Tot 3,5 jaar celstraf geëist tegen leden MC Hardliners voor mishandeling, afpersing en gijzeling

Tegen drie leden van de Motorclub Hardliners zijn donderdag celstraffen tussen de 3 en 3,5 jaar geëist voor mishandeling, afpersing en gijzeling. Het gaat om Stanley S. uit Alkmaar, Stefan R. M. uit Hoorn en Jeremy N. uit Opmeer. Die laatste was onder voorwaarden vrij, maar wordt nu weer opgepakt. Hij kwam niet opdagen bij de zitting en schond zo opnieuw afspraken. Dit meldt mediapartner NH Nieuws. Twee vermeende handlangers staan vandaag terecht.

In de periode van 7 tot 14 oktober 2019 zou het vijftal Hardliners samen met clubgenoten Bert K. uit Amsterdam en de in Heerhugowaard geboren Rotterdammer Dimitri C., een inwoner van Opmeer hebben mishandeld en onderworpen aan afpersing en gijzeling. Hij moest 10.000 euro betalen of er zou aangifte van verkrachting tegen hem worden gedaan.

Het vermeende slachtoffer is overigens opgepakt op verdenking van die verkrachting. In augustus 2019 thuis zou hij thuis een vrouw met GHB hebben gedrogeerd en verkracht, samen met een ander. Een derde man zou hebben gefilmd en de beelden zouden ook zijn verspreid.

Stefan R.M. verklaarde tijdens de zitting dat hij de videobeelden had gezien en geschokt was. Daarna zou hij namens de vrouw met vier van zijn clubgenoten op 7 oktober 2019 langs zijn gegaan bij de Opmeerder om ‘gesprekken te voeren, om vragen te stellen’. Die had zou al snel gemerkt hebben dat de mannen leden van een motorclub waren, omdat ze elkaar aanspraken met ‘vice’ en ‘pres’ (vice-president en president), en vervolgens geld hebben geboden om aangifte van verkrachting af te wenden. R. M.: “Hij wist al dat hij fout was geweest.”

Volgens de officier van justitie is toen gesproken over 10.000 euro boete en is het slachtoffer in elkaar geslagen omdat hij zoveel geld niet had. Ook zou hij op slippers met alleen een T-shirt in de auto meegenomen zijn om op diverse locaties in Heerhugowaard en Alkmaar te pinnen, en toen dat niet voldoende bleek, naar casino’s in het Alkmaarse centrum zijn gereden om voor meer geld te gokken.

R. M. bekende dat hij op 7 oktober 2019 nog geen contact met de vrouw had gelegd over de deal met de Opmeerder. Op de vraag van de officier van justitie wat hij dan met geld wilde doen, antwoordde hij: “Daar ging ik later over nadenken”. Volgens de officier ging het ze helemaal niet om het lot van de vrouw, maar puur om eigen financieel gewin.

Het vermeende slachtoffer zou tegenover justitie hebben verklaard dat hij bang was voor represailles. Voordat hij werd opgepakt, zou hij bij familie zijn ondergedoken.