De 20-jarige jongeman die ervan wordt verdacht in mei in de Alkmaarse Oosterhout een jongeman (21) meermaals te hebben gestoken met een schaar blijft vastzitten in de jeugdinrichting. Dat besloot de rechter vandaag. Hierdoor kan de ‘getraumatiseerde’ Syrische Alhareth A. volgens zijn advocaat niet aan zijn nieuwe opleiding beginnen en is het de vraag of hij zijn nieuwe woonruimte in Hilversum kan behouden. Mediapartner NH Nieuws was op de zitting.
Vrijdagavond 14 mei trof de politie een zwaargewonde man aan in het park aan de Vondelstraat: er was een vechtpartij aan vooraf gegaan, waarbij iemand een schaar had getrokken. In eerste instantie vluchtten de verdachten, maar de volgende dag hield de politie twee mannen aan, waaronder A. Die verklaarde dat hij zichzelf verdedigde nadat hij zag dat een bekende van hem op de grond werd vastgehouden. Hij zou door meerdere jongemannen zijn belaagd, die daarbij ook met een mes zwaaiden. “Op dat moment is wegrennen geen optie meer, waardoor hij de noodzaak voelt zich te verdedigen”, aldus zijn advocaat Geert-Jan Kruizinga, die er om die reden op aandrong dat de verdachte zijn proces in vrijheid zou moeten kunnen afwachten.
A. is geboren in Syrië en verblijft momenteel in een justitiële jeugdinrichting. Die omgeving heeft volgens Kruizinga geen positief effect op het verwerken van traumatische ervaringen die A. meemaakte in zijn moederland. “Naast me zit een enorm sterk getraumatiseerde jongeman die in een detentiesituatie juist wordt teruggeworpen in de verwerking van die opgelopen trauma’s”, aldus Kruizinga. Volgens de advocaat is het belangrijk dat het voorarrest wordt opgeheven voor de toekomst van de verdachte. “Vandaag zou hij zijn boeken ophalen en aan zijn opleiding beginnen. Blijft hij langer vastzitten, loopt dat meer vertraging op en wordt het misschien zelfs onmogelijk om het schooljaar op een normale manier af te maken.”
Ook zijn nieuwe woning zou op het spel staan wanneer hij langer in de justitiële jeugdinrichting moet zitten. Hij had vlak voor zijn aanhouding een kamer weten te bemachtigen in Hilversum. “Omdat de verhuurder een bekende is van de familie is die ruimte vooralsnog voor hem behouden gebleven.” Volgens Kruizinga is het de vraag of dat zo blijft.
De officier van justitie ziet geen reden om A. eerder vrij te laten. “Drie getuigen – de medeverdachte en twee vrienden die mee waren – verklaren allemaal min of meer op dezelfde manier dat de verdachte heeft gestoken.” Volgens de officier van justitie heeft niemand iets gezegd waaruit kan worden opgemaakt dat de verdachte zichzelf moest verdedigen. “Zelfs de medeverdachte niet.”
Het OM vreest dat gevaar voor herhaling aanwezig is. Zowel vanwege “persoonlijke omstandigheden” van de verdachte, als door het feit dat nog niet duidelijk is wat de oorzaak van het conflict was. “Hij zit nu in een justitiële jeugdinrichting, dat lijkt me een goede plek”, besloot de officier van justitie. De rechter bepaalde vervolgens dat de verdachte in voorarrest blijft zitten.