebereidheid laag is, zoals in zedenzaken nog wel eens het geval is. In oktober liet de Koninklijke Marechaussee na vragen weten dat zij het zedenonderzoek hadden overgenomen van de politie en ‘de verdachte inmiddels is gehoord’. Na nog meer telefoontjes deze maand januari is duidelijk dat het onderzoek is afgerond en het OM de docent gaat vervolgen. In februari moet hij voorkomen voor de meervoudige strafkamer.
In een nieuwe reactie laat de schoolbestuurder weten dat hij het ‘schokkend’ vindt. “Justitie ziet blijkbaar aanleiding om de docent te vervolgen.” De school heeft volgens hem zo goed mogelijk geprobeerd te handelen in een ‘intensief moment’. “Wij nemen dit heel serieus. Toen de leerling meldde dat er iets was voorgevallen, hebben we haar meteen gekoppeld aan een vertrouwenspersoon.” Ook zijn er meerdere gesprekken gevoerd met de docent. “Ook de aangeklaagde heeft recht op bescherming en begeleiding. Het was voor ons niet helder of het was gebeurd. Er is wel meteen een scheiding gecreëerd waardoor er geen contact (tussen de docent en de leerling, red.) meer kon zijn.”
Inmiddels werkt de docent niet meer op de school. “Er zitten toch krassen op iemand”, zegt de bestuurder. Volgens hem wisten de school op het moment van de eerdere vragen niet dat er een onderzoek liep van de politie. Wanneer de leraar precies moest vertrekken, laat hij echter niet los. Op de vraag waarom andere ouders niet zijn ingelicht, zegt hij dat ‘de mensen die het moesten weten’ ervan wisten. “We zullen kijken of de procedures nog goed zijn en er adequaat is gehandeld. Maar ik denk van wel. In een situatie als deze zijn alleen maar verliezers.”