De garantiestelling die het Heerhugowaardse college wilde voor uitbreiding van het warmtenet naar het Altongebied is inderdaad niet bedoeld om verliezen te voorkomen, maar om een minimale winst van 4,29% voor HVC zeker te stellen. Dit staat in antwoorden op kritische vragen van D66 Heerhugowaard, aldus het NHD.
D66 vermoedde onjuiste of misleidende informatie van het college rond het verzoek om een vangnet van 2,5 miljoen euro voor HVC. Het college zou de indruk hebben gewekt dat hiermee eventuele verliezen gedekt moesten kunnen worden. Het was nog niet zeker of de benodigde 2,500 extra aansluitingen op huishoudens (of vergelijkbaar) gehaald werden.
Maar volgens de HVC-businesscase die D66 had uitgeplozen, rekende het bedrijf op minimaal 2,02% winst en met die 2.500 woonequivalenten extra op zelfs 7,4%. Dus het project is sowieso niet onrendabel.
Nu stelt het college dat het gebruikte woord ‘onrendabel’ niet gelezen moet worden als ‘verliesgevend’. Onrendabel betekent voor de HVC en haar aandeelhouders (Heerhugowaard, 45 andere gemeenten en zes waterschappen) dat er niet genoeg winst is te behalen.
D66-fractievoorzitter Feelders is hoogst verbaasd over deze alternatieve definitie van ‘onrendabel’ en over dat de gemeenteraad niet ingelicht was over HVC’s minimale winstmarges. Maar dat blijkt zo te zijn omdat het college die zelf niet eens kende, toen het de raad om het vangnet vroeg.
Het college houdt vol de raad tijdig, juist en volledig te hebben geïnformeerd, maar blijft D66 het hiermee oneens en hekelt de ‘halve en ontwijkende’ antwoorden. De fractie wil nu dat alles tot op de bodem uitgezocht wordt.