Van straten tot sluizen, Rijper Jan Leeghwater is overal: “Hij was vooral heel nieuwsgierig”

Zeg je Leeghwater dan zeg je bruggen, straten, pleinen, wegen en zelfs een zwembad. De naam is niet meer weg te denken uit ons dagelijks leven. Maar zo stelt journalist Bob Kiel: er is veel meer wat herinnert aan de beroemde Rijper. Van het sluisje aan de Kleine Dam tot aan droogmakerijen. “Hij was vooral heel nieuwsgierig. Dat moeten we niet vergeten.”

Het is donderdag even na het middaguur als we de journalist spreken. De afgelopen jaren verdiepte hij zich in de ambitieuze Rijper. “Er bestaan veel onduidelijkheden over hem. Veel mensen denken dat Leeghwater een waterbouwkundige was, maar hij heeft bijvoorbeeld nooit in een bestuur gezeten.” De zoektocht van Kiel resulteerde uiteindelijk in het boek ‘Land van Leeghwater’. Het is het verhaal van de autodidact die bestaande molens wilde verbeteren, maar meer bereikte dan hij zelf wellicht in eerste instantie verwachtte. “Leuk om te vermelden is dat Leeghwater verschillende klokkenspellen heeft gemaakt voor de Wester- en Zuiderkerk in Amsterdam. Maar verreweg het bekendste werd hij natuurlijk als oppertoezichthouder bij tal van droogmakerijen.”

Neem bijvoorbeeld de Beemster, Heerhugowaard, Schermer en Starnmeer. Leeghwater was erbij. “Mensen kunnen het zich vaak moeilijk voorstellen, maar Noord-Holland zag er honderden jaren geleden heel anders uit. Onze provincie was een soort waddengebied met tal van meren”, legt Kiel uit. “Veel mensen hadden ook last van het water. Een storm zorgde geregeld voor overstromingen.” (Tekst gaat verder onder de foto)

Als een van de laatste grote meren werd het Schermeer tussen 1633 en 1635 drooggemalen. (Bron: Regionaal Archief Alkmaar)

De drooglegging van de verschillende binnenzeeën was een kwestie van de lange adem. De realisatie van een afzonderlijke polder duurde vaak drie tot vijf jaar. Tientallen molens waren nodig. Het water werd trapsgewijs omhoog gepompt, om uiteindelijk in een ringvaart te belanden. “Leeghwater heeft de molens en daarmee de droogmaaltechniek op een aantal punten verbeterd. Dat was natuurlijk baanbrekend. Het heeft ons een hele andere leefwereld gegeven.”

De kwaliteiten van Leeghwater vielen op. Hij kreeg verschillende opdrachten in en rondom De Rijp. Hij ontwerpt het raadhuis, een uitbreiding van de grote kerk en bouwt samen met zijn vader het bekende sluisje aan de Kleine Dam. “Leeghwater was timmermanszoon, dus in zekere zin was hij bekend in de bouwwereld, maar door de inpoldering van de Beemster werd hij een beroemde Rijper. Hij maakte naam, ging de wereld rond en werd ook adviseur voor projecten in Engeland en Frankrijk. Het was een actieve man, hij heeft ook een aantal boeken geschreven. Het Haerlemmer-meer-boeck gebruikte hij om mensen in Haarlem en Leiden ervan te overtuigen dat de Haarlemmermeer moest worden drooggemalen. Het was meer een soort offerte, maar het duurde uiteindelijk nog tweehonderd jaar voordat de Haarlemmermeer werd drooggemalen.” (Tekst gaat verder onder de foto)

Metamorfose-expert Marijke Helwegen opent verbouwd raadhuis De Rijp
Tegenwoordig doet het raadhuis in De Rijp dienst als trouwlocatie en vestiging van de plaatselijke VVV. (Foto: aangeleverd)

Op maandag 15 januari staat een lezing over Jan Adriaanszoon Leeghwater gepland in Ontmoetingscentrum De Rietschoot. Vanaf 20:00 uur vertelt Bob Kiel over de wereldberoemde Rijper. “Ik zal het gaan hebben over zijn prestaties, maar ook de tal van herinneringen aan Leeghwater. Want naast de straten, pleinen en wegen komen zijn vondsten vaker voorbij dan je denkt.”

De toegang is gratis, maar aanmelden via het e-mailadres penningmeester@historisch-koedijk.nl is verplicht. Bij de verdeling van beschikbare plaatsen krijgen leden van de historische vereniging voorrang. (Beeld: Rijksmuseum)

Kinderen genieten volop van natuurijs: “Mooier dan kunstijs”

Featured Video Play Icon

Het was op de meeste vaarten en sloten woensdag weliswaar nog te gevaarlijk, maar bij sommige ijsclubs kon toch echt geschaatst worden op natuurijs.

Zo was het krabbelbaantje voor kinderen geopend in Sint Pancras. Waar de meeste ijsclubs de grote ijsbaan dichthouden durven ze het in Stompetoren wel aan. Daar wordt volop geschaatst. “We hebben een gemiddelde dikte van vijf tot zes centimeter en dat is voldoende”, vertelt ijsmeester Coen Koning van IJsclub Stompetoren. “Het kraakt wel, maar je weet wat ze zeggen; krakend ijs breekt niet.” Streekstad Centraal en mediapartner NH bonden ook de ijzers onder.

KNRM bleef ook in 2023 onmisbaar op zee, 2024 wordt feestelijk jubileumjaar

“Een normaal jaar”, dat was het in de woorden van KNRM-man Henk Biesboer. Maar wel een jaar waarin de KNRM mensen het leven redde. Statistieken zijn maar cijfers, grafieken. 28 acties, tien geredden, drukte in juli. Maar voor wie de KNRM op dat ene moment zo beslissend was, is dat méér dan statistiek. “Ook op onze mensen maakt dat indruk”, reageert Biesboer. Het blijft bijzonder werk.

De KNRM in Egmond komt vaak in actie voor de pleziervaart. Voor de beroepsvaart is dat al jaren steeds minder het geval, zegt Henk Biesboer in gesprek met Streekstad Centraal. Biesboer zet zich voor de KNRM in voor de fondsenwerving en voor de communicatie. “In de beroepsvaart zijn schepen steeds beter geworden. Ze hebben ons minder nodig en dat is goed nieuws natuurlijk. Bij de pleziervaart ligt dat toch anders. Er is vaak onvoldoende onderhoud, niet genoeg ervaring…”

Henk Biesboer. (foto: Streekstad Centraal)

De KNRM komt dus geregeld zeiljachten te hulp en ook kitesurfers komen meerdere keren terug in het jaaroverzicht dat de redders hebben opgesteld. Biesboer geeft een voorbeeld van een zeilschip dat onderweg is als de wind gaat liggen. “Dan wordt de motor opgestart en blijkt die het helemaal niet te doen. Die mensen liggen dan stil, het wordt nacht, het wordt donker… Geen echt noodgeval misschien, maar wij schieten dan dus wel te hulp.”

Uiteraard staat de KNRM altijd paraat voor zeelui in nood. Daar werd de organisatie in 1824 voor opgericht. Maar ook op de stranden is de KNRM zichtbaar: in Egmond werd elf keer uitgerukt voor een strandbezoeker. “Als er een ambulance nodig is op het strand, zetten wij ons kusthulpverleningsvoertuig in. Dan wordt de brancard in het boothuis overgedragen aan de ambulance”, legt Biesboer uit. In zulke gevallen wordt samengewerkt met de reddingsbrigade.

De KNRM op volle zee. (foto: Rob Glas)

Het komende jaar staat in het teken van het jubileum. Op maandag 11 november 2024 bestaat de KNRM precies 200 jaar en daar is het hele jaar door aandacht voor. Er zijn verschillende evenementen, waaronder een historische wandeling in Egmond aan Zee. Uiteraard zijn er ook plechtige momenten.

“Er komt zelfs een eigen lied, ‘Wat als er storm komt’, door Stef Bos en FLEUR”, vertelt Biesboer. Zo wordt het jubileumjaar dus ook omgezet in kunst. Bij het lied is een clip opgenomen, met Stef Bos op de boot. Met passende beelden: “Ja, de zee was lekker onstuimig die dag.” (foto bovenaan: Rob Glas)