Zeehondenwachters langs de kust en minder snel opvang na akkoord

Langs de Noord-Hollandse kust komen professionele zeehondenwachters en zeehonden worden minder snel opgevangen. Zeehondencentra, vrijwilligersorganisaties en zeehondenwachters bepalen voortaan of dat nodig is. Het ministerie van LNV en de kustprovincies stellen tot 2024 jaarlijks 300.000 euro beschikbaar voor de invoering.

Dat staat in het eerste Zeehondenakkoord met de provincie Noord-Holland als deelnemer. Strandgangers die een zeehond in problemen zien, kunnen bellen met een meldpunt. Een zeehondenwachter zal het dier observeren, in de meeste gevallen minstens 24 uur.  Bij jonge pups krijgt mama zeehond zo langer de kans om ze terug te vinden en is er meer tijd voor zieke dieren om in hun natuurlijke omgeving te herstellen. Wanneer nodig worden Zeehondencentra ingelicht, die vervolgens bepalen of het dier wordt opgenomen. Dit volgt een advies van de Wetenschappelijke Adviescommissie Zeehondenopvang uit 2018.

Om alles goed uit te voeren worden zeehondenwachters opgeleid. De ondertekenaars van het akkoord zetten daarvoor een gezamenlijke opleiding op. Inwoners uit de omgeving van de stranden krijgen extra informatie over de nieuwe aanpak om zeehonden zo veel mogelijk met rust te laten.

Het akkoord loopt tot 1 januari 2028 en wordt na 4 jaar geëvalueerd.