Wie door de binnenstad van Alkmaar loopt, vermoedt waarschijnlijk niet dat onder het straatwerk resten van eeuwen geschiedenis verscholen liggen. Toch kwamen bij recente werkzaamheden onverwachte sporen uit het verleden aan het licht. Tijdens het herinrichten van de Heul stuitte een aannemer op opvallend grote bakstenen, afkomstig uit de veertiende eeuw. “Ergens klopte er iets niet.”
Stadsarcheologen Nancy de Jong en Niels Tuinman werden direct ingeschakeld toen de eerste stenen zichtbaar werden. Dat middeleeuws bouwmateriaal in Alkmaar wordt aangetroffen, is niet uitzonderlijk. Maar de plek en de manier waarop de stenen lagen, riepen vragen op. “Wat we als bouwsels zagen, leek niet te kloppen met die oude stenen”, vertelt Nancy aan NH Nieuws, mediapartner van Streekstad Centraal.
De Heul ligt in het oudste deel van Alkmaar, een gebied waar in het verleden vaker zware middeleeuwse funderingen zijn blootgelegd zonder dat duidelijk werd waarvoor ze dienden. Ging het om een rest van de stadsmuur? Of om bebouwing uit de vroege stadsgeschiedenis?
“Ze hadden in de Heul een stenen muurtje gevonden toen ze een nieuwe kolk aan het aanleggen waren”, vertelt Nancy. “Mijn collega Niels en ik zijn gelijk gaan kijken en vonden steeds meer stenen. En dan ga je nadenken: wat kan het zijn?” Tussen de stenen tekenden zich structuren af die deden denken aan een kademuur. Dat was geen onlogische gedachte: “Alkmaar had vroeger veel grachtjes in de binnenstad. Daar wilde men van af. Rond 1870 is de Laat, met in het verlengde de Heul, gedempt.” (tekst gaat verder onder de foto)

Toch bleef iets wringen. Naast de vermoedelijke kade kwamen ook andere muurtjes en een soort overbrugging tevoorschijn. “Wat we aantroffen, konden we niet gelijk plaatsen. En wat doen die middeleeuwse stenen er? Ergens klopte er iets niet.”
De situatie werd extra ingewikkeld doordat de Heul door de eeuwen heen volledig van karakter veranderde. Om duidelijkheid te krijgen, doken de archeologen het archief in. “We hebben daarom bij het Regionaal Archief de originele ontwerptekening van het dempen van de Heul opgevraagd. En die bleken gelukkig heel precies.”
Die archiefstukken brachten de oplossing. De aannemer bleek op een negentiende-eeuws riool te zijn gestuit, aangelegd in het oude grachtentracé. De andere muur was de oorspronkelijke kademuur. “Er staat expliciet in dat alle materialen zoveel mogelijk hergebruikt moesten worden bij het dempen van de gracht. Zo krijg je dus veertiende-eeuwse bakstenen in een riool uit de negentiende eeuw.” (tekst gaat verder onder de foto)

Volgens Nancy kan dat hergebruik archeologen een andere kant op sturen dan de bedoeling is. “We gaan nu prat op circulair, maar vroeger was dat de norm. Dat hergebruik kan ons op het verkeerde been zetten.” Daarom is intuïtie soms net zo belangrijk als analyse. “Je moet als archeoloog ook op je onderbuik afgaan wanneer je iets vindt waarvan je denkt: wat gek?”
Hoewel de vondst wetenschappelijk gezien geen doorbraak is, maakte die wel indruk. “Voor mij is dit echt een verrassingsvondst. Toch wel een negen op een schaal van tien. Ik had geen idee dat riolen toen gemaakt werden van middeleeuwse materialen. Maar het hergebruik van bouwmaterialen is eigenlijk ook de nachtmerrie van toekomstige archeologen.”
De herinrichting van de Heul gaat in het nieuwe jaar verder. Daarbij hopen archeologen opnieuw sporen uit het verleden tegen te komen. “We komen dan dichter bij het klooster dat hier ook gestaan heeft.”
