Handig toch, zo’n supermarkt om de hoek. Kaas, brood, groenten, kattenbakgrit, daar hoef je niet meer vier winkels voor af te struinen. Maar met de groei van het aantal supermarkten is het soms hard aanpoten voor speciaalzaken; zo is in tien jaar tijd bijna een kwart van de groenteboeren in Nederland verdwenen. Met de kaasboeren gaat het juist steeds beter. Hoe zit dat bij ons in de regio?
“Vroeger zag het er hier verschrikkelijk anders uit”, vertelt Diana. Vroeger is in dit geval 39 jaar geleden, toen Diana haar eerste werkdag bij Kaaspaleis de Mare startte. “Toen was het echt een marktwinkel; je had jonge tot en met oude kaas over de toonbank, en noten.” Hoe anders is het nu, met Beemsterkazen, exclusieve kazen, kazen om mee te borrelen, bonbons en ga zo maar door. “Iedereen wil steeds meer, en wij willen meer bieden. Ons toch al grote klantenbestand wordt steeds groter.” (tekst gaat verder onder foto)
De echte kaasfijnproever weet het stiekem ook wel: kaas in de supermarkt is toch echt anders. Daarom blijven ze komen. “En ook ons personeel is geliefd.” In de supermarkt kan het toch soms wat minder persoonlijk voelen. “Wij kennen de klanten. En natuurlijk heb je wel eens mindere periodes, maar eigenlijk is het hier altijd goed gegaan.” Alkmaar en kaas blijven natuurlijk ook beste vrienden. Het moet gek lopen, willen deze winkels verlies draaien.
Maar waar kaasspeciaalzaken nog hartstikke in trek zijn – en het aantal winkels in de afgelopen tien jaar met 37 procent is toegenomen – is het wat minder gesteld met de groenteboeren in het land. De Kamer van Koophandel laat weten dat in diezelfde tien jaar maar liefst 23 procent van de groenten- en fruitwinkels in het land de deuren voorgoed heeft gesloten. Dat maakt ze de winnaar der verliezers.
Toch gaat het bij groenten- en fruitspeciaalzaak Afslag 43 in Broek op Langedijk beter dan ooit. Judith werkt er al veertien jaar. En de grootste verandering in die tijd? “Meer klanten!” Pardon? “Veel meer.” Zelf denkt Judith dat dit vooral komt door de kant-en-klaarmaaltijden die ze in de winkel aanbieden. “Maar ook door de kwaliteit, natuurlijk. Veel beter dan in de supermarkt. Ik hoor moeders zeggen: als ik broccoli bij jou koop, eten mijn kinderen het wel.” (tekst gaat verder onder foto)
Pizza’s, tortilla’s, stampotten. Wie een hekel heeft aan koken hoeft hier alleen maar naar binnen te stappen voor een verscheidenheid aan gerechten. Maar, Judith merkt wel íets van de vermindering van groenteboeren: “Ik krijg veel meer vraag naar fruitmanden. Omdat dit een uitstervend beroep is, komen ze hierheen.” Wat tot slot een grote klantentrekker is: bieten. “Mensen balen ervan als we die niet meer hebben, ze zijn enorm in trek.” Wat nou, vergeten groenten. “In Broek op Langedijk is niemand ze vergeten!”
Dus: kaas gaat goed, maar groenten ook. Tenminste, in Broek op Langedijk, waar de gemiddelde bewoner misschien íets meer groentenminded is door het Broekerveilingmuseum. Groenten-, fruit- en kaasfans kunnen in ieder geval hun hart ophalen bij de resterende speciaalzaken, die door de groei van alle supermarkten juist nóg specialer worden.