Afvalverwerkings- en energiebedrijf HVC in Alkmaar, heeft heeft het zakelijk goed gedaan in 2023. Er kan een positief nettoresultaat van bijna 35 miljoen in de boeken worden gezet. De winst is vooral te danken aan de uitbreiding van activiteiten, in combinatie met meer afvalverwerking en de hogere prijzen voor geleverde energie en recyclebaar metaal. HVC is een publiek bedrijf – met acht waterschappen en 52 gemeenten als aandeelhouders.
Het 4 en 5 mei comité in Castricum vindt dat het oorlogsmonument in Castricum een flinke opknapbeurt moet krijgen. Het betonnen beeld, een hand die een duif loslaat, wordt nu geblokkeerd door een plaquette met namen van gefusilleerden. Beiden zouden volgens het comité een prominentere plek verdienen, waarbij ook de twintig slachtoffers een gezicht moeten krijgen. De gemeente steunt het plan en draagt 7500 euro bij.
Een man die op een pad in een park staat.
John Heideman, voorzitter 4/5 mei comité Castricum – Foto: NH/ Anne Klijnstra
Het monument uit 1957, aan het Pad van de Mensenrechten in Castricum, is een beetje verrommeld, laat John Heideman zien. Hij is voorzitter van het lokale 4 en 5 mei comité en specialist als het gaat om oorlogsgeschiedenis in de regio.
“Het beton is wat in verval geraakt, maar ook het groen eromheen. Het ene struikje lijkt net aangeplant, de ander is veel groter”, wijst hij op de asymmetrie van de herdenkingsplek. “Verder valt het monument in het niet, omdat het is weggedrukt in een heg. En de sokkel met de plaquette staat er pal voor. Beiden komen niet tot hun recht. Daar moet wat aan gebeuren.”
Daarnaast wil het comité dat de mensen die hier herdacht worden een gezicht krijgen. “Alleen hun namen, leeftijden en woonplaatsen worden genoemd op de plaquette. Door hun foto’s hier te tonen en iets van hun achtergrond te vertellen, maak je het veel tastbaarder.”
“Door deze verzetsmensen een gezicht te geven, geef je ze de aandacht en erkenning die ze verdienen”
John Heideman, voorzitter 4/5/mei comité Castricum
Het gros van de verzetsmannen die begin 1945 in de buurt van het monument zijn gefusilleerd (zie kader onderaan), komt uit Noord-Holland. “Het merendeel ligt begraven op de erebegraafplaats in Bloemendaal. Alle graven daar zijn gedocumenteerd. Van alle twintig weten we hun achtergrond en zijn er foto’s. Dat willen we hier laten zien.”
Geëtste fotoplaatjes
Hoe dat er uit gaat zien, is nog niet duidelijk. “We gaan daar een plan voor maken samen met Stichting Historisch Limmen. Het monument staat door een grondruil in Castricum, maar dit was vroeger Limmen, vandaar. We denken nu aan geëtste fotoplaatjes met misschien een QR-code er bij.”
“Ik vind het heel belangrijk dat we deze verzetsmensen hier in het zonnetje zetten. Door ze een gezicht te geven, geef je ze de aandacht en erkenning die ze verdienen.” De wens is daarom ook dat dodenherdenking volgend jaar al bij het geüpdatete monument in Castricum is.
De gemeente ondersteunt de plannen met 7500 euro. “De rest hopen we bij elkaar te sprokkelen via ondernemers in Limmen. Dat is eerder ook gelukt voor de plaquette voor twee omgekomen vliegeniers daar. Welk bedrag we nodig hebben weten we zodra onze plannen concreet zijn.”
Gejuich op het Parelhof in Heerhugowaard. Een groep mensen verzamelde zich woensdag bij de bushalte om de officiële start van de vijfde buslijn van HugoHopper te vieren. Wethouder Ester Leibbrand had de eer om het nieuwe bordje voor de gele buslijn te onthullen: “Drie, twee, één! Ja, daar staat ie! De gele lijn!”
“Ik ben een Dijk en Waarder. Eerst een Waarder en nu een Dijker. En ik ken de HugoHopper natuurlijk gewoon al heel lang”, zei wethouder Leibbrand tijdens de opening van de gele lijn tegen alle aanwezigen, waaronder vele vrijwillige chauffeurs. “En de HugoHopper is eigenlijk voor mij een soort van levensader door heel Heerhugowaard, en nu door Dijk en Waard, waar heel veel mensen gebruik van maken. En ik weet zeker dat als jullie er niet waren, het leven van heel veel mensen die van jullie liefde – want dat is het eigenlijk hè – van jullie liefde gebruik maken, hun dag er heel anders uit zou zien. Jullie zorgen ervoor dat het leven van heel veel mensen op een normale manier plaats kan vinden.”
“Eindelijk!”, zei vrijwilliger Henk Corbee tijdens de allereerste gele rit, aldus de gemeente. Aan boord had hij de wethouder en een aantal andere genodigden. De ras-Pancrasser toeterde regelmatig naar dorpsgenoten, die vrolijk terug zwaaien. Mede dankzij hem bestaat de vijfde lijn van HugoHopper naar Sint Pancras. Ook hij benadrukt het belang van de nieuwe route.
De busjes van de gele lijn vertrekken van 09:00 tot en met 17:00 uur op het hele uur vanaf het Parelhof naar de westzijde van Station Heerhugowaard en het Oogcentrum, om verder naar winkelcentrum en museum Broekerveiling te gaan. Vervolgens voert de route terug naar de Papenhorn, voor een grote lus door Sint Pancras, met als eindpunt Sporthal De Oostwal. Op ieder half uur van 09:30 tot 16:30 uur snijdt de gele lijn vanaf de sporthal af via Zwembad De Bever voor de terugrit. Meer informatie op hugohopper.nl. (foto: gemeente Dijk en Waard)
“Drie, twee , één…! Na een grote sprong van de duikplank, landt het bommetje in de vorm van een jongetje, plonzend in het officieel heropende Baafje. Opluchting in Heiloo: het zwembad is van de ondergang gered. Al is de temperatuur van het water nog wel even wennen: “Een ijsbad!”
Bij de actiegroep Red het Baafje, inmiddels omgedoopt tot Vrienden van Heiloo, kijkt tevreden terug. “De afgelopen maanden waren natuurlijk best hectisch, voor ons allemaal”, vertelt Lotte Blesgraaf van de Vrienden. Trots, is ze, op alle inzet en de bergen werk die zijn verzet. “Ik ben superblij met dit resultaat, en ook nog met een zonnetje erbij.”
In maart besloot de gemeenteraad alsnog een duit in het zakje te doen voor het openblijven van het Baafje. Daarnaast waren er maar liefst 150 vrijwilligers nodig. Een groot deel daarvan meldde zich al snel. (tekst loopt door onder foto)
Een paar van die vrijwilligers namen woensdag ook een eerste duik in het bad. “Echt geweldig”, zegt één van hen, terwijl ze dobbert in het water. “Dat dit in zes weken tot stand is gekomen.” Aan de temperatuur van het zwemwater valt op sommige plekken echter nog wél wat te wensen. “Maar als je eenmaal door bent, valt het wel mee.
Al met al staat het Baafje een zonnige toekomst in het verschiet. “Ik ben blij dat we met z’n allen de instelling hebben om er een langdurig verhaal van te maken”, zegt Blesgraaf. “Dat het niet voor één seizoen is, maar minstens de komende tien jaar.”
De politie in de regio was afgelopen jaar bij één op de zeven spoedmeldingen langer dan een kwartier onderweg. Bij één op de 27 spoedincidenten duurt dat zelfs meer dan een half uur. Toch zijn de uitrukprestaties licht beter dan in 2022. Een reactietijd van een kwartier is bij een politie-uitruk het streven, maar dat is geen vastgelegde wettelijke norm. Qua opkomsttijden binnen een kwartier scoren Dijk en Waard en Alkmaar goed en doen Heiloo, Castricum en Bergen redelijk.
De uitrukprestaties van agenten in deze regio zijn daarmee licht verbeterd. Waar de politie vorig jaar in 85,6 procent van de 112-meldingen binnen 15 minuten arriveerde, lag dat percentage in 2022 een tikkeltje lager: op 83,2.
Spoedincidenten
Agenten kwamen in 2023 bij 3.523 van de 4.118 spoedincidenten binnen een kwartier ter plaatse. Het jaar daarvoor was dat bij 3.197 van de 3.841 meldingen.
Lees ook: Voetbal? Dan blijven aangiften liggen. Er is steeds meer politie-inzet nodig bij voetbalwedstrijden. Maar waar ligt de grens?
De politie liet vorig jaar 442 keer tussen de 15 en 30 minuten op zich wachten en 153 keer meer dan een half uur. Die getallen lagen in 2022 op respectievelijk 452 en 192. Een reactietijd van een kwartier is bij politie-uitrukken het streven. Hiervoor bestaan geen vastgelegde wettelijke normen.
De politie heeft de omgeving afgezet na een woningoverval in Alkmaar.
De politie heeft de omgeving afgezet na een woningoverval in Alkmaar.
© Archieffoto Michel van Bergen
Redenen dat de politie soms langer onderweg kan zijn, is dat sprake is van een relatief uitgestrekte regio in combinatie met drukte bij de afhandeling van calamiteiten. Hoewel sprake is van werkdruk en personeelskrapte, wordt de 112-uitruk desondanks gegarandeerd.
Vergeten
Agenten willen bij acuut optreden wel eens vergeten de meldkamer op de hoogte te stellen waar zij zijn en doen dat soms wanneer een incident achter de rug is. Dit is van invloed op de tijdregistratie.
Lees ook: Politie heeft handen vol aan incidenten met verwarde personen. Recordaantal meldingen in regio Alkmaar
Qua opkomsttijden binnen een kwartier scoren de gemeenten Dijk en Waard (87,3 procent) en Alkmaar (87,3 procent) goed en doen Heiloo (84 procent), Castricum (83,2 procent) en Bergen (80,2 procent) het redelijk.
In alle gemeenten zijn de prestaties verbeterd. In Bergen is het percentage vorig jaar van 76 naar nipt boven de 80 gegaan. Die gemeente was in het verleden vaak een ’zorgenkindje’ en heeft lange tijd onder de 70 procent gezeten.
De fietsenstalling bij station Castricum krijgt een zogenaamde confrontatiemonitor, een scherm waarop bewakingsbeelden live te zien zijn. De NS hoopt dat het potentiële dieven afschrikt als ze zien dat ze in beeld zijn. Net als in de rest van het land worden ook in Castricum veel fietsen gestolen, meer dan in buurgemeenten Heiloo en Uitgeest. Hoe lang de proef met de confrontatiemonitor gaat duren is niet bekend.
Om fietsendieven af te schrikken, gaat de NS een proef doen met ’confrontatiemonitoren’ bij de ingangen van bewaakte stallingen op enkele stations in Nederland. Eén van de stations die is uitgekozen om mee te doen aan deze proef, is station Castricum.
Een ’confrontatiemonitor’, dat klinkt een stuk spannender dan het is. Het betreft een scherm waarop live bewakingsbeelden worden uitgezonden, net zoals wel eens boven het toegangspoortje van een supermarkt hangt. Wie het poortje binnengaat, ziet tegelijkertijd zichzelf op het scherm.
„De bedoeling is dat de fietsendieven zo zien dat ze in beeld zijn”, zegt NS-woordvoerster Anne van der Wel. „We hopen dat het een afschrikwekkend effect heeft op fietsendieven.”
De bewaakte fietsenstalling – een afgesloten ruimte – is nu al voorzien van camera’s, maar zonder confrontatiemonitor. Met een ov-chipkaart kunnen gebruikers via de poortjes naar binnen, maar ongewenste gasten kunnen ook binnenkomen met een geanonimiseerde kaart (eentje die niet op naam staat).
Castricum is een van de stations waar de proef van start gaat.
Castricum is een van de stations waar de proef van start gaat.
© jjfoto/Vincent de Vries
Forse toename
De Fietsersbond Castricum maakt zich al langer zorgen over fietsendiefstallen op het station. Alex van der Leest van de Castricumse Fietsersbond, bekeek de cijfers over bij de politie geregistreerde fietsendiefstallen van het Centraal Bureau voor Statistiek (CBS). „Die laten zien dat in 2023 de fietsendiefstallen in Castricum fors zijn toegenomen, net als overigens in de rest van het land.”
Vooral in vergelijking met buurgemeenten Heiloo en Uitgeest springt de toename in Castricum in het oog, zegt Van der Leest.
De oorzaak van deze stijging, weet Van der Leest niet. „Daarover kan ik alleen maar speculeren”, zegt hij. „Er zijn nu natuurlijk meer e-bikes, misschien dat dieven dat inmiddels ook allemaal begrepen hebben. Ze stropen natuurlijk eerst de plekken af waar ze makkelijk hun slag kunnen slaan, zoals bij het station in Castricum.” De Fietsersbond heeft de NS het afgelopen jaar tweemaal per brief verzocht om maatregelen te nemen tegen fietsendiefstal op het station.
Lees ook: Forse toename fietsdiefstal: ’Hogere opbrengst, lagere pakkans en lagere straf’
Bewaking
Het Castricumse station lijkt inderdaad een goede plek voor fietsendieven om hun slag te slaan. In het afgelopen jaar, van april 2023 tot april 2024, zijn er door de politie in totaal 133 fietsendiefstallen geregistreerd bij station Castricum, zegt politiewoordvoerster Roxy Meints-Spaargaren.
Ook in de bewaakte fietsenstalling geldt: zet je fiets goed op slot.
Ook in de bewaakte fietsenstalling geldt: zet je fiets goed op slot.
© jjfoto/Vincent de Vries
Dit verbaast Alex van der Leest niet. „Het is algemeen bekend dat er meer wordt gestolen op en rond treinstations, daar staan ook meer fietsen, dus daar is meer te vinden voor de dieven. En daar kunnen ze ook ongestoord hun gang gaan, wat niet zo hoeft te zijn als er fysieke bewaking op het station aanwezig zou zijn.”
De Fietsersbond pleit daarvoor. „In de bewaakte stalling verwacht je dat je fietsen veilig staan, en daar gaan vooral mensen met een dure fiets naartoe. Dat weten de dieven ook. Een fysiek bewaakte stalling is natuurlijk altijd het beste en dat zouden wij het liefste zien”, zegt Van der Leest.
Proef
Fysieke bewaking komt er niet, maar binnenkort start dus wel een proef met confrontatiemonitoren. Het is voor het eerst dat de NS deze proef doet, zegt NS-woordvoerster Van der Wel. De schermen zullen later dit jaar geplaatst worden. Niet alleen Castricum, ook stations in Den Haag en Helmond doen mee aan de proef.
De stalling is al voorzien van poortjes en camerabewaking.
De stalling is al voorzien van poortjes en camerabewaking.
Hoe lang de proef zal duren, weet de NS nog niet. „We hebben minimaal een aantal maanden nodig om het effect te meten”, zegt NS-woordvoerster Van der Wel. „Afhankelijk van de uitkomsten kijken we dan verder.”
Of de politie denkt dat de schermen zullen helpen? De woordvoerster van de politie benadrukt dat de NS de keuze heeft gemaakt om de schermen te plaatsen, en niet de politie. „Wel weten we uit wetenschappelijk onderzoek dat nudging werkt”, zegt ze. „Hierbij confronteer je personen en stuur je op een subtiele manier hun keuzes. Zo’n confrontatiebord is daar een vorm van.”
Alex van der Leest van de Fietsersbond, heeft er zijn twijfels bij: „Misschien dat het wel even helpt, maar als zo’n scherm er een tijdje hangt, ben ik bang dat niemand er meer naar kijkt.”
De opkomst van elektrisch rijden markeert een belangrijke verschuiving in de wereld van transport. Met toenemende aandacht voor milieuvriendelijke alternatieven voor conventionele voertuigen, wordt elektrisch rijden steeds aantrekkelijker voor consumenten. Maar wat wordt er precies gedaan om elektrisch rijden voor de consument aantrekkelijker te maken? In dit artikel onderzoeken we verschillende aspecten van deze verschuiving en de maatregelen die worden genomen om elektrische mobiliteit te bevorderen.
Overheden over de hele wereld hebben verschillende subsidies en stimuleringsmaatregelen ingevoerd om de adoptie van elektrische voertuigen (EV’s) te bevorderen. Deze kunnen variëren van belastingvoordelen en aankoopsubsidies tot lagere kosten voor registratie en parkeren voor EV-eigenaren. Dergelijke financiële prikkels kunnen de initiële kosten van het kopen van een elektrisch voertuig verlagen, waardoor ze aantrekkelijker worden voor consumenten.
Een van de belangrijkste zorgen van consumenten bij het overwegen van elektrisch rijden is de beschikbaarheid van oplaadinfrastructuur. Om deze zorg aan te pakken, investeren overheden en particuliere bedrijven in de uitbreiding van het oplaadnetwerk. Dit omvat de installatie van oplaadstations op openbare plaatsen, zoals parkeergarages, winkelcentra en snelwegdiensten. Het doel is om een netwerk van laadpunt Nederland te creëren dat gemakkelijk toegankelijk is voor EV-eigenaren, waardoor de zorgen over het bereik en de beschikbaarheid van oplaadpunten of laadpleinen worden verminderd.
De technologische vooruitgang op het gebied van elektrische voertuigen heeft geleid tot verbeteringen in batterijtechnologie, waardoor EV’s een groter bereik en snellere oplaadtijden hebben gekregen. Deze verbeteringen hebben de aantrekkelijkheid van elektrisch rijden voor consumenten vergroot door de prestaties van EV’s te verbeteren en de beperkingen met betrekking tot bereik en laadtijd te verminderen.
Een belangrijk aspect van het bevorderen van elektrisch rijden is het vergroten van de bewustwording en het verstrekken van educatie aan consumenten. Dit omvat het informeren van consumenten over de voordelen van elektrisch rijden, zoals lagere operationele kosten en verminderde milieu-impact. Door consumenten te voorzien van nauwkeurige informatie over EV’s en de beschikbare stimuleringsmaatregelen, kunnen overheden en organisaties het vertrouwen van consumenten in elektrische mobiliteit vergroten.
Fabrikanten van elektrische voertuigen werken aan het diversifiëren van hun aanbod om tegemoet te komen aan verschillende behoeften en voorkeuren van consumenten. Dit omvat de ontwikkeling van elektrische personenauto’s, SUV’s, vrachtwagens en zelfs elektrische fietsen. Door een breed scala aan elektrische voertuigen aan te bieden, kunnen fabrikanten consumenten aanspreken die op zoek zijn naar verschillende soorten voertuigen voor verschillende doeleinden.
Naast traditionele aankoopopties, zoals het kopen van een EV, worden er ook innovatieve financieringsmodellen geïntroduceerd om elektrisch rijden toegankelijker te maken. Dit omvat leasingprogramma’s en abonnementsdiensten waarmee consumenten elektrische voertuigen kunnen gebruiken zonder de volledige kosten van eigendom te dragen. Dergelijke financieringsmodellen kunnen consumenten helpen de overstap naar elektrisch rijden te maken zonder grote financiële verplichtingen aan te gaan.
Er worden tal van maatregelen genomen om elektrisch rijden voor de consument aantrekkelijker te maken. Subsidies, uitbreiding van het oplaadnetwerk, technologische vooruitgang, bewustwording en educatie, diversificatie van het aanbod en innovatie in financieringsmodellen spelen allemaal een cruciale rol bij het bevorderen van de adoptie van elektrische mobiliteit. Met voortdurende inspanningen van overheden, industrieën en consumenten zelf, zou elektrisch rijden wel eens de toekomst van duurzame mobiliteit kunnen zijn.
De auto komt aanrijden, maar wijkt opeens uit en passeert de snelheidsremmende ‘bult’ in de Alkmaarse Vondelstraat langs de rechterkant. Over het fietspad. En zo gaat het heel vaak sinds de bult er ligt. Het remmend effect is welkom, het uitwijken van de auto’s verre van. Omdat de herinrichting van de straat is vertraagd moeten paaltjes automobilisten van de fietsstrook houden. “Als er ongelukken gebeuren dan trap ik hem er zelf uit.”
Het gros van het verkeer richting het centrum rijdt netjes over de bult. De bult aan de andere kant wordt vaker omzeild. Volgens Ron Tabak van De Verfmarkt zelfs héél vaak. Hij werkt pal naast de bulten en heeft het een keer bij gehouden. “Zeventig procent gaat er langs.” Net terwijl Ron het zegt gebeurt het weer. “Het is gewoon gevaarlijk voor de fietsers. Het is tot nu toe niet echt mis gegaan, maar schreeuwpartijen hoor je regelmatig. Van fietsers die bijna aangereden worden.”
Voor Ron is het nieuws dat er paaltjes naast de bulten worden gezet. Hij reageert niet enthousiast. “Lastig voor vrachtwagens denk ik, lekker voor laden en lossen ook. Ik ben er niet blij mee, zeker als het een parkeerplek gaat kosten. We hebben voor al deze winkels best weinig parkeerplaatsen. Deze bobbel ligt gewoon verkeerd, ze hadden hem voor dat zebrapad daar moeten leggen”, zegt Ron terwijl hij naar het einde van de Korte Vondelstraat wijst. (tekst loopt door onder de foto)
Een kleine auto stuitert met een behoorlijke snelheid over de drempel. Ook dat gebeurt regelmatig. “Je schrikt je af en toe kapot als er weer een aanhangwagen overheen rijdt.” En er zouden scheuren in het pand ontstaan door de trillingen. “Bij mij dan niet, maar boven in het gebouw wel ja.”
De 30 km-zone en de drempels lijken wel effect te hebben. “Bijna-ongelukken gebeuren er sowieso, je hoort altijd wel zwaar getoeter enzo, maar ongelukken… dat valt de laatste tijd gelukkig mee.” Evengoed vindt Ron de kruising met de Hooftstraat nog steeds erg gevaarlijk. “Het is ontzettend druk, zeker ‘s middags rond een uurtje of vijf, altijd onwijs druk.” (tekst loopt door onder de foto.
Maar goed, paaltjes naast de bulten dus, op de scheidingslijn tussen rijbaan en fietsstrook. Of daar veel ongelukken mee gaan gebeuren, durft Ron niet in te schatten. Het stuk Vondelstraat is niet breed en er rijden veel fietsers. Dikwijls niet alleen. Denk aan ouders met kinderen, groepjes scholieren of kliekjes mensen die met een biertje of wijntje op samen naar huis fietst. “Als er ongelukken gebeuren dan trap ik die paal er zelf uit. Dat wil ik niet voor mijn deur hebben natuurlijk.”
In oktober gaat de Vondelstraat definitief op de schop, van het Wolfpad tot en met de kruising met de Hooftstraat. De weg wordt versmald en het wegdek wordt rood asfalt met een straatsteen-patroon. Net zoals op de Bierkade, voor wie niet wist dat hier geen echte stenen liggen. Meteen wordt onderhoud gepleegd aan de Wolfsbrug over de singel.
Maandag 13 mei is er een infoavond over de herinrichting in buurthuis Oud-Overdie.
