Petra Feenstra uit Langedijk is wijkverpleegkundige bij Evean en werkt nu op een speciale covid-unit in het Jaap van Praaghuis in Purmerend. Ze maakte de afgelopen negen maanden “bizar heftige dingen” mee en is vol onbegrip als ze ziet hoe onverschillig en laconiek mensen kunnen zijn. “Zoveel rampspoed als tijdens deze periode heb ik nog nooit gezien”, schrijft ze op vrnhn.nl.
“Ik vind het belangrijk mijn verhaal te vertellen vanwege de ellende en het verdriet waar ik al negen maanden middenin zit, samen met andere zorgcollega’s”, vertelt de 40-jarige Petra. “Ik heb mensen doodziek zien worden, ik heb mensen dierbaren zien verliezen en ik heb gezien wat dat leed doet met nabestaanden, maar ook met mezelf en met mijn collega’s. We ondersteunen patiënten, familie van zieken en slachtoffers, ondersteunen elkaar en moeten ondertussen zorgen dat we zelf blijven staan.”
“Ik werk nu 18 jaar in de wijkverpleging, maar zoveel rampspoed als tijdens deze periode heb ik nog nooit gezien. Corona is niet gewoon een griepje, geloof me. Het is een hele grillige, levensgevaarlijke ziekte. Op de covid-unit waar ik nu werk liggen maximaal zeventien patiënten, uiteenlopend van oude mensen met dementie tot veertigers die van de IC komen. Soms zie je iemand binnengebracht worden en denk je ‘valt mee’ – en die is dan ineens zomaar overleden. Net zo goed als er mensen van de beademing komen die helemaal niets meer kunnen. Die hebben het overleefd, maar hebben weken of maanden nodig voordat ze er bovenop zijn.”
“Juist doordat ik al die zaken zo van nabij heb meegemaakt, houd ik me maximaal aan de maatregelen. Natuurlijk valt het me zwaar. Ik mis mijn danslessen, het contact met vrienden en het samen dingen ondernemen. Ik heb vóór corona nooit gedacht dat iets doodnormaals als gezellig met een groep wat leuks doen ooit iets abnormaals zou worden.”
“Het volgen van de maatregelen is het enige wat we als samenleving kunnen doen om de impact van corona binnen de perken te houden”, aldus Petra. “Dat besef zit heel stevig tussen mijn oren. Mensen die zich nergens iets van aantrekken spreek ik soms op hun gedrag aan, maar alleen in levenden lijve. Op sociale media ga ik de discussie niet aan, voor je het weet krijg je een stortvloed aan negativiteit over je heen. Soms probeer ik mensen uit te leggen wat ik zie en meemaak, en dan komen ze niet verder dan: ‘Ja maar, ik heb op Facebook gelezen …’ Dan ben ik klaar. Daar heb ik de energie niet voor.”
“Wat de huidige periode extra zwaar maakt, is dat het moeilijker is om even weer bij te tanken. Voorheen kwam ik thuis, liet ik de dag van mij afglijden en ging ik naar dansles of iets anders leuks doen. Los van de beperkingen die er momenteel zijn, zou ik dat nu niet eens kunnen. Het zijn lange, zeer intensieve dagen op de unit – zowel lichamelijk als emotioneel. Ik heb in maart een sprintje ingezet, maar dat is onbedoeld een marathon geworden.”
“De verlenging van de huidige lockdown kwam niet als een dreun, hoe zeer ook ik terug verlang naar het ‘gewone’. Ik zag het wel aankomen, het hing in de lucht. Het zou eerder een dreun zijn geweest als het slot eraf was gegaan. Want dat zou ik onbegrijpelijk hebben gevonden met het aantal besmettingen van dit moment en de laatste mutaties van het virus in het achterhoofd. Dan liever wat langer leven met alle beperkingen van nu, met de kans dat we de verspreiding van het virus kunnen indammen.”
“Hoe het straks verder moet als de situatie verergert of nog veel langer zo blijft, weet ik niet. Ik heb er vertrouwen dat de organisatie(s) dit oppakken. Bij mij en mijn collega’s is de rek er soms uit. Gelukkig is er een vaccin in aantocht. Dat geeft moed”, besluit Petra. (foto: Veiligheidsregio NHN)