Categorie: nieuws algemeen

  • Mister Kaeskoppenstad Jan Roobeek benoemd tot ereburger van Alkmaar

    Mister Kaeskoppenstad Jan Roobeek benoemd tot ereburger van Alkmaar

    Kaeskoppenstad staat weer voor de deur en dus was het dinsdag 30 mei tijd voor een feestelijke borrel in het Kaasmuseum. De organisatie, burgemeester, wethouders: allemaal waren ze aanwezig in de zaal die uitkijkt op het stadsdeel dat in het eerste weekend van juni zal worden omgetoverd in een bonte historische wereld. Maar het ‘schrijnwerkersgilde’ van Kaeskoppenstad, dat stond buiten, op het Waagplein. Druk met de bouwwerken die daar verrezen. Onder hen bouwmeester Jan Roobeek.

    “Het wordt nog wat om hem boven te krijgen,” grappen de aanwezigen op de borrel. Want iedereen weet: eigenlijk gaat het vandaag om hem. Maar dat is wel geheim. “Ik kom voor de huldiging,” zegt iemand bij de trap beneden. “Sst! Laten we het gewoon een borrel noemen.” Door het raam is te zien hoe Roobeek boort aan één van de stellages van Kaeskoppenstad. Naast hem de bekende klokkentoren, de lijnen ietwat vertekend door het oude glas-in-lood van het Waaggebouw.

    “Kaeskoppenstad is een feest van vrijwilligers,” begint scheidend voorzitter Klaas Kirpensteijn aan zijn toespraak, als Roobeek en de rest van het bouwteam eindelijk naar het museum zijn gekomen. “Zonder vrijwilligers geen Kaeskoppenstad.”

    Die woorden herhaalt burgemeester Anja Schouten, als ze het woord van de voorzitter overneemt. Net daarvoor heeft ze kort kennisgemaakt met zijn opvolgster, Daniëlle Koelemij. “750 vrijwilligers, dat is een berg mensen. Toch wil ik één iemand in het bijzonder noemen. Jan, waar ben je?” (tekst gaat door onder de foto)

    Jan Roobeek. (foto: Streekstad Centraal)

    Roobeek staat op dat moment aan het venster, achter in de zaal. Nauwlettend slaat hij de gebeurtenissen buiten gade. Een grote kraan brengt nieuwe onderdelen naar het Waagplein. Maar op de vraag van de burgemeester komt hij dan toch naar voren. Daar strooit de burgemeester met complimenten. “U bent iemand die zich altijd inzet voor de ander. U bent een ongekende meerwaarde voor onze gemeente. U bent mister Kaeskoppenstad.”

    Het zal Roobeek dan al wel duidelijk zijn geworden: er staat iets bijzonders te gebeuren. Het college heeft besloten hem uit te roepen tot ereburger van Alkmaar, als beloning voor zijn 15-jarige inzet voor Kaeskoppenstad. Op z’n werkkleding – met de verfvlekken er nog op – wordt een sierlijk gouden speldje bevestigd, het ere-insigne van de gemeente Alkmaar. Daarna regent het felicitaties. (tekst gaat door onder de foto)

    Roobeek en zijn team in het Kaasmuseum. (foto: Streekstad Centraal)

    Roobeek blijft er bescheiden onder. “Ik ben geweldig trots,” zegt hij, om meteen te vervolgen: “We kunnen Kaeskoppenstad nog meer landelijk uitdragen. Er is werk aan de winkel. Je kunt er veel mee!”

    Het kenmerkt Roobeek, bevestigt de aanstaande voorzitter van Kaeskoppenstad, Daniëlle Koelemij. “Ik woon bij hem in de buurt, ik kom hem geregeld tegen. Hij ís gewoon zo. Bescheiden, altijd aan het werk.”

    Tegen Streekstad Centraal vertelt Roobeek dat hij toch wel verrast was door de uitreiking. “Nee, ik zag dit niet aankomen. Vorig jaar zaten wij buiten aan de koude patat en binnen zaten zij aan de borrel,” herinnert Roobeek zich. “Toen heb ik gezegd: jullie mogen volgend jaar wel een sateetje aan ons komen brengen. Maar dit had ik niet verwacht nee.”

    Buiten gaan de voorbereidingen verder. (foto: Streekstad Centraal)
  • Plannen PWN voor ecoduct in Egmond aan Zee verdelen Egmonders: “Zie hier geen dieren oversteken”

    Plannen PWN voor ecoduct in Egmond aan Zee verdelen Egmonders: “Zie hier geen dieren oversteken”

    Een ‘ecologische verbinding’ boven de Egmonderstraatweg die de duingebieden rondom Egmond aan Zee met elkaar verbindt. Dat is het plan van natuurbeheerder en drinkwaterbedrijf (PWN). Hoewel het plan nog in de steigers staat, draaide PWN-lobby om deze natuurbrug werkelijkheid te maken op volle toeren. De ‘Poort van Egmond’ is de gekozen naam voor het project.

    “De Poort van Egmond maakt het mogelijk om een ommetje rond Egmond te maken zonder dat je daarbij nog grote wegen of woonwijken doorkruist. Het is de ultieme natuurbeleving om de hoek. Dieren kunnen er oversteken, plantensoorten ook. De locatie voor ‘De Poort’ is nu nogde grootste barrière in het Noord-Hollands Duinreservaat”, legt Martijn van Schaik, Projectmanager van PWN, uit aan Duinstreek Centraal.

    PWN is dus enthousiast, maar in de Egmonden heerst verdeeldheid. “Geldverspilling!”, laat Yvonne via de Facebookgroep ‘Je bent een Derper als’ weten. Duinstreek Centraal ging naar de plek waar het ecoduct moet komen en vroeg daar naar de mening van de Derpers. “Als je straks naar Egmond aan Zee gaat dan zie je die mooie poort staan, dan ga je onder die brug door en dan heb je een onwijs mooi dorp, dus ik zie het wel zitten”, vertelt een buurtbewoner. Iemand anders vindt dat het geld beter ergens anders heen kan. “Je kan beter hier waar Egmondia was een mooi zwembad maken waar iedereen blij mee is, want er is amper wat te doen. Als het noodzaak is dat dieren over moeten steken dan zie ik daar het nut wel van in, maar ik zie hier geen dieren oversteken.”

    Maar PWN heeft hele andere plannen dan een zwembad op de oude locatie van de inmiddels gefuseerde voetbalvereniging. Daar moet volgens hen namelijk de ‘Vlindervallei’ komen. Een natte duinvallei die geschikt is voor wandelingen, met genoeg schaduw voor de warme dagen. Ook kan de vallei opvang bieden voor hemelwater dat in de naastgelegen woonwijken terecht komt.

    Er is ook de nodige discussie over hoe ‘De poort’ er uit moet komen te zien. PWN geeft aan dat het ontwerp nog uitgewerkt moet worden. “Uiteraard nemen we mee dat het ecoduct geen belemmering voor het verkeer mag worden. De doorrijhoogte zal voldoende moeten zijn voor groot verkeer en zal dus richting de vier meter gaan.” Kustpark Egmond aan Zee van Roompot, dat naast de locatie voor het ecoduct ligt, geeft aan geen problemen te hebben met de komst van de Poort. “Het ziet er mooi uit en als het goed is voor de natuur, prima. Wellicht dat het voor het verkeer van en naar ons vakantiepark tijdens de werkzaamheden iets onrustiger is. Dat is dan maar zo”,  zegt Carolien Dekker, General Manager van de Roompot.

    Egmonders hoeven zich in elk geval geen zorgen te maken over het bekende reuzenrad op de Boulevard. “Als de brug voldoet aan de doorrijhoogte van vier meter is dat voor ons geen probleem”, zegt Jan Vallentgoed eigenaar van het reuzenrad. “We komen graag terug.” (foto: PWN)

  • Egmonds strand gigantisch kerkhof voor tienduizenden sprotjes
    Featured Video Play Icon

    Egmonds strand gigantisch kerkhof voor tienduizenden sprotjes

    Het strand ten zuiden van Egmond aan Zee ligt bezaaid met tienduizenden dode visjes. Ook in het water drijven hele scholen sprotjes op hun rug. Een vissersboot die z’n vangst is kwijtgeraakt, vervuiling of toch een ander mysterieus natuurverschijnsel? Mediapartner NH Nieuws ging op onderzoek uit.

    “Het was toch wel een opmerkelijk gezicht”, vertelt verslaggever Jurgen van den Bos die tijdens zijn eerste vakantiedag een wandeling over het strand maakte. “Ik heb wel eens eerder in het water enorme scholen van deze visjes gezien maar die leefden nog. Nu liggen ze met tienduizenden op het strand. Het zijn er echt heel veel.” De grote vraag is wat de oorzaak is van de massale vissterfte. Volgens Jarco Havermans, marien bioloog en dierenverzorger bij Ecomare op Texel hoeven we ons geen zorgen te maken. Het gaat hier niet om een natuurramp of een vissersboot die zijn vangst is verloren. De sprotjes (kleine haringsoort, red.) zijn zo goed als zeker de dood ingejaagd door de horsmakreel.

    “Het is heel goed sprotjaar”, vertelt Havermans. “Dat is waarschijnlijk de reden dat het er zoveel zijn. Veel dieren jagen op de sprot waaronder de horsmakreel. Dat doen ze eigenlijk heel slim. Ze drijven de school op naar het ondiepe water. De achterste visjes worden gegrepen en de voorste spoelen aan op het strand. Eigenlijk zit je in het midden dus het veiligst. De horsmakreel is zelf zo slim om in het diepe water te blijven.”

    De marien bioloog zag het verschijnsel een paar jaar eerder op Texel bij de veerhaven. “Voor de dieren op het strand is het een feestmaal. Broedende meeuwen, strandlopers, krabben, het hele ecosysteem profiteert ervan. Ik zou ze zelf niet zo snel in een pan gooien. Je weet nooit hoe lang de vissen al dood zijn.”

  • Noord-Holland Noord moet snel op zoek naar ruim 400 extra plekken voor asielzoekers

    Noord-Holland Noord moet snel op zoek naar ruim 400 extra plekken voor asielzoekers

    De zestien gemeenten in Noord-Holland Noord moet van het Rijk met spoed op zoek naar ruim 400 extra opvangplekken voor asielzoekers. Op dit moment huisvest de regio ruim 2100 asielzoekers, waarvan tweederde in AZC’s. Alkmaars burgemeester Anja Schouten, tevens voorzitter van de Veiligheidsregio, roept gemeenten op om te zoeken naar oplossingen. Voor 1 juli moet een deel al kunnen worden ondergebracht. Volgend jaar verlopen de contracten voor noodopvang tussen het COA, Dijk en Waard en Den Helder, en moeten er wellicht nog meer opvangplekken worden ingericht.

    Voor 1 juli moeten de zestien gemeenten samen nog 184 vluchtelingen met een verblijfsstatus woonruimte

    Het aantal bedden voor buitenlandse vluchtelingen dat deze regio aan het eind van dit jaar moet leveren, is onlangs uitgebreid naar 2548 omdat de asielinstroom aanhoudt en groeit.

    Tot dusverre zijn in Noord-Holland Noord 2116 asielzoekers ondergebracht: 1416 in azc’s in Heerhugowaard en Den Helder en 700 in crisisnoodopvanglocaties in Avenhorn, Petten, Den Helder en Heerhugowaard. Eerder zijn, om het aanmeldcentrum in Ter Apel te ontlasten, tijdelijk vluchtelingen opgevangen geweest in Heiloo, Alkmaar, Bergen en Enkhuizen.

    Daarnaast herbergt deze regio zo’n 4200 Oekraïense oorlogsvluchtelingen, die vanwege het conflict met Rusland hun vaderland hebben verlaten.

    „De instroom gaat door, de opgave blijft onverminderd staan. Het aantal vluchtelingen dat ons land binnenkomt, neemt weer toe en het aantal reguliere opvangplekken blijft achter. De druk op gemeenten om extra opvangplekken te realiseren zal alleen maar toenemen”, stellen burgemeesters Anja Schouten van Alkmaar en Marjan van Kampen van Schagen in een gezamenlijke brief aan de gemeentebesturen.

    Schouten is voorzitter van de Veiligheidsregio Noord-Holland Noord, de rampen-, crisis- en calamiteitenorganisatie voor zestien gemeenten. Van Kampen is dagelijks bestuurslid van de veiligheidsregio, in die hoedanigheid portefeuillehouder asielzaken en tevens voorzitter van de regionale regietafel migratie en integratie.

    Beide burgemeester roepen hun collega’s in Noord-Holland Noord op te kijken naar mogelijkheden voor nieuwe opvangplekken. „Hoewel er al veel en hard werk is verzet, laten wij hierdoor zien dat wij onze verantwoordelijkheid nemen voor het bieden van een veilige haven aan degenen die daar het meest behoefte aan hebben.”

    Het aantal extra opvangplekken dat dit jaar nog moet worden gerealiseerd kan zelfs verder toenemen van 432 naar 682, omdat begin 2024 contracten verlopen tussen het COA (Centraal Orgaan opvang Asielzoekers) en de gemeenten Den Helder en Dijk en Waard over 250 noodopvangplekken. Onduidelijk is nog of deze overeenkomsten zullen worden verlengd of deze plekken komen te vervallen.

    Van Kampen heeft tijdens een vergadering van het algemeen bestuur van de veiligheidsregio, waarin alle burgemeesters zijn vertegenwoordigd, haar collega’s ook gemaand haast te maken met het huisvesten van statushouders die nu nog in azc’s verblijven. Voor 1 juli moeten de zestien gemeenten samen nog 184 vluchtelingen met een verblijfsstatus woonruimte bieden. Alkmaar is de enige die dat voor elkaar heeft, Dijk en Waard (48) en Hoorn (40) hebben de grootste achterstanden.

    „De verwachting is dat die aantallen voor de tweede helft van 2023 fors worden verhoogd, dus we hebben er allemaal baat bij versneld huisvesting voor deze groep mensen te regelen. Dan creëren we ruimte in de asielzoekerscentra en komen daar plekken vrij voor nieuwe vluchtelingen”, maakt de Schager burgemeester de noodzaak duidelijk.

    (Tekst gaat door onder de foto)

    De crisisnoodopvang in Avenhorn in aanbouw.
    De crisisnoodopvang in Avenhorn in aanbouw.
    © Archieffoto Marcel Rob

    Kritiek
    De kritiek van diverse collega’s aan het adres van het kabinet (’Er gebeurt niks om de vluchtelingenstroom te beperken’), het COA (’We willen als serieuze partner worden behandeld, dus op tijd worden geïnformeerd over een speurtocht naar hotelaccommodaties’) en de IND, de Immigratie- en Naturalisatiedienst (’Sommige vluchtelingen zitten al een jaar in de crisisnoodopvang en hebben nog niemand van de IND gesproken’) nemen Schouten en Van Kampen ter harte.

    Lees ook: IND kan werk nauwelijks nog aan en wil fundamentele veranderingen

    „De signalen zijn duidelijk en moeten we vooral afgeven wanneer de staatssecretaris hier langs komt (zie kader, red.). Tegelijkertijd hebben we met elkaar wat te doen, want deze asielcrisis is niet zomaar opgelost”, aldus Van Kampen. „Evengoed kunnen we best laten merken dat wij in Noord-Holland Noord ons best doen en al hebben gedaan. En als ze denken hier hotels vol te moeten plempen dat andere regio’s op dit gebied wat in te halen hebben, dus dat ze die moeten bellen.”

    (Tekst gaat door onder de foto)

    Vloerplaten worden naar binnen gesleept.
    Vloerplaten worden naar binnen gesleept.
    © Archieffoto Marcel Rob

    Spreidingswet
    Wat dat betreft biedt de spreidingswet, waarbij de verdeling van – opvangplekken voor – asielzoekers over alle gemeenten wordt geregeld, provincie en rijk meer zeggenschap krijgen en zelfs dwingend kunnen optreden, in haar ogen mogelijk uitkomst. „Desondanks hebben we een taak te verrichten, samen een stevige klus te klaren. Noord-Holland Noord zal alles in het werk stellen om aan haar verplichtingen voldoen.”

    Lees ook: Burgemeester is boos op het COA. Hoteliers blijken zonder medeweten van gemeenten te worden benaderd voor asielopvang

  • Beroepsvaart maakt zich zorgen om slechte bereikbaarheid regio door gestremde bruggen

    Beroepsvaart maakt zich zorgen om slechte bereikbaarheid regio door gestremde bruggen

    De doorstroming van de scheepvaart op de kanalen in de regio is in het geding. Dat vindt Andries de Weerd, vertegenwoordiger van de beroepsvaart. De combinatie van geplande werkzaamheden, uitwijkend recreatieverkeer en het onvoorzien uitvallen van de spoorbrug in Alkmaar leidt tot grote vertragingen. “Blijkbaar staat de scheepvaart laag op het prioriteitenlijstje.”

    Streekstad Centraal sprak met De Weerd naar aanleiding van de werkzaamheden die de provincie in juni uitvoert aan de Kraspolderbrug. Die werkzaamheden leiden niet alleen tot hinder voor het verkeer over land, ook schepen worden gestremd. “Op zich is dat geen heel belangrijke verbinding voor de beroepsvaart,” begint De Weerd nog optimistisch. “Maar ja, als je alles van tevoren weet…”

    Het kanaal Alkmaar-Kolhorn is namelijk wel een mogelijke uitwijkroute voor schepen die niet langs de spoorbrug in Alkmaar kunnen komen. Daar zijn grote problemen mee. “Die brug gaat nu maar één keer per dag open, dat is wel heel schamel. Door iets buiten onze schuld heeft de beroepsvaart daar heel veel hinder. Er is iets misgegaan bij een damwand en nu kunnen ze hem niet op afstand bedienen, maar om dan maar één keer per dag die brug open te zetten. ProRail vindt ons blijkbaar geen prioriteit.”

    De werkzaamheden aan de Kraspolderbrug zijn vooraf besproken met Schuttevaer, de belangenorganisatie voor beroepsvaart waar Andries de Waard vertegenwoordiger van is. “Om een hausse aan afgesloten bruggen te voorkomen worden die werkzaamheden in overleg ingepland. Goed ook wat ze daar gaan doen, wij willen juist dat ze doorpakken met die centrale brugbediening. Maar we wisten natuurlijk niet van tevoren dat die problemen met de spoorbrug er zouden zijn.” In normale omstandigheden zou het kanaal Alkmaar-Kolhorn geen ‘sluiproute’ zijn en zou de impact van de werkzaamheden te overzien zijn geweest.

    Recreanten op het water zullen door de afsluiting van de Kraspolderweg vaker omvaren via het Noordhollandsch Kanaal, dus door de binnenstad van Alkmaar, verwacht De Weerd. Maar daar stuiten ze dan dus op de spoorbrug. “We proberen het nu zo ver te krijgen dat die brug drie of vier keer per dag open kan,” vertelt De Weerd. “Maar er is wel wat drukte te verwachten doordat mensen omvaren. En dan komt Sail Den Helder er ook nog aan.”

  • Nachtelijke afsluiting Kraspolderbrug tussen 12 en 17 juni leidt tot extra reistijd in en om Alkmaar

    Nachtelijke afsluiting Kraspolderbrug tussen 12 en 17 juni leidt tot extra reistijd in en om Alkmaar

    Het is een beetje als een oude stadspoort die ’s nachts dicht gaat: de Kraspolderbrug in de Nieuwe Schermerweg, één van de belangrijkste toegangen tot Alkmaar en Oudorp, gaat tussen maandag 12 en zaterdag 17 juni iedere nacht op slot. De provincie voert hier werkzaamheden uit. De afsluiting zal leiden tot extra reistijd voor fiets, bus en auto.

    Provincie Noord-Holland wil dat de Kraspolderbrug op afstand bediend kan worden vanuit Heerhugowaard. Door centraal te reguleren wanneer bruggen open en dicht gaan kan het verkeer beter doorstromen, verwacht de provincie. De brugbewegingen worden zo veel beter op elkaar afgestemd. Maar voor het zover is moet er dus wel worden gewerkt aan de Kraspolderbrug.

    De Kraspolderbrug is een drukke verbinding. Verkeer van de N242 (tussen de A9 en Heerhugowaard) en verkeer van de N243 (door de Schermer) komt hier samen om over de Nieuwe Schermerweg door te rijden naar het centrum van Alkmaar, naar Bedrijventerrein Oudorp en naar Oudorp zelf. De nachtelijke afsluiting, tussen 21:00 en 5:30 heeft dan ook een relatief grote impact. Auto’s, fietsers maar bijvoorbeeld ook bussen worden omgeleid. De vertraging zal gemiddeld zo’n 10 minuten zijn, verwacht de provincie.

    Voor de scheepvaart zijn de beperkingen nog forser. Al vanaf dinsdag 30 mei zal de brug niet meer worden bediend. Grote schepen kunnen er dus niet meer doorheen. Tijdens de nachtelijke afsluitingen tussen maandag 12 en zaterdag 17 juni zullen ook kleinere schepen niet kunnen passeren, onder de brug doorvaren is dan niet mogelijk.

    Na zaterdag 17 juni gaat de brug weer open voor alle verkeer, maar de provincie laat weten dat er in de zomer nog een tweede ronde werkzaamheden nodig is. (foto: Google)

     

  • Alkmaarse archeologen doen verrassende middeleeuwse vondst in centrum: “Deze haard stamt uit 1350”

    Alkmaarse archeologen doen verrassende middeleeuwse vondst in centrum: “Deze haard stamt uit 1350”

    Waar eerder twee panden stonden, is nu een gapend gat tussen de huizen in de Alkmaarse Boterstraat. Er wordt nauwkeurig gegraven, geveegd en genoteerd: archeologen zijn er bezig met een opgraving die hen meer moet vertellen over het vroegere leven op die plek. “Als we op donkere grond stuiten zitten we goed; letterlijk de dark ages”, lacht stadsarcheoloog Nancy de Jong.

    Voorzichtig schraapt een graafmachine lagen af van het zand waar mogelijk historische resten onder liggen. Gaat de hand van een archeoloog omhoog, dan stopt de machinist onmiddellijk. Met een schep, troffel en bezem wordt dan verder gekeken of er bijzondere zaken te zien zijn. Altijd wanneer er in de oude binnenstad van Alkmaar bouwwerkzaamheden zijn, wordt de expertise van de stadsarcheologen ingeroepen. Zo ook in de smalle Boterstraat, een zijstraatje dat de Langestraat met de Laat verbindt. Twee panden zijn daar gesloopt. En voor er weer gebouwd wordt, krijgt het team van stadsarcheologen de ruimte om onderzoek te doen.

    “We duiken hier in de late middeleeuwen, ik denk we uiteindelijk zo rond 1350 uitkomen”, vertelt Nancy de Jong aan mediapartner NH Nieuws. Wat ze precies zullen vinden, is altijd een verrassing. “Maar er lijkt hier een veel groter huis te hebben gestaan dan verwacht. We hebben een oude waterkelder gevonden, waar mensen vroeger hun drinkwater in opsloegen. En iets verder naar achter stuitten we op een stenen muur. Ik denk zo van rond 1575-1625. Dat moet de oude achtergevel zijn.”

    En nog een stukje verder naar achteren, en weer iets dieper in de grond, ligt nog een mooie verrassing. “Die dikke zwartgrijze laag die je daar ziet”, zegt ze wijzend naar een donkere streep met daaronder een vloer van bakstenen. “Dit is een middeleeuwse haard, maar die is dan weer een stuk ouder: tussen 1350 en 1450.”

    “Weet je, er wordt in Alkmaar al zo lang op een en dezelfde plaats gewoond, dat de hele geschiedenis eigenlijk in een pakketje van één meter te vinden is. Daardoor ga je met je schep zo door meerdere eeuwen heen. En het zit allemaal over en door elkaar heen, dus het is een soort puzzelen voor gevorderden.”

    Maar de afstand van de straat naar de vindplaats van de haard, verrast Nancy nog het meest. “We zitten hier op zeker 19 meter vanaf de Boterstraat. En we denken nu dat dit huis toch behoorlijk groot moet zijn geweest. In die tijd stonden vooral aan de Langestraat de grootste woningen, de zogenoemde stadskastelen. Hier en op andere plekken stonden vooral houten huisjes. Maar dat kan dus anders geweest zijn.”

    Of dat ook zo is, valt of staat met het vinden van een stenen zijmuur. “Als we die hier vinden dan hebben we echt te maken met een heel groot huis. Dan woonde hier toch iemand met enig aanzien: patriciërs, de gegoede middenstand. We hebben hier verderop ook al eens zo’n groot huis gevonden, en dan nu mogelijk weer. Ja, dan moeten we het verhaal de Boterstraat toch een beetje bijstellen. Hier was vroeger een botermarkt, vandaar de straatnaam, maar daarvoor was het dan toch een rijker straatje.”

    Voor hun zoektocht hebben de archeologen in totaal vijftien werkdagen. Ze zijn nu ongeveer halverwege. “Als het inderdaad zo’n groot huis blijkt te zijn, dan hebben we al die tijd ook echt nodig om alles in kaart te brengen.”

    En daarna? “Zand erover. En dat is niet erg, dat gebeurt al eeuwen. Maar we hebben het dan vast kunnen leggen en kunnen met die informatie het beeld over Alkmaar in die tijd steeds een beetje aanscherpen en verbeteren.”

  • Betoverend avondlicht op de sloten: vaartocht door Eilandspolder als de zon zakt 🗓

    Betoverend avondlicht op de sloten: vaartocht door Eilandspolder als de zon zakt 🗓

    De Eilandspolder is een boeiend landschap, waar de grens tussen weiland en water vaak vaag is. De sloten liggen er bij duizenden, de weilanden zijn er smalle eilandjes. En zo is het altijd geweest: dit landschap ademt historie. Hier varen terwijl de zon ondergaat, dat is een ‘bijzondere belevenis’. zo stelt Landschap Noord-Holland.  Vrijdag 9 juni kunnen belangstellenden er op excursie.

    Het landschap rondom dorpen als De Rijp, Graft, Driehuizen en Grootschermer is een uitzonderlijk stukje van de gemeente Alkmaar en het behoeft bescherming, vindt Landschap Noord-Holland. Om een goede verzorging van dit gebied mogelijk te maken worden betaalde vaartochten door de polder georganiseerd. Zo kunnen bezoekers aan den lijve onder vinden hoe mooi het landschap tussen Grootschermer en De Rijp is.

    De zon die langzaam wegzakt achter de contouren van de stad en verder weg: het is een magnifiek beeld. Toch hebben de weidevogels er nauwelijks aandacht voor, hun strijd om te overleven gaat gewoon door. Onder meer grutto’s vergezellen de belangstellenden op hun vaartocht door het drassige polderland.

    De vaartocht begint op vrijdag 9 juni, de vertrektijd is 21:30. Het wordt aangeraden om laarzen of ander waterdicht schoeisel aan te trekken. De tocht begint in Driehuizen en eindigt daar ook weer. Voor meer informatie, raadpleeg landschapnoordholland.nl.

  • Natuurorganisaties: bollenteelt in regio moet op termijn helemaal verdwijnen

    Natuurorganisaties: bollenteelt in regio moet op termijn helemaal verdwijnen

    Volop zandverstuivingen, meer gebieden met kwel (brak water) en geen bollenteelt meer: als het aan samenwerkende natuurorganisaties ligt, gaat de duinrand er de komende decennia helemaal anders uitzien. Dat is te lezen in de aanbevelingen die Terrein-Beherende Organisaties (TBO) donderdag 25 mei hebben overhandigd aan gedeputeerde Esther Rommel van de provincie Noord-Holland.

    De samenwerkende organisaties, waaronder PWN, Natuurmonumenten en Staatsbosbeheer, willen met hun visie beleidsmakers inspireren tot groene en duurzame keuzes. Voor de Duinstreek zien de natuurbeschermers verschillende uitdagingen. Zoutwater zal meer en meer de overhand krijgen in de kustgebieden, kwel met zoetwater tegengaan is op termijn niet vol te houden. Wel zien de organisaties kansen in meer natte natuur in de duinrand.

    De bollenteelt is de organisaties een doorn in het oog. “De impact van de “reizende bollenkraam” en de permanente bollenteelt in de binnenduinrand op de biodiversiteit is groot,” schrijven ze. Vandaar het advies: “Sta vanaf 2030 alleen biologische of natuurinclusieve bollenteelt toe en stop uiteindelijk helemaal met de bollenteelt in de binnenduinrand.”

    Het document, dat hier kan worden geraadpleegd, is voor alle duidelijkheid geen beleidsstuk, wat erin staat is nog niet door de politiek overgenomen. De provincie is wel bezig met een nieuw beheerplan, maar in de concept-versie daarvan was nog ruimte gelaten voor de bollenteelt, die belangrijk is voor het toerisme in de regio. Nu er in Haarlem wordt onderhandeld over een provinciebestuur met onder meer BBB zullen veel van de gegeven adviezen meer dan eerst politiek gevoelig liggen.

  • Beroering in Heiloo om nieuwe zendmast, 5G blijft omstreden

    Beroering in Heiloo om nieuwe zendmast, 5G blijft omstreden

    Tijdens een informatieavond in Heiloo blijkt dat er grote bezorgdheid is over een zendmast in de bebouwde kom van het dorp. Deze mast moet een al bestaande zendmast voor telecommunicatie vervangen. Onder meer de overgang naar het nieuwe 5G zat bewoners van de Heiloose Ambachtsweg niet lekker.

    De zendmast in de Ambachtsweg heeft een lange geschiedenis. De mast werd in de vorige eeuw geplaatst als zendmast voor radio-uitzendingen. Inmiddels doet de mast dienst als zendmast voor de moderne telecommunicatie, waaronder het 4G-netwerk waar veel mobiele internetters in Heiloo gebruik van maken. En nu zou daar 5G bijkomen, het snelle netwerk dat niet onomstreden is.

    Met de ontwikkeling van de techniek ging de ontwikkeling van de Ambachtsweg in gelijke tred. Toen de radiozendmast er werd geplaatst was dit straatje vooral in gebruik bij bedrijven, woningen waren er nog niet veel. Dat is nu wel anders. In de omgeving staan talloze nieuwbouwwoningen, de mast wordt aan alle kanten omringd door bewoond gebied. En dus is de zendmast een steen des aanstoots. Ook elders in de regio blijken masten voor wrevel te zorgen, zo was er recent ophef over een zendmast in Schermerhorn.

    De gemeente zal deze zomer in beginsel wel vergunning geven voor de nieuwe zendmast, liet ze weten tijdens de informatieavond. Formeel heeft de gemeente ook geen andere keus, eerdere bezwaren van de gemeente zijn namelijk terzijde geschoven door de rechter. Maar tegen die beslissing kan wel bezwaar worden gemaakt en het heeft er alle schijn van dat omwonenden dat ook zullen doen.