Het Park van Luna en het Geestmerambacht, ze zijn allebei onderdeel van wat lang geleden al de ‘groene loper’ werd genoemd. Want in een regio die steeds verder verstedelijkt en steeds meer verkeer te verwerken krijgt zijn ruime recreatiegebieden onmisbaar. En onmisbaar zal dat groen blijven ook, de toekomst van het Recreatieschap Geestmerambacht is echt veilig, verzekert voorzitter Annette Groot: “We hebben alleen financieel wat op te lossen.”
Streekstad Centraal ontmoet Groot in het gemeentehuis van Dijk en Waard, waar we uitkijken op een grote luchtfoto van het Park van Luna. Tijdens het gesprek gaat Groot voor de foto staan en vertelt ze geanimeerd over wat er allemaal te zien is. Het zijn uiteindelijk beleidskeuzes die we daar zien, nu vereeuwigd in het groen. Beleidskeuzes waar ze zelf nauw bij betrokken is geweest. “Eerst vanuit de provincie, toen vanuit de HAL”, somt ze op. En nu als wethouder in de gemeente Dijk en Waard.
Met de term HAL brengt Groot de oude samenwerking Heerhugowaard-Alkmaar-Langedijk in herinnering. Nog steeds is het zo dat het Geestmerambacht en het Park van Luna door zowel een Alkmaarse als een Dijk en Waardse wethouder werden bestuurd. Annette Groot is met haar ervaring in dit ‘Recreatieschap Geestmerambacht’ een continue factor. “Voor de raad is dat toch wel anders”, relativeert ze. “Voor raadsleden klinkt 1999 ver weg.” (tekst gaat door onder de foto)
1999 is een jaartal dat veel terugkomt in het gesprek met Groot en programmamanager Moira Faber. Het was een tijd waarin er flink werd bijgebouwd in de regio. De samenwerking van Heerhugowaard, Alkmaar en Langedijk was bijzonder, herinnert Groot zich: “Er is veel geïnvesteerd in de aanleg van alles, ze hadden de boel financieel goed op één hoop. We spraken over de ‘rode loper’ voor verkeer over land, over de ‘blauwe loper’ voor verkeer over water. En de ‘groene loper’ voor recreatie.”
Het Geestmerambacht was er in 1999 al wel even, maar het Park van Luna werd nieuw aangelegd. Een verbinding tussen die twee gebieden werd toen ook al meteen voorbereid. Een ‘kralenketting’ van aantrekkelijke landschappen, in de woorden van programmamanager Moira Faber. “Daar was geld voor opzij gezet”, vertelt Groot. “Dat potje kon héél lang mee. Het is nu pas op. Of nou ja, nu pas. In 2026.” Daarmee legt ze de vinger wel op een zere plek: er moet geld bij. Iets wat voor raadsleden in Alkmaar en Dijk en Waard even slikken was, maar wat dus eigenlijk in 1999 al was voorzien. (tekst gaat door onder de foto)
Geld komt in de toekomst niet meer uit dat potje uit 1999. Het moet echt komen van de betrokken gemeenten of van pachters, leggen Groot en Faber uit. “We zijn het enige recreatiegebied waaraan de Provincie Noord-Holland niet meebetaalt”, vertelt Groot. “De recreatiegebieden in de Amsterdamse metropoolregio worden wél ondersteund. En dat terwijl wij toch ook bijna twee miljoen bezoekers per jaar trekken.” Het Recreatieschap Geestmerambacht wordt daarbij soms ook nadrukkelijk aangewezen als een gebied dat drukte uit de metropoolregio wel even kan opvangen. Maar vooralsnog zonder extra steun van de Provincie Noord-Holland.
En dus zit er niets anders op dan de schaapjes zelf maar op het droge te houden. Evenementen zijn een uitstekende inkomstenbron. En tegelijk een steen des aanstoots. Een ‘attractiepark’ zou het Recreatieschap ervan maken, in de woorden van sommige critici. Maar Groot spreekt over ‘zonering’ van het gebied en over ‘typen natuur’. De ene natuur kan wat meer aan dan de andere, kort gezegd. “Het Kleimeer, dat is echt een stiltegebied. Maar in andere zones kan meer. Horeca en evenementen zorgen er ook voor dat we het gebied als geheel kunnen blijven betalen.” De gemeente spreekt in deze context van ‘intensiteit van recreatie’. (tekst gaat door onder de foto)
Het Geestmerambacht en het Park van Luna zijn wat dat betreft ook een goed alternatief voor de veel kwetsbaarder natuur in de duinen. Daar zullen niet gauw festivals plaatsvinden, om maar wat te noemen. Dat kan in het Recreatieschap wél. Maar dat de Provincie ooit de beschermende NNN-status verleende aan alle recreatiegebieden in Noord-Holland, en dus ook aan Recreatieschap Geestmerambacht, dat geeft wel beperkingen, ziet Groot. “Wij hebben gevraagd om die status van delen van het gebied af te halen. Van de entreegebieden, de parkeerterreinen. Dan is daar meer mogelijk.” Waarbij steeds het bijzondere karakter van het gebied voorop moet blijven staan, benadrukken Groot en Faber; er komt elders ook weer meer beschermde natuur voor terug, is de boodschap. Maar daar is lang niet iedereen van overtuigd, merkt ook het Recreatieschap.
Communicatie is belangrijk, realiseert Groot zich. “Soms lees je dingen waarvan je weet: dat klópt dus niet.” Of het nu om het vermeend onveilige zwemwater gaat – door één ongelukkige meting van jaren geleden – of om dat gevreesde pretpark dat er toch echt niet zal komen. “Een recreatiegebied is altijd eerst recreatie en dan natuur”, benadrukt Groot nog maar eens. “Zo is het altijd bedoeld geweest.” En dat dus al sinds 1999.