Van Muiswinkel heropent ‘Collectors Paradise’ van Beatles Museum: “Azing gaat maar door”

Twee mannen houden een poster vast van het album "Sgt. Pepper's Lonely Hearts Club Band" in een platenwinkel.

Elvis Presley grotendeels het gebouw uit en meer verzamelstukken erin, waaronder een onlangs aangeschafte Cliff Richard verzameling. Zaterdag werd het nu 1.200 vierkante meter grote ‘Collectors Paradise’ feestelijk geopend door met Erik van Muiswinkel. “Welkom bij onze jaarlijkse heropening!”

De cabaretier overdrijft, maar het is wel waar dat het Beatles Museum met enige regelmaat veranderingen ondergaat. Een hoek voor zeezenders, een afdeling voor oude radio’s en tv’s, uitbreiding van de Beatles collectie, Elvis erin, Elvis er toch maar weer uit om meer ruimte te maken voor meer Beatles en de verzamelafdeling.

Erik van Muiswinkel groeide op met Beatles muziek en ging ooit eens naar een Beatles voorstelling met zijn dochter, die ook liefhebber was geworden. Achteraf stond In de lobby iemand met een kraam vol verzamelstukken. Azing Moltmaker. Erik was helemaal niet op zoek, maar kon het niet laten om voor 350 euro zeldzame platen te kopen met studio-opnamen waarop het ontwikkelproces van nummers is te horen. “Hij was ook meteen mijn vriend!”, grapt Azing. (tekst gaat verder onder de foto)

Twee mannen praten in een kamer met posters en een schilderij van een man met zonnebril aan de muur.
Erik van Muiswinkel verzorgt geheel in eigen stijl de heropening van het Collector’s Paradise in het Beatles Museum. (foto: Marco Schilpp)

“Sinds die tijd werd ik gestaag op de hoogte gehouden door Azings vorderingen. En hij ook van de mijne, want hij komt trouw naar mijn voorstellingen. Ik zie een grote toekomst voor je, Azing”, voorspelt Erik. Hij schetst een beeld een overname van het bedrijventerrein, de stad en vervolgens de regio, met nog meer artikelen van de Beatles en andere artiesten, een stripmuseum en musea met wat voor verzamelingen Azing ook tegenaan loopt. “Ik voorspel dan ook, dat het niet de laatste keer is dat ik hier sta.”

“Uh nou ja, we gaan het Beatles Museum nog helemaal herinrichten, dus daarna zal je wel weer van me horen”, lacht de museumeigenaar. Erik lacht mee: “O gelukkig maar. Mensen, Azing slaapt niet. Hij gaat maar door, terwijl mensen om hem heen opbranden, maar dan komt er wel weer nieuw personeel. Hij zal nooit ophouden.  Maar voor nu, gefeliciteerd met deze uitbreiding.”

Na het ‘formele’ gedeelte spreken we de cabaretier, voordat hij naar zijn voorstelling in Heiloo gaat. De Beatles gingen uit elkaar toen hij negen was en hij er nog geen idee van had dat de band wereldberoemd was. Maar zijn moeder was een groot liefhebber, en zo werd hij dat ook. “Ik ben zó opgegroeid met hun muziek, dat ik alle andere popmuziek daar aan af meet.” (tekst gaat verder onder de foto)

Twee mannen bekijken gouden platen in een vitrine in een tentoonstellingsruimte.
Erik van Muiswinkel struint door het Collectors Paradise van het Beatles Museum en bewondert de topstukken in de Elvis-hoek. (foto: Marco Schilpp)

“Toen was hun muziek heel modern en pionierachtig”, gaat Erik verder. “Maar voor de jeugd nu is het bijna klassieke muziek. Het is raar hoe snel dat gaat. Mijn zoon is een technoman en als hij vertelt over alle stijlen enzo, tja ik blijf ik toch maar aan de Beatles vasthouden. Maar hij vindt die liedjes ook nog steeds prachtig, hoor. Beatles muziek is voor eeuwig.”

Erik bekent dat hij ook het verzamelvirus heeft, maar dat hij dat in bedwang kan houden. “Het maakt je leven onmogelijk. Zowel financieel als organisatorisch. Ik ben allerlei verzamelingen begonnen, maar heb die vroegtijdig weer afgestoten. Het laatste dat ik verzamelde waren vertalingen van ‘De Kleine Prins’, daar heb ik er honderd van. Ik durf verzamelen niet, maar het is een van de allerleukste dingen die er is.” (tekst gaat verder onder de foto)

Mensen kijken naar poppen in retro jurken in een winkel met muziekalbums en platen in de rekken.
Erik van Muiswinkel en Azing Moltmaker nemen de tijd om het Collectors Paradise in het Beatles Museum te bekijken. (foto: Marco Schilpp)

Azing is comfortabel met zijn verzamelvirus, al verkoopt hij zijn Elvis collectie nu alweer. Die bracht te weinig extra bezoekers en zelf is hij toch geen echte fan. Nieuw is een collectie Cliff Richard muziek en boeken. “Die kwam op mijn pad. Het had een collectie van wie dan ook kunnen zijn. Bijvoorbeeld ABBA of Queen dan pak ik hem ook.” Geen liefhebber van Cliff Richard dus? “Neuh…”

Azing heeft het veel liever over zijn ‘verzamelaarsparadijs’ en de uitbreiding van het eigenlijke Beatles Museum. “De laatste vier weken was ik bezig met de uitbreiding van de verkoophoek, hoofdzakelijk alleen.”  En hoe zit het met die kast vol Hello Kitty? “Gekregen”, lacht Azing. “Maar je zal je nog verbazen hoeveel ouders met kinderen komen die iets willen hebben. Uiteindelijk is de omzet belangrijk. Dit gedeelte is er alleen maar om het Beatles Museum te behouden.”

“Volgende week ga ik beginnen met de herinrichting van het Beatles gedeelte. Ik heb nog één derde van mijn collectie thuis staan.” Azing heeft er al helemaal zin in. Misschien overdreef Erik niet veel toen hij het had over jaarlijkse heropeningen. Wanneer de volgende is, dat is nog niet duidelijk.