Afgelopen woensdag heeft de rechter besloten dat achttien Noord-Hollandse gemeenten in hun recht stonden om de aanbesteding van de gesloten jeugdzorg over te hevelen van Parlan naar Horizon. Een verlies voor jeugdzorginstelling Transferium, onderdeel van Parlan, die zich zorgen maakt over de toekomst van ‘hun’ jongeren.
Transferium, een gesloten instelling uit Heerhugowaard, vocht de openbare aanbesteding van de achttien gemeenten aan. Zij vreesden dat ongeveer honderd kwetsbare jongeren opeens buiten de regio, bij Horizon in Zuid-Holland, zouden worden geplaatst. “Wij denken dat de kwaliteit van de zorg voor de kinderen, die echt enorme problemen hebben, gaat verminderen”, zo vertelt directeur Vrank Post aan mediapartner NH Nieuws.
Ondanks deze bezwaren heeft de rechter vanmiddag besloten dat er juist is gehandeld. “Gemeenten in Noord Holland Noord hebben voldoende onderzocht dat de winnende aanbieding een realistisch alternatief biedt, dat past binnen het wettelijk kader”, aldus de rechter.
“We zijn erg verdrietig en hadden dit niet verwacht”, aldus Post. “Het is erg spijtig dat zo’n zorginstelling als de onze niet de kans krijgt om die zorg te blijven verlenen. We maken ons vooral zorgen over de toekomst van de jongeren.”
Hoe het nu verder gaat, is nog onduidelijk. “We gaan in ieder geval in gesprek met de gemeenten om te overleggen over de zorgcontinuïteit. Ook wil Zuid-Kennemerland dat hun kinderen hier behandeld blijven, dus dat gaan we proberen.”
De gemeenten laten in een reactie weten dat ze “op zeer korte termijn” in gesprek gaan met Parlan en met Horizon. “Wij gaan ons ervoor inzetten dat elk kind – of het nu reeds in Transferium verblijft of nieuw in zorg komt bij Horizon – de JeugdzorgPlus krijgt die het nodig heeft”, schrijven ze.
Wethouder John Does, woordvoerder van de achttien gemeenten, vult aan dat alle partijen één gemeenschappelijke drijfveer hebben. “Jongeren hebben recht op de best mogelijke zorg. Daar zijn we het over eens. Elk kind verdient een toekomst en we hebben er vertrouwen in dat wij samen tot afspraken komen over de zorgcontinuïteit om de onrust bij jongeren, ouders en betrokkenen spoedig weg te kunnen nemen.”