Het levert groene stroom op en het ecosysteem op zee gaat er alleen maar op vooruit. Allard van Hoeken is razend enthousiast over het nieuwe drijvende zonnepark dat volgende maand voor de kust van Egmond komt te liggen. Het is een wereldprimeur en de proef zal zich nog moeten bewijzen, maar Allard, de bedenker van het drijvende zonnepark, heeft er alle vertrouwen in: “Dit is het eerste offshore zonnepark ter wereld dat tussen windturbines komt te drijven.”
Tien jaar geleden begon de bedenker met zijn initiatief. Na een kleine proef bij Scheveningen ligt nu het eerste productieveld in de Amsterdamse haven, klaar om versleept te worden naar zee. Volgende maand gaat het in zijn geheel – een klein voetbalveld – via de zeesluis van IJmuiden naar het windmolenpark voor de kust van Egmond. “De panelen passen precies in de sluis bij IJmuiden. Dat wordt wel spectaculair.”
Windparken nemen al een hoge vlucht op zee. Nieuw is om tussen de windturbines zonnepanelen te plaatsen. Uit de proef bij Scheveningen blijkt dat het goed mogelijk is: “”Het heeft ruige stormen, ook Eunice en Corrie met gigantische golven, doorstaan. Door laag op het water te blijven met de panelen verdeel je namelijk de krachten, net als bij een waterlelieblad. Vandaar ook de naam van dit project: Nymphaea Aurora.” (tekst gaat verder onder de foto)

Vanaf het Egmondse strand is het drijvend zonnepark niet te zien, daarvoor ligt het te ver weg. Het park komt 18 kilometer uit de Egmondse kust te liggen, tussen de windturbines van het windpark Hollandse Kust Noord. “De honderden panelen zijn met flexibele koppelingen verbonden. Ze deinen op het water als een soort matras. Breken doen ze daarom niet.”
Het zonnepark is een klein voetbalveld groot, genoeg voor een halve megawatt energie. Dat staat gelijk aan het stroomverbruik van circa 180 huishoudens. Maar volgens Allard is er naast groene stroom meer te winnen met zijn concept.
“Het idee is namelijk ook ontstaan vanuit ruimtegebruik”, vertelt de bedenker aan NH, mediapartner van Streekstad Centraal. “Er staan nu windfarms gepland die twintig procent van de Noordzee beslaan. Door zonnevelden ertussen te leggen, kun je mogelijk dezelfde energie opwekken met maar vijf tot tien procent van de ruimte.” (tekst gaat verder onder de foto)

De natuur krijgt volgens Allard een enorme impuls van het zonnepark. “De panelen zijn een soort vlotten en daar zit vis graag onder, net als bij steigers. Dit worden veilige havens, een soort kraamkamers voor ze. Maar ook mosselen kunnen aan de onderkant groeien en bij stormen vallen die op de zeebodem waardoor natuurlijke riffen ontstaan. Zo ontstaat er een heel ecosysteem onder.”
Het project wordt al jaren gevolgd door onderzoeksinstellingen zoals het NIOZ, Deltares en Wageningen Universiteit. “We verwachten meer biodiversiteit in plaats van minder. En 99 procent van de Nederlandse Noordzee blijft gewoon beschikbaar voor visserij.”
En de panelen blijken ook een rustplaats voor vogels tijdens de vogeltrek. “Ze landen soms even, zagen we bij de test bij Scheveningen, maar bij ruwe zee vliegen ze weer weg. Nesten bouwen ze er niet; het is daarvoor te onrustig en te spetterig.” (tekst gaat verder onder de foto)

Het eerste jaar wordt alles eerst nog goed getest. “De proef is geslaagd als het park heel blijft én voldoende stroom levert, vergelijkbaar met panelen op land. Voor onze klant Crosswind (een samenwerking tussen Shell en Eneco) is dat het belangrijkste.”
Allard kijkt ondertussen al verder vooruit: “We willen eerst uitbreiden naar 15 megawatt, en uiteindelijk naar 1000. Zelfs dan gebruiken we nog maar vijf procent van de ruimte in het windpark. En we willen internationaal groeien en bouwen daarom ook een nieuwe fabriek in Amsterdam.”