RADIO: Alkmaarder schuldig aan gewapende bedreiging uitsmijter

Een man uit Alkmaar is veroordeeld voor gewapende bedreiging van een uitsmijter bij een café in de binnenstad. Bij hem thuis werden later twee vuurwapen en een mes ontdekt. De rechter gaf een half jaar celstraf, waarvan 130 dagen voorwaardelijk. De 22-jarige man moet ook een jaar uit de buurt van het café blijven. De strafeis was aanzienlijk hoger, maar de rechter hield rekening met zijn leeftijd en zijn hulptraject. Tijdens de zitting zei de Alkmaarder ‘heel stom’ te zijn geweest.

 

De 22-jarige S. H. uit Alkmaar is veroordeeld tot een celstraf van 180 dagen (een half jaar), waarvan 129 voorwaardelijk. De rechtbank acht bewezen dat H. de uitsmijter van een café in de Alkmaarse binnenstad na een woordenwisseling met een vuurwapen bedreigde in de nacht van 26 oktober 2023.
Naast de bedreiging vindt de rechtbank dat er genoeg bewijs is dat H. in de woning waar hij verbleef twee wapens in zijn bezit had. Ook mag hij een jaar niet in de buurt van het café komen. S. bekende en vond het heel stom wat hij gedaan had, zei hij tijdens de behandeling van zijn strafzaak.

De rechtbank komt tot een aanmerkelijk lagere straf dan de eis van het OM, dat twee weken geleden een celstraf van twaalf maanden waarvan zeven voorwaardelijk eiste.

Jong
De rechtbank wil H. een kans geven omdat H. nog erg jong is. Bovendien wil zij de huidige hulp die H. krijgt niet doorkruisen.

De Alkmaarder was die bewuste avond in het café met zijn neef. Die werd ziek aan het eind van de avond en moest overgeven in de wc. Toen de uitsmijter er volgens de verdachte respectloos en lomp op reageerde, werd H. kwaad. Hij maakte eerst een paar opmerkingen, maar toen hij buiten was, eiste hij excuus van de uitsmijter. Daarop trok hij een wapen uit zijn broek en richtte het op het hoofd van de man. ,,Ga maar sorry zeggen.” Ook riep hij dat hij moest oppassen omdat hij elke dag langsliep met het wapen bij zich. Uiteindelijk liet hij de uitsmijter weten dat het wapen niet geladen was.

Kanaal
Hij had de uitsmijter bevolen niet naar de politie te gaan, maar twee dagen later stond deze toch op de stoep. Daar vonden zij het vuurwapen en het mes. Maar volgens H. had hij het aangetroffen vuurwapen sinds een dag in bewaring voor een vriend en ook was het niet het wapen, waarmee hij de uitsmijter had bedreigd: dat zou hij hebben weggegooid in het kanaal. Maar dat verhaal gelooft de rechter niet.