Categorie: ondernemen

  • Frans Snel neemt afscheid van ‘zijn’ Achterdam: “Doodvervelen ga ik me niet”

    Frans Snel neemt afscheid van ‘zijn’ Achterdam: “Doodvervelen ga ik me niet”

    Raamverhuurder Frans Snel neemt afscheid van de Alkmaarse prostitutie. Met zijn 81 jaar is Snel een vertrouwd gezicht op de Achterdam, het rosse buurtje van Alkmaar. Snel raakte vorig jaar gewond bij een auto-ongeluk en kampt sindsdien met gezondheidsklachten. Ook heeft hij te maken met teruglopende inkomsten. “Hopelijk gaat opa nog een paar jaartjes mee.”

    Mediapartner NH sprak uitgebreid met de eigenzinnige Alkmaarse ondernemer. “Er is een tijd van komen en gaan”, zegt Snel nuchter over zijn vertrek, zijn pensioen. “Voor mij is het einde verhaal, tijdperk Snel is over. Ik laat er geen traan om, want ik heb een prachtleven gehad. Om niet alles kwijt te raken, stop ik er nu mee.”

    Snel ontvangt NH in zijn volle kantoortje, waar hij veel oude herinneringen bewaart. Hij blijkt nog een heel leven vóór de Achterdam te hebben gehad. Na zijn tijd bij de marine ging hij werken in de voormalige bistro Boerderij Burgerbrug. “Dat lag aan de N9, maar bestaat inmiddels niet meer. Ik reed met vrienden richting Alkmaar, toen we uit de bocht vlogen en in het kanaal belandden. We zijn eruit geklommen en werden zeiknat binnengelaten in dat restaurant. Daar ben ik toen eigenlijk blijven hangen.” Eerst werkt hij in de keuken, maar rond zijn 32ste vraagt de eigenaar of hij de zaak voor hem wil runnen, tot de inkomsten begonnen terug te lopen. “Toen vroeg diezelfde eigenaar of ik voor hem een aantal panden op de Achterdam wilde verhuren.”

    Zijn ogen beginnen te glunderen: “Ik leefde als een God in Frankrijk, hield geen dubbeltje over”, vertelt hij, terugdenkend aan die tijd. “Ik gokte vaak, heb veel geld gewonnen, maar ook heel veel verloren. Het bed deelde ik met de meest prachtige vrouwen. Joh, ik heb van alles gezien en gedaan; niks was te gek.” Over zijn jaren op de Achterdam valt een boek te schrijven. “Ik heb alles meegemaakt. Protesten van buurtbewoners, de grote politie-inval en natuurlijk de gedwongen sluiting van veel ramen.” (tekst gaat door onder de foto)

    Frans Snel. (foto: NH / Priscilla Overbeek)

    De straat, en in het bijzonder Frans Snel, lag regelmatig in de clinch met de gemeente en voormalig burgemeester Piet Bruinooge. Een aantal panden van de Achterdam zouden zijn ‘besmet’ met crimineel geld. Na jarenlang juridisch gesteggel en verschillende Bibob-onderzoeken werd in 2011 bijna de helft van de vergunningen ingetrokken. Van de 120 kamers bleven er 69 over. “Na zijn aantreden in 2007 deed Bruinooge er alles aan om de Achterdam de nek om te draaien”, reageert Snel. “Hij verspreidde valse informatie. Bijvoorbeeld dat 60 tot 90 procent van de prostituees hier gedwongen werkt. Ook beweerde hij in een interview zonder blikken of blozen dat de vrouwen voor bescherming 1.000 euro per dag moesten betalen. Je reinste onzin.”

    In 2012 vocht Snel de sluiting van de ramen aan en kreeg van de rechter drie kamers terug. Voor 26 andere ramen vroeg hij in 2013 ook een vergunning aan, maar trok die aanvraag later weer in. De FIOD zou hem onder druk hebben gezet, verklaart hij. “In een verhoor werd mij in bedekte termen verteld dat ik anders zou worden aangemerkt als verdachte in witwaspraktijken.”

    Snel is nooit vies geweest van een beetje burgerlijke ongehoorzaamheid. Met zijn acties haalde hij regelmatig het nieuws. Tijdens de coronacrisis liet hij luidkeels van zich horen. In 2021 dreigde hij de overheid aan te klagen, nadat de raamprostituees maandenlang thuiszaten. Ook gooide hij – tegen alle regels in – zijn ramen een dag open. En het was Snel die de noodklok luidde toen bleek dat een aantal sekswerkers geen Tozo-uitkering kregen van de gemeente Alkmaar. (tekst gaat door onder de foto)

    Protest op de Achterdam. (foto: NH Nieuws)

    Door het auto-ongeluk heeft zijn rug een flinke opdonder gehad. Ook is hij erg afgevallen en lopen gaat steeds moeilijker. Daarnaast lijdt Snel aan de longziekte COPD, maar stoppen met roken? Geen denken aan. “Wat heeft dat nog voor zin op mijn leeftijd. Ik kan morgen wel de pijp uitgaan. Dan moet je me wel laten liggen hè”, zegt hij lachend. Hij haalt een goud kettinkje tevoorschijn met een duidelijke boodschap: ‘reanimeer mij niet’. “Ik denk vaak na over de dood, maar ik zeg je eerlijk: bang ben ik er niet voor. Volgens mij houden we gewoon op te bestaan. God bestaat niet. Kijk toch eens om je heen naar al het leed in de wereld. Welke mafkikker maakt zoiets?”

    Snel haalt een lijstje met daarin een persoonlijk geschreven kaartje van de muur, kijkt er vertederd naar en en stopt het in een doos. “Nog een paar weken om alles in te pakken en dan is het klaar. Ik hoop dat ik nog een paar jaartjes meega”, verzucht hij. “Ik zie wel hoelang opa nog te leven heeft. Doodvervelen ga ik me in elk geval niet. Op maandagavond ga ik altijd pokeren en met m’n vrienden drink ik nog regelmatig een borreltje. Met m’n vrouw wil ik graag nog een paar weken op vakantie, maar alleen als ik me goed voel.”

    De telefoon rinkelt. Een van de vrouwen komt haar kerstpakket ophalen. “Met Frans, ja kom maar naar boven, het ligt voor je klaar.” Niet veel later stapt sekswerker Nicole vrolijk de kamer binnen. “Kijk, voor jou”, zegt Snel, terwijl hij haar een luxe, roze doosje met parfum overhandigt. Er volgt een bedankje en ze kletsen wat, maar dan slaakt Nicole een diepe zucht: “Wat een gek idee dat je straks echt weg bent. Ga je echt met pensioen? Ik kan het nog steeds niet geloven. We gaan je allemaal missen.”

    Een nieuwe sigaret wordt aangestoken. Snel neemt een hijs en blaast een dikke rookwolk de kamer in. Als hij op het schermpje van zijn telefoon kijkt, lijkt hij te schrikken van de verstreken tijd. Dan roept hij resoluut: “Zo, heb je nou genoeg voor je interview? Het is tijd voor een portje. Schenk jij er eentje in?”

  • ‘Banaqua’ laat bananen goed terecht komen: “Zeker goede stoffen voor planten”

    ‘Banaqua’ laat bananen goed terecht komen: “Zeker goede stoffen voor planten”

    Vijf studenten van Inholland Alkmaar hebben een bijzondere vorm van plantenvoeding ontwikkeld. Zonder chemicaliën, op basis van bananenschillen. En dat is nodig ook, want bananenschillen blijken nog niet zo eenvoudig te composteren. De vijf studenten hebben een manier gevonden om dat wél te doen: “Ik had de hele week zwarte vlekken op mijn handen.”

    Aan het woord is Lars, eigenlijk de financiële man van het gezelschap. Maar dus zeker niet te beroerd om zijn handen vuil te maken. “Je ziet het nog steeds. Maar het is volledig natuurlijk.” Want dat zwart, dat komt van de bruine bananenschillen die hij samen met medestudenten Gaviera, Sil, Robin en CEO Femke heeft verwerkt tot een poeder dat eenvoudig in een bloempot kan worden geschud. Geef de planten water en het poeder geeft al z’n goede, rijke mineralen door aan de bodem. Dat is in het kort wat Banaqua doet.

    “Het is iets dat je cadeau kunt geven”, vertelt de CEO van Banaqua, Femke, enthousiast. Net als de anderen doet Femke de ‘Minor Innoveren en Ondernemen’ bij Inholland Alkmaar. Als geen ander weet ze de aantrekking van het product in de verf te zetten. Want wat een ander misschien zou omschrijven als gemalen bananenpoeder, dat ziet er in het geval Banaqua gewoon feestelijk uit: “Het heeft ook totaal geen onaangename geur. Banaqua ziet er leuk uit. Het ís leuk.” Voor het uiterlijk kon het team vertrouwen op de gave van marketeer Sil, die ‘in een paar minuten’ een logo uit de hoge hoed toverde. “Femke en ik zijn samen naar Bali geweest”, zegt Sil. “Daar heb ik me laten inspireren.” (tekst gaat door onder de foto)

    Sil, Gaviera, Robin, Lars en Femke, met in hun handen de zakjes Banaqua. (foto: Streekstad Centraal)

    Streekstad Centraal spreekt de studenten evenwel niet op Bali maar in de Alkmaarse plantenwinkel Bloosom. Die locatie heeft het Banaqua-team niet toevallig gekozen, eigenlijk is hun product hier ontstaan. Bananen in water zetten en dat over de planten gieten: dat is eigenlijk het prototype van wat de studenten ontwikkelden tot een product dat houdbaar is en er nog leuk uitziet ook. “We hebben al het werk vóór je gedaan, dat is wat we onze klanten vertellen”, legt sales-man Robin uit.

    Aan Robin de schone taak om het magische poeder te verkopen aan bloemisten, kwekers en particulieren. “Via google maps ben ik gaan zoeken. Maar gewoon opbellen, dat werkte niet zo goed. Het is voor bedrijven ook een drukke periode, net voor kerst. Ik ben samen met Femke bij ze langs gegaan en zo hebben we goed verkocht.” Op dit moment is het zelfs zo dat er meer bestellingen zijn dan zakjes met bananenpoeder. Iets waar de afdeling sales van Banaqua natuurlijk blij mee is.

    Productiespecialist Gaviera kan die druk ook prima aan. Eerder al zag Streekstad Centraal hoe ze bij Inholland Alkmaar met de bananenschillen aan het werk was. “Het doel is: veel produceren”, zegt Gaviera. De bananenschillen worden opgehaald bij kinderopvanglocaties. Vervolgens worden ze stapsgewijs gedroogd en tot poeder verwerkt. “In het indrogen gaan de meeste kosten zitten”, haalt financieel expert Lars nog aan. Gelukkig zijn de kosten verder beperkt en kan er een betaalbaar product in de markt worden gezet. (tekst gaat door onder de foto)

    Sil legt de zakjes Banaqua vast in plantenwinkel Bloosom. (foto: Streekstad Centraal)

    Sil zorgde ook voor een mooie verpakking. Het moest als een cadeautje aanvoelen, zoals bloemen geschonken worden, zo kan Banaqua ook worden gegeven. “Vrolijk, fleurig”, haalt ze aan. Dat is het gevoel dat Banaqua moet overbrengen. Dat, en duurzaamheid. Want Banaqua geeft bananen een tweede leven, terwijl ze anders maar worden weggegooid, én het biedt tegelijk een schoon, natuurlijk alternatief voor chemische plantenvoeding.

    “We gaan het product testen met Amigo Plant in Heerhugowaard”, kondigt Gaviera aan. Amigo Plant ervoer ze als een inspirerende plek, want Gaviera is gaandeweg steeds meer te weten gekomen over bloemen en planten, vertelt ze enthousiast. “Banaqua werkt zeker, maar we moeten alle stoffen testen. Om zeker te weten wat het doet. We hebben wat dat betreft de tijd niet mee, in de winter bloeien planten niet.” Dat is het nadeel van een schoolproject, dat gebonden is aan het schooljaar. Maar het Banaqua-team wil best door ná het einde van het schooljaar. “We wachten de onderzoeken natuurlijk af”, zegt Sil. “Maar we willen er wel mee verder.”

    “Het is een nieuw product, het bestaat nog niet”, benadrukt Femke. “Er is vraag naar.” Er is dus genoeg potentie. Daarom is er bij het Banaqua-team een niet aflatende vraag naar bananenschillen. “Alles mag nog steeds binnenkomen”, lacht Gaviera. “Mensen kunnen contact met ons opnemen als ze schillen willen doneren.” Want uiteraard heeft dit professionele studentenbedrijf ook een eigen website. Dat, en een vruchtbare bodem om op verder te groeien.

  • Studenten tackelen probleem opladers e-bike: “Dat is ontzettend mooi om te zien”

    Studenten tackelen probleem opladers e-bike: “Dat is ontzettend mooi om te zien”

    Twee bedrijven. Beiden binnen de minor innoveren en ondernemen van Hogeschool InHolland. Beiden opgezet door studenten. Maar met één gemeenschappelijke doelgroep: de e-biker. En beiden richten zich op hetzelfde onmisbare stuk techniek. Namelijk de oplader. “We hadden geen idee dat er nog een bedrijf was dat ook iets deed voor acculaders, wel hebben we daarna direct contact gelegd.”

    Bak-e en SafeCharge herkenden beiden een probleem bij het opladen van de elektrische fiets, zij het twee verschillende problemen. “Iemand die bij ons kwam, stuurden we op de markt waar we stonden door naar hen en andersom” vertellen Zed Louwe van Bak-e en Thijs de Groot van SafeCharge. Wat Bak-e opviel is dat veel opladers ‘rondslingeren’ waardoor ze beschadigd kunnen raken en daardoor onveilig worden. SafeCharge richt zich op die andere nachtmerrie van de e-biker: een gestolen acculader.

    Helemaal van aluminium: Bak-E. Of zoals ze op de Hogeschool zeggen : Bakkie (foto: Streekstad Centraal)

    Het gevaar van ontbrandende opladers zou volgens Zed en zijn collega Stef Kemper verminderd kunnen worden door de oplader netjes op te bergen. Zowel tijdens het opladen als daarna. “Die laders kunnen warm worden, bij oververhitting zelfs 60 graden. We zagen dat veel mensen zijn overgelaten aan het lot of zelf iets moeten verzinnen” zo laat Stef Streekstad Centraal weten. Het uiteindelijke product is van ‘onbrandbaar’ aluminium gemaakt, een bewuste keuze. “Ons eerste prototype was van roestvrij staal, maar dat was een moordwapen. Het was heel zwaar en je had stalen neuzen nodig, want als dat ding viel brak je je tenen”, vult Zed aan.

    Uiteraard heb je alleen maar last van een spontaan ontbrandende oplader zolang je er een hebt. En daar komt SafeCharge in beeld. CEO Michael Kelderman hoefde niet lang na te denken over wat voor probleem ‘zijn’ studentenbedrijf moest oplossen. “Ik hoop tijdens de lessen altijd dat mijn acculader ondertussen niet gestolen wordt, dus daar wilde ik graag iets mee doen. Zijn ‘mede-ondernemers’ waren het daar mee eens.

    Overal opladen zonder de angst dat je oplader gestolen wordt, daar zorgt de SafeCharge voor. (foto: Streekstad Centraal)

    “We begonnen met een hele case om de acculader heen, maar was veel te groot. Daarna keken we naar een soort slotje, maar dat betekende een extra sleutel voor onze klanten”, laat Thijs de Groot van ‘Sales en Marketing’  weten. Uiteindelijk werd het een draaischijf die je met een standaard kettingslot op slot kunt zetten.  De SafeCharge zet daarmee ook de lader ‘op slot’. “Je kunt je fiets overal rustig opladen en weglopen. Je accu meenemen naar binnen vanwege de angst dat ie gestolen wordt is er niet meer bij”, besluit Michael.

    Beide studentenbedrijven worden ondersteund door een docent, een externe echte ondernemer en een accountant. “Ze doen het ontzettend goed, in het begin waren er natuurlijk wat opstart problemen maar nu gaat het als een trein. Ze komen soms in een dal, maar staan weer op en gaan weer door. Dat is ontzettend mooi om te zien” laat Nol Graas, een van de begeleiders, weten.

  • Fietsverhuur Tuut-Tuut heeft Slechtste Slogan 2023, Waardse Dierencrematorium bij beste tien

    Fietsverhuur Tuut-Tuut heeft Slechtste Slogan 2023, Waardse Dierencrematorium bij beste tien

    Fietsverhuur Tuut-Tuut uit Castricum heeft de nationale Slechtste Sloganverkiezing van 2023 gewonnen. Met liefst 21 procent van de stemmen werd ‘Put the fun between your legs’ de Slechtste Slogan van het Jaar. Dierencrematorium Heerhugowaard eindigde naast het podium met ‘Voor een warm afscheid van uw geliefde huisdier’, maar mag trots zijn op de nominatie.

    “Het is helemaal geweldig”, reageert Tuut-Tuut eigenaar Marieke van der Zande tegenover mediapartner NH Nieuws. Achter haar eindigde op de tweede plaats Rijkers Naaimachinespecialist uit Veghel met ‘Have a naai’s day!’ en derde werd kattenspeciaalzaak 4cats uit Amsterdam met ‘Everything for stuffing your pussy!’

    Een tienkoppige jury met onder meer journalisten en universitair docenten struint ieder jaar het land af naar de meest dubieuze slogans. Soms met specials erbij, zoals de slechtste politieke verkiezingsslogan. Tien slogans krijgen een nominatie en daarna is het aan het volk om te kiezen. De twaalfde editie liep van 8 tot 13 december en er is door 5.820 mensen 8.987 keer gestemd.

    Tuut-Tuut is opvolger van onder andere Benny’s Vleesservice met ‘Mijn ballen wegen 130 gram’, Barbier Rogier Laren met ‘We doen wel vrouwen maar knippen ze niet’ en Heibedrijf Steenman met ‘Iedere paal gaat erin’. (foto: Tuut-Tuut)

  • Nieuwe eigenaren voor Boekhandel Thomas in Bergen: “Naar toegegroeid”

    Nieuwe eigenaren voor Boekhandel Thomas in Bergen: “Naar toegegroeid”

    Voor vaste klanten en terugkerende bezoekers van het dorp zal het even wennen zijn: een nieuw gezicht in Boekhandel Thomas. Eigenaar John Thomas doet zijn boekwinkel aan de Stationsstraat in Bergen van de hand. Met veel vertrouwen in de toekomst, dat wel: “Het is heel positief.”

    John Thomas heeft al langer gezondheidsproblemen, vertelt hij aan Streekstad Centraal. Daardoor viel het hem hoe langer hoe zwaarder om de winkel open te houden. Nu heeft hij de knoop doorgehakt en zegt hij zijn winkel gedag. “Zo’n beslissing, je groeit er naartoe”, zegt Thomas daarover. Het heeft gaandeweg zijn plek gekregen en dus is de uiteindelijke beslissing niet moeilijk meer, al is het nog steeds ingrijpend. De winkel werd ook door Thomas’ grootvader begonnen, in 1928.

    “Ik heb in het verleden al contact gehad met mensen die de winkel over wilden nemen”, zegt Thomas. “Die heb ik nu benaderd.” En dat heeft effect gehad. Eduard en Ingrid Kuijt gingen graag in op het aanbod en zij zijn de nieuwe eigenaren, samen met Janine Waiboer. Geen onbekenden in de regio, want ze kennen elkaar van hun tijd bij boekhandel Plukker in Schagen. Maar Eduard en Ingrid Kuijt hebben nu zelf een boekwinkel in Heerenveen. In de praktijk zullen klanten dus vooral Janine Waiboer gaan zien.

    “Het wordt wel een heel nieuwe winkel”, verwacht Thomas. Hij zal er zelf ook niet meer aan het werk gaan, het hoofdstuk is voor hem afgerond. “In het begin ben ik uiteraard wel beschikbaar, voor als er vragen zijn.” Maar de precieze invulling van de winkel, dat is nu aan de nieuwe eigenaren. “Ik verwacht dat er wel meer literatuur bij gaat komen”, zegt Thomas daarover.

    Boekhandel Thomas is een winkel met veel vaste klanten, tegelijk weten ook de vele toeristen in Bergen de Libris-boekhandel te vinden. Dat blijft zo, is de verwachting. Al zullen de klanten dus even moeten wennen aan nieuwe gezichten. “Het begint nu te komen”, reageert Thomas als we vragen of zijn klanten al weten van de verandering. De komende tijd zal menigeen nog wel even persoonlijk afscheid komen nemen. Per 1 januari gaat de winkel over naar de nieuwe eigenaren. (foto: aangeleverd)

  • Pop-upwinkeltje in Oudorpse huiskamer: “Het ontstaat gewoon”

    Pop-upwinkeltje in Oudorpse huiskamer: “Het ontstaat gewoon”

    Een kamerscherm, mooie spulletjes en lekkere koffie: het zijn de ogenschijnlijk simpele ingrediënten die van een Oudorpse huiskamer een knus en dorps winkeltje hebben gemaakt. Kazei heet het. Buurvrouwen Manon Hertog en Carina Ligthart willen er echt iets mee toevoegen aan hun dorp: “Dit was er nog niet, terwijl het zo past bij Oudorp.”

    Met het winkeltje wordt een oude Oudorpse geschiedenis weer levend gemaakt. Want dit huis, nu de woning van Hertog, was ooit een sigarenwinkeltje. “Hier kochten we vroeger kauwgom”, vertelt één van de vroege klanten in de pop-up, die woensdag voor het eerst open ging. Nostalgie is een gevoel dat hier met open armen wordt ontvangen, wordt gevierd. “Dat behang is echt heel oud”, wijst Ligthart. “Het kamerscherm hebben we zelf gemaakt en behangen. We hebben er wel heel wat werk aan gehad hoor, de afgelopen twee weken.”

    Het kamerscherm is een opvallend element in het winkeltje. Achter dat scherm is nog gewoon de woonkamer van Hertog. Het gevoel dat je ‘op bezoek’ bent, dat de grens tussen huis en winkel vaag is, maakt Kazei tot wat het is en wil zijn: een echt ‘dorps’ winkeltje, een echt ‘Oudorps’ winkeltje ook. Met in het logo herkenbaar de oude Munnikenweg. Tegelijk staat de tijd hier zeker niet stil: “Het hele ontbijt kun je ook vegan bestellen”, legt Ligthart uit. (tekst gaat door onder de foto)

    Manon Hertog (links) en Carina Ligthart, met het kamerscherm op de achtergrond. (foto: Streekstad Centraal)

    Want hier kan dus ook ontbeten worden. Buiten, op het erf, staat een keet die een beetje aan een oud trammetje doet denken, met tafeltjes aan de zijkanten. Daar kunnen mensen zitten en genieten van koffie, taart, yoghurt en een gesprek met dorpsgenoten. “Het moet echt iets verbindends zijn”, bevestigt Ligthart. En dat lukt al meteen, want de vraag ‘van wie ben je er één’ is in Oudorp nooit ver weg: “Ik heb je oma goed gekend!”

    “Manon staat in mijn telefoon als Manon Buurvrouw”, zegt Ligthart, als Streekstad Centraal wil weten hoe de naam Hertog precies moet worden gespeld. Zoiets is belangrijk voor een journalistiek artikel, maar in een dorp eigenlijk nauwelijks een kwestie. “Jij staat gewoon als ‘moeder van’ in de telefoon”, vult een bezoeker aan die Ligthart kent van de basisschool die vlak naast het winkeltje ligt. (tekst gaat door onder de foto)

    De ‘keet’. (foto: Streekstad Centraal)

    Daarmee is de dorpse setting wel compleet: de kerk en de kroeg, beide aan de overkant van Kazei, de weekmarkt op woensdag aan de ene kant en de school aan de andere. “En onze tuin, we hebben een heel diepe tuin”, vult Ligthart nog aan. “Daar willen we ook wat mee gaan doen.” De plannen zijn hier zeker niet in beton gegoten, ze groeien terwijl de buurvrouwen met hun winkel bezig zijn.

    Het winkeltje staat vol snuisterijen. Mooi glaswerk, brocante, nostalgische items uiteraard. Er is ook ruimte voor kunst, voor de bijzondere foto’s van Hertog bijvoorbeeld, of voor het schilderwerk van Ligthart – al dan niet gedrukt op een kalender, want het is ook de tijd om kalenders aan te schaffen. “Die houten achterkantjes heb ik ook weer zelf gemaakt.” Dat klinkt als veel werk, maar zo zal ze het zeker niet noemen. “Het is gewoon erg leuk om te doen.”

    Kazei is om te beginnen open op woensdag 13 december en woensdag 20 december, van 8:30 tot 16:00. Het winkeltje is te vinden op Herenweg 102 in Oudorp.

    Behalve brocante kan er ook een ontbijt worden gekocht. (foto: Streekstad Centraal)
  • Kolencampagne klaar en nu aan het werk: “Nog maanden fermenteren”

    Kolencampagne klaar en nu aan het werk: “Nog maanden fermenteren”

    Nu het muzikale huzarenstukje ‘Bloemkôle’ van Oôs Joôs de Top 2000 gehaald heeft, kan het seizoen eigenlijk al niet meer stuk. Toch wordt er in Langedijk en omgeving hard gewerkt aan wat het land heeft opgebracht. Want die zo gewone witte kool kan puur beste zuurkool worden, weten ze daar. Die gaat de halve wereld over.

    De laatste kool van het seizoen is van de week van het land gehaald en daarmee zijn het de laatste loodjes in de fabriek voor Kramer en zijn collega’s. “De kool moet voor de vorst van het land”, zegt Kramer op NH Radio. Anders bevriezen de kolen. “Daarmee zorgen we er altijd voor dat de fabriek helemaal vol ligt.” De volgende lading verse kolen komt pas weer in augustus binnen.

    Die witte kool wordt vers geoogst, maar hoe komt het nou eigenlijk aan die typische zure smaak? Dat komt door een bepaald ‘rottingsproces’. Kramer spreekt van fermentatie, legt hij uit aan mediapartner NH. “We laten de van nature op de kool zittende melkzuurbacteriën het werk doen”, zegt hij. “Die eten de suikers in het product op en die scheiden melkzuur en in sommige gevallen wat smaakstoffen uit. Daardoor wordt de witte kool zuur en krijgt het ook de kenmerkende smaak.” In de fabriek gebeurt dit in grote fermentatiesilo’s met een snufje zout erbij. “Maar mensen zouden het ook zelf thuis kunnen maken”, vertelt Kramer.

    Op bezoek in de zuurkoolfabriek. (foto: NH / Samanta de Groot)

    De kool die nu van het land komt ligt niet één-twee-drie in de winkel. “De kolen die vandaag het fermentatieproces ingaan doen er langer over dan de kolen in augustus, omdat het nu veel kouder is en het proces dan langzamer gaat”, legt Kramer uit. “Deze kolen kunnen echt maanden fermenteren voordat ie uiteindelijk in de winkel ligt.”

    Zuurkool is echt een Noord-Hollands product, weet Kramer. “Witte kool groeit hier heel goed. Dat heeft te maken met de kleiachtige structuur van de grond en het hoge kalkgehalte”, legt Kramer uit. Het zorgt voor grote kolen van wel 10 kilo. Zijn bedrijf zit al vijf generaties in de familie, dus natuurlijk houdt Kramer ook wel van een lekker hapje met zuurkool. Wat is zijn lievelingsgerecht? “Ik maak het soms op de Franse wijze, dat is lang gekookt met wat spek en worst”, zegt de directeur. Maar hij hoeft niet altijd de keuken in te duiken. “Ik gebruik het ook gewoon als salade, bijvoorbeeld op een broodje pastrami en ik vind het ook erg lekker op een broodje worst.”

  • Herfstige bloei voor De Boekentuin: donatie van dertig dozen vol boeken via ‘Even tot hier’

    Herfstige bloei voor De Boekentuin: donatie van dertig dozen vol boeken via ‘Even tot hier’

    Alkmaarse kijkers van het veelbekeken televisieprogramma ‘Even tot hier’ zullen zaterdagavond wel even hun wenkbrauwen hebben gefronst. Want Alkmaar werd tóch maar even genoemd. De online boekwinkel ‘De Boekentuin’ kreeg namelijk een opvallende donatie, van duizenden boeken. Iets dat deze bijzondere Alkmaarse organisatie past – maar ze daarom niet minder verrast.

    “Ja, ze hebben ons goed gevonden”, reageert de eigenaar van De Boekentuin, Aldo Backer, nuchter. Want online vindbaar zijn, dat is natuurlijk belangrijk. “Daar heeft onze websitebouwer ook echt zijn best voor gedaan.” Backer heeft met De Boekentuin een veelzijdig bedrijf opgebouwd, dat niet alleen boekenliefhebbers geruststelt – ‘geen boek wordt verspild’ – maar dat ook een veilige werkplek biedt voor mensen met afstand tot de arbeidsmarkt.

    “We werden benaderd door een filmbedrijf”. legt Backer uit. “We hadden geen idee dat dit daarachter zou zitten.” Want film is één ding, ‘Even tot hier’ is toch wat anders. Daarmee hebben we het wel over één van de best bekeken televisieprogramma’s van de NPO. “Ik dacht, kom maar op”, was Backers eerste reactie. “Maar nu ik dit weet, ja: dat is wel interessant!”

    Want De Boekentuin is nu ineens een landelijke beroemdheid. Iets wat overigens totaal geen aanslag blijkt op Backers nuchterheid: “We moeten eerst maar eens zien wat we binnenkrijgen. Het waren 30 verhuisdozen vol.” Toch enkele duizenden boeken, heeft ook Backer al berekend. “Ja, we zetten het eerst maar even op de gang denk ik! Maar echt wel heel mooi dat dit gebeurt.”

  • Bergen heeft binnenkort een BIZ: “Blij dat we ook in Bergen kunnen starten”

    Bergen heeft binnenkort een BIZ: “Blij dat we ook in Bergen kunnen starten”

    Het centrum van Bergen krijgt op 1 januari een Bedrijven Investeringszone. Tijdens een stemming koos 71 procent van de deelnemende ondernemers voor de oprichting van een BIZ. De opkomst was met 61 procent voldoende representatief. Na de oprichting van BIZzen in Egmond en Schoorl wordt de BIZ Bergen Centrum de derde en ook grootste binnen de gemeente.

    “Na de positieve resultaten in Egmond en Schoorl om als ondernemers beter samen te werken, ben ik blij dat we ook in Bergen kunnen starten”, aldus initiatiefnemer en BIZ-voorzitter Steef van Leeuwen. “We worden hiermee de grootste BIZ in de gemeente en kunnen via gezamenlijke marketing, evenementen en activiteiten Bergen nog aantrekkelijker maken voor onze inwoners en bezoekers.”

    Economiewethouder Marco Wiesehahn-Vrijman is erg blij met het draagvlak: “Ik wil de BIZ-stichting en het bestuur van harte feliciteren met dit positieve resultaat. Het is supermooi dat deze BIZ kan optreden namens de ondernemers in Bergen Centrum en als gesprekspartner kan dienen voor de gemeente. Samen hebben we het doel Bergen aantrekkelijk te maken en houden voor onze bewoners en bezoekers. Nu kunnen we aan de slag.”

    Doel van een BIZ is samen werken aan een aantrekkelijk, hoogwaardig en toekomstbestendig centrumgebied in Bergen. De initiatiefnemers hebben hiervoor een activiteitenplan opgesteld. Tijdens bijeenkomsten en vele persoonlijke gesprekken is hiervoor input opgehaald bij de ondernemers uit het centrum. De activiteiten dragen bij aan het behouden en versterken van het karakter en de aantrekkingskracht van Bergen. (foto: Bing)