Verhalen zijn overal, maar niet van ieder verhaal begrijpen we de taal nog. Eeuwenoude schilderijen zijn voor Alkmaarder Bas Zevenbergen net als Franse chansons: pas als je de taal verstaat, weet je werkelijk waar het over gaat. Zevenbergen spréékt die taal. Met aanstekelijk enthousiasme brengt hij zijn luisteraars mee in de wereld van zeventiende-eeuwse kunst. “Met oud-leerlingen loop ik nu door het museum waar ik ben opgegroeid.”
Streekstad Centraal spreekt met Bas Zevenbergen naar aanleiding van een optreden dat hij zondag 3 maart verzorgt in De Alkenaer. Een middag vol kunst, maar vooral: vol verhalen. Want Zevenbergen is een verhalenverteller, dat is zijn vak.
“Ik ben leraar geweest, en journalist”, vertelt Zevenbergen aan Streekstad Centraal. “Maar ik ben eerder met pensioen gegaan. Onder andere omdat ik déze verhalen wilde gaan vertellen.” Een klein detail op een oud schilderij kan hem een anekdote vol humor en kwinkslagen ontlokken.
‘The Fun Part of Art’ noemt Zevenbergen het. Met zijn verhalen wil hij op anderen overbrengen dat die eeuwenoude schilderijen van Vermeer, Steen en Dou echt heel léúk zijn. Dat er wat te lachen valt. “Jan Steen is mijn favoriet.” (tekst gaat door onder de afbeelding)
Het verhaal van ‘the Fun Part of Art’ is ooit begonnen in het Rijksmuseum. “We hebben dit indirect te danken aan de vernieling van De Nachtwacht”, merkt Zevenbergen op. Een verband dat alleen te begrijpen is voor wie de context kent – de opmerking typeert de oud-docent.
De eerste context: Zevenbergen wóónde in het museum. Zijn vader was er ‘intendant’, hield de collectie in het oog, en kon met zijn gezin in de dienstwoning wonen, van 1972 tot 1977. De schilderijen werden het decor van zijn jeugd, van feestjes zelfs, van nachtelijke tochten door het grote gebouw.
Precies in die periode, in 1975, stak een verwarde man meerdere keren met een mes in De Nachtwacht, waarna het schilderij moest worden gerestaureerd – de andere context. Het beroemdste doek van het Rijksmuseum was er even niet en dus ging alle aandacht van de jonge Bas Zevenbergen naar andere schilderijen en naar een bijzondere expositie.
“Tot Lering en Vermaak ja, daar is het allemaal mee begonnen”, herinnert Zevenbergen zich. “Daar werden andere schilderijen uit de Gouden Eeuw getoond, met andere onderwerpen dan De Nachtwacht. De verhalen, de symboliek, de erotiek ook. Dat is voor mij de basis geweest van alles wat ik nu doe met The Fun Part of Art.” (tekst gaat door onder de afbeelding)
De verhalen van Zevenbergen zijn niet braaf, niet saai, wél belerend maar nooit zonder een vette knipoog. Hij weet wat er in die geheimzinnige liefdesbrief staat. Hij speelt met suggestieve geschenken en subtiele aanwijzingen op de achtergrond.
“Deze kunst is ontstaan na de Beeldenstorm. Die was in 1566”, begint Zevenbergen. Het jaartal slaat hij niet over: de oud-leraar verraadt zich meteen. “Er moest een nieuwe symboliek gevonden worden, anders dan de oude, katholieke symboliek. Die werd gevonden in volkse verhalen en spreekwoorden.”
Dat volkse maakt de zeventiende-eeuwse genrekunst zo mooi, vindt Zevenbergen. De kunst is in zekere zin democratisch, laat de gewone man spreken. Dat er juist in de jaren 70 extra aandacht voor deze kunst kwam past daar goed bij. “Bij de Vermeer-expositie van vorig jaar, in het Rijks, zag je een heel andere benadering, daar zit echt een richtingenstrijd”, zegt Zevenbergen kritisch. “Daar is die volkse symboliek doodgezwegen. Het ging alleen maar over vorm.”
Toch was hij er wél geregeld te vinden, in ‘zijn’ Rijksmuseum. Oud-leerlingen nam hij mee langs de werken van Vermeer en uiteraard stak hij zijn eigen visie op deze schilderijen niet onder stoelen of banken. “Mensen vroegen me in het museum dan wel eens, hoe wéét je dit allemaal? Deze kennis, mensen raken dat kwijt, weten niet meer waar ze het moeten vinden.” Daar wil de Alkmaarder verandering in brengen. (tekst gaat door onder de afbeelding)
In Alkmaar is Zevenbergen geen onbekende. Tijdens het gesprek met Streekstad Centraal komen we regelmatig mensen tegen waarvan Zevenbergen zegt: “Ja, die ken ik” – met dan een anekdote. Want voor hem is álles een verhaal.
Toch moet hij Alkmaar vaak verlaten voor de kunstwerken waar hij de ‘fun’ in ziet. “Die genrekunst, daar is hier niet heel veel mee gedaan. Een beetje. Van Everdingen, die venusappel en zo…” Misschien is er tóch wat mee te doen, in een volgende video. Met video’s vertelt Zevenbergen zijn verhaal aan een breed publiek. Ook wie níét in een museum woont, kan zo met één druk op de knop genieten van zeventiende-eeuwse kunst en de verhalen van ‘The Fun Part of Art’.
“Door het project ben ik veel terug geweest naar het Rijks”, zegt Zevenbergen. Met gevoel voor understatement: “Daar hangen toch wel mooie dingetjes.” Met cameraman en oud-leerling Tim Slager keerde hij er terug voor een filmpje. Het is duidelijk: Bas Zevenbergen neemt nog geen afscheid van die ‘dingetjes’: “Nee, hier ga ik mee door. Ik doe dit zolang ik het leuk vind. Er zijn nog zo veel dingen te leren!”
Om te beginnen bij de lezing op zondagmiddag 3 maart in De Alkenaer, vanaf 15:30. Toegang kost 7,50 euro en kaartjes zijn te koop via de website van De Alkenaer.