Toeristen weten Alkmaar en de duinstreek te vinden. Meer dan ooit, zelfs volgens directeur van ‘Hart van Noord-Holland’ Ger Welbers. “2019 was het drukste jaar tot nu toe, maar we zien aan alles dat we daar dit jaar overheen gaan.” Hij is verantwoordelijk voor de regio- en stadsmarketing. “Alkmaar is een sterk merk.”
Dat het drukker is dan ooit, dat kan ook collega Miranda Tonkes bevestigen. Zij ontving in ‘haar’ VVV-winkel in de Alkmaarse Waag op één dag 1.400 bezoekers – dat zijn enorme aantallen en dan moet het seizoen eigenlijk nog beginnen. “We horen dit ook van ondernemers, dan is er gisteren net een lading kaas geleverd en vandaag komt er alweer telefoon dat het op is.”
Het verrast Welbers niet. “2019 was echt een topjaar,” vertelt hij. “2020 was natuurlijk anders, ik begon hier met werken een paar weken voor corona. Maar toen verbaasde ik me er al over hoe snel het weer aantrok in de regio. Zodra het een beetje kon kregen we telefoontjes van Duitsers die graag weer wilden komen. Nu zijn de maatregelen opgeheven en ze komen massaal.”Maar niet alleen Duitsers, benadrukt Welbers. “Ook Fransen, Italianen… En Nederlanders. Alkmaar staat in de top 10 als het gaat om een weekendje weg in eigen land.”
Alkmaar heeft natuurlijk de kaasmarkt. “Het is niet te onderschatten hoe geliefd de kaasmarkt is. Mensen willen die echt niet missen. Dit is ook echt de grootste kaasmarkt van Nederland.” Maar ook de stad zelf en de bijzondere winkels, cafés en restaurants worden hoog gewaardeerd. “De Duitse televisie, de WDR, heeft hier een programma gemaakt over koken met lokale producten. Toen is er een Duitse chef-kok naar restaurant Neder gekomen om daar met die ingrediënten te koken. Zo’n programma wordt goed bekeken, het blijft hangen bij het Duitse publiek. En de mensen die dát mooi vinden, dat is precies de doelgroep die we hopen aan te trekken.”
Welbers spreekt in deze context van ‘duurzaam toerisme’. “Duurzaamheid is een heel groot thema in Duitsland. Dus dat spreekt mensen aan. Maar we bedoelen er ook mee dat we toeristen trekken die hier echt even blijven, die later ook terugkomen.” De regio- en stadsmarketing kijkt goed naar welke doelgroepen voor Alkmaar en de duinstreek het interessantst zijn. Niet de spreekwoordelijke bussen die met de motor nog aan even komen stilstaan, maar mensen met interesse in wat er in de regio te koop is. “Gezinnen ook. De kinderen die hier nu met hun ouders zijn, die komen over twintig jaar weer met hun eigen kinderen.”
Alkmaar is dan dé grote ster op vrijdagmorgen, maar toeristen komen zeker niet alleen voor de kaasmarkt. “Het mooie van onze regio is dat je echt alles hebt. Een mooie oude stad, maar ook mooie bossen, duinen, het strand. Daar komen de mensen voor. Je hebt hier een complete vakantie.” En omdat de regio zoveel te bieden heeft – de hoogste duinen, het oudste stadsbos, dorpjes met veel historie – spreiden de toeristen zich ook goed. “Ik geniet er zelf ook van. Ik woon hier, maar ik kom van oorsprong uit Amsterdam. Wat je hier hebt, bos, duin, polder, stad, alles vlak bij elkaar, dat is echt uniek.”
Toeristen spreiden, dat is iets dat in Amsterdam hoog op de agenda staat. Maar in Alkmaar en de duinstreek gaat het eigenlijk redelijk vanzelf. “Er kan echt nog wel wat bij, ja. Het toerisme zorgt hier niet voor problemen. Wel kijken we bij Hart van Noord-Holland naar spreiding door het jaar heen. Niet alle evenementen in de zomer, bijvoorbeeld. We prikkelen organisaties om ook naar data buiten de zomer te kijken. We werken goed samen met evenementenorganisaties in de regio.”
De spreiding over het jaar heen zorgt er ook voor dat het toerisme meer en meer een constante is. Een echt ‘seizoen’ is er eigenlijk niet meer. “De winter is nog redelijk rustig. Maar wat ooit alleen de zomervakantie was, dat is nu uitgesmeerd over een groot deel van het jaar. En dat is goed voor onze regio.”