“Hartelijk ge-fe-li-ci-teerd, hartelijk ge-fe-li-ci-teerd!”, galmt met betoverende stemmen door de Grote Kerk van Alkmaar. En dat is niet zonder reden. Toonkunstkoor Alkmaar viert dit jaar een bijzondere mijlpaal: het koor bestaat maar liefst 150 jaar. Zo’n jubileum laat het koor natuurlijk niet onopgemerkt voorbijgaan. Dus werd zondag – samen met andere organisaties – een groots optreden in de ‘Huiskamer van Alkmaar’ georganiseerd.
Opgericht in 1874 begon het koor bescheiden, maar inmiddels zijn de optredens een vast onderdeel van het culturele leven in Alkmaar, met jaarlijks twee concerten in de Grote Kerk. Om het 150e jubileum te vieren, organiseerde het koor zondagmiddag het muziekfestival als cadeau aan de Alkmaarders. “Wie jarig is, trakteert”, stelt de organisatie. (tekst gaat verder onder de foto)
Maar dit was niet zomaar voorstelling: verschillende koren, waaronder een kinderkoor, een kamerkoor een popkoor en zelfs een musicalvereniging, treden op. En als afsluiter komen maar liefst 300 zangers – uit diverse muziekgenres – samen voor een “spetterend optreden”, tipt Bente Biesheuvel van Toonkunstkoor Alkmaar. Het thema van het festival is dan ook ‘Het plezier van samen zingen’. Het publiek wordt getrakteerd op onder andere klassieke muziek, pop en musical.
De 55-jarige Bente zit al vijftien jaar bij het koor maar wordt toch als een van de jongeren gezien, want de leeftijden lopen flink op. “Dat het koor 150 jaar bestaat is echt bijzonder”, zegt ze de ochtend voor het grote optreden tegen Streekstad Centraal. “Je ziet dat steeds meer koren moeten stoppen omdat ze te weinig leden hebben. Door het samen zingen te benadrukken hopen we ook een verbinding te maken met de jeugd.” (tekst gaat verder onder de foto)
Om alles in goede banen te leiden, verzamelen de zangers zich enkele uren voor het grote optreden voor een laatste gezamenlijke repetitie. “We hebben al twee keer eerder geoefend in september en oktober, dus het zit er ingesleten en dat hoor je”, vertelt Bente. En dat het goed zit, is duidelijk te horen – voor ongeoefende oren klinkt het hemels.
Toch heeft dirigent Marcel Joosen tijdens die laatste repetitie nog enkele opmerkingen. Met twee zachte klapjes in zijn handen krijgt hij de driehonderd zangers binnen no-time stil. “De ‘chin chin chin’ moet uit je lijf komen”, benadrukt hij, terwijl hij vol passie met zijn armen beweegt. Dat de zangers van verschillende genres vandaag samenkomen vindt Marcel alleen maar leuk. “Het moet allemaal wel samen komen, maar het is een gemotiveerde groep.” Of hij nou optreedt in Venetië of de Grote Kerk in Alkmaar, hij vindt het geweldig. (tekst gaat verder onder de foto)
Marcel is niet de enige. Gastzanger Dick Appel, lid van Soli Deo Gloria Hoorn, is ook dolenthousiast: “Wij hebben dezelfde dirigent – Marcel Joosen – als het Toonkunstkoor, vandaar dat ik van dit feestje wist. Het is fantastisch om in deze kerk te mogen zingen. Het is schitterend als je met driehonderd man tegelijk een bepaald stuk kan zingen.”
Toch ziet de 79-jarige Dick net als Bente de uitdagingen voor koren met klassieke muziek: “We worden ouder en er komt weinig aanwas van onderop.” Maar hij kan dat wel begrijpen. “Of de muziek spreekt ze niet meer aan, of ze hebben te weinig tijd. Wil je vandaag de dag een eigen huis hebben en kinderen, dan moet je alle twee werken. Heb je dan tijd voor dit soort grapjes? Nee.” (tekst loopt door onder de foto)
Voor Dick zelf blijft zingen essentieel. “Als er iets belangrijk is voor de mens, is het wel zingen. Daar wordt je zo blij van. Sporten is uitstekend, maar zingen is ook heel goed.”
In de middag stroomt de kerk vol met nieuwsgierige bezoekers. Met bewondering luisteren ze naar de optredens. Het muziekfestival eindigt met de laatste indrukwekkende uitvoering. Vlak voor de eerste noten klinken, gaat nog een telefoonalarm af, maar zodra de koren beginnen te zingen, verdwijnt ieder storend geluid naar de achtergrond. De volledige aandacht van het publiek is bij de krachtige samenzang. “Een kers op de taart”, zegt één van de toeschouwers.