Het bezwaar dat een inwoner van Limmen heeft gemaakt tegen de bouw van veertig eensgezinswoningen en een appartementengebouw is door de Raad van State afgewezen. Hij vond dat het appartementengebouw te hoog is en te dicht bij zijn erf zal staan. Eerder stelde ook de voorzieningenrechter hem al in het ongelijk. Nu ook de Raad van State geen aanleiding ziet om de werkzaamheden stop te zetten kan de bouw definitief plaatsvinden.
in Limmen kan doorgang vinden. De Raad van State ziet geen reden om het plan tegen te houden.
Dat was wel de bedoeling van een inwoner van Limmen, die aan de noordoostkant van het plangebied woont en vindt dat het appartementengebouw te hoog is en te dicht bij zijn erf komt te staan.
In de toelichting op het plan stond namelijk dat niet meer dan 15 procent van de woningen in het gebied zou bestaan uit appartementen en dat er niet te veel hoogbouw van drie of vier lagen zou zijn. De Raad van State concludeerde echter dat de bouwvolumes voldoen aan het plan zelf en dat aan de toelichting daarop juridisch niet bindend is.
Voorlopige impressie van het appartementengebouw aan de noordoostkant van het plan.
Voorlopige impressie van het appartementengebouw aan de noordoostkant van het plan.
© Illustratie WoonGraag
Welstandsnota
Ook een betoog dat het appartementengebouw niet zou voldoen aan de criteria van een welstandsnota kon de staatsraden niet overtuigen. Welstandsnormen komen niet aan de orde bij een bestemmingsplan, zo oordeelden zij.
In oktober stelde de voorzieningenrechter al dat er geen aanleiding was om de werkzaamheden stop te zetten. De bouw kan nu definitief plaatsvinden.