RADIO ambulanceprestaties

De ambulancedienst in de regio is in 2023 zestien-en-een-half-duizend keer met spoed uitgerukt. De meeste uitrukken zijn vanwege ongelukken, reanimaties, eerste hulp en onwelwordingen. De prestaties zijn uitstekend, de uitruknorm van een kwartier wordt daarbij in meer dan 95% gehaald. De ambulancedienst beschikt over posten in Alkmaar, Heiloo en Noord-Scharwoude.

Noord-Holland Noord heeft in 2023 bijna 40.000 spoeduitrukken verzorgd: 39.579. Dat zijn 219 oftewel ruim een half procent minder acute of urgente ritten dan het jaar daarvoor.
In de regio Alkmaar is 16.498 keer een ambulance door de 112-meldkamer op pad gestuurd, in West-Friesland 12.003 maal en in de Noordkop 11.078 keer.

Dat blijkt uit cijfers van de regionale ambulancevoorziening Noord-Holland Noord, gevormd door de veiligheidsregio en het Witte Kruis. De meeste uitrukken vinden vanwege (verkeers)ongelukken, reanimaties, eerste hulp en onwelwordingen plaats.

Lees ook: Dubbel zo veel meldingen van agressie tegen hulpverleners. Vooral ambulancepersoneel vaak mikpunt

Dashboards
De prestaties in deze regio zijn meer dan voldoende. Volgens landelijk afgesproken normen moeten ambulances bij incidenten waarbij een acute dreiging van vitale functies bestaat (A1-meldingen) binnen een kwartier ter plaatse zijn. Dat lukt, ondanks de uitgestrektheid van de regio, in 95 procent van de gevallen.

De ambulance is gearriveerd bij een ongeluk.
De ambulance is gearriveerd bij een ongeluk.
© Archieffoto

„We werken informatiegestuurd, wat inhoudt dat we onze ritprestaties blijven monitoren door gebruik te maken van data en dashboards”, aldus een woordvoerster.

, Wognum, Zwaagdijk-Oost (tijdelijk in afwachting van nieuwbouw in Hoogkarspel), Den Helder, Schagen, Wieringerwerf en op Texel in Den Burg en De Waal. De in totaal bijna veertig ambulances worden afwisselend bemenst door ongeveer 250 verpleegkundigen en chauffeurs.

Pim is bijna halve eeuw wijkagent en wordt geëerd met bijzonder kunstwerk

Nog een paar maanden en dan is het zover. Pim van der Maas zwaait af als wijkagent van Limmen. Na 47 dienstjaren gaat hij met pensioen. Als dank maakten dorpsgenoten tijdens de Bloemendagen een portret van ‘hun’ wijkagent. “Een mooi eerbetoon. Ik hoop dat ze me gaan missen”, reageert hij.

Betrokken, trouw en dienstbaar. Zo kan zestiger Pim van der Maas wel omschreven worden. Na 47 jaar hangt hij zijn politie-uniform definitief aan de wilgen. Een bijzonder moment, zeker omdat hij nooit ver van Limmen was. “Ik heb een uitzonderlijke positie. Als je zo lang in dezelfde wijk werkt, dan is het normaal dat de mensen je kennen en andersom. Het is mooi dat daar zo’n band uit is ontstaan”, vertelt de wijkagent. “Ik vind altijd: ik ben politieagent, maar privé ben ik niet anders dan tijdens mijn werk. Wees jezelf, anders val je door de mand.”

Hij zou een boek kunnen schrijven, zo laat hij weten aan NH, mediapartner van Streekstad Centraal. Zijn werk kon soms heftig zijn, maar toch nam hij het niet mee naar huis. “Ik blijf er niet mee zitten. Tuurlijk blijven sommige dingen je bij, maar ik heb er nooit slecht van geslapen. Daarnaast heb ik thuis een heel goed klankbord. Ik kan heel goed met mijn vrouw praten, dat is altijd zo geweest. Vroeger zat ze altijd te wachten als ik laat thuiskwam, dan kon ik zo nodig mijn verhaal kwijt. Dat was heel fijn.” (Tekst gaat verder onder de foto)

Van der Maas is een bekend gezicht in Limmen (foto: NH Media)

Van der Maas heeft in de afgelopen 47 jaar het nodige meegemaakt. Hij zag het politiewerk veranderen. “Toen ik net begon met mijn werk bij de politie had Limmen nog een eigen politiebureau”, weet Van der Maas. “We zaten daar met zes man. Die agenten waren ook echt aangewezen voor Limmen. Je was dus eigenlijk al een soort wijkagent.” Maar in de loop der tijd verdwenen veel politiebureaus. Ook in Limmen en Heiloo werden de gebouwen gesloten. Volgens Van der Maas een groot gemis: ‘De politie zegt altijd dat het in de haarvaten van de samenleving zit, maar zo wordt dat steeds minder.”

“Ik denk, al klinkt dat misschien een beetje arrogant, dat ik her en der wel wat voor de mensen heb kunnen betekenen”, benadrukt de wijkagent. “Regelmatig kwamen mensen later nog naar me toe om te zeggen dat ze zo blij waren met de dingen die ik gedaan had. Ik vind het leuk als er een dader gepakt wordt door het onderzoek dat ik opgezet heb. Dat zijn mooie successen.”

Nog een paar maanden en dan is het zover. “Ergens eind oktober of begin november gaat mijn laatste werkdag zijn. Als ik dan ook al mijn spullen moet in leveren, dan is dat wel even een momentje, denk ik. Dan wordt het ineens echt. Maar het is mooi geweest. Het is tijd om te stoppen.”

Toekomst Techniek voor Kinderen onzeker: “We hebben een nieuwe locatie nodig”

“Dat heb ik gemaakt. Oh en dat heb ik gemaakt”, 8-jarige Isis laat trots haar creaties zien aan haar ouders, broertje en opa en oma. Ze zijn allemaal naar de open dag van Techniek voor Kinderen ‘De Egmonden’ gekomen. “Ik vind het echt heel leuk hier.” Maar de stichting wordt mogelijk dakloos per januari 2025 weg te moeten. “Ik zou dat echt heel erg jammer vinden.”

“We hebben kinderen op de wachtrij staan”, zegt vrijwilliger Ina Tensen. “Ze staan buiten met de handen op de ramen naar binnen te kijken.” Het is dan ook een bijzonder omgeving. Hamers, nijptangen en schroevendraaiers hangen aan de muur. De tafels staan vol met kunstwerkjes, vogelhuisjes en spelmachines, zoals een flipperkast en een coin pusher. Allemaal gemaakt door de kinderen. (tekst loopt door onder de foto)

Nico Groot vertelt met passie over de techniek. De kinderen kunnen inmiddels zelf een robotarm programmeren. (foto: Streekstad Centraal)

Zaterdag werd alles uit de kast getrokken voor een open dag. Met eigenlijk maar één doel: “Ouders, inwoners en raadsleden laten zien wat wij doen en wat de kinderen hier leren.” Door de fusie met het Jozef Kindcentrum kwam OBS De Boswaid in Egmond aan de Hoef in 2020 leeg te staan. TvK huurde daarop twee lokalen in het gebouw.

“We doen alles zonder subsidie van de gemeente, omdat we onafhankelijk willen zijn. We worden gesponsord door ondernemers in de omgeving en investeren onze vrijwilligersvergoeding in de materialen voor de kinderen”, legt Ina uit. (tekst loopt door onder de foto)

Tijdens de open dag van Techniek voor Kinderen ‘De Egmonden’ is alles uit de kast getrokken. (foto: Streekstad Centraal)

Maar nieuwbouwplannen maken de toekomst van de stichting nu onzeker.  “Er komt een nieuwe school of woningen.” Wat precies gaat gebeuren is nog niet duidelijk, maar het huidige gebouw wordt platgegooid. Alles ligt nog bij de gemeente.” De vrijwilligers willen niet al uit de school geschopt worden als die vervolgens nog twee jaar blijft staan. “Dan fiets ik iedere keer langs een leeg gebouw, waar we eigenlijk nog gewoon hadden kunnen zitten”, legt Nico Groot van TvK uit.

Ook Peter de Lange, commissielid van D66 kwam langs op de open dag. “Zelf heb ik amper handarbeid gehad, dan merk je dat je daar helemaal niet mee in aanmerking komt.” Hij wil graag dat de organisatie draaiende blijft. “Ik ga het bespreken in de fractie om te bekijken of oplossingen mogelijk zijn. Anders kom ik hier waarschijnlijk de deur niet uit”, zegt hij lachend. (tekst loopt door onder de foto)

De vrijwilligers vinden het mooi om te zien hoe te kinderen groeien bij de stichting en hopen dit nog velen jaren te kunnen doen. (foto: Streekstad Centraal)

“Verdorie is er niet iemand die ruimte heeft? We hebben echt een nieuwe locatie nodig. Het zou zo jammer zijn als we moeten stoppen”, verzucht Marian Weijers. Ze is inmiddels drie jaar bij de stichting, en iedere donderdagmiddag begeleidt ze de ‘Crea’ groep. “Ze staan al met hun neus tegen het raam terwijl het nog geen tijd is om te beginnen. De kinderen vinden het zo leuk hier.  Daar doe ik het voor.” Er is een lokaal beschikbaar in de Kiem, maar daar passen alle spullen van de stichting niet in.

Tijdens de open dag legt Nico aan Isis en haar broertje uit hoe de verschillende machines werken. (foto: Streekstad Centraal)

 

Isis zou ook graag die creatieve lessen willen volgen, maar volgt nu de technieklessen op de woensdagmiddag. “Ze komt met zoveel enthousiasme thuis. Hartstikke leuk hoe de vrijwilligers het hier doen”, zegt moeder Madelon Moen. Haar broertje is ook al enthousiast geworden, maar hij zit in nog groep drie. De cursus is voor de bovenbouw kinderen “Als hij in groep vijf zit melden we hem gelijk aan. We gaan zien of het voor hem nog gaat lukken.

Techniek voor Kinderen voorziet – gezien de populariteit – in een behoefte.”Tegenwoordig krijgen kinderen steeds minder handarbeid. En iedereen zegt wel dat ze steeds achter hun tablet zitten, maar geef ze een boormachine en de kinderen gaan ermee aan de slag”, geeft Nico Groot ons nog ter overweging mee.

Deze maand maar even niet maaien zegt Marco: “Voor bijen is het funest”

Nederland staat bekend om de tulpenvelden. Toeristen stoppen regelmatig langs de kant van de weg om op de foto te gaan met de ellenlange velden vol kleurrijke tulpen. Ook bij ons in de regio is de kleurenpracht nu volop aanwezig. Wat is de natuur toch mooi. Of niet? “Dat kun je geen echte natuur noemen.”

“Bollenvelden zijn echt het allerslechtste voor de biodiversiteit. Daarna komen de weilanden”, legt imker Marco van Hees van de Imkerschool in Oterleek uit. “Dat zijn net woestijngebieden.” Tussen het hoge gras vol met boterbloempjes – achter op het terrein van Zwirs wijngaard in Oterleek – zit de imker ontspannen op een tuinstoel, pal naast de bijenkasten. Met passie vertelt hij aan Streekstad Centraal over zijn duizenden honingbijen. (tekst loopt door onder de foto)

Marco van Hees vertelt met passie over de bijen. Tien jaar geleden richtte hij de imkerschool op om andere enthousiastelingen te helpen. (foto: Streekstad Centraal)

25 jaar geleden was Marco op zoek naar een hobby. Hij is docent aan de Hogeschool van Amsterdam en wist toen nog helemaal niks over bijen. “Wat is nou het meest onbegrijpelijke wat ik me kan voorstellen dat iemand doet? Dat imkeren, met bijen. Dat begreep ik echt niet.” Maar juist dat onbekende trok hem aan. En vijftien jaar later startte hij zijn eigen Imkerschool om andere enthousiastelingen zoals hij te helpen.

“Bijen zijn echt afhankelijk van alles wat er groeit en bloeit in de omgeving.” Als dat verdwijnt is er dus een probleem voor de bijen. “Er wordt nu vaak al veel te vroeg gemaaid. Je kunt wel zien dat de gemeenten er steeds meer rekening mee houden, door in stroken te maaien of het af te wisselen”, legt Marco uit. (tekst loopt door onder de foto)

Bij de Zwirs wijngaard wordt er steeds meer rekening gehouden met de biodiversiteit. Zo zijn er verschillende planten en bomen geplant en wordt het gras in stroken gemaaid. (foto: Streekstad Centraal)

De landelijke actie Maai Mei Niet wil het bewustzijn daarover vergroten. Zij proberen te realiseren dat er in de maand mei op zoveel mogelijk plekken niet wordt gemaaid om zo de biodiversiteit verbeteren voor de wilde bijen. Hoe succesvol dat is, is nog de vraag. De stichting blijkt lastig bereikbaar en in heel Nederland hebben zich slechts drie gemeenten bij de actie aangesloten.

In onze regio doet geen enkele gemeente mee. Wel laten Alkmaar en Dijk en Waard weten dat zij meerdere acties ondernemen voor de bijen, en dat geprobeerd wordt de gemeente zo groen te maken. In mei maait Dijk en Waard alleen tijdens de veiligheidsronde. Bij een aantal kruisingen en oversteekplaatsen wordt dan de eerste meter groen gemaaid voor het zicht van de verkeersdeelnemers. (tekst loopt door onder de foto)

Ondanks dat de actie gericht is op wilde bijen, laten ze de honingbijen niet links liggen. (foto: Streekstad Centraal)

De Maai Mei Niet-actie heeft een duidelijk doel: “De bijenstand niet verder laten afnemen, door bloemen en planten te laten groeien. ” Vooral Nederlandse planten- en bloemensoorten zijn belangrijk, want daar komen onze wilde bijen op af.  Zonder bijen hebben mensen een groot probleem. Ze bestuiven namelijk de bloesem van groenten- en fruitbomen. Zonder de bijen gaat dat moeilijk. “Dan heb je geen gezond voedsel meer, tenzij wij dat bestuiven zelf gaan doen.”, zegt Marco.

Gebrek aan biodiversiteit is een van de vele oorzaken van de verzwakking van bijen. Insecticide speelt een grote rol. Dat is een chemisch middel dat bij veel bollenvelden gebruikt wordt. “Ik denk niet dat dat het beste voor de insecten is. Voor bijen is het funest.” (tekst loopt door onder de foto)

De bijenkasten zitten vol met honingbijen. Maar zij houden niet van de kou. (foto: Streekstad Centraal)

Ook het weer heeft invloed. Het balans wordt ieder jaar verstoord: “Lange periodes van droogte of wind kunnen invloed hebben op de bijen.” Ze zijn niet blij als het koud is. “Daar houden ze niet van.” En dat is te merken. Deze verslaggever wordt meteen gestoken als ze haar imkerpak uit doet.

Marco steunt de actie natuurlijk. “We zouden niet alleen in mei minder moeten maaien, maar dat is wel een belangrijke maand voor de bijen.” Hij hoopt dat uiteindelijk ook boeren meer rekening gaan houden met de bijen of dat de overheid hiervoor betaald. “Het is natuurlijk niet allemaal de schuld van de boeren. Zij moeten ook hun geld verdienen.”

Veiligheidsregio test drone: ‘Vroegtijdig branden herkennen’

Je hoort het amper, je ziet het amper, maar het ziet wel van alles: een drone. De veiligheidsregio gaat vanaf september een proef uitvoeren met een drone. Vanuit de lucht kunnen natuurbranden sneller worden opgespoord. De eerste testvlucht is inmiddels al uitgevoerd, boven het duingebied van Bergen. 

Het gaat om een zogenaamde ‘hybride drone’. Dat is dus niet het bekende model met alleen meerdere propellers dat als een helikopter vliegt, maar een drone met óók vaste vleugels. Door te vliegen als een vliegtuig wordt de vliegduur en daarmee het bereik vergroot. Maar de voordelen van de helikopter – zoals stilhangen en verticaal opstijgen en landen – blijven toch behouden. (Tekst gaat verder onder de foto)

De drone wordt vanaf september ingezet. (Beeld: Hans Brouwers / Habrofotografie)

En inmiddels heeft de vliegtuigdrone dus een rondje gemaakt boven de Bergense duinen. Naast het opsporen van natuurbranden, kan de drone ook gebruikt worden bij het zoeken naar drenkelingen. “We kunnen tot vijfhonderd meter uit de kust ondersteunen bij het vinden van mensen in nood”, legt Niels van Roon van het bedrijf CHC Helicopters in een persbericht uit. “Een blik van boven kan zeker behulpzaam zijn. We willen nu graag weten hoe je een goed overzicht kunt krijgen in heuvelachtig duingebied en wat de krachtigere zeewind voor invloed heeft.”

De drone kan opstijgen en landen als een helikopter, maar door de vleugels ook vliegen als een vliegtuig. En dat spaart de accu. (foto: Hans Brouwers / Habrofotografie

Vanaf 1 september wordt de drone voor in ieder geval zes maanden ingezet in Noord-Holland Noord. De veiligheidsregio werkt daarvoor samen met CHC Helicopters en dronebouwer Avy. “Dit is een  mooi voorbeeld van hoe overheid en bedrijfsleven kunnen samenwerken”, meldt Veiligheidsregio-directeur Krishna Taneja in het persbericht. “Daarbij is het natuurlijk prachtig als we innovatieve technieken kunnen inzetten om de veiligheid in onze regio te verhogen.”

Het idee is dat de drones ‘in de nabije toekomst’ gestationeerd worden in het duingebied. (Foto’s: Hans Brouwers / Habrofotografie)