De geur van gras, gesmeerde kettingen, zand – en die van liters zonnebrandcrème. De wedstrijddag van fietscrossclub ‘De Boscrossers’ op Eerste Pinksterdag 28 mei in sportpark Het Vennewater in Heiloo was zonnig en spectaculair. De vaak nog jonge deelnemers maakten indrukwekkende sprongen. “Je moet wel springen, anders ga je nooit zo hard!”
Aan het woord is ervaringsdeskundige Dexx Molenaar van FCC Wijkeroog. Hij is jong maar onverschrokken. En niet eens de jongste op het parcours, want er doen ook kinderen van 5 mee, verzekerden omstanders aan Heiloo Centraal. “Springen is mooi, maar het is ook belangrijk,” legde Dexx uit. “Je hebt snelheid nodig. Meteen in het begin.”
Het parcours oogde indrukwekkend lang, zeker in de droge voorjaarszon. Het harde zand werd in de pauzes tussen de races door zacht gehouden met de waterslang. “Je staat hier nooit voor niets,” vertelde een van de organisatoren, en dat werd bevestigd door de EHBO die toeziet op het BMX-evenement. “Het is meestal niet ernstig, maar inderdaad, je staat hier niet voor niets.” Meer dan 50 vrijwilligers, vaak familie of bekenden van de fietsers, maken het spektakel in Heiloo mogelijk.
Valpartijen horen er wel een beetje bij, vond Dexx. Ook hij bleef niet gespaard. “Ik heb echt zó’n litteken,” vertelde hij, met zijn handen indrukwekkend ver uit elkaar. “Hier, kijk maar.” De val op zijn linkerheup moet pijnlijk zijn geweest. “Je hoort het, ga jij maar lekker schaken,” vertrouwde een vader die er alleen maar als toeschouwer was zijn zoontje toe.
“Het is geen sport voor watjes, nee,” lacht Brenda Schmidt van de Boscrossers als ze bovenstaande anekdote hoort. “Je moet er wel een beetje tegenkunnen. Maar we hebben echt een geweldige dag. Het weer zit mee. Alleen maar blije rijders!” Blijdschap, maar zeker ook fanatieke koppies: er is een klassement, dat online is te raadplegen.
Langs de hekken is het dringen geblazen. Terugkerende ‘rijders’ stappen evenmin af als fietsers op de Alkmaarse Laat, maar gelukkig betreft het hier ervaren BMX’ers, die behendig tussen heen-en-weer snellende kinderen, vaders, moeders, opa’s en oma’s slalommen. De toeschouwers maken er duidelijk een feestdag van. Het is druk, maar gemoedelijk. Af en toe klinken aansporingen van ouders: “Zo gauw je rechtop bent, trappen!” Of: “Als je nou meteen gas geeft, dan zit je voor!”
Even is het stil, dan klinkt de plof van de start: een klep gaat omlaag en daar komt weer een ronde renners. “Je moet echt mijn race even zien,” had Dexx, de jonge rijder, Heiloo Centraal op het lijf gedrukt. En dus stonden we op de eerste rij. Springen, daar gaat het om, had ‘ie kort daarvoor nog benadrukt. En dus ging Dexx hóóg. En hárd. Met een plof kwam hij weer neer. “Wat een klap! Eigenlijk niet goed voor die fiets,” aldus een bezorgde omstander. Maar toen was Dexx alweer tientallen meters verder gestoven.