Bijna iedereen kent 3FM Serious Request vast wel. Ieder jaar sluiten dj’s zich op in een glazen huis, ergens op een plein in een Nederlandse stad, om geld in te zamelen voor het goede doel. Door de jaren heen kwamen er een podium, enorme tv-schermen en meer bij, en ook het publiek werd steeds groter. Te groot voor Alkmaar, bleek toen de gemeente Serious Request probeerde binnen te slepen.
PvdA, GroenLinks en VVD brachten begin dit jaar de motie ‘Haal Serious Request’ naar Alkmaar!’ in de gemeenteraad. Met het aannemen van de motie kreeg het college van B&W opdracht om te gaan lobbyen om het evenement dit jaar of volgend jaar naar Alkmaarse binnenstad te halen.
Aangezien het college dit zelf ook wel zag zitten, kwam net al snel in actie. “Door gesprekken met de organisator en andere gemeenten die Serious Request eerder organiseerden, nam ons enthousiasme toe, ook op het gebied van financiële haalbaarheid. Tegelijkertijd werd duidelijk dat de eisen aan de evenementenlocatie vanuit de organisator hoog waren.”
In april kreeg de gemeente organisator NPO op bezoek en zijn diverse locaties in de binnenstad bezocht en is aanvullende informatie verstrekt. De NPO heeft daarna geconcludeerd dat het evenement te groot is voor de pleinen in het centrum. Het Glazen Huis, het podium, de grote tv-schermen en alles wat er nog meer wordt neergezet, plus natuurlijk de vele bezoekers; er is gewoon niet genoeg ruimte voor alles op één locatie.
“Zowel de NPO als wij vinden het jammer dat het huidige concept ruimtelijk niet past. NPO heeft laten weten dat zij Alkmaar een mooie en gezellige stad vinden”, aldus het college. “Er is uitgesproken dat, mocht er in de toekomst iets veranderen aan het concept, Alkmaar zeker op het vizier van de NPO staat en dat wij graag gaststad willen zijn voor een volgende editie.” De kans dat het evenement verkleind wordt lijkt echter zeer klein. (foto: Wikipedia / Deerpeter)
Het Alkmaarse Theater De Vest sluit het theaterseizoen 2024-2025 af met een uitzonderlijk hoog bezoekersaantal: ruim 123.000. “Een absoluut topjaar”, noemt het Alkmaarse theater de afgelopen periode. En gezien de kaartverkoop, lijkt het komende seizoen ook weer mooi te worden voor het theater aan het Canadaplein.
“Het is hartverwarmend om te zien hoeveel mensen Theater De Vest weten te vinden”, kijkt directeur Naud van Geffen met genoegen terug. “Dit succes is te danken aan ons fantastische team, bevlogen makers en bovenal aan ons trouwe en nieuwsgierige publiek. We zijn jullie ontzettend dankbaar.”
Grote publiekstrekkers waren onder andere Onze Jordaan, Malle Babbe, Jesus Christ Superstar, Josephine B en de eigen productie De Klokkenluider van Alkmaar in de Grote Kerk. Ook het cabaretaanbod was weer populair, met uitverkochte zalen voor onder andere Tim Fransen, Kor Hoebe en Freek de Jonge. Ook vele kleinere producties deden het goed.
Theater De Vest zit niet stil. Het nieuwe theaterseizoen is in aantocht en de kaartverkoop gaat hard. Inmiddels zijn alweer bijna 58.000 kaarten verkocht voor voorstellingen als Hairspray, We Will Rock You en voor Simone Kleinsma. Het theaterseizoen opent in september met de vijfsterrenproductie Dear Evan Hansen, een meeslepende muziektheaterproductie van De Theateralliantie.
Het programma voor het seizoen 2025-2026 is te vinden op theaterdevest.nl. (foto: Rick Akkerman Fotografie)
Hijgend en puffend komen groepjes mensen boven nadat ze een tocht van 127 traptreden hebben afgelegd. Maar eenmaal boven kijkt iedereen de ogen uit. De bezoekers zijn niet de Sagrada Familia of de Notre Dame opgeklommen, maar de vuurtoren van Egmond aan Zee. Waar die normaal altijd anderen in de schijnwerpers zet, staat hij dat zondag zelf. Na anderhalf jaar aan renovatiewerkzaamheden is de vuurtoren van Egmond aan Zee sinds deze week klaar voor de toekomst. En dat moet gevierd worden, dachten de beheerders. Twee uur lang was de vuurtoren zondag gratis toegankelijk.
“We hebben nieuwe ledverlichting, de ramen en de gietijzeren randen eromheen zijn vernieuwd en verbeterd, de koepel is wit geschilderd en er liggen nieuwe tegels bij de ingang”, somt Henk Biesboer, beheerder van de vuurtoren, de renovatiewerkzaamheden van de afgelopen anderhalf jaar trots op. Die waren nodig, vertelt hij, want sommige gedeeltes van de vuurtoren waren ‘behoorlijk verouderd’. “Het is daarom echt fantastisch dat de toren gerenoveerd is.” (tekst loopt door onder de foto)
‘Goed kijken waar je je voeten neerzet’, was het devies tijdens de tocht naar boven. Maar als het einde in zicht is gaat de blik toch vaak naar andere dingen dan de eigen voeten. (foto: Streekstad Centraal)
De werkzaamheden zijn onderdeel van een programma van Rijkswaterstaat waarbij meerdere vuurtorens langs de gehele Nederlandse kust een opknapbeurt krijgen. Het voornaamste doel daarvan is om de vuurtorens duurzamer te maken.
Zondag houdt Henk de wacht bij de ingang van de vuurtoren. Want nu de toegang gratis is en de vuurtoren voor het eerst in de nieuwe staat is te bekijken voor publiek, heeft zich een rij gevormd voor de ingang. “Het is behoorlijk druk inderdaad, maar er kunnen slechts vijftien mensen tegelijk naar binnen. Ik had de drukte eigenlijk wel verwacht, want het is natuurlijk een uniek monument.” (tekst loopt door onder de foto)
Zondag konden bezoekers vanuit de vuurtoren zo’n 20 kilometer ver kijken, schat Piet. Bij mooi weer is dat 45 kilometer. (foto: Streekstad Centraal)
Bovenin de toren staat Piet, vrijwilliger bij de vuurtoren, om bezoekers daar van tekst en uitleg te voorzien. Hij is al 65 jaar betrokken bij de Koninklijke Nederlandse Redding Maatschappij (KNRM) en kwam wekelijks in de vuurtoren. “Terwijl ik dan aan het vertellen ben schieten er veel reddingsacties door mijn gedachten. Dat brengt wel echt een nostalgisch gevoel met zich mee, want het was altijd heel spannend.”
Henk is minder lang dan Piet betrokken bij de vuurtoren, maar heeft ook genoeg spannende verhalen waar bezoekers hij de bezoekers mee kan trakteren. “Een aantal jaar geleden was het windkracht 12, iets wat hier nauwelijks voorkomt. Toen wilde er een filmploeg vanuit het bovenste gedeelte van de toren opnames maken. De toren bewoog al de hele dag een klein beetje maar toen we eenmaal boven waren begon het alleen maar harder te waaien en begonnen de deuren ook te trillen. Die cameraploeg vroeg of dat wel vaker zo was, en ik zei heel zelfverzekerd ‘ja’. Maar voor mij was het ook de eerste keer dat ik het meemaakte.” (tekst loopt door onder de foto)
Om nog even het spannende gevoel te krijgen van vroeger pakt Piet de telefoon waarmee hij altijd de kustwacht belde om ze te instrueren. (foto: Streekstad Centraal)
De geschiedenis van de vuurtoren, officieel de J.C.J. van Speijk vuurtoren, gaat ver terug. Toen de bouw in 1834 was afgerond, werd de toren opgedragen aan Jan van Speijk, een heldhaftige luitenant-ter-zee, vond ook Koning Willem I. Nadat Van Speijks schip dreigde te worden gekaapt door de Belgen – wat absoluut geen optie voor hem was -, koos hij ervoor om zijn eigen schip op te blazen, waarbij hij en 25 andere bemanningsleden omkwamen. Die daad vond Koning Willem I zo moedig dat hij een gebouw naar de luitenant wilde vernoemen. De keuze van de koning viel op de vuurtoren in Egmond aan Zee.
Jarenlang was de Egmondse vuurtoren een belangrijke, maar door de komst van satellietnavigatie werd de bemanning van de vuurtoren in Egmond aan Zee vanaf 1980 overbodig. De observatietaken konden nu door een landelijke kustwacht worden overgenomen.
Hoewel de vuurtoren al jarenlang een monument is, heeft het nog wel een belangrijke functie. “Het is voor de reddingsbrigade nog altijd een herkenningspunt, maar ook zeker voor recreatievaart. Die functie blijft heel belangrijk”, legt Piet uit aan Streekstad Centraal.
Toch geeft hij bezoekers vooral uitleg over de oude onderdelen in de vuurtoren, bijvoorbeeld de pijlschijf, waarvan exacte locaties kunnen worden afgelezen, en de oude telefoons waarmee die locaties werden doorgeven aan de kustwacht. “Men vindt het prachtig”, ziet Piet. (tekst loopt door onder de foto)
Er is genoeg vermaak voor de bezoekers zondag, zo ook voor dit gezin uit Zuid-Limburg. (foto: Streekstad Centraal)
“Ik zag dat de vuurtoren vandaag open is, en iedereen leek het leuk om ernaartoe te gaan”, vertelt een moeder van een gezin met drie jongens uit Zuid-Limburg. Eenmaal bovenin de toren vindt iedereen het ook leuk, behalve één. “Ik vind het wel heel hoog”, zegt een van de jongens terwijl hij naar de grond 28 meter lager kijkt.
Niet alleen toeristen, ook Egmonders zelf komen zondag een kijkje nemen. “De vuurtoren is de trots van ons dorp”, vertelt Derper William. “Dus ik moest er vandaag even bij zijn om te kijken hoe het eruit ziet na de renovatie. Ik vind het erg mooi geworden.”
Onder een stralende zon en met het bekende Klimduin in de achtergrond vond zaterdagmiddag het Zomerfeest plaats in Schoorl. Het evenement, georganiseerd door Stichting Duindorp Schoorl in samenwerking met de lokale ondernemers, werd in het leven geroepen met een duidelijk doel: het dorp opnieuw en positief op de kaart zetten na een pittige periode van werkzaamheden. En dat is gelukt – met vlag en wimpel. “Geweldig om te zien hoe het plein en alles is aangepakt.”
“Het idee voor dit feest ontstond eigenlijk vanuit een verlangen om te laten zien: we zijn er weer, Schoorl is weer open en klaar om mensen te ontvangen,” legt Britt van Duindorp Schoorl – een van de drijvende krachten achter het evenement – uit. “De afgelopen tijd is er veel gewerkt aan de infrastructuur en bereikbaarheid. Nu willen we laten zien hoe mooi het hier geworden is.”
Het Zomerfeest is echt bedoeld als een welkom voor iedereen. “Voor vaste bezoekers, maar ook voor mensen die hier voor het eerst zijn,” vertelt Britt. “We willen laten zien dat Schoorl weer goed bereikbaar is, levendig is, en dat er genoeg te doen is in het vernieuwde centrum.” (tekst gaat verder onder de foto)
Het was gedurende de middag een gezellig drukke boel op en rondom het Klimduin in Schoorl. (foto: Streekstad Centraal)
De keuze om het feest te organiseren op de eerste dag van de zomervakantie was geen toeval. “We wilden de vakantie beginnen met iets feestelijks, iets positiefs,” zegt Britt. “Voor veel mensen is dit een welkom, en voor sommigen zelfs een eerste kennismaking met het vernieuwde Schoorl.”
De middag is een gezellige in- en uitloop van bezoekers. Gezinnen, dagjesmensen en dorpsbewoners lopen af en aan over het plein bij het Klimduin, waar het zogeheten ‘Klimduinpodium’ centraal staat. Hier treden afwisselend lokale artiesten op en er is een heuse poppenkast voor de kinderen.
Onder een grijs doek dat de zon tegenhoudt zijn zitplekken gecreëerd waar bezoekers onder het genot van een drankje of ijsje kunnen genieten van de optredens, terwijl kinderen zich laten schminken of knutselen bij de creatieve kraampjes. (tekst gaat verder onder de foto)
Ook aan de kinderen is gedacht, naast spelen op het Klimduin is er ook een hoek om te knutselen of om zich te laten schminken. (foto Streekstad Centraal)
“Wat een fijne verrassing tijdens onze wandeling hier,” zegt een echtpaar uit Haarlem. “We komen al jaren in Schoorl, maar dit voelt als een nieuw begin. Het is levendiger dan ooit, echt een goed begin van de zomer zo.”
Voor het organiseren van het feest is nauw samengewerkt met de ondernemers rondom het Klimduin. Britt licht toe: “Het was voor iedereen belangrijk dat we na de werkzaamheden iets gezamenlijks zouden doen om het dorp weer op te laten bloeien. En dat is gelukt – we krijgen ontzettend veel leuke reacties van bezoekers.”
En die reacties blijven komen. “De kinderen willen niet meer naar huis, ze hebben het zó naar hun zin,” lacht een jonge moeder. “En wij genieten mee vanaf het terras.” Een andere moeder vult aan: “De kinderen zijn dolblij met het schminken en knutselen, dat is zo leuk om te zien.” Als het aan de bezoekers ligt, krijgt het Zomerfeest volgend jaar zeker een vervolg.
Het heeft 200 jaar geduurd, maar nu is het dan eindelijk zover: kunstenaars en dichters hebben het Noordhollandsch Kanaal gebruikt als bron van verbeelding. De inspiratie van het kanaal leverde een poëziebrochure, een expositie én muurgedichten op.
De poëziebrochure heet ‘Poëzie van het Kanaal’. Tien dichters en tien kunstenaars uit de regio laten zich hierin inspireren door verleden, heden en toekomst van het Kanaal en het water als verbinder van werelden. Het zijn niet alleen gevestigde namen, maar ook jong lokaal talent dat in de brochure een podium krijgt. “De jongere generatie moet ook aan bod komen”, vertelt kunstenaar Rob Komen in een videoreportage van Streekstad Centraal.
De gratis publicatie is te verkrijgen (zolang de voorraad strekt) via bibliotheek, buurthuis, Kunstuitleen en online.
Bewoners van Schermereiland kiezen hun top-drie, die op een muur in hun buurt worden vereeuwigd. De feestelijke onthulling van de muurgedichten vindt plaats in september tijdens ‘Poëzie op de Pont’: een dag vol kunst, voordrachten en muziek.
Ook vormt de veerpont in september een varende expositie van schilderijen van basisschoolleerlingen, geïnspireerd door de poëzie en beeldende kunst uit de poëziebrochure.
In de videoreportage van Streekstad Centraal komen stadsdichteres Lonneke van Heugten en andere kunstenaars aan het woord over hun bijdrage aan het project.
Het Noordhollandsch Kanaal bestaat dit jaar 200 jaar. Reden genoeg om het beroemde water – dat ook een belangrijke rol speelt in Alkmaar – eens extra in het zonnetje te zetten. Dat vond ook het lokale televisieprogramma Groots Alkmaar. “We zijn op zoek gegaan naar de betekenis van het Noordhollandsch Kanaal voor Alkmaar.”
In het programma gaat presentator Hugo Koeman met collega’s bij verschillende plekken langs om zo meer te weten te komen over het water. “Dit doen we door ontmoetingen op, langs en misschien zelfs wel in het Kanaal met mensen die er iets mee te maken hebben”, zegt Koeman.
Groots Alkmaar is een initiatief van Artiance Centrum voor de Kunsten, en is ontstaan tijdens de coronapandemie. Het programma gaat over cultuur, natuur en historie voor de inwoners van de gemeente Alkmaar. Groots Alkmaar is inmiddels uitgegroeid tot een jaarlijkse reeks met maandelijkse afleveringen. (tekst gaat door onder de foto)
Hugo Koeman gaat samen met zijn collega’s in gesprek met verschillende mensen die een bijzondere band hebben met het Noordhollandsch Kanaal, zo ook schipper Ingrid. (foto: Groots Alkmaar)
Zo nemen de programmamakers de kijkers deze aflevering onder meer mee op bezoek bij een schipper, een supper, de bediencentrale voor bruggen en sluizen, maar wordt er ook een duik genomen in de geschiedenis van het Noordhollandsch Kanaal. Daarnaast wordt er ook geluisterd naar een heus lied over het Kanaal, en dat alles vanwege het 200-jarig jubileum.
Door die ontmoetingen is Koeman erg enthousiast geworden over het Kanaal. “Het zijn allemaal hele vrolijke en vriendelijke mensen heb ik gemerkt. En ik denk dat dat het water is.” Het enige wat hij nog te melden heeft is: “Kijken dus!”
Het programma is iedere dag om zowel elf uur ’s ochtends als elf uur ’s avonds te bekijken op de zender van Streekstad Centraal.
Als de zon dinsdagavond langzaam achter de gevels van de binnenstad zakt en het water van de Lindegracht stil wordt, keert de jaarlijkse zomertraditie terug op de Alkmaarse Lindegracht. Voor de 21e keer vormt de historische gracht het decor voor drie sfeervolle openluchtconcerten, waar klassieke muziek en zomerse avondlucht samenkomen. “Het zal weer lekker druk worden.”
Wat ooit begon als een klein initiatief, is inmiddels een geliefd evenement dat honderden bezoekers trekt. Ze komen met stoeltjes of leggen hun bootje aan en wachten tot de eerste noten klinken vanaf het ponton op de brug. De sfeer is intiem en zodra de muziek begint, is de stad even stil.
Waronne Sint is sinds een paar jaar voorzitter van de Lindegrachtconcerten en ze kijkt met veel plezier uit naar de aankomende concerten. “Dit jaar hebben we echt een heel gevarieerd programma”, begint ze. “Dat is ieder jaar wel het geval, maar dit jaar is er nog meer aandacht voor jong talent. De artiesten die komen zorgen ervoor dat de concerten toegankelijker zijn voor een breed publiek.” (tekst gaat door onder de foto)
De drie dinsdagen waarop de lindegrachtconcerten plaatsvinden zullen weer voor een gezellig drukke boel zorgen. (foto: Streekstad Centraal)
Voor mensen die zeker willen zijn van een plek bestaat de mogelijkheid om een stoel te reserveren. “De stoelen zijn tot nu toe allemaal gereserveerd, er zal morgen – de dag van het eerste concert – nog wel iets vrij komen, maar ik verwacht dat het zeker lekker druk gaat worden”, zegt Sint. “Daarnaast mogen mensen natuurlijk ook met hun eigen stoeltje of bootje komen of staand meekijken en luisteren, en daar zal ook zeker plek voor zijn.”
Toch zijn er bij Sint zeker ook spanningen in aanloop van het eerste concert van de reeks van dit jaar. “Als je in de organisatie van iets zit, is het altijd spannend of alles wel goed gaat en loopt zoals je hoopt. Het podium staat al, de voorspellingen van het weer zijn goed, dus ik heb er vertrouwen in”, zegt ze enthousiast tegen Streekstad Centraal. “En als alles goed gaat, zoek ik zelf ook een mooi plekje om van het concert te genieten.”
Het programma van de Lindegrachtconcerten begint op dinsdag 8 juli met een optreden van slagwerkster Kalina Vladovska, gevolgd door het Music Collective Amsterdam. Daarna volgen op 22 juli onder andere Carel Kraayenhof en op 5 augustus Club Classique met jong talent.
Op een plek waar vroeger duizenden voeten de grond deden trillen op het ritme van beats, overheerst nu het geluid van stilte. In recreatiegebied Geestmerambacht, ooit een geliefde bestemming voor festivalliefhebbers, blijft de agenda dit jaar bijna leeg. Slechts één naam siert het programma: Liquicity Festival. De grote publiekstrekkers zijn verdwenen. Geen Elrow Town, geen Indian Summer.
Wie op een zomeravond over de uitgestrekte weides van Geestmerambacht wandelt, zou nauwelijks vermoeden dat hier ooit een bruisende festivalscene was. Voor festivalorganisaties is de drempel om terug te keren hoog, vertelt Marieke van Beugen van Recreatie Noord-Holland. De organisatie is verantwoordelijk voor het aantrekken van evenementen in de recreatiegebieden van de provincie. Volgens haar is het geen kwestie van onwil, maar van planning.
“Het opvullen van de agenda kost tijd,” zegt ze tegen NH Nieuws, mediapartner van Streekstad Centraal. “We hebben nog wel geprobeerd om er dit jaar nog iets bij te krijgen, maar dat is niet gelukt. Zo’n groot evenement heeft een voorbereidingstijd van zo’n anderhalf jaar.” En zelfs als de tijd er wél zou zijn, betekent dat nog niet dat elk initiatief welkom is. “Festivals zijn een aanwinst,” legt Van Beugen uit, “maar gezien de impact op de omgeving stellen wij wel hoge eisen. Niet iedereen kan daar aan voldoen.” (tekst gaat door onder de foto)
De grote groep mensen die afgelopen edities op Indian Summer afkwamen, zullen deze zomer hun plezier ergens anders moeten vinden.
De afwezigheid van festivals laat zich intussen voelen in de regio. Lokale bewoners spreken met weemoed over de tijden dat Indian Summer een vaste waarde was. In Koedijk besloten vrienden zelfs hun eigen kleinschalige feest te organiseren. Koedijk Tropical werd hun antwoord op het gemis van een gezamenlijke festivaleuforie.
Ook nachtburgemeester van Alkmaar, Robert Jan Wille, maakt zich zorgen over het culturele leven in de regio. “Het aanbod van festivals hier is vrij matig,” zegt hij. “Ik kan nog niet eens vijf festivals noemen die hier in de regio plaatsvinden. Zelf houd ik van verdieping en iets minder toegankelijke festivals. Dat mis ik hier in de buurt.” Zijn zorgen reiken verder dan persoonlijke voorkeur: “Maar er zijn nu ook geen feesten die voor een breed publiek geschikt zijn. We hebben nu bijna niks meer qua festivals, voorheen was er veel meer.”
Toch lijkt het contrast met andere regio’s groot. Neem Spaarnwoude: een ander recreatiegebied onder beheer van Recreatie Noord-Holland, maar met een volle festivalzomer. Dance Valley, R2 Festival, Latin Village – daar lijkt het feest gewoon door te gaan. Maar volgens Van Beugen is dat deels schijn. “Het lijkt alsof het daar ontzettend vol zit, maar ook daar zijn de festivals aan het veranderen. Latin Village was eerst twee dagen, nu nog maar één.” (tekst gaat door onder de foto)
Het blijft dit jaar stil als het gaat om festivals bij recreatiegebied Geestmerambacht. De agenda voor deze zomer is aardig leeg.
Wat Spaarnwoude wél in het voordeel heeft, is de ligging. In de buurt van Amsterdam ligt de drempel voor bezoekers lager en de potentiële opkomst hoger. “Alles in en rondom Amsterdam is ontzettend populair,” zegt Van Beugen. “Spaarnwoude past daar nog net bij. Het Twiske is ook razend populair, want dat is op fietsafstand van de stad.”
Voor Geestmerambacht ligt dat anders. De afstand tot de grote stad maakt het minder aantrekkelijk voor festivalorganisatoren, legt ze uit: “Het Geestmerambacht is voor veel festivalorganisatoren te ver weg. Het risico is te groot om dezelfde kosten te maken als rondom Amsterdam.” Toch is het boek nog niet dicht. Er wordt op de achtergrond gewerkt aan nieuwe plannen. Voor 2025 staan Liquicity, Power Valley en de Major Obstacle Run weer op de rol, en er wordt actief geworven om de agenda verder te vullen.
“Voor de rest hangt het af van de werving die we nu aan het doen zijn,” zegt Van Beugen hoopvol. Misschien keert het geluid van beats en juichende menigten terug naar Geestmerambacht. Maar deze zomer blijft het nog even stil.
Schatzoeken naar vintage parels tussen een karrenvracht aan tweedehands kleding. Het is inmiddels ook in Alkmaar niks nieuws meer; de vintagetrend heeft in de Kaasstad met meerdere vintagewinkels en -initiatieven al voet aan de grond gekregen. Maar de Alkmaarse vriendinnen Krissy Hogervorst en Lois Dekker bedachten een vintage-initiatief dat Alkmaar nog niet kende: een vintagemarkt waar mensen hun eigen kleding aanbieden.
Struinend langs de marktkraampjes kijkt Margreet met een scherpe blik naar alle items. Ze is een “kritische shopper”, zegt ze, omdat ze “al heel veel heeft thuis”. Toch kan ze zaterdagmiddag wel aan haar trekken komen. “Er is een divers aanbod, ik zag net zelfs een kasjmieren item.”
De Laat is zaterdagmiddag omgetoverd tot een walhalla voor vintageliefhebbers. Vanaf de Ridderstraat tot de Koorstraat is de Laat gevuld met dertig marktkraampjes waar vintagekleding wordt verkocht. Niet door ondernemers of kringloopwinkels, maar door mensen die hun eigen, overbodige kleding verkopen. (tekst loopt door onder de foto)
De entree bij de eerste editie van KNUS, staand voor Kwaliteit, Natuur(lijk), Uniek en Sfeervol. (foto: Streekstad Centraal)
Het begon allemaal toen Krissy op een stedentrip was in Kopenhagen dit voorjaar. Ze stuitte op een vintagemarkt waarvan het concept precies hetzelfde is als dat van KNUS – zoals de markt heet. In haar enthousiasme belde ze direct haar vriendin Lois op, die “altijd vol ideeën zit”. Vanaf april zijn de twee goedlachse twintigers bezig met de voorbereiding.
“Toen we het idee hadden uitgewerkt, zijn we naar de gemeente gegaan. Zij reageerden direct enthousiast”, vertelt Krissy aan Streekstad Centraal. “We wisten eigenlijk niet zo goed hoe het werkt om een vergunning aan te vragen, maar de gemeente heeft ons daar gelukkig mee geholpen. Toen zijn we kraampjes gaan huren en hebben we een campagne opgezet. De hele organisatie kostte veel tijd en het kwam vaak aan op de avonduurtjes, want we werken allebei fulltime. Het was soms hard werken maar is het de moeite waard.”
Nu de markt eenmaal staat en er honderden mensen de kraampjes afstruinen, lopen Krissy en Lois dan ook trots over over het terrein. Het is drukker dan ze hadden verwacht, vertelt Lois. “Het is echt heel bijzonder hoeveel mensen er vandaag op de markt afkomen. Dat had ik serieus niet verwacht.” (tekst loopt door onder de foto)
Nu kopen of later huilen, is het devies zaterdag. (foto: Streekstad Centraal)
De meiden vonden het tijdens de voorbereiding nog spannend of ze alle marktkraampjes zouden kunnen vullen. “Je kan maar een keer een eerste indruk maken”, zegt Lois, “dus dan wilden we wel dat alles vol zou staan.” Die angst was nergens voor nodig, zo bleek, want binnen een week waren alle kraampjes, dertig in totaal, uitverkocht. Niet alleen bekenden van de organisatoren en mensen uit de buurt staan zaterdagmiddag op De Laat met hun kraampje, de verkopers komen uit het hele land. Zo is er zelfs een enthousiasteling uit Den Bosch gekomen om zijn overbodige kleding te verkopen.
Dat mensen hun eigen kleding verkopen, zorgt soms ook voor een lastig afscheid. Bijvoorbeeld bij Leny en Lenny, de tante en moeder van Krissy die op haar aandringen hun kledingkast eens kritisch onder de loep hebben genomen en de overbodige items vandaag verkopen. “Bij sommige items denk ik wel: ik zou het ook niet heel erg vinden als die niet verkocht worden. Net moest ik met toch een beetje pijn in m’n hart afscheid nemen van een item. Maar ach, het is ook leuk dat iemand anders er van kan genieten”, vertelt Leny. (tekst loopt door onder de foto)
Over het hele terrein staan rijdende pashokjes. (foto: Streekstad Centraal)
Voor twee andere vrouwen die een kraampje hebben, begon het afscheid nemen al eerder. “Toen ik vorige week mijn kleding ging selecteren voor de verkoop heb ik al afscheid genomen van sommige items. Ik hanteer de regel: als ik iets een jaar niet heb gedragen, mag het weg”, vertelt Monique, die samen met haar oude studievriendin Karin achter hun marktkraampje een visje zit te eten.
“Het verrast me hoe druk het is”, vertelt Karin. “Dit laat echt zien dat de vintagetrend in Alkmaar op een hoogtepunt zit. Veel mensen vinden het een leuke bezigheid om tussen al die items te snuffelen en het duurzaamheidsaspect trekt denk ik ook heel veel mensen, want dat vindt men gelukkig ook steeds belangrijker.” (tekst loopt door onder de foto)
Monique (grijze trui) en Karin (roze vestje) begeleiden hun klanten in hun zoektocht naar de parels van hun marktkraampje (foto: Streekstad Centraal)
Voor de vriendinnen Tess en Noortje is dat in ieder geval zo. Het duurzaamheidsaspect is voor hen “heel belangrijk”, zo niet de belangrijkste motivatie om deze vintagemarkt te bezoeken. Aan hun trekken komen ze zaterdagmiddag wel. “We struinen alle rekken af, op zoek naar parels. En we hebben er al een aantal gevonden hoor. Kijk, deze gaat sowieso mee”, vertelt Tess enthousiast met een bruingroen gestreept vestje in haar hand.
Ook voor Krissy en Lois is het duurzaamheidsaspect belangrijk. “Naast mensen unieke vintagekleding aan te bieden, willen we ook bijdragen aan een circulaire economie. Want er is al ruimschoots genoeg kleding, maar bij veel mensen ligt het in hun kast te verstoffen. Dan kan je er beter iemand anders blij mee maken, zodat diegene geen nieuwe kleding hoeft te kopen.”
Hoewel zaterdagmiddag eigenlijk nog een pilot was, is daar niets van te zien. De meiden noemen het dan ook een “flink uit de hand gelopen pilot”, die eigenlijk gewoon de eerste editie is. De datum voor de volgende editie staat inmiddels ook al vast: op zaterdag 6 september zal de Laat weer omgetoverd worden tot een grote vintagemarkt.
KunstNetTV is voor haar nieuwste documentaire in de Triënnale Alkmaar gedoken. Voor deze bijzondere kunstroute met het thema The Future is Now staat het Noordhollandsch Kanaal centraal. Aan het woord komen Marieke van Esch van Kunstuitleen Alkmaar, beeldend kunstenaar Simone de Groot en fotograaf Thomas Nondh Jansen.
De Triënnale Alkmaar is een initiatief van Kunstuitleen Alkmaar. Directeur Marieke van Esch vertelt in de korte documentaire waarom de keuze van het onderwerp op het Noordhollandsch Kanaal is gevallen. Gevestigde namen en jong talent zijn gevraagd om een kunstwerk speciaal voor het thema The Future is New te maken.
Simone de Groot werkt veel met teksten op onverwachte plekken. Zeven jaar geleden deed ze mee aan de buitententoonstelling Bede-Vaart. Nog regelmatig ontvangt ze mails van mensen die door haar tekst op het Bolwerk zijn geraakt. Voor de Triënnale zette ze de verbinding van de Alkmaarders met het kanaal centraal.
Fotograaf Thomas Nondh Jansen liet zich inspireren door een feest in zijn geboorteland Thailand. Het dagelijks leven inspireert hem bij maken van zijn foto’s. In zijn vrije werk ‘speelt’ met dagelijkse gebruiksvoorwerpen, die hij in een totaal andere context plaatst.
De Triënnale Alkmaar is de hele zomer te bekijken. Een routebeschrijving is gratis verkrijgbaar in Kunstuitleen Alkmaar
De documentaire The Future is Now is dagelijks vanaf 10:00 en 22:00 uur te zien bij Streekstad Centraal en is ook te bekijken via kunstnet.tv.