Geschokt en verbijsterd: dat zijn bezoekers van het Park van Luna wanneer ze horen over het tragische ongeval afgelopen zondag. Een tweejarige peuter verdronk in het ondiepe water, terwijl vlak ernaast het het festival Luna Beach bezig was. Is het tijd voor toezicht in zwemrecreatiegebieden?
Het was rond 19:00 uur, die bewuste zondag, toen een voorbijganger een kindje stil in het water zag liggen. Zonder te twijfelen tilde hij de peuter op en droeg het – om hulp roepend – naar de kant. Daarna wordt groot alarm geslagen. Omstanders, waaronder een EHBO’er van het Luna Beach feest, proberen het kindje te reanimeren terwijl ze wachten op de hulpdiensten. Al snel nemen professionele hulpverleners het over, en worden er schermen rondom het kindje geplaatst. Alle hulp mocht niet baten; het kindje is overleden. (tekst loopt verder onder foto)
Een dag na het ongeluk is het alweer aardig vol in het Park van Luna. De ouders van twee kinderen vertellen NH, mediapartner van Streekstad Centraal, altijd goed op te letten. “Een ongeluk zit in een klein hoekje”, zegt de moeder. Speculeren over de aanleiding doet ze niet. “Je weet niet wat er is gebeurd”, zegt ze, “dus het is moeilijk oordelen.”
“Bizar”, zegt een andere bezoeker aangedaan, “dit is voor ons een feestplek.” Deze moeder van drie wilde haar verjaardag vieren op het strandje, maar vanwege wat er gebeurt is, doet ze dat niet. “Je gaat daar nu niet zitten met je taart.” (tekst loopt verder onder foto)
Toezicht is er niet op zwemrecreatiegebieden zoals het Park van Luna en Geestmerambacht. Dat staat ook duidelijk aangegeven op de borden. Moet dat anders? “Je leest veel over drenkelingen”, meldt Lokaal Dijk en Waard-raadslid Floris de Boer. Het is hem duidelijk dat het onderwerp “hoog op de agenda moet.”
Of toezicht haalbaar is weet hij niet. Controle is misschien ook niet de enige oplossing, zegt het raadslid tot slot. Naast toezicht kun je ook breder kijken: “Denk bijvoorbeeld aan voorlichting van ouders.”
“Hiep, hiep, hoera!”, roept de orgelspelende, toeterende, en ondertussen zijn met bloemen versierde bootje besturende muzikant. Het bijzondere bootje draait rondjes op het water langs de Bierkade in Alkmaar. “De Accijnstoren bestaat nu…” De toeschouwers vullen hem enthousiast aan: “100 jaar!” Maar hij verbetert zichzelf al snel. “Tenminste, de verplaatsing was 100 jaar geleden.”
De Accijnstoren is in 1622 gebouwd en werd gebruikt als belastingkantoor. Vandaar de naam Accijnstoren. Er werd accijns betaald over producten zoals kaas en bier. Dat waren belangrijke inkomsten voor Alkmaar. Maar 100 jaar geleden, op 29 juli 1924, moest de toren ruim vier meter worden verplaatst. (tekst loopt door onder de foto)
Een eeuwenoude toren verplaats je natuurlijk niet zonder reden. Door het toenemende verkeer op de Bierkade werd de toren een ‘sta-in-de-weg’. “Je zou het je bijna niet kunnen voorstellen, maar hij stond dáár”, vertelt de wijzende buurtbewoner Jackelien, “echt midden op de weg.” Om de toren voor de stad te bewaren, besloot directeur Gemeentewerken Dirk Margadant destijds dat hij verplaatst moest worden. Met een bijzondere methode slaagde hij erin de toren te verrollen.
En op die plek staat-ie nog steeds. Inmiddels niet meer in gebruik als belastingkantoor, maar als havengebouw. “Tenminste voor de administratie. Het havengeld wordt tegenwoordig gewoon geïnd met een pinautomaat bij de boot”, vertelt Gonna de Reus van Erfgoed Alkmaar lachend. “Ik vind de accijnstoren de mascotte van het waterleven in Alkmaar.” (tekst loopt door onder de foto)
Samen met havenmeester Paul Litjens en Joey Slot, eigenaar van La Locanda, organiseerde ze maandagmiddag een feestje bij de Accijnstoren om het 100-jarig jubileum van de verplaatsing te vieren. Eigenlijk op verzoek van Pien Bijl-Jellema, fractievoorzitter van BAS . “Mijn man, Ben Bijl, liet mij toen hij nog leefde een filmpje zien van de verrolling: ‘Dat komt eraan, dat moet je in de gaten houden’, zei hij.” En zo gezegd, zo gedaan. Met een cola in haar handen staat ze langs de kant van het water mee te genieten van het feestje.
Tijdens het jubileumfeest geeft Willibrord Beemsterboer een lezing over de rol die zijn grootvader daar bij heeft gespeeld. “Het ging altijd rond in de familie dat hij íets belangrijks heeft gedaan in 1924”, vertelt hij aan Streekstad Centraal. Wat dat precies was, wist hij niet en was ook niet terug te lezen in de nieuwsartikelen van toendertijd. (tekst loopt door onder de foto)
Dus ging hij in de archieven spitten. Met trots vertelt hij over de rol die zijn grootvader, technisch adviseur Hendrik Punt, heeft gespeeld. “Ik had nooit verwacht dat ik zijn naam uiteindelijk zou terug vinden in het dagboek van de opzichter, maar dat bevestigde het. Dat is heel leuk om te ontdekken.”
En terwijl de klanken van de maritieme muzikant over de Bierkade schallen, fluiten en roepen de toeschouwers mee. “Hieperdepiep!”, klinkt het vanaf het water. “Hoerrraaaa!!!!”, brullen de genodigden. Met een glinstering in haar ogen kijkt Pien Bijl-Jellema toe: “Ben had dit helemaal geweldig gevonden.”
“Veel ouderen doen het nog, met z’n tweetjes. En dan samen praten, terwijl ze het doen. Afwassen is echt een levensstijl. Daar red je relaties mee.” Het is dan ook één van de best verkochte producten in de ouderwetse winkel van de familie Boom: de kunststof afwasborstel. Paula van ‘t Sant (57) weet er alles van. Maar dat krijg je ook na bijna veertig jaar werken in het monumentale pand aan de Huigbrouwersstraat.
Al vanaf haar achttiende loopt Paula hier rond, met wat uitstapjes naar andere werkplekken. Ze bleef terugkeren. Zelfs haar moeder werkte hier. “In dat opzicht is het ook een familiebedrijf.” Een “echte” Boom is Paula niet, “al word ik er wel eens voor uitgescholden”, grapt ze. Want ze heeft alles meegemaakt hier. Het overlijden van de eigenaar in 1982, zijn schoondochter Bernadette die het stokje overnam en twee jaar terug met pensioen ging. Nu is kleinzoon Boom de baas. “Ik heb hem zien opgroeien van klein jongetje.” Paula hoort bij de winkel, bij de familie. (tekst loopt verder onder foto)
Bezems, klompen, touw en borstels; het staat met dikke, sierlijke letters op de ruiten. Daar is de winkel in gespecialiseerd. Al bijna 200 jaar, waarvan 82 jaar op deze plek. Hoe overleeft zo’n winkel deze tijd? “We zijn er nog, omdat we zo gewoon zijn gebleven”, legt Paula uit. “Mijn vorige chef zei altijd: we nemen van alle tijden het juiste mee.” Dus inmiddels is er wel een computer gekomen, en zijn de handgeschreven bonnetjes verleden tijd. Maar de winkel is bijna hetzelfde als toen. “Je hoeft niet álles te moderniseren.” Klanten komen voor de beleving van de winkel. En de service.
“Ik zoek een afwaskwast!” Een joviale man loopt de winkel binnen. Paula komt meteen in actie: dit is wat ze het allerleukste vindt, al die jaren: het spel van verkopen. “Wilt u soms een roze?” Ze lachen. Hij wil zwart, maar dat is niet hygiënisch, dus die hebben ze niet. Hij komt hier vaker voor spullen, vertelt hij. “Dit moet toch blijven!” Met gespreide armen gebaart hij om zich heen. “Hier krijg je echt advies. Online niet. En het werkt allemaal, hè. Alles wat we hier kopen, gebruiken we. En dat oude, kneuterige, ik hou er wel van.” (tekst loopt verder onder foto)
Volgende klanten komen voor knijpers, stijfsel en wederom die befaamde afwasborstel van hoogwaardig kunststof, die wel zes, zeven jaar meegaat. “Doe er maar drie”, zegt een dame. “Voor m’n zoon, de keuken en de bijkeuken. Weet je wat, doe er toch maar vier.” Paula onthoudt ook wat de klanten kopen, en dat waarderen ze. Écht contact maken, gezien worden. Misschien is dat wel de hoofdreden dat de winkel al zo lang meegaat. Het wordt ze gegund. En om hun beurt gunnen ondernemers het elkaar. “Als ik iets niet heb, maar de KOOK-winkel bijvoorbeeld wel, dan stuur ik ze daar heen. En andersom. Je moet het met elkaar doen.”
Het samen doen, nog zo’n kracht. Niet alleen met straatgenoten, maar met de hele binnenstad, met de klanten. En gewoon blijven, hè. “Die spreuk van Klaverblad Verzekeringen omarm ik dan ook graag”, zegt Paula lachend. “Als je maar lang genoeg gewoon blijft, word je vanzelf bijzonder.” Hier werken maakt haar gelukkig. En ze heeft het nodig. “Ik heb een zoon met autisme thuis. Hier zijn is een fijne uitlaatklep.” Als het aan Paula ligt blijft ze hier tot haar pensioen. Maakt ze zelfs nog de 200ste verjaardag van de winkel mee. “Als ik de deur hier dichttrek om 17:30 uur, zeggen mensen soms: ‘Zo, en morgen moet je weer! Nee, zeg ik dan, morgen mág ik weer.”
De Rekervlotbrug. Het ging de laatste tijd goed, maar nu is er toch weer een probleem. Nu is de aandrijving stuk. De provincie weet nog niet wanneer het defecte onderdeel vervangen wordt. Voorlopig dus even omrijden dus. Alleen tot en met woensdag niet via de Koedijkervlotbrug, want die is ook dicht. Dit vanwege al eerder geplande werkzaamheden.
“De monteur is geweest, maar kon de brug niet maken”, liet de provincie via sociale media weten. “Een onderdeel van de aandrijving is kapot. Het nieuwe onderdeel moet besteld worden. We weten helaas niet hoelang dat gaat duren en wanneer de brug weer open kan.”
De ‘Rekerflopbrug’ is sinds de opening in 2012 nog wel eens dicht geweest vanwege defecten en verder was er natuurlijk nog het reguliere onderhoud. De provincie wist vast dat een vlotbrug meer slijtage heeft dan een gewone brug, maar dat er zo veel mis mee kan gaan… Daarnaast was de brug voor het grootste deel van 2021 buiten gebruik omdat er een schip tegenaan was gevaren. De provincie liet eind 2022 aanpassingen doen die de brug betrouwbaarder moesten maken. Desalniettemin verstreken nog geen twee jaren en de brug is weer stuk.
De Vlielandbrug in Alkmaar en de Schoorldammerbrug zijn voor nu even de alternatieve routes. De Koedijkervlotbrug is dinsdag en mogelijk ook woensdag nog dicht vanwege werkzaamheden. Daarvan wordt een draagbalk vervangen. De extra reistijd voor fietsers is tot een half uur.
Dankbaar, en nog steeds een beetje verrast. Na zeven jaar voorzitter te zijn geweest blikt Leen Spaans terug op wat er de voorbije jaren allemaal is gebeurd rond de Alkmaarse verzetsheldin Truus Wijsmuller-Meijer. En het verhaal is nog lang niet voorbij, ziet hij. Toch treedt de 76-jarige voorzitter terug. Jos van Dam volgt hem op – en kan meteen zijn Duits gaan oppoetsen, zo blijkt.
Vele jaren was ze een beroemdheid, maar na haar overlijden in 1978 was Truus Wijsmuller-Meijer meer en meer in de vergetelheid geraakt. Terwijl ze toch véél gedaan had. “Ze was over de 80 en nog steeds bezig”, brengt Spaans in herinnering. “Ze zette zich in voor abortusrechten. Voor mensen die een genderverandering wilden kunnen ondergaan. Voor verarmde artiesten. Voor de eerste ziekenauto’s in Suriname, daar noemden ze haar in die tijd ‘onze echte koningin’, dat zegt toch veel!”
Maar het allerberoemdst werd Truus Wijsmuller als verzetsheldin. Zo’n 10.000 joodse kinderen wist zij uit de handen van de nazi’s te redden. Al in 1938 begon ze kinderen in veiligheid te brengen door ze vanuit heel Europa naar Engeland te helpen oversteken. Een beeld op de Alkmaarse Mient herinnert hieraan.
“We hebben op voorhand echt totaal niet beseft wat daar de impact van zou zijn”, bekent Leen Spaans in gesprek met Streekstad Centraal. Hij herinnert hoe een uitzending van De Wereld Draait Door, over de documentaire ‘De kinderen van Truus’, de juiste snaar wist te raken. “In 2015 hadden we in het tijdschrift van de Historische Vereniging Alkmaar al een artikel over haar. Maar zelfs toen viel het kwartje niet.”
In die jaren was Spaans nog voorzitter van die vereniging, een rol die hij uiteindelijk negen jaar zou vervullen. Toen hij in 2017 stopte, negen jaar is namelijk de maximale termijn, richtte hij samen met andere belangstellenden de Stichting Truus Wijsmuller-Meijer op. In juli 2020 werd het beeld van ‘tante Truus’ midden op de Mient geplaatst.
Verder vertelde de stichting het verhaal in tijdelijke tentoonstellingen, als ‘Pop Up Museum’. Er kwamen lessen op scholen, er kwam een website, een magazine, een podcast… Truus Wijsmuller is inmiddels een Alkmaars icoon en haar beeld is niet meer weg te denken uit de binnenstad.
Vorige week zondag was er ineens een grote verrassing voor de Alkmaarse stichting. In het VPRO-programma Zomergasten maakte de gast van die avond, oud-staatssecretaris Eric van der Burg, tijd voor het verhaal van Truus. “Dat was echt een cadeautje”, vertelt Spaans enthousiast. Hij wist voorafgaand aan die uitzending nog echt van niks, benadrukt hij. “Mijn opvolger heeft meteen naar Van der Burg gebeld.”
Die opvolger is Jos van Dam. Spaans stopt als voorzitter van de stichting en draagt vol vertrouwen het stokje over aan Van Dam. Daarmee komt er een ervaren voorzitter aan het roer van de stichting te staan, die zijn sporen verdiende in het Alkmaarse verenigingsleven. En: hij gaat het nog druk krijgen, voorspelt Spaans. “Want er komt een uitdaging op ons af…”
Het beeld van Truus Wijsmuller is niet alleen de Alkmaarders opgevallen. Ook de talloze Duitse toeristen die Alkmaar bezoeken worden ermee geconfronteerd. Het verhaal van de verzetsheldin raakt ook hén. “Weet je, het zijn ook Duitse kinderen, die ze redde”, brengt Spaans in herinnering. “Twee Duitse bezoekers van Alkmaar hebben daarom contact met ons opgenomen. Zij willen dit verhaal ook in Duitsland vertellen.”
Dat contact leidde tot iets groots: een expositie in Duitsland, in Solingen. “De stad van Eichmann!” Adolf Eichmann, de beruchte jodenvervolger, die ooit toestemming gaf aan de kindertransporten van voor de oorlog, waarmee Truus Wijsmuller een generatie probeerde te redden.
Truus, ze komt dus naar Duitsland, in november. “We hebben de tentoonstelling naar het Duits vertaald. Wij gaan er ook heen. We zullen ons Duits een beetje moeten oppoetsen!”
En misschien gaat Truus ooit ook nog wel naar Amerika, waar veel aandacht is voor de kindertransporten. Spaans noemt schrijvers als Isabel Allende en Meg Waite Clayton, die over ‘onze’ Truus schreven. Wat begon met het initiatief om haar een beeld te geven, op een prominente plek in Alkmaar, is een internationaal verhaal geworden.
Het zal Spaans niet meer loslaten, dat verhaal. Dat verlangt hij ook niet. Het is deel van hem geworden. “Ik geef nog regelmatig lezingen. En zolang ik dat nog kan, doe ik dat graag”, zegt hij. De 76-jarige Alkmaarder is fit, bezoekt de sportschool, vertelt aanstekelijk en met oog voor het heden. Dat kenmerkt de scheidend voorzitter, het is zelfs zijn overtuiging. “Alles wat we doen moet relevant zijn voor déze tijd.” (foto bovenaan: gemeente Alkmaar)
“Dit zijn zulke ontzettend lieve mensen. Ik vind het vreselijk dat ze stoppen, maar het is een mooie leeftijd.” Ooit begonnen vlak voor station Alkmaar en inmiddels een begrip in de kaasstad: afhaalchinees Mei Mie. Na 28 jaar gaan de eigenaren met pensioen. Zondag werden de allerlaatste gerechten geveild voor het goede doel.
“Mijn ouders zijn hier gestart met het idee van: wij gunnen onze kinderen het beste van de wereld. Dus wij zijn naar school gestuurd”, vertelt Poey Lam, dochter van de eigenaren, tegen Streekstad Centraal. Haar vader, chef van Mei Mie, tikt inmiddels de 74 jaar aan, “en nu komt er een eind aan.” Mei Mie sluit nu definitief haar deuren en veilt de laatste gerechten. (tekst loopt verder onder foto)
Klanten vullen de het afhaalrestaurant, hopend dat ze dat éne maaltje voor een laatste keer te mogen proeven. Met een megafoon en onder luid gejoel worden de gerechten één voor één geveild.
Dan biedt een bezoeker maar liefst 130 euro voor zijn favoriete schotel. “Ik gun ze hun pensioen van harte. Echte toppers”, vertelt hij. “Ik ga het onwijs missen. En dat is ook de reden dat ik dacht: ik moet serieus inzetten. Als blijk van waardering.”
Onder luid applaus schenken de eigenaren hun trouwe klanten nog enkele laatste woorden: “Dankjewel, iedereen!”
Vier heterdaadjes in een jaar tijd. Verkeersdeelnemers die dát op hun kerfstok hebben, kunnen rekenen op bijzondere aandacht van de politie. Met deze actie wil Politie Noord-Holland Noord bij overtreders uit de regio net dat beetje extra bewustzijn kweken. “Dat ze onder de indruk zijn dat we ze ook thuis benaderen.”
Het gaat om een actie van de afdeling Noord-Holland Noord, waaronder ook de Streekstad-regio valt, maar de bedoelde overtreders zullen in heel Nederland extra in de gaten gehouden worden, legt politiewoordvoerder Kim Bosscher uit aan NH, mediapartner van Streekstad Centraal. “We hebben puur geselecteerd op het aantal overtredingen”, vertelt ze. Dat leverde een gezelschap van 800 ‘veelplegers’ op.
Vier keer of vaker in een jaar tijd tegen de lamp lopen, het is al een prestatie op zich. Het gaat volgens de politie niet eens om de aard van de overtredingen, maar puur om het gegeven dat het er zo veel zijn. Met de auto of op de fiets, alles telt mee.
De geselecteerde veelplegers krijgen thuis een brief op de mat met daarin de mededeling dat ze zich met hun overtredingen extra in de kijker hebben gespeeld. Een jaar lang gaat de politie meer aandacht aan ze besteden. “En als ze weer een overtreding begaan, krijgen ze geen waarschuwing”, benadrukt de woordvoerder. “Maar direct een boete.”
De persoonlijke brief zorgt voor bewustwording, hoopt de politie. “Hopelijk worden er dan thuis gesprekken over gevoerd, want misschien weet thuis niet iedereen dat je zoveel boetes krijgt.”
Politie Noord-Holland-Noord grijpt niet zonder reden naar dit middel. Wetenschappelijk onderzoek laat zien dat wie vaak verkeersovertredingen begaat, uiteindelijk ook vaker een echt ongeluk veroorzaakt, met alle gevolgen van dien. De 800 Noord-Hollanders die de politie nu in het vizier heeft zijn dus een potentieel gevaar op de weg.
De aanpak van de Politie Noord-Holland-Noord staat niet op zichzelf. Ook in andere regio’s bestaan dergelijke lijsten. Op dit moment zijn de politie-afdelingen van Limburg en Oost-Nederland ermee bezig. Bekend is ook het ‘puntenrijbewijs’ zoals dat bijvoorbeeld in Duitsland bestaat. In Nederland bestaat zoiets ook voor herhaaldelijk rijden onder invloed en verder bestaat sinds enkele jaren het ‘beginnersrijbewijs’.
Als de overtreders hun gedrag verbeteren in het jaar waarin ze gevolgd worden, verdwijnen ze weer van de lijst.
Een man probeerde zondagmiddag meerdere ruiten in te slaan van een huis aan de Brigantijn in Alkmaar. Ook zou hij een buurtbewoner hebben mishandeld. De man bleek de zoon van de bewoners van het huis. Bovendien had hij een gebiedsverbod omdat hij al langer voor onrust zorgde.
Nadat hij tevergeefs probeerde een ruit met een hamer in te slaan, is hij op de vlucht geslagen. De politie kwam langs om poolshoogte te nemen. Toen de agenten waren vertrokken kwam de zoon terug en probeerde weer een raam te vernielen.
Een buurtbewoner die op het tumult afkwam werd door hem mishandeld. Deze keer kon de politie hem op heterdaad betrappen. Onder dreiging van een taser is hij aangehouden en meegenomen naar het bureau.
De problemen met deze man spelen al jaren. Bewoners dringen er al langer op aan dat er een oplossing moet komen.
Een huis kopen: voor velen een droom, maar de weg ernaartoe kan een flinke uitdaging zijn en behoorlijk wat stress veroorzaken. Toch is er een sprankje hoop. Uit cijfers van het Kadaster blijkt dat steeds meer jongeren onder de 35 hun droom waarmaken door een huis te kopen.
Ook Ruben Zeeman van de Alkmaarse makelaardij Leygraaf Makelaars ervaart dat het afgelopen half jaar in regio Alkmaar meer jongeren – ondanks de hogere huizenprijzen en het beperkte aanbod – een huis hebben kunnen kopen. Dat kan volgens hem verschillende oorzaken hebben, zoals hogere salarissen en de Wet Betaalbare Huur. Die laatste zorgt er voor dat het voor beleggers minder aantrekkelijk is om huizen te verhuren.
Maar hoe ervaren de huiszoekende dit? Twee jongeren delen hun verhaal over de hoogte- en dieptepunten van hun zoektocht op de huidige woningmarkt. De 27-jarige Yoëlle is al een jaar actief op zoek naar een huis in Alkmaar en de omgeving, maar ziet nog geen licht in de duisternis. Momenteel verblijft ze tijdelijk in de achtertuin van kennissen van haar vader in Sint Pancras. “Ik had nooit gedacht dat ik op deze leeftijd een ‘noodoplossing’ nodig zou hebben.” Maar toch is dat nu precies de situatie waarin ze zich bevindt.
In mei moest ze haar huurwoning bij het centrum van Alkmaar – die ze dankzij de leegstandwet had kunnen krijgen – verlaten. “Ik wist dat het een risico was, maar dat het zó moeilijk zou zijn om een nieuw plekje te vinden, had ik niet verwacht.” Ze is al een jaar actief op zoek naar iets nieuws. Maar een huis kopen lijkt voor haar, zelfs met een vaste baan, een onmogelijke opgave.
“Het is eigenlijk bizar: als je alleen bent, kun je eigenlijk geen huis kopen. Ik ben in gesprek gegaan met een hypotheekadviseur, maar ik kan maar 170.000 euro lenen. Daar ga je niks van kunnen kopen.” En daar denkt makelaar Ruben hetzelfde over. “Over het algemeen zijn het stellen die een woning kopen. In je eentje is het lastig om een lening te krijgen.” Om een lening voor een woning van 400.000 euro te krijgen moet je grof uitgerekend 82.000 euro per jaar verdienen, legt hij uit.
Per persoon is dat dus 41.000 euro, niet ver onder het modaal gemiddelde van 44.000 euro. Niet veel jongeren onder de 24 verdienen dat. “Omdat mensen steeds later settelen, kopen ze ook vaker pas op latere leeftijd een huis. Mensen trouwen tegenwoordig ook later dan dat ze vroeger deden”, legt Ruben uit.
Maar ook huren blijkt een grote uitdaging. “Ik sta al acht jaar op de wachtlijst van de SVNK, maar maak nog steeds geen kans”, zegt Yoëlle gefrustreerd. Ze is erg dankbaar voor het huisje met een eigen oprit in de achtertuin. Het liefst zou ze hier blijven wonen, maar dit is maar een tijdelijke oplossing. In oktober moet ze hier weg. “De kans is groot dat ik weer terug naar mijn ouders moet. Wat natuurlijk erg vreemd is als je al uit huis bent geweest, maar ik zie bijna geen andere mogelijkheid.”
De 30-jarige Steijn is het wél gelukt. Inmiddels heeft hij al bijna een jaar een appartement op zijn naam staan, in de stad waar hij “geboren en getogen” is: Alkmaar. “Ik verdien flink boven modaal, maar in Alkmaar kun je daar een schoenendoos van kopen.” Toch is het hem via een omweg gelukt en daar is hij erg blij mee, maar daar heeft hij ook veel voor aan de kant moeten zetten, zoals vakanties en een rijbewijs.
Maar dat was het volgens hem allemaal waard. “Als je denkt aan een vakantie of een dak boven je hoofd, wordt de keuze wel wat makkelijker.” In 2022 kocht hij samen met zijn ex het appartement. “Dat was me alleen zéker niet gelukt.” Maar toen het uitging wilde hij daar blijven wonen. Het duurde even, maar in augustus 2023 heeft hij zijn ex kunnen uitkopen. Nu draagt hij de volledige hypotheek af en moet hij natuurlijk ook voor de andere bijkomende kosten opdraaien, zoals gas, water en licht.
Hij geeft toe dat het hem alleen niet was gelukt: “Er komt zoveel bij kijken, waarvan ik veel eigenlijk niet begrijp. Dus ik heb echt geluk gehad met mijn hypotheekadviseur die alles in Jip en Janneke taal aan mij heeft uitgelegd en mij geholpen heeft om alles voor elkaar te krijgen.”
Ondanks de positieve cijfers over de toename van verkochte woningen, is de huizenmarkt voor jongeren dus nog steeds een uitdaging. Vooral voor alleenstaanden lijkt het bijna onmogelijk om een huis te kopen. Makelaar Ruben geeft nog een laatste tip mee: “Woningen waar niks meer aan gedaan hoeft te worden, gaan vaak stevig boven de vraagprijs weg, terwijl woningen waar nog wat aan moet gebeuren minder in trek zijn.”
“Één, twee, drie…” Op het bonken van de trommel tellen de deelnemers en begeleiders samen tot tien. Bij elke tel slaan ze met hun peddel een slag in het water, waardoor de meterslange drakenboot vooruit schiet. “Het is een keer iets anders dan anders, wat je niet zo snel verwacht, maar zo te zien pakken ze het goed op”, zegt moeder Jeannette trots.
Ze staat samen met moeder Linda langs de kant van het water te kijken hoe hun zonen met een grote glimlach in de boot zitten. “Hij vond het eerst best spannend, maar volgens mij heeft hij het nu erg naar zijn zin”, legt Jeannette uit. Haar 17-jarige zoon heeft een verstandelijke beperking. Voor jongeren zoals hij is het niet zo vanzelfsprekend om dit soort activiteiten te doen. (tekst gaat verder onder de foto)
Dat terwijl “bewegen voor iedereen belangrijk is, dus ook voor deze doelgroep”, zegt Jelle Zuijdam van Sport-Z. Omdat er – vooral in de vakanties – weinig activiteiten zijn voor jongeren met een verstandelijke beperking, organiseert Sport-Z sinds dit jaar tijdens de vakanties verschillende sportactiviteiten.
“Het is de eerste keer dat we het op deze manier doen.” Vrijdagochtend gaat Sport-Z de uitdaging aan om buiten spellen te organiseren tijdens het “beach evenementje.” Zo’n 22 jongeren varen niet alleen in een drakenboot, maar spelen ook typische buitenspelen zoals beachvolleybal en badminton. (tekst gaat verder onder de foto)
Moeders, vaders en andere begeleiders kijken vanaf de zijlijn toe hoe de jongeren vol enthousiasme meedoen aan de verschillende activiteiten. Het doel van de sportdag is niet alleen om de jongeren te laten bewegen, maar ook om ouders bij elkaar te brengen. En dat lukt. Jeannette en Linda kennen elkaar inmiddels al. “Het is eigenlijk maar een klein wereldje, waardoor we elkaar steeds tegenkomen”, zegt Jeannette. “Maar vandaag zijn er een hoop nieuwe mensen die ik nog niet eerder heb gezien”, vult Linda aan.
De moeders brengen hun kinderen regelmatig naar verschillende activiteiten, zoals een kookclub, waterpolo en auti-voetbal, zodat hun zonen ook andere kinderen kunnen ontmoeten. “In de buurt heeft mijn zoon niet veel aansluiting bij kinderen van zijn leeftijd”, zegt Linda. Ook kunnen ze hun kinderen niet zonder begeleiding laten spelen. “Je moet er altijd bij zijn.” (tekst gaat verder onder de foto)
Met activiteiten zoals deze sportdag zijn ze daarom ook erg blij. Langs de kant wisselen de moeders tips met elkaar uit en delen ze hun ervaringen. Bij het opvoeden van een kind met een verstandelijke beperking komt namelijk wel het één en ander kijken. “Je kunt ze niet zelfstandig iets laten doen.” Ook al zijn hun kinderen nu druk aan het spelen onder begeleiding van Sport-Z, kunnen de moeders niet veel anders doen dan toekijken.
“Als ik naar huis zou gaan, zou ik bijna meteen weer in de auto moeten stappen om hem op te halen. Ik kan hem niet alleen met het openbaar vervoer laten gaan”, zegt Jeannette. Maar Linda pakt het anders aan. “Ik heb mijn laptop meegenomen”, zegt ze lachend. “Dan kan ik nog even werken.” (tekst gaat verder onder de foto)
Nadat de kinderen weer veilig aan land zijn gekomen en even zijn bijgekomen met wat snacks en limonade, gaan ze vol nieuwe energie door naar de volgende activiteiten. En zo gezegd, zo gedaan. Langs het veld zit Linda op het gras achter haar laptop.